Tabellen Jeugdmonitor jaar 2011 Gemeente Moerdijk

Transcriptie

1

2 Tabellen Jeugdmonitor jaar 2011 Gemeente Programma Lokaal Gezondheidsbeleid GGD West- Breda, augustus 2012

3 Inhoud Leeswijzer Tabel 1 Aantal jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio Tabel 2 Indicatoren voor de gemeente en de regio West- A. Algemene kenmerken B. School C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl E. Vrijetijdsbesteding en internet F. Omgaan met geld G. Relatie met ouders H. Seksualiteit en veilig vrijen I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente L. Veiligheid Tabel 3 Antwoordpercentages per vraag voor de gemeente en de regio West- A. Algemene vragen B. School C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl E. Vrijetijdsbesteding F. Omgaan met geld G. Relatie met ouders H. Seksualiteit en veilig vrijen I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente L. Veiligheid Tabel 4 Vergelijking jeugdmonitor jarigen 2007 en 2011 in de gemeente en de regio West- A. Algemene kenmerken B. School C. Gezondheid en welzijn D. Leefstijl E. Vrijetijdsbesteding en internet

4 G. Relatie met ouders H. Seksualiteit en veilig vrijen I. Vragen over dingen waar je mee kunt zitten J. Vragen over personen en organisaties die informatie, advies of hulp kunnen geven K. Voorzieningen in de gemeente L. Veiligheid

5 Leeswijzer Algemeen De Gezondheidsmonitor van de GGD West- kent vier gezondheidsenquêtes die elk bij een andere leeftijdsgroep van de bevolking worden uitgezet (0 t/m 11 jaar, 12 t/m 18 jaar, 19 t/m 64 jaar en 65-plus). Met een gezondheidsenquête kunnen problemen of trends gesignaleerd worden. Vaak zal nader onderzoek verricht moeten worden om hiervoor verklaringen te achterhalen. De epidemiologische analyses op basis van de gezondheidsenquêtes bieden actuele beleidsinformatie op het terrein van volksgezondheid en aanverwante beleidsterreinen. In dit tabellenboek zijn de resultaten van de jongerenenquête 2011 voor uw gemeente opgenomen. Tevens is er een vergelijking gemaakt met de jongerenenquête in De cijfers zijn binnenkort ook terug te vinden op Achtergrondinformatie over de verschillende gezondheidsonderwerpen kunt u raadplegen op De cijfers in de tabellen 2, 3 en 4 zijn representatief voor uw eigen gemeente en de regio West-. De cijfers zijn met behulp van zogenaamde weegfactoren gecorrigeerd voor de werkelijke leeftijds- en geslachtsopbouw in uw eigen gemeente. Bij de weegfactoren voor de regio is daarnaast nog rekening gehouden met het aantal inwoners van de afzonderlijke gemeenten. Bovenaan de kolommen van tabel 2, 3 en 4 staat het totaal aantal inwoners van 12 t/m 18 jaar (n= ) waar de percentages betrekking op hebben. Percentages hebben betrekking op de totale onderzoeksgroep, tenzij anders aangegeven. Alle percentages zijn afgerond naar gehele getallen. Uitzondering hierop zijn cijfers kleiner dan 1%: percentages tussen 0 en 1 worden met één cijfer achter de komma weergegeven. Per kernindicator (tabel 2 en tabel 4) is getoetst of de verschillen statistisch significant zijn. Significant wil zeggen een werkelijk verschil, dus met een waarschijnlijkheid van 95% (bij verschillen tussen gemeente en regio) of 99% (bij verschillen op regionaal niveau) dat het verschil niet op toeval berust. Voor een aantal onderwerpen wordt een top 3 gepresenteerd. Dit is de top 3 zoals die geldt in de gemeente. De top 3 in de regio West- kan anders zijn dan de top 3 in de gemeente. Deze wordt echter niet gepresenteerd. Tabel 1: Bevolking 12 t/m 18-jarigen, steekproef en respons Tabel 1 geeft een overzicht van het totaal aantal 12 t/m 18-jarigen dat in de gemeenten van de GGD-regio West- woont, de omvang van de steekproef (aantal jongeren dat een vragenlijst heeft ontvangen) en de respons (het aantal en het percentage 12 t/m 18-jarigen waarvan de GGD een ingevulde vragenlijst heeft ontvangen). Enkele gemeenten hebben een of meer extra steekproeven, omdat zij meer dan inwoners hebben. Per inwoners wordt namelijk een steekproef getrokken. Daarnaast kan elke gemeente tegen betaling een extra steekproef aanvragen. Het aantal inwoners van 12 t/m 18 jaar in de gemeenten (en wijken) is gebaseerd op de bevolkingsaantallen uit de GBA op het moment van het versturen van de vragenlijst ( ).

6 Tabel 2: Kernindicatoren In Tabel 2 worden de belangrijkste resultaten van de jongerenenquête beschreven in de vorm van kernindicatoren. De resultaten zijn weergegeven als percentages voor uw gemeente (totaal) en de regio West- (totaal, jongens versus meisjes en 12 t/m 15 versus 16 t/m 18 jarigen). Vetgedrukte percentages in de tabel geven een statistisch significant verschil aan tussen: a) uw gemeente en regio West-; b) jongens en meisjes in de regio West-; c) 12 t/m 15-jarigen en 16 t/m 18-jarigen in de regio West-. Tabel 3: Antwoordpercentages op alle vragen In Tabel 3 staan de antwoordpercentages van alle vragen uit de jongerenenquête voor uw gemeente en de hele regio West-. Bij sommige vragen konden jongeren meer dan één antwoordcategorie aankruisen. In tabel 3 kan het totaal van de antwoordpercentages daarom boven de 100% uitkomen. De resultaten in deze tabel zijn niet statistisch getoetst. Tabel 4: Vergelijking In Tabel 4 worden de kernindicatoren van de jongerenenquête 2011 waar mogelijk vergeleken met de resultaten uit Vetgedrukte percentages in de tabel geven een statistisch significant verschil aan tussen: a) uw gemeente in 2007 en uw gemeente in 2011; b) de regio West- in 2007 en de regio West- in Van enkele indicatoren wijken de percentages voor 2011 mogelijk af van de percentages genoemd in tabel 2. Om een betrouwbare vergelijking te kunnen doen met 2007 moesten die betreffende indicatoren voor 2011 op een iets andere manier opnieuw worden berekend. In de meeste gevallen kwam dit doordat er voor het hetzelfde onderwerp in 2007 minder items waren dan in Dit wordt in de tabel aangegeven met een voetnoot. Ook kan het zijn dat de percentages voor 2007 iets afwijken van eerder gepresenteerde cijfers in Dit komt doordat de indicator in 2011 soms iets anders is berekend (bijvoorbeeld vanwege een veranderde landelijke richtlijn). Voor een correcte vergelijking met 2011 zijn de nieuwe berekeningen toegepast op de gegevens van 2007.

