HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET OP DE HANDELSPRAKTIJKEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET OP DE HANDELSPRAKTIJKEN"

Transcriptie

1 HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET OP DE HANDELSPRAKTIJKEN Literatuurlijst H. DE BAUW, (ed.), Jaarboeken handelspraktijken en Mededinging, Kluwer. (Deze jaarboeken bevatten een overzicht van belangrijke rechtspraak inzake de Wet Handelspraktijken en verschijnen elk jaar.) DE CALUWE, Pratiques du Commerce, Brussel, Larcier, losbl. P. DE VROEDE, Y. MERCHIERS en I. DEMUYNCK, Algemeen handelsrecht, handelspraktijken en consumentenbescherming. Overzicht van rechtspraak ( ), TPR 1999, R. STEENNOT, S. mmv DEJONGHE, Handboek Consumentenbescherming en handelspraktijken, Antwerpen, Intersentia, 2007, 628 p. (Enkel dit boek van de geciteerde werken bevat reeds een analyse van de nieuwe regeling inzake oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten.) R. STEENNOT, Consumentenbescherming. Overzicht van rechtspraak ( ), TPR 2004, J. STUYCK, Handelspraktijken, in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Story- Scientia, 2004, 483 p. 1. Toepassingsgebied WHPC In art. 1 WHPC wordt het toepassingsgebied van deze wet omschreven en worden een aantal kernbegrippen gedefinieerd. De wet vindt toepassing op producten (lichamelijke roerende goederen) en diensten (prestaties die een handelsdaad of ambachtsactiviteit uitmaken). Sedert 1 mei 2001 zijn sommige bepalingen (bv. onrechtmatige bedingen ) van de WHPC ook van toepassing op financiële instrumenten, effecten en waarden. Wat de toepassing van sommige regelen betreft, verkrijgt het begrip product een bijzondere, ruimere invulling en omvat het tevens onroerende goederen en rechten en verplichtingen (met name voor de toepassing van de regelen inzake onrechtmatige bedingen en oneerlijke handelspraktijken). De regelen uit de WHPC die we hier bespreken vinden veelal maar toepassing wanneer men te maken heeft met een consument. De consument is bij toepassing van art. 1 WHPC elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor uitsluitend nietberoepsmatige doeleinden op de markt gebrachte producten of diensten verwerft. De aanwezigheid van het woord uitsluitend impliceert dat een persoon die voor deels private, deels professionele doeleinden handelt (bv. de bloemist die een wagen koopt die hij gebruikt voor familiale doeleinden, maar die hij ook gebruikt om bloemen rond te dragen) niet als consument kan worden beschouwd en daarom de bescher- Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 1

2 ming van de meeste regelen die we hier zullen bespreken niet zal kunnen inroepen. Voor de toepassing van de regelen inzake oneerlijke handelspraktijken is het begrip consument beperkt tot natuurlijke personen (art. 93 WHPC). Tot slot willen we opmerken dat de consument enkel wordt beschermd in de verhouding tot de verkoper in de zin van de wet. Er kan slechts sprake zijn van een verkoper indien de betrokken persoon handelt binnen een beroepsactiviteit of ter verwezenlijking van een statutair doel (bv. vzw), hetgeen impliceert dat hij met een zekere regelmaat producten of diensten aanbiedt. Koopt een consument dus iets van een particulier (bv. via e-bay), dan vinden de hier besproken regelen geen toepassing. Niet alle bepalingen uit deze wet zijn interessant voor de dagelijkse werking van een schuldbemiddelaar: enkel de relevante onderwerpen worden hier behandeld. Voor de inhoud van de overige bepalingen verwijzen we naar de volledige wettekst op de cdrom in bijlage. De sancties die de wetgever in het algemeen voorzien heeft in geval van inbreuken tegen deze wet zijn: een vordering tot staken (art. 95 e.v. WHPC); een waarschuwingsprocedure (art. 101 e.v. WHPC); strafsancties (art. 102 WHPC e.v.); schrapping van de inschrijving (art. 111 WHPC e.v.). Deze sancties hebben echter weinig nut voor de individuele consument. Daarnaast zijn er bijzondere civielrechtelijke sancties (bv. nietigheid) die men slechts kan hanteren bij een bepaalde inbreuk. Deze sancties, die in een concreet dossier kunnen worden ingeroepen, worden later in dit hoofdstuk, bij de bespreking van de betrokken bepalingen, geschetst. 2. Prijsaanduiding en voorlichting Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (B.S. 29 augustus 1991) (art. 2 39) KB van 5 december 2000 waarbij sommige bepalingen van de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, van toepassing worden verklaard op financiële instrumenten, effecten en waarden (B.S. 3 januari 2001) KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding van producten en diensten en de bestelbon (B.S. 30 juli 1996) KB van 7 februari 2000 tot wijziging van het KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding van producten en diensten en de bestelbon (B.S. 22 februari 2000) 2 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

3 KB van 11 april 1999 houdende bepaling van de vermeldingen die op het bewijsstuk, voorzien door de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, moeten voorkomen bij de verkoop van diensten (B.S. 19 mei 1999). De WHPC is inzake voorlichting de lex generalis (= de algemene wet). In heel wat andere (specifieke) wetten zijn eveneens informatievoorschriften opgenomen (Wet op het Consumentenkrediet, Wet op het Hypothecair Krediet...). Voor zover de bepalingen uit de WHPC en andere wetgeving niet onverenigbaar zijn, dienen zij cumulatief te worden toegepast. In geval van onverenigbaarheid (zeldzaam), primeert de regeling uit de bijzondere wet Prijsaanduiding De regelen inzake prijsaanduiding kunnen als volgt worden samengevat. Art. 2, 1 WHPC legt aan de verkoper die producten te koop aanbiedt de verplichting op om de prijs van het product schriftelijk en ondubbelzinnig aan te duiden. Wanneer de producten te koop zijn uitgestald, moet de prijs ook leesbaar en goed zichtbaar worden aangeduid. Bijkomende verplichtingen inzake de prijsaanduiding van producten vindt men in art. 2 tot 12 van het KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding van producten en diensten en de bestelbon. Er kan verwezen worden naar het verbod om voor identieke producten in dezelfde inrichting verschillende prijzen te vragen. Wordt deze bepaling geschonden, dan zal de consument slechts de laagst aangegeven prijs moeten betalen (art. 3). Art. 2, 2 WHPC verplicht de verkoper die diensten te koop aanbiedt, om het tarief schriftelijk, leesbaar, goed zichtbaar en ondubbelzinnig (Voorz. Kh. Brugge 18 maart 1994, Jaarboek Handelspraktijken 1994, 35, noot J. STUYCK, waarin werd beslist dat richtprijzen niet aan dit vereiste voldoen en Voorz. Kh. Nijvel 15 december 1995, Jaarboek Handelspraktijken 1995, 237, waarin werd beslist dat deze vereiste wordt geschonden indien er een verschil bestaat tussen de prijs in reclame en de aangerekende prijs) te vermelden. Hoewel de wet dit niet uitdrukkelijk bepaalt, wordt aanvaard dat de regelen inzake prijsaanduiding, die in de WHPC vervat liggen voor wat diensten betreft, enkel gelden voor homogene diensten (i.e. alle diensten waarvan de eigenschappen en modaliteiten identiek of gelijkaardig zijn, ongeacht onder meer het ogenblik, de plaats van de uitvoering, de dienstenverstrekker of de persoon voor wie ze bestemd zijn). Ook wat de prijsaanduiding van diensten betreft, moet rekening gehouden worden met het KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding van producten en diensten en de bestelbon. In het KB wordt een onderscheid gemaakt tussen homogene en niet-homogene diensten. Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 3

4 Wat niet-homogene diensten betreft, rust op de verkoper van niet-homogene diensten van hoofdzakelijk niet-intellectuele aard de verplichting om een bestek af te leveren aan de consument, voor zover de consument daarom verzoekt en de verkoper bereid is de dienst te verlenen (art. 16). Alvorens een bestek op te stellen, moet de verkoper de consument inlichten over de prijs van het bestek, tenzij dit kosteloos is (art. 18). In het bestek moet onder meer de forfaitair berekende prijs of de prijs bepaalbaar door verwijzing naar criteria die een direct verband houden met de aard van de dienst worden vermeld (art. 17). Tenzij wanneer anders wordt aangegeven, verbindt het bestek de verkoper. Art. 3 WHPC verplicht de verkoper de door de consument te betalen totale prijs aan te duiden (Brussel 19 september 2005, Jaarboek Handelspraktijken 2005, 63, noot I. BUELENS). De totale prijs moet de btw bevatten (Antwerpen 16 december 2004, Jaarboek Handelspraktijken 2004, 68), alsook alle overige taksen die via de verkoper moeten worden betaald (bv. recupel) en de kosten van alle diensten en accessoires die door de consument verplicht moeten worden bijbetaald. Tot slot willen we erop wijzen dat er tal van bijzondere KB s bestaan betreffende de verplichting tot prijsaanduiding. Deze KB s zijn van toepassing op specifieke producten of diensten. Verwezen kan bijvoorbeeld worden naar de KB s betreffende homogene financiële diensten en het KB betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud- en zilverwerk. Literatuurlijst K. DAELE en H. VIAENE, Artikelen 2 6 WHPC, in Artikelsgewijze Commentaar Handels- en Economisch Recht, Kluwer, losbl. P. MAEYAERT, Prijsaanduiding voor producten en tariefaanduiding voor diensten in Handelspraktijken. Het nieuwe in de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, Brugge, Die Keure, 1992, Voorlichting Art. 30 WHPC bepaalt dat de verkoper, ten laatste op het ogenblik van het sluiten van de verkoop, te goeder trouw aan de consument de behoorlijke en nuttige voorlichting moet geven betreffende de kenmerken van het product of de dienst en betreffende de verkoopvoorwaarden, rekening houdend met de door de consument uitgedrukte behoefte aan voorlichting en rekening houdend met het door de consument meegedeelde of redelijkerwijze voorzienbare gebruik. De bewijslast inzake de naleving van deze informatieverplichting rust op de verkoper. Deze voorlichtingsplicht hangt nauw samen met de artikelen uit het Burgerlijk Wetboek die de geldigheid van de overeenkomsten bepalen. 4 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