7 Tabel 1 Aantal jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio Programma Lokaal Gezondheidsbeleid GGD West- Breda, augustus 2012

8 Tabel 1. Aantal 12- t/m 18 jarigen, steekproefgrootte en respons per gemeente en regio Basis steekproef Gemeente / regio 12- t/m 18 jarigen totaal aantal Steekproef Respons aantal aangeschreven personen aantal % Aalburg ,6 Alphen-Chaam ,5 Baarle-Nassau ,3 Bergen op Zoom ,6 Breda ,5 Drimmelen ,2 Etten-Leur ,1 Geertruidenberg ,2 Halderberge , ,7 Oosterhout ,7 Roosendaal ,8 Rucphen ,1 Steenbergen ,4 Werkendam ,7 Woensdrecht ,5 Woudrichem ,6 Zundert , ,5 Extra steekproef Gemeente / regio 12- t/m 18 jarigen totaal aantal Steekproef Respons aantal aangeschreven personen aantal % Bergen op Zoom - Gageldonk-West ,9 Totaal (incl. extra steekproef) ,2 Steekproefgrootte Jeugdmonitor 12- t/m 18 jarigen 2011

9 Tabel 2 Indicatoren voor de gemeente en de regio West- Programma Lokaal Gezondheidsbeleid GGD West- Breda, augustus 2012

10 Tabel 2. Resultaten Jeugdmonitor - en de regio West- Tabel 2. Kernindicatoren A. Algemene kenmerken Totaal Totaal jongens meisjes % aantal % n=2991 n=56074 n=28618 n=27456 n=31614 n=24460 Geslacht Jongen Meisje Leeftijd 12 t/m 15 jaar t/m 18 jaar Lengte/gewicht Overgewicht (incl. obesitas) Ernstig overgewicht (obesitas) Gezinssituatie Vader en moeder Vader/moeder en partner Co-ouders Eenoudergezin Woont bij anderen of zelfstandig 0, ,6 4 Etniciteit Autochtoon Westers allochtoon Niet-westers allochtoon Opleiding ouders Ouders laag opgeleid (geen onderwijs of alleen basisonderwijs) Ouders laag/midden opgeleid (ten hoogste MAVO/MBO-kort) Werksituatie ouders Geen van beide ouders/verzorgers parttime of fulltime werk Eén of beide ouders/verzorgers werkloos, arbeidsongeschikt en/of langdurig ziek 0, Gevoelens afgelopen 3 maanden Beetje tot erg somber B. School Soort onderwijs Niet meer op school/geen onderwijs ,7 3 Basisonderwijs ,2 Brugklas VMBO/HAVO ,5 VMBO/Praktijkonderwijs MBO ,3 33 HAVO/VWO/HBO/Universiteit Ander soort onderwijs ,9 0,9 2 Ziekteverzuim Heeft in afgelopen 4 weken wegens ziekte verzuimd van school Spijbelen Heeft in afgelopen 4 weken gespijbeld van school Schoolbeleving Vindt school niet leuk/vreselijk Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen

11 Tabel 2. Kernindicatoren Totaal Totaal jongens meisjes % aantal % Pesten Is de afgelopen 3 maanden op school gepest Heeft de afgelopen 3 maanden anderen op school gepest Is de afgelopen 3 maanden minstens 2 keer per maand op school gepest Heeft de afgelopen 3 maanden minstens 2 keer per maand anderen op school gepest C. Gezondheid en welzijn Ervaren gezondheid Vindt eigen gezondheid matig/slecht Chronische aandoeningen Heeft één of meer chronische aandoeningen vastgesteld door een arts astma of bronchitis diabetes melitus 0 0 0,5 0,5 0,4 0,6 0,4 - eczeem migraine ADHD Wordt in sterke mate belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden door één of meer chronische aandoeningen Wordt belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden door één of meer chronische aandoeningen Psychosociale gezondheid Psychisch ongezond Heeft verhoogd risico op psychosociale problematiek Heeft een verhoogd risico op: - emotionele problemen gedragsproblemen 0, hyperactiviteit problemen met leeftijdsgenoten pro-sociaalgedrag (een vorm van sociaal gedrag waarin je iets voor mensen doet zonder hier iets voor terug te willen) Mantelzorg Geeft mantelzorg Vindt mantelzorg geven zwaar 0,9 27 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 D. Leefstijl Voeding Niet dagelijks groente Niet dagelijks fruit Minder dan 2 stuks fruit per dag Minder dan 5x per week ontbijten Is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort gezonder te gaan eten Roken Niet-roker Dagelijkse roker Rookt en is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort minder te gaan roken Rookt en is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort te stoppen met roken Is in de afgelopen 7 dagen in huis aan rook blootgesteld Heeft wel eens waterpijp gerookt Rookt (nu) waterpijp Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen

12 Tabel 2. Kernindicatoren Totaal Totaal jongens meisjes % aantal % Alcoholgebruik Heeft wel eens alcohol gedronken Leeftijd eerste glas alcohol: - jonger dan 12 jaar of 13 jaar of 15 jaar jaar of ouder Drinkt 20 glazen alcohol of meer per week ,3 8 Heeft/is in de afgelopen 4 weken: - alcohol gedronken bij minstens één gelegenheid 5 glazen of meer gedronken (binge drinker) dronken of aangeschoten geweest Drinkt wel eens alcohol en ouders vinden: - goed vinden dat ik minder moet drinken raden het af verbieden het ,4 - weten het niet zeggen er niets van Heeft in de afgelopen 4 weken alcohol gedronken en: - heeft in de afgelopen 4 weken bij minstens één gelegenheid 5 glazen alcohol of meer heeft gedronken (% binge drinkers van de drinkers) - is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort minder alcohol te gaan drinken - is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort niet meer dronken te worden Druggebruik Heeft wel eens drugs gebruikt Druggebruik afgelopen 4 weken: Wiet of hasj Hallucinogene paddestoeltjes 0 0 0,1 0, ,3 GHB , ,1 XTC/MDMA 0 0 0,3 0,3 0,2 0,1 0,5 Amfetaminen 0 0 0,1 0,2 0,1 0 0,2 LSD Cocaïne of heroïne 0 0 0,1 0,2 0,1 0,1 0,2 Bewegen Sport nooit Sport of beweegt minder dan 7 dagen per week minimaal 1 uur per dag Denkt genoeg te bewegen Is zeker/waarschijnlijk van plan om binnenkort meer te gaan bewegen Weerbaarheid Heeft lage weerbaarheid (komt niet goed op voor zichzelf) E. Vrijetijdsbesteding en internet Vrijetijdsbesteding Lid van een vereniging of organisatie Lid van een sportvereniging Doet wekelijks vrijwilligerswerk Gokt of speelt wekelijks om geld ,3 0,8 2 Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen

13 Tabel 2. Kernindicatoren Totaal Totaal jongens meisjes % aantal % Internet Is in het afgelopen jaar digitaal gepest Heeft in het afgelopen jaar anderen digitaal gepest Gamet dagelijks online met anderen Winkelt/surft/zoekt dagelijks informatie op internet Bezoekt dagelijks social media sites Is "internet-verslaafd" F. Omgaan met geld Omgaan met geld Komt vaak geld te kort Leent vaak geld van anderen 0, Heeft een schuld die niet binnen een maand kan worden afgelost 0, G. Relatie met ouders Ouders Relatie met ouders minder goed Rapportcijfer moeder 6 of hoger Rapportcijfer vader 6 of hoger H. Seksualiteit en veilig vrijen Seksualiteit en veilig vrijen Heeft wel eens geslachtsgemeenschap gehad Leeftijd bij eerste geslachtsgemeenschap: - jonger dan 12 jaar 0 0 0,1 0,1 0 0,1 0, jaar jaar jaar jaar ,9 0,9 0, niet van toepassing Heeft wel eens onveilig gevreeën Seksuele ervaring tegen de zin in I. Problemen Problemen Heeft geen problemen Heeft alleen regelmatig problemen Heeft één of meer problemen die dag en nacht spelen Top drie problemen (regelmatig/dag en nacht) (): 1. schoolprestaties/cijfers keuzes die ik moet maken mijn uiterlijk J. Hulpvraag bij problemen Hulpvraag bij problemen Zoekt nooit informatie of hulp Zoekt alleen informatie of hulp bij directe omgeving Zoekt (ook) informatie of hulp bij professional Top 3 onbekende hulpverleners (): 1. COC Novadic/Kentron JIP Top 3 bekende hulpverleners (): 1. leerlingbegeleider/mentor huisarts politie Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen

14 Tabel 2. Kernindicatoren Totaal Totaal jongens meisjes % aantal % Heeft in de afgelopen 12 maanden hulp gezocht bij één of meer hulpverleners Top 3 heeft in de afgelopen 12 maanden hulp gezocht bij hulpverleners (): 1. leerlingbegeleider/mentor huisarts vertrouwenspersoon school Momenteel behoefte aan professionele hulp K. Voorzieningen gemeente Buurt Rapportcijfer 6 of hoger voor de buurt Mist één of meer ontmoetingsplaatsen in de buurt (Veel) te weinig leuke dingen voor jongeren georganiseerd in buurt L. veiligheid Gevoelens van onveiligheid Voelt zich wel eens overdag of 's avonds/'s nachts onveilig Voelt zich wel eens overdag onveilig Voelt zich wel eens 's avonds/'s nachts onveilig Voelt zich wel eens onveilig: - op straat in eigen woonbuurt thuis op school tijdens het uitgaan bij sportaccommodaties ,8 0,8 0,9 0,9 0,7 Slachtoffer van ongewenst gedrag Afgelopen 12 maanden slachtoffer geweest van ongewenst gedrag Top 3 slachtoffer van ongewenst gedrag (): 1. fiets, bromfiets of scooter is gestolen andere spullen zijn gestolen spullen zijn vernield Kernindicatoren Jeugdmonitor 12- t/m 18-jarigen

15 Tabel 3 Antwoordpercentages per vraag voor de gemeente en de regio West- Programma Lokaal Gezondheidsbeleid GGD West- Breda, augustus 2012

16 A. Algemene vragen n=2991 n=56074 A1. Ben je een jongen of een meisje? jongen meisje A2. Hoe oud ben je? 12 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar A6. Bij wie woon je de meeste dagen van de week? Ik woon: bij mijn vader en moeder (samen) ongeveer de helft van de tijd bij mijn moeder en de helft van de tijd bij mijn vader (coouders) 3 3 bij mijn moeder en haar vriend(in) 10 6 bij mijn vader en zijn vriend(in) 0,3 1 alleen bij mijn moeder 7 8 alleen bij mijn vader 2 1 bij anderen (bijvoorbeeld pleegouders, andere familie, internaat) 0,3 1 zelfstandig 0,6 1 A7a. In welk land ben je geboren? Nederland Suriname 0 0,1 Nederlandse Antillen 0 0,2 Aruba 0 0,1 Turkije 0 0,2 Marokko 0 0,2 ander land 2 4 A7b. In welk land is je moeder geboren? Nederland Suriname 0,6 0,7 Nederlandse Antillen 0,3 0,5 Aruba 0 0,1 Turkije 1 2 Marokko 0 2 ander land 5 7 A7c. In welk land is je vader geboren? Nederland Suriname 0,3 0,7 Nederlandse Antillen 0 0,5 Aruba 0 0,1 Turkije 2 2 Marokko 0 2 ander land 5 6 A8a. Wat is de hoogst voltooide opleiding van je moeder/ verzorgster? (een opleiding afgerond met diploma of voldoende getuigschrift) niet van toepassing, er is geen moeder in het huis waar ik de meeste dagen van de week woon 0,7 0,7 geen opleiding (lagere school niet afgemaakt) 0,9 2 basisonderwijs (lagere school, speciaal basisonderwijs) 2 2 lager of voorbereidend beroepsonderwijs (LTS, LEAO, LHNO, VMBO) middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (zoals MAVO, (M)ULO, MBO-kort, VMBO theoretische leerweg) middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs (zoals MBO-lang, MTS, MEAO, BOL, BBL, INAS) hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (zoals HAVO, VWO, Atheneum, Gymnasium, HBS, MMS) hoger beroepsonderwijs (zoals HTS, HEAO, HBO-V, kandidaats wetenschappelijk onderwijs) wetenschappelijk onderwijs (Universiteit) 4 6 andere opleiding moeder 1 3 Gemeente 1