5 Uit de tekst van art. 30 WHPC blijkt duidelijk dat de verkoper niet enkel een voorlichtingsplicht heeft betreffende het product of de dienst, maar ook betreffende de verkoopvoorwaarden (bv. in bepaalde omstandigheden over de betekenis van een verbrekingsbeding (Gent 4 december 2006, Jaarboek Handelspraktijken 2006, 253, noot R. STEENNOT), waarbij bij de omvang van de informatieverplichting rekening moet worden gehouden met de behoefte aan voorlichting van de consument (Rb. Gent 13 oktober 2003, NJW 2004, 312, noot). Dit vonnis illustreert de variabele geometrie van de voorlichtingsplicht van de verkoper: de verplichtingen nemen toe naarmate het niveau van de consument daalt. Mevrouw H., onthaalmoeder, wil een nieuwe keuken kopen die erg kindvriendelijk is. Zij verduidelijkt haar verwachtingen aan de verkoper, die haar bepaalde aanbevelingen doet. Na plaatsing blijkt dat de verkoper niet vertelde dat er erg snel krassen op het materiaal komen. Het is duidelijk dat in dergelijk geval art. 30 WHPC werd geschonden. Art. 30 WHPC bevat geen specifieke sanctie in het geval waarin deze bepaling werd geschonden. Dit betekent uiteraard niet dat een inbreuk op deze bepaling niet kan worden gesanctioneerd. De gemeenrechtelijke sancties vinden toepassing. Werd de consument bijvoorbeeld niet voorgelicht over bepaalde contractuele voorwaarden (waar dit bij toepassing van art. 30 WHPC is vereist), dan zullen deze hem niet kunnen verbinden. Indien de consument schade lijdt ingevolge de niet-naleving van de informatieverplichting, kan hij aanspraak maken op een schadevergoeding. Literatuurlijst A. DE BOECK, "De informatieverplichting van de professioneel t.a.v. de consument" in Consumentenrecht, Brugge, Die Keure, 1998, G.L. BALLON, "De verplichting tot voorlichting van de consument en de regeling van de documenten betreffende de verkopen van producten en diensten in de Nieuwe Handelspraktijkenwet", in De nieuwe wet handelspraktijken, Kluwer, 1992, R. STEENNOT en S. DEJONGHE, Artikel 30 WHPC, in Artikelsgewijze commentaar Handels- en Economisch Recht, Kluwer, losbl. Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 5

6 3. Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (B.S. 29 augustus 1991) (art. 2 39) Wet van 5 juni 2007 tot wijziging van de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (B.S. 21 juni 2007) KB van 5 december 2000 waarbij sommige bepalingen van de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, van toepassing worden verklaard op financiële instrumenten, effecten en waarden (B.S. 3 januari 2001) 3.1. Inleiding De gemeenrechtelijke bepalingen inzake reclame die vervat lagen in art. 23 WHPC werden opgeheven door de Wet van 5 juni Deze wet onderscheidt zich van de vroegere regeling doordat een schending van de regelen inzake oneerlijke handelspraktijken die tevens toepassing vinden op reclame op civielrechtelijk vlak op een bijzondere wijze kan worden gesanctioneerd. Dit maakt het interessant om nieuwe regelen inzake reclame/oneerlijke handelspraktijken te schetsen. Vooraf willen we nog opmerken dat bijzondere wetgeving (bv. WCK) bijkomende voorschriften inzake reclame kan bevatten. In dergelijk geval moeten de regelen uit de WHPC en de bijzondere wetten cumulatief worden toegepast. Vooreerst is het nuttig een kort overzicht te geven van de nieuwe structuur van de bepalingen betreffende reclame en oneerlijke handelspraktijken. Afdeling 1 bevat een aantal definities die enkel gehanteerd moeten worden voor de toepassing van de regelen inzake reclame en oneerlijke handelspraktijken. Zo wordt bijvoorbeeld een bijzondere invulling gegeven aan de begrippen consument en producten. Het begrip handelspraktijken wordt gedefinieerd als elke handeling, omissie, gedraging, voorstelling van zaken of commerciële communicatie, met inbegrip van reclame en marketing, van een verkoper, die rechtstreeks verband houdt met de verkoopbevordering, verkoop of levering van de producten of diensten aan consumenten. Reclame is "elke mededeling die rechtstreeks of onrechtstreeks ten doel heeft de verkoop van producten of diensten te bevorderen". Afdeling 2 bevat de regelen die gelden voor vergelijkende reclame. Afdeling 3 betreft reclame (art. 94/2) en oneerlijke handelsgebruiken onder verkopers (94/3). Deze beide regelen betreffen enkel de verhouding tussen verkopers onderling. Afdeling 4 betreft de oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten (art. 94/4 94/11 WHPC). Belangrijk is daarbij te beseffen dat wat de verhouding tot consumenten betreft, er geen onderscheid wordt gemaakt tussen reclame en oneer- 6 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

7 lijke handelspraktijken. De bepalingen inzake oneerlijke handelspraktijken omvatten de regelen inzake reclame. Afdeling 5 omvat regelen die gemeenschappelijk zijn aan reclame/oneerlijke handelspraktijken in de verhouding tussen professionelen en in de verhouding tot consumenten Structuur van de regeling van oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten De nieuwe regeling inzake oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten heeft een drieledige structuur. Er is vooreerst de overkoepelende norm, een algemene bepaling bij toepassing waarvan oneerlijke handelspraktijken worden verboden (art. 94/5 WHPC). Deze norm wordt verder geconcretiseerd door twee andere algemene normen die respectievelijk misleidende (art. 94/6 WHPC) en agressieve handelspraktijken (art. 94/9 WHPC) als oneerlijk en daarom verboden beschouwen. Naast deze algemene normen vindt men in de nieuwe regeling ook een lijst met 22 misleidende handelspraktijken (art. 94/8 WHPC) en een lijst met 7 agressieve handelspraktijken (art. 94/11 WHPC) die onder alle omstandigheden als oneerlijk worden beschouwd (zwarte lijst) De zwarte lijsten: misleidende en agressieve handelspraktijken In eerste instantie zal de rechter onderzoeken of een bepaalde gedraging als een misleidende of agressieve praktijk, die voorkomt in de zwarte lijst, kan worden beschouwd. In bevestigend geval, zal de rechter de betrokken praktijk als oneerlijk bestempelen en verbieden. Immers, praktijken die voorkomen in de zwarte lijsten zijn per se verboden. Zij worden onweerlegbaar vermoed misleidend of agressief en daarom oneerlijk te zijn. Opdat de praktijk als oneerlijk in de zin van art. 94/8 of 94/11 WHPC zou kunnen worden beschouwd, moet dus bijvoorbeeld niet worden aangetoond dat de aankoopbeslissing van de consument erdoor werd beïnvloed. Meer concreet worden volgende misleidende handelspraktijken verboden: 1) beweren dat men als verkoper een gedragscode heeft ondertekend wanneer dit niet het geval is (art. 94/8, 1 WHPC); 2) een vertrouwens-, kwaliteits- of ander soortgelijk label aanbrengen zonder daarvoor de vereiste toestemming te hebben (art. 94/8, 2 WHPC); 3) beweren dat een gedragscode door een publieke of andere instantie is erkend wanneer dit niet het geval is (art. 94/8, 3 WHPC); 4) beweren dat een verkoper, of zijn handelspraktijken, of een product of een dienst door een openbare instelling is erkend, goedgekeurd of toegelaten terwijl zulks Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 7

8 niet het geval is, of deze niet aan de voorwaarden tot erkenning, goedkeuring of toelating voldoet (art. 94/8, 4 WHPC); Deze eerste vier verboden gedragingen betreffen telkens de hypothese waarin de verkoper op een onrechtmatige wijze het vertrouwen van de consument tracht te winnen, met name door ten onrechte te beweren dat hij bijzondere waarborgen biedt. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de verkoper die, zonder toestemming, een label van een consumentenorganisatie op zijn website aanbrengt en die daardoor dus de indruk wekt dat zijn website door deze instantie is geverifieerd. 5) producten of diensten tegen een genoemde prijs te koop aanbieden zonder dat de verkoper aangeeft dat er een gegrond vermoeden bestaat dat hij deze producten of gelijkwaardige producten niet tegen die prijs kan leveren of door een andere verkoper kan doen leveren gedurende een periode en in hoeveelheden die, rekening houdend met het product of de dienst, de omvang van de voor het product gevoerde reclame en de aangeboden prijs redelijk zijn (art. 94/8, 5 WHPC); Deze regel houdt een verbod van lokvogelpraktijken in. Het betreft bijvoorbeeld de hypothese waarin in ruime mate reclame wordt gemaakt voor een bepaald product, dit terwijl er slechts enkele exemplaren beschikbaar zijn bij de verkoper en dit zonder dat de verkoper heeft aangegeven dat er een beperkte voorraad is. 6) producten of diensten tegen een genoemde prijs te koop aanbieden en vervolgens: weigeren het aangeboden product of de aangeboden dienst aan de consument te tonen, weigeren een bestelling op te nemen of het product of de dienst binnen een redelijke termijn te leveren, een exemplaar van het artikel met gebreken tonen, dit met de bedoeling een ander product of een andere dienst aan te prijzen (art. 94/8, 6 WHPC); Met dit verbod wil men de zogenaamde bait and switch - praktijken vermijden. 7) bedrieglijk beweren dat een product of een dienst slechts gedurende een zeer beperkte tijd beschikbaar zal zijn of dat het slechts onder speciale voorwaarden gedurende een zeer beperkte tijd beschikbaar zal zijn, om de consument onmiddellijk te doen beslissen en hem geen kans of onvoldoende tijd te geven een geïnformeerd besluit te nemen (art. 94/8, 7 WHPC); Meer concreet zal bijvoorbeeld een schending van deze bepaling voorliggen wanneer een verkoper van televisies op zaterdag aan de consument meedeelt dat de actie slechts loopt tot het einde van de dag terwijl men tot het daaropvolgende weekend van de aanbieding kan profiteren. Uiteraard verzet deze bepaling zich niet tegen de verklaring dat de actie slechts loopt tot het einde van de dag, indien dergelijke verklaring in overeenstemming is met de werkelijkheid (er is dan immers geen sprake van bedrieglijk beweren). 8 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