17 A8b. Wat is de hoogst voltooide opleiding van je vader/ verzorger? (een opleiding afgerond met diploma of voldoende getuigschrift) niet van toepassing, er is geen vader in het huis waar ik de meeste dagen van de week woon 1 2 geen opleiding (lagere school niet afgemaakt) 1 1 basisonderwijs (lagere school, speciaal basisonderwijs) 0,6 2 lager of voorbereidend beroepsonderwijs (LTS, LEAO, LHNO, VMBO) middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (zoals MAVO, (M)ULO, MBO-kort, VMBO theoretische leerweg) middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs (zoals MBO-lang, MTS, MEAO, BOL, BBL, INAS) hoger algemeen en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (zoals HAVO, VWO, Atheneum, Gymnasium, HBS, MMS) 8 8 hoger beroepsonderwijs (zoals HTS, HEAO, HBO-V, kandidaats wetenschappelijk onderwijs) wetenschappelijk onderwijs (Universiteit) andere opleiding vader 2 3 A9a. Heeft je moeder/verzorgster op dit moment betaald werk? ja, voltijds (fulltime) ja, deeltijds (parttime) nee, is huisvrouw nee, is werkloos 2 2 nee, is arbeidsongeschikt of langdurig ziek 3 2 nee, is gepensioneerd of met de VUT 0 0,2 dat weet ik niet 0,4 1 A9b. Heeft je vader/verzorger op dit moment betaald werk? ja, voltijds (fulltime) ja, deeltijds (parttime) 5 5 nee, is huisman 0,4 0,5 nee, is werkloos 2 2 nee, is arbeidsongeschikt of langdurig ziek 1 3 nee, is gepensioneerd of met de VUT 0 0,8 dat weet ik niet 1 2 A10. Welk gezichtje geeft het beste aan hoe jij je in de afgelopen 3 maanden voelde? zeer vrolijk vrolijk beetje vrolijk neutraal 9 7 beetje somber 2 2 somber 1 0,8 zeer somber 0 0,5 B. School B1. Zit je op school, volg je een opleiding of studie? ja nee 3 2 B2. Welk soort onderwijs volg je? basisonderwijs 2 4 brugklas Praktijkonderwijs 2 1 brugklas VMBO-tl (MAVO)/HAVO 6 5 brugklas HAVO/VWO/gymnasium 7 6 Praktijkonderwijs 0,7 1 VMBO theoretische leerweg (MAVO) VMBO overig (gemengde leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg of basisberoepsgerichte leerweg) 8 9 MBO (ROC, AOC) HAVO VWO (atheneum, gymnasium, lyceum) HBO 5 5 universiteit 1 1 Regionale Expertise Centra (REC) 0,9 0,2 ander soort onderwijs 1 1 onbekend/weet niet 0 0,1 nvt, zit niet op school 3 2 Gemeente 2

18 De vragen B3 t/m B7 gelden alleen voor schoolgaande jongeren. B3. Hoeveel dagen ben je de laatste 4 weken dat er school was thuis gebleven, omdat je ziek was? (Vakantieweken niet meetellen bij die 4 weken) geen dagen dagen 7 7 meer dan 5 dagen 2 2 B4. Hoeveel lesuren heb je de laatste 4 weken dat er school was gespijbeld? (Vakantieweken niet meetellen bij die 4 weken) geen uur uur 0,8 2 3 tot 4 uur 0,7 1 5 tot 10 uur of meer uur 1 0,5 B5. Hoe vind je het op school? hartstikke leuk leuk gaat wel niet leuk 0,7 3 vreselijk 0,6 0,9 B6. Hoe vaak ben je de afgelopen 3 maanden op school gepest? nooit minder dan 2 keer per maand of 3 keer per maand 2 2 ongeveer 1 keer per week 0,7 1 meerdere keren per week 1 2 B7. Hoe vaak heb je de afgelopen 3 maanden meegedaan aan pesten van een andere leerling op school? nooit minder dan 2 keer per maand of 3 keer per maand 0,9 1 ongeveer 1 keer per week 0,7 0,7 meerdere keren per week 0,3 0,4 C. Gezondheid en welzijn C1. Hoe vind je je gezondheid in het algemeen? heel goed goed gaat wel niet zo best 0,7 2 slecht 0 0,4 C2. Wil je bij de volgende ziekten en aandoeningen aankruisen of je die hebt of in de afgelopen 12 maanden hebt gehad? a. astma of bronchitis nee ja, niet door arts vastgesteld 0,3 0,8 ja, wel door arts vastgesteld 11 9 b. chronische vermoeidheid nee ja, niet door arts vastgesteld 3 3 ja, wel door arts vastgesteld 0,3 1 c. diabetes mellitus (suikerziekte) nee ja, niet door arts vastgesteld 0,7 0,1 ja, wel door arts vastgesteld 0 0,5 d. eczeem nee ja, niet door arts vastgesteld 6 3 ja, wel door arts vastgesteld 6 6 e. buikklachten langer dan 3 maanden nee ja, niet door arts vastgesteld 2 2 ja, wel door arts vastgesteld 0,6 3 Gemeente 3

19 f. migraine of regelmatige ernstige hoofdpijn nee ja, niet door arts vastgesteld 7 7 ja, wel door arts vastgesteld 5 3 g. een aangeboren hartaandoening nee ja, niet door arts vastgesteld 0,3 0,2 ja, wel door arts vastgesteld 0,3 0,6 h. ADHD nee ja, niet door arts vastgesteld 2 0,9 ja, wel door arts vastgesteld 4 4 i. anorexia of boulimia nervosa nee ja, niet door arts vastgesteld 0,3 0,3 ja, wel door arts vastgesteld 0,4 0,2 j. kanker nee ja, niet door arts vastgesteld 0,3 0,1 ja, wel door arts vastgesteld 0 0,1 k. andere ziekte/aandoening nee ja, niet door arts vastgesteld 2 2 ja, wel door arts vastgesteld 8 9 C3. In welke mate word of werd je hierdoor belemmerd bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden? sterke mate 3 3 lichte mate niet belemmerd niet van toepassing C4. Hoe vaak gedurende de afgelopen 4 weken: a. was je erg zenuwachtig? altijd 0 0,3 meestal 2 2 vaak 3 6 soms zelden nooit b. zat je zo erg in de put dat niets je kon opvrolijken? altijd 0 0,2 meestal 0 1 vaak 3 3 soms 9 10 zelden nooit c. voelde je je kalm en rustig? altijd 9 7 meestal vaak soms zelden 4 5 nooit 1 2 d. voelde je je somber en neerslachtig? altijd 0 0,2 meestal 2 2 vaak 6 5 soms zelden nooit e. was je een gelukkig mens? altijd meestal vaak soms 9 9 zelden 2 2 nooit 0 0,8 Gemeente 4

20 C5a. Ik probeer aardig te zijn tegen anderen. Ik houd rekening met hun gevoelens niet waar 1 0,7 een beetje waar zeker waar b. Ik ben rusteloos, ik kan niet lang stilzitten niet waar een beetje waar zeker waar c. Ik heb vaak hoofdpijn, buikpijn, of ik ben misselijk niet waar een beetje waar zeker waar 6 7 d. Ik deel makkelijk met anderen (snoep, speelgoed, potloden etc.) niet waar 5 4 een beetje waar zeker waar e. Ik word erg boos en ben vaak driftig niet waar een beetje waar zeker waar 3 3 f. Ik ben nogal op mijzelf. Ik speel meestal alleen of bemoei mij niet met anderen niet waar een beetje waar zeker waar 8 8 g. Ik doe meestal wat me wordt opgedragen niet waar 5 8 een beetje waar zeker waar h. ik pieker veel niet waar een beetje waar zeker waar i. Ik help iemand die zich heeft bezeerd, van streek is of zich ziek voelt niet waar 3 4 een beetje waar zeker waar j. Ik zit constant te wiebelen of te friemelen niet waar een beetje waar zeker waar k. Ik heb minstens één goede vriend of vriendin niet waar 7 4 een beetje waar 5 5 zeker waar l. Ik vecht vaak. Het lukt mij andere mensen te laten doen wat ik wil niet waar een beetje waar 6 8 zeker waar 0 1 m. Ik ben vaak ongelukkig, in de put of in tranen niet waar een beetje waar zeker waar 3 3 n. Andere jongeren van mijn leeftijd vinden mij over het algemeen aardig niet waar 2 1 een beetje waar zeker waar o. Ik ben snel afgeleid, ik vind het moeilijk om me te concentreren niet waar een beetje waar zeker waar p. Ik ben zenuwachtig in nieuwe situaties. Ik verlies makkelijk mijn zelfvertrouwen niet waar een beetje waar zeker waar q. Ik ben aardig tegen jongere kinderen niet waar 0,6 2 een beetje waar zeker waar Gemeente 5

21 r. Ik word er vaak van beschuldigd dat ik lieg en bedrieg niet waar een beetje waar 8 11 zeker waar 2 3 s. Andere kinderen of jongeren pesten of treiteren mij niet waar een beetje waar 5 8 zeker waar 1 2 t. Ik bied vaak anderen aan hun te helpen (ouders, leerkrachten, kinderen) niet waar 8 10 een beetje waar zeker waar u. Ik denk na voor ik iets doe niet waar 7 6 een beetje waar zeker waar v. Ik neem dingen weg die niet van mij zijn thuis, op school of op andere plaatsen niet waar een beetje waar 4 5 zeker waar 0,6 1 w. Ik kan beter met volwassenen opschieten dan met jongeren van mijn leeftijd niet waar een beetje waar zeker waar 7 7 x. Ik ben voor heel veel dingen bang, ik ben snel angstig niet waar een beetje waar zeker waar 3 3 y. Ik maak af waar ik mee bezig ben. Ik kan mijn aandacht er goed bij houden niet waar 9 12 een beetje waar zeker waar C6. Geef jij momenteel mantelzorg? nee ja 9 10 C7. Vind je het zwaar om mantelzorg te geven? nee 5 7 een beetje 3 3 ja 0,9 0,2 D. Leefstijl D1. Hoeveel dagen per week ontbijt je meestal? (bijna) nooit dag per week 0,7 0,9 2 dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week 3 6 elke dag D2. Hoeveel dagen per week eet je fruit? (bijvoorbeeld appels, sinaasappels, mandarijnen, bananen etc.) (bijna) nooit dag per week dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week 6 7 elke dag Gemeente 6

22 D3. Op de dagen dat je fruit eet, hoeveel porties eet je dan meestal per dag? (Voorbeelden van 1 portie fruit zijn: 1 appel, 1 banaan, 1 perzik, 1 kiwi, 2 mandarijnen, 2 pruimen, een handje met druiven, kersen of aardbeien) 1/2 portie per dag (bijvoorbeeld één mandarijn of een halve appel) portie per dag /2 portie per dag porties per dag /2 porties per dag of meer porties per dag 2 2 niet van toepassing D4. Hoeveel dagen per weet eet je groente? (bijna) nooit dag per week dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week dagen per week elke dag D5. Heb je wel eens gerookt? (tenminste één sigaret, sigaar of pijp) nee ja D6. Hoe vaak rook je nu? ik rook niet minder dan één keer per week 4 3 tenminste één keer per week, maar niet iedere dag 2 3 iedere dag 4 6 D7. Is er gerookt in huis in de afgelopen 7 dagen waar jij bij was? nee, er wordt bij mij thuis in huis nooit gerookt nee, er wordt bij mij thuis in huis nooit gerookt als ik erbij ben 3 3 nee, in de afgelopen 7 dagen werd bij mij in huis niet gerookt toen ik erbij was 6 5 ja, in de afgelopen 7 dagen werd bij mij in huis gerookt waar ik bij was D8. Heb je wel eens waterpijp gerookt? nee ja D9. Hoe vaak rook je nu waterpijp? ik rook nu geen waterpijp minder dan één keer per week 5 7 tenminste één keer per week, maar niet iedere dag 0,6 0,6 iedere dag 0 0 D10. Wat voor alcoholhoudende drank drink je? ik heb nooit alcohol gedronken bier wijn, cider of champagne breezers of andere mixdrankjes die je kant-en-klaar koopt mixdrankjes die zelf gemixt worden shooters alcopop 0 0,4 likeur sterke drank puur gedronken 4 7 Sherry, Port, Martini 2 2 Gemeente 7

23 D11. Hoe vaak heb je iets met alcohol gedronken? a. in je hele leven 0 keer 0 0,3 1 keer 0,6 1 2 keer keer keer keer keer keer keer 0,6 2 9 keer 1 0,6 10 keer keer keer of vaker nvt, ik heb nooit gedronken b. in de laatste 4 weken 0 keer keer keer keer keer keer keer 0,3 2 7 keer 0,7 1 8 keer keer 0,6 0,4 10 keer keer 0, keer of vaker 2 1 nvt, ik heb nooit gedronken D12. Op hoeveel van de vier doordeweekse dagen drink je meestal alcohol? (van maandag tot en met donderdag) 4 dagen 0,5 0,2 3 dagen 0 0,2 2 dagen 1 0,7 1 dag 3 3 minder dan 1 dag 4 5 ik drink nooit alcohol op doordeweekse dagen nvt, ik heb nooit gedronken D13. Hoeveel glazen, flesjes of blikjes alcohol drink je dan meestal op zo'n doordeweekse dag? (van maandag tot en met donderdag) 11 glazen of meer per dag 0 0, glazen per dag 0 0,3 6 glazen per dag 1 0,5 5 glazen per dag 0 0,3 4 glazen per dag 1 0,5 3 glazen per dag 0 0,6 2 glazen per dag glas per dag 3 5 nvt, ik heb nooit gedronken of ik drink nooit op doordeweekse dagen D14. Op hoeveel van de drie weekend dagen drink je meestal alcohol? (vrijdag, zaterdag en zondag) 3 dagen dagen dag minder dan 1 dag ik drink nooit alcohol in het weekend 6 7 nvt, ik heb nooit gedronken Gemeente 8