9 8) aan de consumenten met wie de verkoper vóór de transactie heeft gecommuniceerd een dienst na verkoop beloven in een taal die geen nationale taal is en vervolgens die dienst enkel in een andere taal leveren zonder dit duidelijk aan de consument te laten weten alvorens deze zich tot de transactie verbindt (art. 94/ 8, 8 WHPC); Het betreft bijvoorbeeld de hypothese waarin een verkoper uit Duitsland voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst een dienst na verkoop belooft in het Engels en vervolgens die dienst enkel in het Duits aanbiedt, zonder dit duidelijk aan de consument te melden voorafgaand aan het tijdstip waarop de consument zich verbindt. 9) beweren of anderszins de indruk wekken dat een product of dienst legaal kan worden verkocht wanneer dit niet het geval is (art. 94/8, 9 WHPC); Een daadwerkelijke verklaring van de verkoper is niet noodzakelijk opdat een inbreuk zou voorliggen. Elke gedraging die impliciet de indruk wekt dat een product of dienst legaal kan worden verkregen, waar dit niet het geval is, wordt verboden. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de verkoop van producten die niet voldoen aan bepaalde technische vereisten die door de wet worden opgelegd. 10) wettelijke rechten van consumenten voorstellen als een onderscheidend kenmerk van het aanbod van de verkoper (art. 94/8, 10 WHPC); Dergelijke praktijk misleidt de consument daar deze zich mogelijks niet bewust is van zijn wettelijke rechten en er daarom van uitgaat dat hij bij andere verkopers niet dezelfde rechten zal bezitten. Het betreft bijvoorbeeld reclame met betrekking tot een lichamelijk roerend goed die de consument wijst op het feit dat hij beschikt over een waarborg van twee jaar, te rekenen vanaf de levering, voor gebreken die ten tijde van de levering aanwezig waren. Elke consument beschikt immers over een dergelijke garantie bij toepassing van de Wet Consumentenkoop (zie Hoofdstuk 3). 11) redactionele inhoud in de media, waarvoor de verkoper heeft betaald, gebruiken om reclame te maken voor een product of een dienst, zonder dat dit duidelijk uit de inhoud of uit duidelijk door de consument identificeerbare beelden of geluiden blijkt (art. 94/8, 11 WHPC); Het betreft redactionele reclame, waarbij men laat uitschijnen dat het om een objectieve boodschap gaat. Indien de consument niet uit de omstandigheden kan afleiden dat het om reclame gaat, moet dit expliciet vermeld worden. 12) feitelijk onjuiste beweringen doen betreffende de aard en de omvang van het gevaar dat de persoonlijke veiligheid van de consument of zijn gezin zou bedreigen indien hij het product of de dienst niet koopt (art. 94/8, 12 WHPC); Enkel onjuiste beweringen worden verboden (bv. ten onrechte beweren dat werken aan de elektriciteit onmiddellijk moeten worden uitgevoerd op risico van Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 9

10 kortsluitings- en brandgevaar). Feitelijk correcte beweringen omtrent de aard en de omvang van het gevaar kunnen op grond van deze bepaling niet worden verboden. 13) een op een door een bepaalde fabrikant vervaardigd product of verstrekte dienst gelijkend product of dienst op zodanige wijze promoten dat bij de consument doelbewust de verkeerde indruk wordt gewekt dat dit product van deze fabrikant afkomstig is, terwijl dit niet het geval is (art. 94/8, 13 WHPC); 14) beweren dat de verkoper op het punt staat zijn zaak stop te zetten of te verhuizen, indien zulks niet het geval is, onverminderd art. 46 en volgende van deze wet (art. 94/8, 14 WHPC); 15) beweren dat een product of dienst het winnen bij kansspelen kan vergemakkelijken (art. 94/8, 15 WHPC); Meer concreet verbiedt deze bepaling bijvoorbeeld de praktijk waarbij de aanschaf van een bepaald of een groter aantal producten of diensten de kans op winst bij een kansspel verhoogt. 16) bedrieglijk beweren dat een product of een dienst ziekten, functiestoornissen of Deze bepaling kan enkel gehanteerd worden indien de bewering niet in overeenstemming is met de werkelijkheid. 17) feitelijk onjuiste informatie verstrekken over marktomstandigheden of de mogelijkheid het product of de dienst te bemachtigen met de bedoeling de consument dit of deze te doen aanschaffen tegen voorwaarden die minder gunstig zijn dan de normale marktvoorwaarden (art. 94/8, 17 WHPC); Ook deze bepaling vindt slechts toepassing indien de verstrekte informatie over de marktomstandigheden of de mogelijkheid om een product of dienst te verwerven onjuist is. Vereist is dat de verkoper middels het verstrekken van onjuiste informatie de bedoeling heeft om de consument te laten contracteren tegen minder gunstige voorwaarden. 18) beweren dat er een wedstrijd wordt georganiseerd of prijzen worden uitgeloofd zonder de aangekondigde prijzen of een redelijk equivalent daadwerkelijk toe te kennen (art. 94/8, 18 WHPC); Deze bepaling vereist dus niet dat alle aangekondigde prijzen worden toegekend. Een redelijk equivalent volstaat. 19) een product of een dienst als gratis, voor niets, kosteloos en dergelijke omschrijven als de consument iets anders moet betalen dan de onvermijdelijke kosten om in te gaan op het aanbod en het product af te halen dan wel dit te laten bezorgen (art. 94/8, 19 WHPC); 10 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

11 Zelfs wanneer een product als gratis of kosteloos wordt voorgesteld, blijft het dus mogelijk om aan de consument bepaalde kosten aan te rekenen. Vereist is wel dat deze kosten onvermijdelijk zijn om in te gaan op het aanbod (bv. telefoonkost indien het product via de telefoon moet worden besteld ) of om het product af te halen of te laten bezorgen (bv. verzendingskosten). 20) marketingmateriaal voorzien van een factuur of een soortgelijk document waarin om betaling wordt gevraagd, waardoor bij de consument de indruk wordt gewekt dat hij het aangeprezen product al heeft besteld terwijl dat niet het geval is (art. 94/ 8, 20 WHPC); Het betreft hier een alternatief van de afgedwongen aankoop waar men een consument een product toestuurt zonder dat hij daarom heeft verzocht (zie Hoofdstuk 1, punt 5). Het grote verschil tussen de zuivere afgedwongen aankoop en deze techniek bestaat er dus in dat niet het product zelf wordt toegestuurd, maar bijvoorbeeld een brief met factuur, in de hoop dat de consument zal denken dat hij het product al heeft besteld (hetgeen niet het geval is). 21) op bedrieglijke wijze beweren of de indruk wekken dat de verkoper niet optreedt ten behoeve van zijn beroepsactiviteit of zich op bedrieglijke wijze voordoen als consument (art. 94/8, 21 WHPC); 22) op bedrieglijke wijze de indruk wekken dat voor een bepaald product of een bepaalde dienst de dienst na verkoop beschikbaar is in een andere lidstaat dan die waar het product wordt verkocht (art. 94/8, 22 WHPC); Het betreft bijvoorbeeld de hypothese waarin een Duitse verkoper tegenover een Belgische consument laat uitschijnen dat de dienst na verkoop in België beschikbaar is, terwijl deze enkel in Duitsland beschikbaar is. Het valt op dat bepaalde verboden uit de lijst de verkoper verbieden te beweren dat en dat andere bepalingen de verkoper verbieden op bedrieglijke wijze te beweren dat. De term bedrieglijk moet worden gelezen als niet in overeenstemming met de werkelijkheid. Kwade trouw moet dus niet worden bewezen. Wat agressieve handelspraktijken betreft, verbiedt art. 94/11 WHPC praktijken die: 1) de indruk geven dat de consument het pand niet mag verlaten alvorens er een overeenkomst is opgesteld (art. 94/11, 1 WHPC); Het is aan de feitenrechter om te oordelen wanneer de consument redelijkerwijze de indruk mocht hebben dat hij het pand niet mocht verlaten alvorens een overeenkomst te ondertekenen. De beoordeling geschiedt in abstracto. Er wordt dus geen rekening gehouden met hoe de betrokken consument de situatie heeft ervaren, maar nagegaan of de gemiddelde consument de indruk zou hebben gekregen dat hij het pand niet mocht verlaten. Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 11

12 2) de consument thuis opzoeken en zijn verzoek om weg te gaan of niet meer terug te komen negeren, behalve indien, en voor zover gerechtvaardigd volgens de wettelijke of reglementaire bepalingen, wordt beoogd een contractuele verplichting te doen naleven (art. 94/11, 2 WHPC); Er moet dus een onderscheid gemaakt worden tussen de situatie waarin de consument nog geen contractuele verbintenissen is aangegaan en de situatie waarin de consument, die zich contractueel heeft verbonden, wordt opgezocht om hem ertoe te brengen zijn contractuele verplichtingen na te leven. In het eerste geval dient men zonder meer de wens van de consument te respecteren. De verkoper moet dus de woning van de consument verlaten zodra de consument dat vraagt. Bovendien mag hij het verzoek van de consument om niet meer terug te keren niet naast zich neerleggen. Geschiedt het bezoek om de consument ertoe te brengen zijn contractuele verplichtingen na te komen, dan moet men er rekening mee houden dat dergelijk bezoek in overeenstemming moet zijn met wettelijke en reglementaire bepalingen. In het bijzonder kan hier worden verwezen naar de regelen die vervat liggen in de Wet betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument. 3) hardnekkig en ongewenst aandringen per telefoon, fax, of andere afstandsmedia onverminderd art. 94/17 van deze wet en art. 14 van de Wet van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij (art. 94/11, 3 WHPC); Deze bepaling doet dus geen afbreuk aan de regelen inzake ongevraagde commerciële communicatie, die vervat liggen in de Wet op de handelspraktijken en de Wet betreffende bepaalde juridische aspecten van de informatiemaatschappij (zie Hoofdstuk 2, punt 2). Deze bepalingen zijn strenger want ze kunnen met zich meebrengen dat het hoe dan ook verboden is om de consument middels fax of reclame te zenden. Het aandringen hoeft dus in dergelijk geval niet hardnekkig en ongewenst te zijn. 4) een consument die op grond van een verzekeringspolis een vordering indient om documenten vragen die redelijkerwijs niet relevant kunnen worden geacht om de geldigheid van de vordering te beoordelen, dan wel systematisch weigeren antwoord te geven op daaromtrent gevoerde correspondentie met de bedoeling de consument ervan te weerhouden zijn contractuele rechten uit te oefenen (art. 94/11, 4 WHPC); 5) kinderen er in reclame rechtstreeks toe aanzetten om geadverteerde producten te kopen of om hun ouders of andere volwassenen ertoe te overhalen die producten voor hen te kopen (art. 94/11, 5 WHPC); 6) de consument uitdrukkelijk meedelen dat, als hij het product of de dienst niet koopt, de baan of de bestaansmiddelen van de handelaar in het gedrang komen (art. 94/11, 6 WHPC); 12 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