24 D15. Hoeveel glazen, flesjes of blikjes alcohol drink je dan meestal op zo'n weekend dag? (vrijdag, zaterdag en zondag) 20 glazen of meer per dag 0 0, glazen per dag glazen per dag glazen per dag glazen per dag glazen per dag glazen per dag glazen per dag glazen per dag glas per dag 10 8 nvt, ik heb nooit gedronken of ik drink nooit in het weekend D16. Hoe vaak heb je de afgelopen vier weken VIJF OF MEER drankjes met alcohol gedronken bij één gelegenheid? (bijvoorbeeld een feestje of op een avond) nooit keer keer of 4 keer of 6 keer of 8 keer keer of vaker 1 0,9 nvt, ik heb nooit gedronken D17. Hoe vaak ben je dronken of aangeschoten geweest door het drinken van alcohol? a. in je hele leven 0 keer keer keer keer keer keer keer 0,6 1 7 keer 0,3 0,9 8 keer 0,9 0,9 9 keer 0,7 0,4 10 keer keer keer of vaker 7 6 nvt, ik heb nooit gedronken b. in de laatste 4 weken 0 keer keer keer keer 0,7 2 4 keer keer 0,6 0,5 6 keer 0,6 0,3 7 keer 0,4 0,3 8 keer 0 0,1 9 keer 0 0,1 10 keer 0 0, keer 0,6 0,1 20 keer of vaker 0 0,1 nvt, ik heb nooit gedronken D18. Hoe oud was je toen je voor het eerst een glas alcohol dronk? jonger dan 12 jaar jaar jaar jaar of ouder nvt, ik heb nooit gedronken Gemeente 9

25 D19. Als je alcohol drinkt, waar is dit dan meestal? thuis, alleen 3 2 thuis, met anderen bij anderen thuis op een schoolfeest 9 6 in een disco in een café, bar, snackbar of op een terras in een restaurant 8 6 in de sportkantine bij een vereniging 7 5 op straat, in een park of ergens anders buiten (en dan niet op een terras) 2 2 in een keet, hok of schuur 3 3 ergens anders 1 2 D20. Hoe kom je meestal aan de alcohol die je drinkt? ik koop het zelf (bijvoorbeeld in een winkel, bar, keet/hok) anderen kopen het voor mij en ik betaal ze terug 1 2 ik krijg het van vrienden 5 5 ik krijg het van mijn ouders 11 8 ik krijg het van andere familieleden 0,7 1 anders 3 4 nvt, ik heb nooit gedronken D21. Wat vinden je ouders/verzorgers ervan dat je alcohol drinkt? ze vinden het goed ze vinden dat ik minder alcohol zou moeten drinken 1 3 ze raden het af 7 9 ze verbieden het 2 1 ze weten het niet 0,9 2 ze zeggen er niets van 7 7 nvt, ik heb nooit gedronken D22. Heb je wel eens softdrugs aangeboden gekregen (zoals hasj, wiet of GHB)? ja nee D23. Waar heb je wel eens hasj of wiet aangeboden gekregen? op school 7 6 thuis of bij vrienden thuis 4 5 op straat, in een park of bij een hangplek 7 9 in een café of disco, op een feest of bij een concert 3 5 ergens anders 2 3 D24. Heb je wel eens harddrugs aangeboden gekregen (zoals cocaïne, XTC, pep/speed)? ja 2 4 nee D25. Waar heb je wel eens harddrugs (zoals cocaïne, XTC, pep/speed) aangeboden gekregen? op school 1 0,7 thuis of bij vrienden thuis 0 0,5 op straat, in een park of bij een hangplek 2 2 in een café of disco, op een feest of bij een concert 0,9 2 ergens anders 0 0,5 D26. Heb je wel eens drugs gebruikt (zoals hasj, wiet, cocaïne, XTC, pep/speed, paddo's)? ja 10 8 nee Gemeente 10

26 D27. Hoe vaak heb je hasj of wiet gebruikt? a. in je hele leven 0 keer 0 0,2 1 keer keer 0,6 1 3 keer 2 0,8 4 keer 0,6 0,5 5 keer 2 0,5 6 keer 0 0,2 7 keer 0,6 0,2 8 keer 0 0,2 9 keer 0 0,1 10 keer 0,7 0, keer 0 0,4 20 keer of vaker 1 2 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt b. in de laatste vier weken 0 keer keer keer 0 0,4 3 keer 0 0,2 4 keer 0 0,1 5 keer 0 0,1 6 keer keer keer 0 0,1 9 keer 0 0,1 10 keer keer 0 0,1 20 keer of vaker 0,3 0,2 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt D28. Hoe kom je meestal aan hasj of wiet? ik gebruik het nu niet meer 7 5 van vrienden 2 3 via, via van iemand die ik goed ken 0,3 0,3 van een (huis)dealer 0 0,4 ik koop het in een coffeeshop 0,3 1 van schoolgenoten 0,3 0,6 ik kweek het zelf 0 0,1 anders 0 0,2 D29. Waar gebruik je meestal hasj of wiet? thuis 0 0,6 bij vrienden 1 2 café of disco, op een feest of bij een concert 0,9 0,7 in een coffeeshop 0,3 0,3 op of rond school 0,6 0,3 op straat, in een park of een andere plek buiten 1 2 ergens anders 0 0,2 D30. Als je hasj of wiet rookt hoeveel joints rook je dan gemiddeld per keer? minder dan 1 joint joint 0,9 0,6 2 joints 0 0,4 3 of meer joints 0 0,3 nvt, ik heb het nooit gebruikt of ik gebruik het nu niet meer Gemeente 11

27 D31. Hoe vaak heb je GHB gebruikt? a. in je hele leven 0 keer keer 0,3 0,1 2 keer 0 0,1 3 keer keer keer keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt b. in de laatste vier weken 0 keer keer keer keer keer keer keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt D32. Hoe vaak heb je in je hele leven onderstaande middelen gebruikt? a. XTC (ecstasy, MDMA) 0 keer keer 0,3 0,4 2 keer 0 0,2 3 keer 0 0,1 4 keer 0,3 0,1 5 keer keer keer keer of vaker 0 0,2 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt b. cocaïne (crack, coke of wit) 0 keer keer 0 0,3 2 keer 0,3 0,1 3 keer keer keer keer keer 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt 0 0,1 8 keer of vaker c. hallucinogene paddestoeltjes (paddo's of magic mushrooms) 0 keer keer 0 0,3 2 keer 0 0,1 3 keer keer keer keer keer 0,3 0 8 keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt Gemeente 12

28 d. amfetaminen (uppers, pep, speed) 0 keer keer 0,3 0,3 2 keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0,1 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt e. heroïne (horse, smack of bruin) 0 keer keer 0,3 0 2 keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt f. LSD 0 keer keer keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit drugs gebruikt D33. Hoe vaak heb je in de laatste 4 weken onderstaande middelen gebruikt? a. XTC (ecstasy, MDMA) 0 keer 0,6 0,7 1 keer 0 0,2 2 keer 0 0,1 3 keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit XTC gebruikt b. cocaïne (crack, coke of wit) 0 keer 0,3 0,5 1 keer 0 0,1 2 keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit cocaïne gebruikt c. hallucinogene paddestoeltjes (paddo's of magic mushrooms) 0 keer 0,3 0,3 1 keer 0 0,1 2 keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit hallucinogene paddestoeltjes gebruikt Gemeente 13

29 d. amfetaminen (uppers, pep, speed) 0 keer 0,3 0,4 1 keer 0 0,1 2 keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit amfetaminen gebruikt e. heroïne (horse, smack of bruin) 0 keer 0,3 0 1 keer keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit heroïne gebruikt f. LSD 0 keer keer keer keer keer keer keer keer keer of vaker 0 0 nvt, ik heb nooit LSD gebruikt D34. Hoeveel dagen van de week besteed je minimaal één uur aan alle hierna genoemde activiteiten bij elkaar opgeteld: lopen of fietsen van en naar school, gymmen op school, sporten bij een sportvereniging en sporten buiten een sportvereniging om (bijvoorbeeld voetballen op straat)? geen enkele dag dag dagen dagen dagen dagen dagen dagen D35. Denk je dat je genoeg aan lichamelijke activiteit doet? ja nee weet ik niet 8 11 D36. Geef aan in hoeverre je het eens bent met onderstaande uitspraken. a. Ik weet wat ik wel en niet wil helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens 8 8 mee oneens 2 2 helemaal mee oneens 0,6 0,6 b. Ik zeg het als iemand iets doet wat ik vervelend vind helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens mee oneens 2 3 helemaal mee oneens 0,6 0,6 c. Ik laat mij makkelijk overhalen om dingen te doen die ik niet wil helemaal mee eens 2 2 mee eens 5 4 mee eens/niet mee eens mee oneens helemaal mee oneens Gemeente 14

30 d. Ik kan heel goed nee zeggen tegen mijn vrienden helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens mee oneens 7 8 helemaal mee oneens 2 3 e. Ik vind het moeilijk om hulp te vragen als iemand mij lastig valt helemaal mee eens 2 3 mee eens mee eens/niet mee eens mee oneens helemaal mee oneens f. Ik doe alleen maar dingen die ik zelf echt wil helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens mee oneens 8 8 helemaal mee oneens 1 2 g. Ik laat me niet overhalen om dingen te doen die ik niet wil in ruil voor een cadeautje helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens 7 9 mee oneens 11 7 helemaal mee oneens 8 9 h. Ik kom voor mezelf op als iemand mij uitscheldt, beledigt of bedreigt helemaal mee eens mee eens mee eens/niet mee eens mee oneens 5 4 helemaal mee oneens 2 1 i. Als mijn vrienden iets doen wat ik eigenlijk niet wil dan doe ik toch maar mee helemaal mee eens 0,6 1 mee eens 2 4 mee eens/niet mee eens mee oneens helemaal mee oneens D37. In hoeverre ben je het eens met onderstaande uitspraken. Ik ben van plan om binnenkort: a. minder te gaan roken ja, zeker wel 2 2 ja, waarschijnlijk wel 0,3 2 misschien wel/misschien niet 3 3 nee, waarschijnlijk niet 0,9 2 nee, zeker niet 1 0,9 niet van toepassing b. te stoppen met roken ja, zeker wel 2 2 ja, waarschijnlijk wel 0,7 1 misschien wel/misschien niet 1 2 nee, waarschijnlijk niet 2 3 nee, zeker niet 2 2 niet van toepassing c. minder alcohol te gaan drinken ja, zeker wel 0,5 0,7 ja, waarschijnlijk wel 0,3 2 misschien wel/misschien niet 5 6 nee, waarschijnlijk niet nee, zeker niet niet van toepassing d. niet meer dronken te worden ja, zeker wel 0,9 2 ja, waarschijnlijk wel 3 3 misschien wel/misschien niet 6 6 nee, waarschijnlijk niet 8 8 nee, zeker niet 5 6 niet van toepassing Gemeente 15

31 e. gezonder te gaan eten ja, zeker wel 8 12 ja, waarschijnlijk wel misschien wel/misschien niet nee, waarschijnlijk niet nee, zeker niet 8 6 niet van toepassing f. meer te gaan bewegen/sporten ja, zeker wel ja, waarschijnlijk wel misschien wel/misschien niet nee, waarschijnlijk niet nee, zeker niet niet van toepassing E. Vrijetijdsbesteding E1. Hoeveel dagen per week doe je gewoonlijk deze dingen? a. computerspelletjes (ook Wii, Playstation, Nintendo, Gameboy etc.) dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 6 8 elke dag b. online gamen met anderen dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 6 5 elke dag c. en of chatten (bijvoorbeeld met MSM, Google talk) dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag d. op internet winkelen/informatie zoeken/surfen dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag e. (mobiel-)bellen of sms-en met vriend(inn)en dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 9 11 elke dag f. televisie/dvd/online film kijken dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag g. social media sites bezoeken (bijvoorbeeld Facebook, Hyves, Twitter) dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 8 12 elke dag h. boek/krant lezen dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag i. huiswerk maken dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag Gemeente 16