13 7) Opdat er een inbreuk op deze bepaling zou zijn, is vereist dat de mededeling uitdrukkelijk is. 8) de bedrieglijke indruk wekken dat de consument al een prijs heeft gewonnen of zal winnen dan wel door een bepaalde handeling te verrichten een prijs zal winnen of een ander soortgelijk voordeel zal behalen, als er in feite: geen sprake is van een prijs of een ander soortgelijk voordeel, of als het ondernemen van stappen om in aanmerking te kunnen komen voor de prijs of voor een ander soortgelijk voordeel afhankelijk is van de betaling van een bedrag door de consument of indien daaraan voor hem kosten zijn verbonden (art. 94/11, 7 WHPC) Het algemene verbod op misleidende en agressieve handelspraktijken Beantwoordt de betrokken gedraging of verklaring niet aan een praktijk uit de zwarte lijsten, dan zal de rechter onderzoeken of de betrokken praktijk, gelet op de concrete omstandigheden, toch (i.e. ondanks dat hij niet voorkomt in de zwarte lijsten) als misleidend of agressief kan worden beschouwd, dit aan de hand van de algemene normen inzake misleidende en agressieve handelspraktijken. Wat daarbij meteen opvalt, is dat de betrokken gedraging slechts kan worden verboden op grond van deze open normen indien wordt aangetoond dat ze de aankoopbeslissing van de consument heeft of kan hebben beïnvloed. Misleiding kan zowel geschieden middels het meedelen van bepaalde informatie als middels het weglaten van essentiële informatie (misleiding door omissie). Opdat een handelspraktijk als misleidend beschouwd zou kunnen worden, is vereist dat zij de consument kan bedriegen met betrekking tot één van de elementen die in de wet worden opgesomd en dat de consument ertoe kan worden gebracht een besluit te nemen dat hij anders niet had genomen. Het is irrelevant of de informatie die de oorzaak vormt van de mogelijke misleiding foutief of feitelijk correct is. Als misleidende omissie wordt beschouwd een handelspraktijk die in haar feitelijke context, al haar kenmerken en omstandigheden en de beperkingen van het communicatiemedium in aanmerking genomen, essentiële informatie welke de consument, naargelang de context, nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen, weglaat en die de consument er toe brengt of kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Op grond van de algemene norm inzake agressieve handelspraktijken wordt de handelspraktijk die door intimidatie, dwang, inclusief het gebruik van lichamelijk geweld, of ongepaste beïnvloeding, de keuzevrijheid of de vrijheid van handelen van de gemiddelde consument met betrekking tot het product of de dienst aanzienlijk beperkt of kan beperken, waardoor hij ertoe wordt gebracht of kan worden gebracht Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 13

14 over een transactie een besluit te nemen dat hij anders niet had genomen, als agressief beschouwd Algemeen verbod van oneerlijke handelspraktijken Kan de betrokken gedraging ook niet op grond van deze twee bepalingen worden verboden, dan zal onderzocht moeten worden of ze, zonder misleidend of agressief te zijn, toch in strijd is met de eerlijke handelspraktijken. Vereist is daarbij niet alleen dat de betrokken praktijk de aankoopbeslissing van de consument heeft beïnvloed, maar tevens dat de betrokken praktijk in strijd is met de vereisten van professionele toewijding. Het valt te verwachten dat er in de praktijk slechts weinig toepassingen zullen zijn van een schending van deze algemene norm inzake oneerlijke handelspraktijken. De meeste handelspraktijken zijn immers oneerlijk omdat ze agressief of misleidend zijn. 3.3 Sanctionering van oneerlijke handelspraktijken In de gemeenschappelijke bepalingen vindt men een bijzondere civielrechtelijke sanctie terug voor het geval waarin een verkoper zich schuldig heeft gemaakt aan bepaalde oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten. Werd een overeenkomst gesloten ingevolge een oneerlijke handelspraktijk, zoals bedoeld in art. 94/8, 12, 15 of 16 WHPC (bepaalde misleidende handelspraktijken) of art. 94/11, 1, 2 en 7 WHPC (bepaalde agressieve handelspraktijken), dan kan de consument de terugbetaling van de betaalde sommen eisen binnen een redelijke termijn vanaf het moment dat hij kennis had of hoorde te hebben van het bestaan ervan, zonder teruggave van het reeds geleverde product of de verleende dienst (art. 94/14, 2, 1 e lid WHPC). In wezen wordt hier de bijzonder afschrikwekkende sanctie van de afgedwongen aankoop toegepast. Werd een overeenkomst afgesloten ingevolge een andere oneerlijke handelspraktijk (oneerlijk op grond van de zwarte lijsten van misleidende en agressieve handelspraktijken of de open normen inzake misleidende, agressieve of oneerlijke handelspraktijken), dan kan de rechter de terugbetaling aan de consument van de door hem reeds betaalde sommen bevelen zonder teruggave van het reeds geleverde product of de verleende dienst. Het grote onderscheid tussen beide bepalingen bestaat erin dat in het eerste geval de rechter over geen enkele beoordelingsvrijheid beschikt. Is de overeenkomst gesloten ingevolge de miskenning van art. 94/8, 12, 15 of 16 WHPC of art. 94/11, 1, 2 en 7 WHPC, dan moet hij de in de wet voorziene sanctie toepassen. Wordt daarentegen een andere bepaling geschonden, dan oordeelt de rechter vrij of hij deze sanctie (of een minder drastische) toepast. Hij beschikt ter zake over een bijzonder grote beoordelingsvrijheid. 14 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

15 Literatuurlijst A. De Boeck en Y. Montagny (ed.), De nieuwe bepalingen in de wet handelspraktijken, Van Den Broele, 2008, 240 p Waarde van reclame bij interpretatie van overeenkomsten Overeenkomstig art. 94/14, 1 WHPC kunnen de overeenkomsten en de leveringsvoorwaarden van producten en diensten aan de consumenten onder meer worden geïnterpreteerd aan de hand van de reclameboodschappen en handelspraktijken die er rechtstreeks mee verband houden. De wet stelt niet dat de beloften die in de reclame gemaakt worden deel uitmaken van het contract met de consument. Wel kan de rechter het contract en de leveringsvoorwaarden interpreteren door rekening te houden met wat de verkoper bijvoorbeeld in de reclame heeft verkondigd. Kan de reclame dus nog voorgelegd worden, dan kan die de consument in bepaalde gevallen dus helpen Ongevraagde commerciële communicatie Art. 94/17, 1 WHPC bepaalt dat het gebruik van geautomatiseerde oproepsystemen zonder menselijke tussenkomst en het gebruik van faxen voor specifiek aan de persoon gerichte reclame (direct marketing) verboden is zonder de voorafgaande, vrije, specifieke en geïnformeerde toestemming van de geadresseerde van de boodschap (opting in). Het is de afzender van het bericht die moet bewijzen dat om de reclame werd gevraagd (art. 94/17, 4 WHPC). Zelfs indien toestemming is verkregen, moet reclame die via deze technieken wordt gevoerd duidelijke en verstaanbare informatie bevatten over het recht zich te verzetten tegen het ontvangen van reclame in de toekomst (art. 94/17, 2 WHPC). Andere communicatietechnieken (bv. brief) kunnen door de afzender gebruikt worden om zonder voorafgaande toestemming specifiek aan de persoon gerichte reclame te verspreiden. Het is maar wanneer de geadresseerde zich kennelijk verzet tegen het verzenden van de reclame dat de adverteerder er zich moet van onthouden om in de toekomst nog reclame toe te sturen (opting out). Er mogen geen kosten worden aangerekend aan de geadresseerde omwille van de uitoefening van zijn recht op verzet. Er moet benadrukt worden dat art. 94/17 WHPC niet geldt voor reclame door middel van elektronische post. Daarvoor geldt een specifieke regel. Het basisprincipe vindt men in art. 14 van de Wet van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van diensten van de informatiemaatschappij waarin wordt bepaald dat het niet toegelaten is om reclame door middel van elektronische post te verzenden zonder de voorafgaande, vrije, specifieke en geïnformeerde toestemming van de geadresseerde van de boodschappen (opting in). Op deze regel bestaan echter uitzonderingen die vervat liggen in het KB van 4 april 2003 tot reglementering van het verzenden per elektronische post. Vermeldenswaardig is hier dat de dienstverlener zonder vooraf- Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 15

16 gaande toestemming reclame per elektronische post kan verzenden naar zijn klanten. Vereist is wel dat de dienstverlener: 1 hun elektronische contactgegevens rechtstreeks heeft verkregen in het kader van de verkoop van een product of een dienst; 2 de beschouwde elektronische contactgegevens uitsluitend gebruikt voor gelijkaardige producten of diensten die hij bovendien zelf levert en 3 aan de klanten, op het ogenblik waarop hun elektronische contactgegevens worden verzameld, de mogelijkheid biedt om zich kosteloos en op gemakkelijke wijze tegen de uitbating te verzetten. Personen die geen ongevraagde reclameboodschappen op naam, per post, , telefoon of sms van postorderbedrijven meer wensen te ontvangen, kunnen zich wenden tot het Belgisch Direct Marketing Verbond met de vraag om opgenomen te worden in de Robinsonlijst. Hun naam en adres worden na inschrijving in het Robinsonbestand ingevoerd. Minstens één tot drie maanden na de opname in de lijst, zal de naam van de persoon niet meer voorkomen in de selecties voor reclameboodschappen van ondernemingen die lid zijn van het BDMV. Momenteel bestaan er vier verschillende bestanden: 1. de Robinson Mail om geen reclame op naam per post meer te ontvangen; 2. de Robinson Phone om geen reclameaanbiedingen per telefoon meer te ontvangen; 3. de Robinson om geen reclame per meer te ontvangen; 4. de Robinson sms om geen reclame via sms meer te ontvangen. Belgisch Direct Marketing Verbond Heizel Esplanade 1 bus Brussel Tel. (02) Fax (02) Klachten Voor klachten specifiek over reclame kan men terecht bij: De Jury voor Ethische Praktijken inzake reclame (JEP) Louizalaan 120 (bus 5) 1050 Brussel tel. (02) fax (02) / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