32 j. sporten dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag k. met een hobby bezig zijn (bijvoorbeeld tekenen, knutselen, schilderen, muziek maken/luisteren) dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week elke dag l. naar/ met vriend(inn)en thuis dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 5 7 elke dag 3 4 m. op straat rondhangen dit doe ik nooit dagen per week dagen per week dagen per week 2 2 elke dag 1 2 n. vrijwilligerswerk dit doe ik nooit dagen per week dagen per week 0,3 0,7 5-6 dagen per week 0 0,1 elke dag 0 0,2 o. (online) gokken of spelen om geld (ook kaarten om geld) dit doe ik nooit dagen per week dagen per week 0 0,2 5-6 dagen per week 0 0 elke dag 0 0,1 E2. Van welke verenigingen of organisaties ben je lid? sportvereniging zang-, muziek-, of toneelvereniging organisatie op het gebied van natuur of milieu (zoals: WNF Rangerclub, NJN) 4 4 jeugdvereniging (bijvoorbeeld scouting, knutselclub) 3 4 vereniging of organisatie van kerk of moskee 3 5 ander soort vereniging of organisatie 10 9 geen lid van vereniging E3. Hoe vaak heb je het afgelopen jaar de volgende ervaringen gehad OP INTERNET? a. iemand beledigde je nooit keer per maand keer per maand keer per week 2 1 vaker 3 2 b. iemand was grof tegen je nooit keer per maand keer per maand keer per week 1 1 vaker 3 2 c. iemand viel je lastig nooit keer per maand keer per maand keer per week 1 1 vaker 1 1 Gemeente 17

33 d. iemand maakte je belachelijk nooit keer per maand keer per maand keer per week 1 0,9 vaker 1 1 e. iemand negeerde je volkomen nooit keer per maand keer per maand keer per week 0,3 1 vaker 2 1 f. iemand probeerde je te kwetsen nooit keer per maand keer per maand keer per week 1 0,8 vaker 1 1 g. iemand pestte je nooit keer per maand keer per maand 1 0,7 1 keer per week 0,3 0,2 vaker 1 0,7 E4. Hoe vaak heb je het afgelopen jaar OP INTERNET het volgende zelf bij iemand gedaan? a. iemand beledigen nooit keer per maand keer per maand keer per week 0,8 0,8 vaker 1 1 b. grof tegen iemand zijn nooit keer per maand keer per maand keer per week 1 0,9 vaker 1 1 c. iemand lastig vallen nooit keer per maand keer per maand 0 0,5 1 keer per week 0,3 0,3 vaker 0,8 0,4 d. iemand belachelijk maken nooit keer per maand keer per maand keer per week 0,3 0,5 vaker 1 0,7 e. iemand volkomen negeren nooit keer per maand keer per maand keer per week 3 1 vaker 1 2 f. iemand proberen te kwetsen nooit keer per maand keer per maand 0,6 0,4 1 keer per week 0,3 0,3 vaker 1 0,4 g. iemand pesten nooit keer per maand 0, keer per maand 0 0,1 1 keer per week 0,6 0,2 vaker 0,8 0,3 Gemeente 18

34 E5. Gebruik van het internet voor jezelf (dus niet voor school) in de afgelopen 14 dagen a. Hoe vaak ga je langer door met internetten, terwijl je je voorgenomen had om te stoppen? nooit zelden soms vaak heel vaak 8 6 b. Hoe vaak vind je het moeilijk om met internetten te stoppen? nooit zelden soms vaak heel vaak 5 5 c. Hoe vaak zeggen anderen (bijvoorbeeld ouders of vrienden) dat je minder zou moeten internetten? nooit zelden soms vaak 6 8 heel vaak 4 4 d. Hoe vaak ga je liever internetten dan dat je tijd met anderen doorbrengt (bijvoorbeeld ouders of vrienden)? nooit zelden soms vaak 5 4 heel vaak 0,9 1 e. Hoe vaak kom je slaap te kort door het internetten? nooit zelden soms 5 8 vaak 2 3 heel vaak 0,3 1 f. Hoe vaak ben je in gedachten met internet bezig, ook als je niet online bent? nooit zelden soms 8 10 vaak 4 3 heel vaak 0 1 g. Hoe vaak verheug je je op de volgende keer dat je kunt internetten? nooit zelden soms vaak 4 4 heel vaak 0,7 2 h. Hoe vaak denk je dat je eigenlijk minder zou moeten internetten? nooit zelden soms vaak 4 4 heel vaak 0,3 1 i. Hoe vaak heb je geprobeerd om minder tijd aan internetten te besteden en is dat niet gelukt? nooit zelden soms 8 9 vaak 3 3 heel vaak 0 0,7 j. Hoe vaak raffel je je huiswerk af om te kunnen internetten? nooit zelden soms vaak 2 3 heel vaak 0,7 0,8 k. Hoe vaak maak je je huiswerk niet omdat je wilt internetten? nooit zelden soms 6 7 vaak 3 2 heel vaak 0,3 0,8 Gemeente 19

35 l. Hoe vaak ga je internetten omdat je je rot voelt? nooit zelden soms vaak 3 3 heel vaak 0,6 1 m. Hoe vaak ga je internetten om een probleem te vergeten? nooit zelden soms 12 9 vaak 2 3 heel vaak 0,3 1 n. Hoe vaak voel je je rot wanneer je niet kunt internetten? nooit zelden soms 9 8 vaak 3 3 heel vaak 1 1 F. Omgaan met geld F1. Kom je wel eens geld te kort? Dus dat je iets niet kunt kopen wat je wilt of moet hebben. ja, vaak 7 9 ja, soms nee, nooit F2. Leen je wel eens geld van anderen? Denk hierbij aan geld lenen van je ouders, vrienden, een bank enz. ja, vaak 0,9 2 ja, soms nee, nooit F3. Heb je momenteel een schuld die je niet binnen een maand kunt aflossen (terugbetalen)? ja 0,3 2 nee G. Over je ouders en jou / over hoe jullie met elkaar omgaan G1. Denk aan de afgelopen week a. Heb je het gevoel gehad dat je ouders je begrijpen? helemaal niet 2 2 bijna niet 3 5 gemiddeld nogal helemaal b. Heb je het gevoel gehad dat je ouders van je houden? helemaal niet 0,9 0,6 bijna niet 0,6 0,9 gemiddeld 7 7 nogal helemaal c. Heb je je thuis gelukkig gevoeld? nooit 0,3 0,4 zelden (bijna nooit) 0,3 1 zo nu en dan (soms) 8 7 redelijk vaak altijd d. Hebben je ouders voldoende tijd voor je gehad? nooit 0 0,5 zelden (bijna nooit) 1 2 zo nu en dan (soms) 9 8 redelijk vaak altijd e. Hebben je ouders je eerlijk behandeld? nooit 0 0,3 zelden (bijna nooit) 2 1 zo nu en dan (soms) 4 7 redelijk vaak altijd Gemeente 20