17 Voor klachten m.b.t. de Wet op de Handelspraktijken in het algemeen kan men terecht bij: FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie Algemene Directie Controle en Bemiddeling WTC III, Simon Bolivarlaan Brussel tel (02) fax (02) De bestelbon, algemene verkoopvoorwaarden en onrechtmatige bedingen Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (B.S. 29 augustus 1991) KB van 5 december 2000 waarbij sommige bepalingen van de Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, van toepassing worden verklaard op financiële instrumenten, effecten en waarden (B.S. 3 januari 2001) Wet van 2 augustus 2002 betreffende de misleidende en de vergelijkende reclame, de onrechtmatige bedingen en de op afstand gesloten overeenkomsten inzake de vrije beroepen (B.S. 20 november 2002) KB van 26 november 1993 houdende oprichting van de commissie voor onrechtmatige bedingen (B.S. 8 januari 1994) KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding van producten en diensten en de bestelbon (B.S. 30 juli 1996) Wet van 23 november 1998 tot wijziging, wat het strafbeding en de moratoire interest betreft, van het Burgerlijk Wetboek (B.S. 13 januari 1998) KB van 11 april 1999 houdende bepaling van de vermeldingen die op het bewijsstuk moeten voorkomen bij de verkoop van diensten (B.S. 19 mei 1999) KB van 9 juli 2000 betreffende de vermeldingen van de essentiële gegevens en de algemene verkoopvoorwaarden op de bestelbon voor nieuwe autovoertuigen (B.S. 9 augustus 2000) KB van 12 januari 2007 betreffende het gebruik van bepaalde bedingen in de bemiddelingsovereenkomsten van vastgoedmakelaars (B.S. 19 januari 2007) 4.1. Documenten Bewijsstuk voor betaling Elke verkoper van diensten is verplicht gratis een bewijsstuk af te geven aan de consument die erom verzoekt (art. 37 WHPC, met uitzonderingen). Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 17

18 De consument moet de geleverde diensten slechts betalen bij de afgifte van het gevraagde bewijsstuk, indien deze afgifte dwingend is voorgeschreven (art. 38 WHPC) Bestelbon Elke verkoper is verplicht een bestelbon af te geven indien: de levering van een product of dienst is uitgesteld en de consument een voorschot heeft betaald (cumulatieve voorwaarden). De gegevens van de bestelbon binden hem die de bon heeft opgemaakt, ongeacht algemene of bijzondere, andere of strijdige voorwaarden (art. 39 WHPC). Art. 19 van het KB van 30 juni 1996 betreffende de prijsaanduiding en de bestelbon bepaalt welke gegevens een bestelbon moet bevatten, zijnde: de naam, het adres en het inschrijvingsnummer van de verkoper; de datum en het volgnummer van de bestelbon; een beschrijving die een zekere identificatie van het product of de dienst mogelijk maakt; de eenheidsprijs, de hoeveelheid en de totale prijs; het bedrag van het betaalde voorschot; het saldo; de datum of termijn van de levering; de handtekening van de verkoper. Het ontbreken van gegevens op de bestelbon kan maar met nietigheid van de bestelling worden gesanctioneerd indien de niet-vermelde gegevens essentieel zijn Algemene verkoopvoorwaarden In principe zijn algemene verkoopvoorwaarden geldig. Een overeenkomst geldt immers als wet. Het loutere feit dat de partijen niet beschikten over een gelijke onderhandelingsmacht volstaat op zich niet om bepaalde bedingen in de overeenkomst te vernietigen. Dit betekent natuurlijk niet dat elk beding dat door de verkoper in zijn eigen voordeel is opgesteld rechtmatig is. In de verhouding tot consumenten moet in het bijzonder rekening worden gehouden met de regelen inzake onrechtmatige bedingen. Vooral art WHPC zijn op dit punt van belang. Bovendien moet men enkel rekening houden met algemene verkoopvoorwaarden indien men er kennis van had of van had kunnen nemen. Veelal wordt in de rechtspraak aanvaard dat ze vermeld moeten staan op de voorzijde van het contract of op de keerzijde, maar dan moet er op de voorzijde naar worden verwezen. 18 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

19 De rechtspraak gaat soms zelfs nog een stapje verder. Zo besliste de vrederechter van Kortrijk op 4 juni 1986 dat er met de contractuele bepalingen die voorkomen op de rugzijde van een overeenkomst en die niet of slechts zeer moeilijk leesbaar zijn, ook al wordt er op de voorzijde van de overeenkomst uitdrukkelijk naar die bepalingen verwezen, geen rekening moet worden gehouden en dat de partij die de overeenkomst ondertekende een verschoonbare dwaling beging (R.W , 5 juni 99, p.1464). In een aantal specifieke wetten worden wel specifieke regels m.b.t. de algemene verkoopvoorwaarden opgelegd, maar die gelden enkel voor een beperkt toepassingsgebied (bv. overeenkomsten op afstand betreffende financiële diensten, Wet Breyne betreffende o.m. aankopen onroerende goederen, Wet tot regeling van het contract van reisorganisatie en reisbemiddeling...) Onrechtmatige bedingen Bij de beoordeling van de onrechtmatigheid van een contractueel beding dient een onderscheid gemaakt te worden tussen art. 31 WHPC en art. 32 WHPC. Art. 32 WHPC bevat een opsomming van 31 bedingen die te allen tijde als onrechtmatig worden beschouwd. Stelt de rechter vast dat een bepaald beding in een contract beantwoordt aan een beding in de zwarte lijst, dan moet hij het nietig verklaren. Art. 31 WHPC bevat de algemene toetsingsnorm en verbiedt bedingen die een kennelijk onevenwicht creëren tussen de rechten en plichten van de partijen. Art. 31 WHPC moet men maar hanteren indien het niet mogelijk is om een concreet beding te vernietigen op grond van één van de bepalingen uit art. 32 WHPC. Een schending van art. 31 en 32 WHPC leidt tot nietigheid van het betrokken beding. De regelen uit de WHPC inzake onrechtmatige bedingen vinden zowel toepassing op niet-onderhandelde bedingen uit toetredingscontracten, maar tevens op onderhandelde bedingen. Niet enkel contractuele bedingen maar ook reglementaire voorwaarden (bv. van de NMBS) kunnen worden getoetst. Naast de WHPC voorziet ook de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de misleidende en de vergelijkende reclame, de onrechtmatige bedingen en de op afstand gesloten overeenkomsten inzake de vrije beroepen (bv. advocaten) in regelen inzake onrechtmatige bedingen. Net als de WHPC maakt men hierin een onderscheid tussen een algemene toetsingsnorm en een zwarte lijst van bedingen die steeds verboden zijn. Vermits er echter zelden schriftelijke overeenkomsten worden opgemaakt tussen bijvoorbeeld een advocaat en zijn cliënt, is deze wet voor de schuldbemiddelaar van minder praktisch belang en wordt deze niet verder besproken. Aflevering 26 december 2008 VIII. Bescherming van de consument / 19

20 De algemene toetsingsnorm Art. 31 WHPC verbiedt elk beding dat een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en de plichten van de partijen. Of een beding een kennelijk onevenwicht creeert, moet worden beoordeeld volgens de omstandigheden van het moment waarop de overeenkomst is gesloten. Er moet rekening gehouden worden met alle omstandigheden rond de sluiting van de overeenkomst en met alle andere bedingen van deze overeenkomst. Een beding is bij toepassing van art. 31 WHPC maar nietig wanneer het een kennelijk onevenwicht creëert. Enkel wanneer het beding van aard is dat over het onrechtmatig karakter ervan tussen redelijke mensen geen verschil van mening kan bestaan, i.e. wanneer het een manifest, evident en onaanvaardbaar onevenwicht creëert, kan het beding als onrechtmatig bestempeld worden. Art. 31 WHPC bevat niet enkel een algemene toetsingsnorm. Het bepaalt tevens dat bedingen van de overeenkomst duidelijk en begrijpelijk moeten zijn opgesteld. In geval van twijfel over de betekenis van een beding, geldt de voor de consument gunstigste interpretatie De zwarte lijst met onrechtmatige bedingen Bovenop dit algemeen verbod op onrechtmatige bedingen, heeft de wetgever een zwarte lijst van 31 onrechtmatige bedingen opgesteld die uitdrukkelijk zijn verboden (art. 32 WHPC). In vele contracten staan algemene voorwaarden met bedingen die men aantreft in de zwarte lijst, zodat de schuldbemiddelaar in de praktijk vaak geconfronteerd zal worden met deze bepalingen. Gezien het belang ervan worden ze hierna allemaal aan de hand van een voorbeeld van een onrechtmatige clausule besproken. 1. Het is verboden bij de ondertekening van het contract een onmiddellijke en definitieve verbintenis van de consument te voorzien, terwijl de verkoper zich verbindt onder een voorwaarde waarvan de verwezenlijking enkel van zijn wil afhangt. De overeenkomst komt tot stand op het ogenblik dat de bestelbon wordt ondertekend. De firma behoudt zich het recht voor de bestelling binnen de 30 dagen schriftelijk af te wijzen. 2. Het is verboden de prijs te doen schommelen op basis van elementen die enkel afhangen van de wil van de verkoper (behalve in geval van voorziene en wettelijk toegelaten prijsindexering, en tarief- en rentevoetwijzigingen voor financiële diensten, voor zover de consument daarover wordt geïnformeerd en het recht krijgt de overeenkomst op te zeggen). 20 / VIII. Bescherming van de consument Aflevering 26 december 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 372 Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet ter uitvoering van richtlijn nr. 2003/54/EG, (PbEG L 176), verordening nr. 1228/2003

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING

HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING HOOFDSTUK 1. SCHULDEN EN DE WET BETREFFENDE MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING Handboek schuldbemiddeling Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming, BS 12 april

Nadere informatie

Wat zijn oneerlijke handelspraktijken?

Wat zijn oneerlijke handelspraktijken? Wat zijn oneerlijke handelspraktijken? Antwoord op deze vraag geeft de Afdeling 3A in Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, bestaande uit de artikelen 193a t/m 193j). Deze afdeling is in de wet tussengevoegd

Nadere informatie

Consumentenrecht en handelspraktijken: Informatie aan de consument

Consumentenrecht en handelspraktijken: Informatie aan de consument Consumentenrecht en handelspraktijken: Informatie aan de consument Informatie ( Art. 10 WMPC ) Regel m.b.t. taal, etikettering, gebruiksaanwijzingen en garantiebewijzen = Art. 10 WMPC zegt dat de vereisten

Nadere informatie

Onrechtmatige contractuele bedingen

Onrechtmatige contractuele bedingen Nieuwe regels in b2b-relaties: verboden bedingen, misbruik van de economische afhankelijkheid van een onderneming en oneerlijke marktpraktijken Op 21 maart 2019 keurde het Parlement een wet goed die in

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding... 1. Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5 INHOUD Voorwoord............................................................ v Inleiding.............................................................. 1 Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling

Nadere informatie

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding

Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken. Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Consumentenrecht Toelichtingen bij enkele begrippen uit de wet marktpraktijken Doelstelling van de wet Bescherming van de consument bv: onrechtmatige bedingen, prijsaanduiding Bescherming van de eerlijke

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK

RAAD VOOR HET VERBRUIK RvV 489 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot opheffing van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1972 betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud-

Nadere informatie

Nieuwe wet B2B-Bescherming

Nieuwe wet B2B-Bescherming Nieuwe wet B2B-Bescherming Onrechtmatige bedingen Oneerlijke marktpraktijken Paul Cambie Attaché Dienst Handelsreglementering AD Economische Reglementering Onrechtmatige bedingen B2B Uitgangspunt: balans

Nadere informatie

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet

De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet COLLECTIE BEDRIJFSRECHT De nieuwe bepalingen in de Handelspraktijkenwet Annick De Boeck (ed.) Yves Montangie (ed.) Bart R. Goossens Marie-Christine Janssens Reinhard Steennot VANDEN BROELE INHOUDSTAFEL

Nadere informatie

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s)

Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten] Vorige versie(s) Afdeling IV (art. 1649bis tot 1649octies) ingevoegd bij art. 3 W. 1 september 2004 (B.S., 21 september 2004), met

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 928 Aanpassing van de Boeken 3 en 6 van het Burgerlijk Wetboek en andere wetten aan de richtlijn betreffende oneerlijke handelspraktijken van

Nadere informatie

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Deel I. Belangrijkste basiswetgeving Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Consumentenkoop........... 3 Burgerlijk wetboek (Uittreksel) - Kosteloze borgtocht.......... 5 Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand

Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand Gedragscode voor verkoop buiten de onderneming en verkoop op afstand Deze Gedragscode vormt een aanvulling op de reglementaire bepalingen inzake verkoop op afstand en verkoop buiten de onderneming van

Nadere informatie

Algemene voorwaarden

Algemene voorwaarden Algemene voorwaarden Artikel 1: definities 1.1. Ondernemer: De natuurlijk persoon (eenmanszaak) die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft door producten en diensten van op afstand (e-commerce)

Nadere informatie

De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie

De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie De stakingsrechter en het misbruik van aanmerkelijke machtspositie Economische afhankelijkheid (art. I.6, 4 WER) positie van onderworpenheid van een onderneming ten aanzien van één of meerdere andere ondernemingen

Nadere informatie

Wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken. Leiden Revisited 21.XI.2007 Jan Pieter Hustinx

Wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken. Leiden Revisited 21.XI.2007 Jan Pieter Hustinx Wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken Leiden Revisited 21.XI.2007 Jan Pieter Hustinx 0 Hoera! Het Burgerlijk Wetboek heeft er een nieuwe afdeling bij Weer een postzegeltje van het OD-veld communautair

Nadere informatie

Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN

Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN.. Tussen De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium van de FOD Economie, KMO, Middenstand

Nadere informatie

Algemene voorwaarden

Algemene voorwaarden Algemene voorwaarden Artikel 1 - Definities In deze voorwaarden wordt verstaan onder: 1. verkoop op afstand: een door de verkoper of dienstverlener georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN. I. Algemeen. Art. 1 Toepassingsgebied. Art. 2 Definities. Art. 3 Website. Art. 4 Sluiten van de overeenkomst

ALGEMENE VOORWAARDEN. I. Algemeen. Art. 1 Toepassingsgebied. Art. 2 Definities. Art. 3 Website. Art. 4 Sluiten van de overeenkomst ALGEMENE VOORWAARDEN I. Algemeen Art. 1 Toepassingsgebied Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten waarin Brochus producten verkoopt of op een andere wijze een leveringsverplichting

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord... vii De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................... Voorwoord bij de Reeks Mededinging, handelspraktijken en intellectuele rechten. Voorwoord.......................................................

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...iii. Voorafgaande opmerking... financiele-diensten.book Page v Thursday, October 27, 2005 2:58 PM v De Bibliotheek Handelsrecht Larcier...................................... i Voorwoord bij de Reeks Bank- en insolventierecht...........................iii

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten

Arbitragecommissie. Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Advies nr 2008/01 van 8 september 2008 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Advies over de verplichting om een

Nadere informatie

PC Advocaten Nieuwsbrief. De Garantie. Contact ZZINLEIDING ZZDE COMMERCIELE GARANTIE

PC Advocaten Nieuwsbrief. De Garantie. Contact ZZINLEIDING ZZDE COMMERCIELE GARANTIE De Garantie Mei juni 12 ZZINLEIDING In deze nieuwsbrief hebben wij het over het verschil tussen de wettelijke en de commerciële garantie, om dan verder te gaan op de wettelijke garantie zoals die geregeld

Nadere informatie

Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten

Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Wet van 19/12/05 betreffende precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten Op 18.01.2006 verscheen in het Belgisch Staatsblad de Wet betreffende de precontractuele informatie bij

Nadere informatie

IBAN: BE08 3631 0166 3013 - BIC: BBRU BE BB - BTW: BE 844.231.976

IBAN: BE08 3631 0166 3013 - BIC: BBRU BE BB - BTW: BE 844.231.976 1 Disclaimer en algemene voorwaarden SAMMAN Fonds vzw, Excelsiorlaan, 4B, 1930 Zaventem met ondernemingsnummer 0841.212.605 SAMMAN VSO, Excelsiorlaan, 4B, 1930 Zaventem met ondernemingsnummer 0844.231.976

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 466 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 2 maart 1992 betreffende de prijsaanduidingen van kappersdiensten. Brussel, 10

Nadere informatie

4. Reclame mag niet nodeloos kwetsend zijn, noch een bedreiging inhouden voor de geestelijke en/of lichamelijke volksgezondheid.

4. Reclame mag niet nodeloos kwetsend zijn, noch een bedreiging inhouden voor de geestelijke en/of lichamelijke volksgezondheid. DE NEDERLANDSE RECLAME CODE (NRC) A. Algemeen 1. Onder reclame wordt verstaan: iedere openbare aanprijzing van goederen, diensten, of denkbeelden (tezamen: producten). Onder reclame wordt mede verstaan

Nadere informatie

MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD

MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD MINNELIJKE SCHIKKING GEFORMULEERD DOOR DE AUDITEUR VAN DE FSMA EN WAARMEE ABN AMRO BANK NV HEEFT INGESTEMD Deze minnelijke schikking, waarvan het voorstel door de auditeur van de FSMA aan ABN Amro Bank

Nadere informatie

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004

Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Wet van 1 september 2004 betreffende de bescherming van de consumenten bij verkoop van consumptiegoederen, B.S. 21 september 2004 Art. 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van

Nadere informatie

2.Aankopen, beschikbaarheid, productinformatie en minimum leeftijd

2.Aankopen, beschikbaarheid, productinformatie en minimum leeftijd Algemene verkoopsvoorwaarden Webshop 1.Algemeen 1.1. Behoudens uitdrukkelijke en schriftelijke andersluidende overeenkomst, worden alle overeenkomsten, offerten, aanbiedingen, bestellingen, en alle daaruit

Nadere informatie

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten Publicatieblad Nr. L 372 van 31/12/1985 blz. 0031-0033

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 397 Wet van 25 september 2008 tot aanpassing van de Boeken 3 en 6 van het Burgerlijk Wetboek en andere wetten aan de richtlijn betreffende oneerlijke

Nadere informatie

2. Wie is verantwoordelijk voor het "verwerken" van persoonsgegevens?

2. Wie is verantwoordelijk voor het verwerken van persoonsgegevens? PRIVACY BELEID 1. Op wie is dit Privacy Beleid van toepassing? Dit Privacy Beleid dat van toepassing is op alle producten en diensten die door Kinepolis Group aan haar klanten en prospecten aangeboden

Nadere informatie

Privacy policy. 1. Algemeen

Privacy policy. 1. Algemeen Privacy policy Deze privacy policy ( Privacy Policy ) heeft als doel om de leden en de deelnemers aan activiteiten van VZW Zombietrail Staden correct te informeren over de verwerking van hun persoonsgegevens.

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Advies over de verbintenissen aangegaan tijdens de bedenktijd van een maand

Arbitragecommissie. Advies over de verbintenissen aangegaan tijdens de bedenktijd van een maand Advies nr. 2012/11 van 18 oktober 2012 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten. Advies over de verbintenissen aangegaan

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (Boek VI WER) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten

Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Monografieen BW B49a Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Mr. D.W.F. Verkade Advocaat-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden Kluwer - Deventer - 2009 Inhoud WOORD VOORAF V ENIGE AFKORTINGEN

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN ADVIES INZAKE EEN BEDING HOUDENDE EENZIJDIGE AANPASSING VAN EEN PREMIE VAN EEN VERZEKERINGSPOLIS RECHTSBIJSTAND

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN ADVIES INZAKE EEN BEDING HOUDENDE EENZIJDIGE AANPASSING VAN EEN PREMIE VAN EEN VERZEKERINGSPOLIS RECHTSBIJSTAND C.O.B. 12 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN ADVIES INZAKE EEN BEDING HOUDENDE EENZIJDIGE AANPASSING VAN EEN PREMIE VAN EEN VERZEKERINGSPOLIS RECHTSBIJSTAND Brussel, 21 oktober 2003 2 Advies over een

Nadere informatie

Wie geniet bescherming van zijn handelsnaam?

Wie geniet bescherming van zijn handelsnaam? Bescherm uw handels -, vennootschaps - en merknaam Naambekendheid is voor de handelaar van onschatbare waarde. Consumenten, klanten en leveranciers kopen producten van een bepaald merk of drijven handel

Nadere informatie

De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003)

De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003) De wet van 20 december 2002 betreffende de minnelijke invordering van schulden van de consument (BS 29/01/2003) Vormingsdag Sleutels voor verstandig consumeren Fraud Prevention Month 13 maart 2014 Doel

Nadere informatie

1.1.2. Ook als u alleen cashbetalingen ontvangt. 1.1.3. Aangewezen voor bestelbon/contract

1.1.2. Ook als u alleen cashbetalingen ontvangt. 1.1.3. Aangewezen voor bestelbon/contract de rekening op te sturen en die uiteindelijk niet betaald geraakt? En misschien verzorgt de restauranthouder ook feestjes voor bedrijven, jubileums, communies of zelfs huwelijksfeesten. Het zou niet de

Nadere informatie

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding

Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Krediet KMO Wet KMO Financiering Informatieverplichting Wederbeleggingsvergoeding Zekerheden Onrechtmatig beding Mrs. Régine Feltkamp Mr. Gerrit Hendrikx Advocaat-Avocat-Attorney Professor V.U.B. Junior

Nadere informatie

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL

Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Handelspraktijken 3de editie INHOUDSTAFEL Hoofdstuk I. Totstandkoming en doelstellingen van de wet marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) en haar verhouding tot het mededingingsrecht............................

Nadere informatie

A. ALGEMENE GEBRUIKSVOORWAARDEN VAN DE WEBSITE

A. ALGEMENE GEBRUIKSVOORWAARDEN VAN DE WEBSITE A. ALGEMENE GEBRUIKSVOORWAARDEN VAN DE WEBSITE Het gebruik van deze website (hierna de Jeram website ) impliceert uw onvoorwaardelijke aanvaarding van alle onderstaande algemene voorwaarden (hierna de

Nadere informatie

Licentie OPEN DATA: gebruiksvoorwaarden

Licentie OPEN DATA: gebruiksvoorwaarden Licentie OPEN DATA: gebruiksvoorwaarden Artikel 1 Voorwerp van de licentie 1.1 In overeenstemming met artikel III.33 van het Wetboek van Economisch Recht stelt de Beheersdienst van de Kruispuntbank van

Nadere informatie

ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN CAVES LENOIR WEBSHOP

ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN CAVES LENOIR WEBSHOP Ondernemingsgegevens ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN CAVES LENOIR WEBSHOP CAVES LENOIR ABDIS AGNESSTRAAT 2, 8510 MARKE info@caveslenoir.be 056/44.40.95 0497/45.28.39 BE 0543.766.855 Artikel 1: Algemene bepalingen

Nadere informatie

Deze bijlage blijft gelden zolang als de Verwerker de persoonsgegevens verwerkt namens de Verwerkingsverantwoordelijke.

Deze bijlage blijft gelden zolang als de Verwerker de persoonsgegevens verwerkt namens de Verwerkingsverantwoordelijke. Bijlage: Toepassing van EU verordening 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer

Nadere informatie

algemene verkoopsvoorwaarden

algemene verkoopsvoorwaarden algemene verkoopsvoorwaarden 1. 2. Onderhavige voorwaarden zijn van toepassing op alle rechtshandelingen en rechtsverhoudingen tussen MASTERmail en de opdrachtgever tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk

Nadere informatie

Consumentenkoop (LES 3 Vervolg)

Consumentenkoop (LES 3 Vervolg) Consumentenkoop (LES 3 Vervolg) Deze regeling staat in het BW. Deze regeling is de omzetting van een Europese richtlijn. Dit is de belangrijkste regeling in de praktijk!!!! Goed onderscheid maken tussen:

Nadere informatie

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016

Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging. 10 Maart 2016 Prijszetting: interactie marktpraktijken en mededinging 10 Maart 2016 Agenda Overzicht enkele bepalingen marktpraktijken Analyse mogelijke relatie mededinging Overzicht 0. Algemeen 1. Prijsaanduiding 2.

Nadere informatie

FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC)

FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) FAQ Solden en Sperperiode Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (WMPC) 1. Wanneer starten de solden onder de WMPC? De bestaande soldenperiodes werden onder de nieuwe wet niet gewijzigd.

Nadere informatie

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN Aanbeveling betreffende strafbedingen Brussel, 21 oktober 1997 1 Gelet op de artikelen 35, par. 3, lid 2, en 36 van de wet van 14 juli 1991 betreffende

Nadere informatie

N HANDELSPR Oneerlijke handelspraktijken A06 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. over een

N HANDELSPR Oneerlijke handelspraktijken A06 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. over een N HANDELSPR Oneerlijke handelspraktijken A06 Brussel, 1.03.2007 MH/SL/LC A D V I E S over een VOORONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE HANDELSPRAKTIJKEN EN DE VOORLICHTING

Nadere informatie

Invordering van onbetaalde facturen en bescherming van de consument

Invordering van onbetaalde facturen en bescherming van de consument Invordering van onbetaalde facturen en bescherming van de consument Prof. Dr. Reinhard Steennot - Professor consumentenrecht en bankrecht; UGent Studiedag Onbetaalde Facturen, Brussel, 21 maart 2019 Invordering

Nadere informatie

Privacyreglement NICE opleiding & bestuurlijke raadgeving

Privacyreglement NICE opleiding & bestuurlijke raadgeving Privacyreglement NICE opleiding & bestuurlijke raadgeving De Directie van NICE opleiding & bestuurlijke raadgeving: Overwegende dat het in verband met een goede bedrijfsvoering verplicht is een regeling

Nadere informatie

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata /// Gebruiksvoorwaarden en bepalingen Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II, DTM, raster, 5m, testdata Voor taken van algemeen belang GDIVlaanderen deelnemers Elke deelnemer aan GDIVlaanderen heeft toegang

Nadere informatie

UITVOERENDE KAMER VAN HET BEROEPSINSTITUUT VAN VASTGOEDMAKELAARS

UITVOERENDE KAMER VAN HET BEROEPSINSTITUUT VAN VASTGOEDMAKELAARS UITVOERENDE KAMER VAN HET BEROEPSINSTITUUT VAN VASTGOEDMAKELAARS TUCHTRECHTELIJKE BESLISSING IN EERSTE AANLEG nr. 2641 Van 29 mei 2015 Dossier : T7493 Inzake ( ) (B.I.V. ) Samenvatting: De vastgoedmakelaar

Nadere informatie

Privacyverklaring van Horizon Educatief met betrekking tot verwerking van persoonsgegevens

Privacyverklaring van Horizon Educatief met betrekking tot verwerking van persoonsgegevens Privacyverklaring van Horizon Educatief met betrekking tot verwerking van persoonsgegevens Horizon Educatief vzw, Fortstraat 128, 8400 Oostende, neemt de bescherming van de persoonsgegevens van haar vrijwilligers,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2009 C.08.0499.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0499.F HANCIAUX, nv, Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen C. R., I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN Dbblaw 24062011 ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN 1. Deze algemene verkoopvoorwaarden zijn van toepassing op elke bestelling, door de koper geplaatst bij Pacbelimex, evenals op elke verkoopsovereenkomst gesloten

Nadere informatie

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be NOTA Koningsstraat 148 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be Wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en de consumentenbescherming

Nadere informatie

Doc. nr. E2:31011C05 Brussel, ADVIES VAN HET BUREAU. betreffende

Doc. nr. E2:31011C05 Brussel, ADVIES VAN HET BUREAU. betreffende Doc. nr. E2:31011C05 Brussel, 9.11.1999 MH/GVB/LC ADVIES VAN HET BUREAU betreffende EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET ARTIKEL 83 1, 3 VAN DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE

Nadere informatie

ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN DE SCHAKEL

ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN DE SCHAKEL ALGEMENE VERKOOPSVOORWAARDEN DE SCHAKEL ARTIKEL 1. DEFINITIES EN ALGEMEENHEDEN Voor de toepassing van de algemene voorwaarden verkoop in de winkel wordt verstaan onder: Consument: iedere natuurlijke persoon

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Qshops Keurmerk

Algemene voorwaarden Qshops Keurmerk Algemene voorwaarden Qshops Keurmerk De leden van Qshops Keurmerk (Qshops.org) houden zich aan de gedragscode die door onze organisatie is opgesteld. Meer informatie over de gedragscode vindt u op onze

Nadere informatie

Guidelines prijsaanduiding voor ondernemingen die banden verkopen en plaatsen (bandencentrales en garages)

Guidelines prijsaanduiding voor ondernemingen die banden verkopen en plaatsen (bandencentrales en garages) Guidelines prijsaanduiding voor ondernemingen die banden verkopen en plaatsen (bandencentrales en garages) In overleg met de beroepsorganisatie FEDERTYRE heeft de FOD Economie beslist om aanbevelingen

Nadere informatie

Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen?

Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen? Guidelines Aankondigingen van prijsverminderingen: hoe ze toepassen? Het Europees Hof van Justitie heeft in een arrest van 10 juli 2014 geoordeeld dat de artikelen 20, 21 en 29 van de wet van 6 april 2010

Nadere informatie

FAQ over de solden en de sperperiode

FAQ over de solden en de sperperiode FAQ over de solden en de sperperiode Boek VI Marktpraktijken en consumentenbescherming van het Wetboek van economisch recht (WER Boek VI) 1. Wanneer beginnen de solden?... 2 2. Welke sectoren kunnen deelnemen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 411 Regels omtrent instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming (Wet handhaving consumentenbescherming)

Nadere informatie

Code UNIZO e-commerce label

Code UNIZO e-commerce label Code UNIZO e-commerce label Met deze code wil UNIZO de vertrouwensrelatie tussen consument en handelaar binnen het domein van de e-commerce maximaal bevorderen. Dit systeem van zelfregulering maakt het

Nadere informatie

Art.1. Onder businessunits van Engels Group worden in deze tekst uitsluitend verstaan: 1 D.Engels, Aankooporganisatie; 2 Thermo Comfort.

Art.1. Onder businessunits van Engels Group worden in deze tekst uitsluitend verstaan: 1 D.Engels, Aankooporganisatie; 2 Thermo Comfort. I. Algemeen Art.1. Onder businessunits van Engels Group worden in deze tekst uitsluitend verstaan: 1 D.Engels, Aankooporganisatie; 2 Thermo Comfort. Art.2. Onder toestellen wordt in deze tekst uitsluitend

Nadere informatie

Gedragscode voor. verkopen gesloten buiten verkoopruimten en verkopen op afstand

Gedragscode voor. verkopen gesloten buiten verkoopruimten en verkopen op afstand Gedragscode voor verkopen gesloten buiten verkoopruimten en verkopen op afstand Deze Gedragscode vormt een aanvulling op de reglementaire bepalingen inzake verkoop op afstand en verkoop buiten verkoopruimten

Nadere informatie

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN MIJN ATELIERS INLEIDING Mijn Ateliers is een concept van workshops die ofwel als homeparty's, of in de winkels van Medi-Market of in bedrijven worden

Nadere informatie

Guidelines over. het gebruik van de terminologie artisanaal, ambachtelijk en afgeleiden ervan in productbenamingen

Guidelines over. het gebruik van de terminologie artisanaal, ambachtelijk en afgeleiden ervan in productbenamingen Guidelines over het gebruik van de terminologie artisanaal, ambachtelijk en afgeleiden ervan in productbenamingen Inhoud 1. Op welke producten zijn de criteria uit deze guidelines van toepassing?... 2

Nadere informatie

(2).. (Touringcarbedrijf en standplaats)

(2).. (Touringcarbedrijf en standplaats) LICENTIEOVEREENKOMST VOOR TOURINGCARBEDRIJVEN. (datum van erkenning) (1) STICHTING KEURMERK TOURINGCARBEDRIJF EN (2).. (Touringcarbedrijf en standplaats) 1 INHOUD ARTIKEL 1. Definities 2. Verlening licentie

Nadere informatie

PRIVACYBELEID. In het kader van de vernieuwde wetgeving omtrent de bescherming van de persoonsgegevens werd deze Privacy Policy opgemaakt.

PRIVACYBELEID. In het kader van de vernieuwde wetgeving omtrent de bescherming van de persoonsgegevens werd deze Privacy Policy opgemaakt. PRIVACYBELEID In het kader van de vernieuwde wetgeving omtrent de bescherming van de persoonsgegevens werd deze Privacy Policy opgemaakt. Deze Policy regelt de verwerking van uw persoonsgegevens door de

Nadere informatie

Privacyreglement EVC Dienstencentrum

Privacyreglement EVC Dienstencentrum PRIVACYREGLEMENT Privacyreglement EVC Dienstencentrum De directie van het EVC Dienstencentrum: Overwegende dat het in verband met een goede bedrijfsvoering wenselijk is een regeling te treffen omtrent

Nadere informatie

ALGEMENE AANKOOPVOORWAARDEN (Tyco Electronics Raychem bvba)

ALGEMENE AANKOOPVOORWAARDEN (Tyco Electronics Raychem bvba) ALGEMENE AANKOOPVOORWAARDEN (Tyco Electronics Raychem bvba) 1. TOEPASSING Onze aankopen vallen uitsluitend onder de toepassing van deze Algemene Aankoopvoorwaarden en van de Bijzondere Voorwaarden van

Nadere informatie

ABLYNX NV. (de Vennootschap of Ablynx )

ABLYNX NV. (de Vennootschap of Ablynx ) ABLYNX NV Naamloze Vennootschap die een openbaar beroep heeft gedaan op het spaarwezen Maatschappelijke zetel: Technologiepark 21, 9052 Zwijnaarde Ondernemingsnummer: 0475.295.446 (RPR Gent) (de Vennootschap

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPRAT - Fitness A04 Brussel, 29 september 2010 MH/SL/AS A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE FITNESS- EN WELLNESSCONTRACTEN

Nadere informatie

U NI Z O E - C O M M E R C E L A B E L

U NI Z O E - C O M M E R C E L A B E L R EGLEMENT U NI Z O E - C O M M E R C E L A B E L Teneinde handelaars te stimuleren een veilige en klantvriendelijke webwinkel te ontwikkelen, heeft UNIZO het e-commerce label ontwikkeld (het UNIZO e-commerce

Nadere informatie

Inleiding / Doel van de vraag om advies. Belangrijkste gegevens van het dossier. Ref: Accom AFWIJKING 2004/1

Inleiding / Doel van de vraag om advies. Belangrijkste gegevens van het dossier. Ref: Accom AFWIJKING 2004/1 ADVIES- EN CONTROLECOMITE OP DE ONAFHANKELIJKHEID VAN DE COMMISSARIS Ref: Accom AFWIJKING 2004/1 Samenvatting van het advies met betrekking tot een vraag om afwijking van de regel die het bedrag beperkt

Nadere informatie

Marktpraktijken. anno 2010

Marktpraktijken. anno 2010 Marktpraktijken anno 2010 Herman DE BAUW Advocaat, Eubelius 1 De wet marktpraktijken en consumentenbescherming 6. Vordering tot staking 1. Definities en algemene principes 2. Informatie van de markt 3.

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN VISA2CHINA

ALGEMENE VOORWAARDEN VAN VISA2CHINA ALGEMENE VOORWAARDEN VAN VISA2CHINA Artikel 1. Werkingssfeer 1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten tussen Visa2china en opdrachtgevers. 2. Visa2china is bevoegd om bij

Nadere informatie

Betreft: Ontwerp van Koninklijk besluit betreffende de Centrale voor Kredieten aan Ondernemingen (CO-A-2010-030)

Betreft: Ontwerp van Koninklijk besluit betreffende de Centrale voor Kredieten aan Ondernemingen (CO-A-2010-030) 1/7 Advies nr 07/2011 van 9 februari 2011 Betreft: Ontwerp van Koninklijk besluit betreffende de Centrale voor Kredieten aan Ondernemingen (CO-A-2010-030) De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 25/2010 van 1 september 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van koninklijk besluit houdende wijziging van verschillende besluiten betreffende registratie van persoonsgegevens ingevolge

Nadere informatie

Deontologische Code inzake notariële bemiddeling

Deontologische Code inzake notariële bemiddeling NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN Deontologische Code inzake notariële bemiddeling (Aangenomen door de A.V. op 7 oktober 2003; gewijzigd door de A.V. op 24 oktober 2006 en gewijzigd door de A.V. van 22 oktober

Nadere informatie

HOOFDSTUK I: Specifieke bepalingen aangaande verkoop op afstand via webshop Eco Toilet.be

HOOFDSTUK I: Specifieke bepalingen aangaande verkoop op afstand via webshop Eco Toilet.be HOOFDSTUK I: Specifieke bepalingen aangaande verkoop op afstand via webshop Eco Toilet.be Artikel 1 De bepalingen van dit hoofdstuk zijn enkel van toepassing op de contractuele relatie tussen NV Eco Toilet

Nadere informatie

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Vlaamse Hydrografische Atlas - Waterlopen, 1 mei 2016

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Vlaamse Hydrografische Atlas - Waterlopen, 1 mei 2016 /// Gebruiksvoorwaarden en bepalingen Vlaamse Hydrografische Atlas Waterlopen, 1 mei 2016 Voor taken van algemeen belang GDIVlaanderen deelnemers Elke deelnemer aan GDIVlaanderen heeft toegang tot de gegevensbron

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis; 1/8 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 98/2014 van 19 november 2014 Betreft: Aanvraag van de Nationale Bank van België (NBB) om toegang te krijgen tot het Rijksregister en het Rijksregisternummer

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 januari 2019 ADVIES 2019-13 met betrekking tot het verkrijgen van toegang tot documenten met

Nadere informatie

Fon algemene voorwaarden & aankoopbeleid

Fon algemene voorwaarden & aankoopbeleid Fon algemene voorwaarden & aankoopbeleid Definities Voorwaarden: Deze materiaal verkoopvoorwaarden (hierna MVV ). Fon Technology, S.L.: Het bedrijf dat de producten, die via deze website aan de klanten

Nadere informatie

CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT

CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT CONSUMENTENOMBUDSDIENST PROCEDUREREGLEMENT Laatst aangepast 08/02/2016 Inhoudsopgave HOOFDSTUK I: Definities HOOFDSTUK II: Behandeling van consumentengeschillen door de ondernemingen Artikel 1: Interne

Nadere informatie

Media Markt Algemene verkoopsvoorwaarden

Media Markt Algemene verkoopsvoorwaarden Media Markt Algemene verkoopsvoorwaarden Onderhavige verkoopsvoorwaarden gelden voor alle verkoopovereenkomsten tussen Media Markt en de klant. Afwijkingen van deze algemene verkoopsvoorwaarden kunnen

Nadere informatie

OVEREENKOMST TER BESCHIKKING STELLEN VAN EEN LOCATIE VOOR EEN FOTO- OF FILMOPNAME

OVEREENKOMST TER BESCHIKKING STELLEN VAN EEN LOCATIE VOOR EEN FOTO- OF FILMOPNAME OVEREENKOMST TER BESCHIKKING STELLEN VAN EEN LOCATIE VOOR EEN FOTO- OF FILMOPNAME TUSSEN: (1) Studio Scott, vertegenwoordigd door Debbie Debrauwer, Efie De Grande en Eveline Vanassche met hoofdkantoor

Nadere informatie

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Referentielijst Begunstigde Vlaams voorkooprecht, 21/01/2019

/// Gebruiksvoorwaarden en -bepalingen Referentielijst Begunstigde Vlaams voorkooprecht, 21/01/2019 /// Gebruiksvoorwaarden en bepalingen Referentielijst Begunstigde Vlaams voorkooprecht, 21/01/2019 Voor taken van algemeen belang GDIVlaanderen deelnemers Elke deelnemer aan GDIVlaanderen heeft toegang

Nadere informatie

oktober 2016 Controleer de vervaldatum van uw overeenkomsten!

oktober 2016 Controleer de vervaldatum van uw overeenkomsten! oktober 2016 Controleer de vervaldatum van uw overeenkomsten! De opdracht van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie bestaat erin de voorwaarden te scheppen voor een competitieve, duurzame en

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

Versie 1.0 oktober 2015 Privacyreglement

Versie 1.0 oktober 2015 Privacyreglement Versie 1.0 oktober 2015 Privacyreglement Dit privacyreglement is opvraagbaar via de website van Bogaers Taleninstituut. De directie van Bogaers Taleninstituut B.V.: Overwegende dat het in verband met een

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent CONCRETE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELING INZAKE ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN JEGENS CONSUMENTEN.

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent CONCRETE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELING INZAKE ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN JEGENS CONSUMENTEN. Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 CONCRETE IMPACT VAN DE NIEUWE REGELING INZAKE ONEERLIJKE HANDELSPRAKTIJKEN JEGENS CONSUMENTEN. Masterproef van de opleiding Master in

Nadere informatie