dossiernummer datum O J 19/10/2009

Transcriptie

1 dossiernummer datum O J 19/10/2009 Betreft: EPB-verslaggeving bouwen van garages en appartementsgebouw "Residentie Carolus"-Bossuyt NV- Burgemeester Vandenbogaerdelaan Izegem Telefoonnummer bouwheer: 050/ ;, architect Rabaey Jo: 058/ ;, aannemer : ; 1. Berekende E en K-peil. 1.1 Appartement 101 E-Peil K-Peil Oververhitting E76 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45)

2 1.3 Appartement 103 E-Peil K-Peil Oververhitting E76 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.4 Appartement 201 E-Peil K-Peil Oververhitting E73 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.5 Appartement 202 E-Peil K-Peil Oververhitting E78 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.6 Appartement 203 E-Peil K-Peil Oververhitting E73 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45)

3 1.7 Appartement 301 E-Peil K-Peil Oververhitting E78 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.8 Appartement 302 E-Peil K-Peil Oververhitting E82 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.9 Appartement 303 E-Peil K-Peil Oververhitting E78 K36 Nee Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en geen oververhitting, K 45) 1.10 Kantoorruimte E-Peil K-Peil E98 K36 Het subdossier voldoet aan de EPR. (E 100 en K 45)

4 Het E en K-peil werden berekend aan de hand van de hierna beschreven technische gegevens (materialen, diktes, installaties, ). Wijzigingen mogen tijdens de uitvoering aangebracht worden mits het verbeteringen zijn voor het K-peil, E-peil en het binnenklimaat. De wijzigingen dienen ons steeds vooraf gemeld te worden.

5 2. Bouwkundige gegevens -Vloer in contact met de grond Lagen van buiten naar binnen Beton gewapend beton Volgens studie Isolatie gespoten PUR (λ max 0,041 W/mk) 5 cm Afwerking Vloerafwerking 6 cm -Vloer in contact met de buitenomgeving Lagen van buiten naar binnen Afwerking Hout 2 cm Isolatie PUR (λ max 0,023 W/mk) 5 cm (bv.: Recticel Eurowall) Beton gewapend beton Volgens studie Isolatie Zelfde isolatie als de tussenvloeren - Afwerking Vloerafwerking 6 cm -Tussenvloeren tussen appartementen en tussen appartementen/gemene delen Lagen Pleisterwerk pleisterwerk 1,5 cm Beton gewapend beton Volgens studie Isolatie gespoten PUR (λ max 0,041 W/mk) 5 cm Afwerking Vloerafwerking 6 cm -Buitenmuren Lagen van buiten naar binnen Gevelsteen Gevelsteen 188x50 9 cm Spouw Vide 2 à 5 cm Isolatie PUR (λ max 0,023 W/mk) 5 cm (bv.: Recticel Eurowall) Snelbouwstenen Snelbouwstenen (λ max 0.35 W/mk) 14 cm Pleisterwerk pleisterwerk 1,5 cm

6 -Buitenmuren met afwerking in leien (links/rechts boven aanpalende gebouwen) Lagen van buiten naar binnen Afwerking Leien - Spouw Vide 2 à 5 cm Isolatie PUR (λ max 0,023 W/mk) 5 cm (bv.: Recticel Eurowall) Snelbouwstenen Snelbouwstenen (λ max 0.35 W/mk) 14 cm Pleisterwerk pleisterwerk 1,5 cm -Buitenmuren met afwerking in ALU of glas: boven ramen gelijkvloers van voorgevel Lagen van buiten naar binnen Afwerking ALU of glas - Spouw Vide 2 à 5 cm Isolatie PUR (λ max 0,023 W/mk) 5 cm (bv.: Recticel Eurowall) Snelbouwstenen Snelbouwstenen (λ max 0.35 W/mk) 14 cm Pleisterwerk pleisterwerk 1,5 cm -Dakuitbouw met afwerking: verticale delen van dakkapellen Lagen van buiten naar binnen Afwerking Bv.: hout - Isolatie Minerale wol (λ max 0,041 W/mk) tussen 15 cm houten stijlen Afwerking Gipskartonplaten of bepleistering 1 cm -Muren tussen appartementen en gemene delen Lagen Pleisterwerk pleisterwerk 1,5 cm Snelbouwstenen Snelbouwstenen (λ max 0.35 W/mk) 19 cm Isolatie + Afwerking Kurk (λ max 0,050 W/mk) 4 cm bepleistering 1 cm

7 -Gemene muren tegen bebouwing aangrenzend perceel Lagen van buiten naar binnen Isolatie Minerale wol (λ max 0,041 W/mk) OF XPS (λ max 0,035 W/mk) OF EPS (λ max 0,040 W/mk) OF PUR (λ max 0,028 W/mk) OF Kurk (λ max 0,050 W/mk) Min 2 cm Min 2 cm Min 2 cm Min 2 cm Min 3 cm Snelbouwstenen Snelbouwstenen (λ max 0.35 W/mk) 14 cm Pleisterwerk Pleisterwerk 1,5 cm -Hellend dak Lagen van buiten naar binnen Pannen Pannen 2 cm Onderdak Menuiserite 3 mm Isolatie Minerale wol (λ max 0,041 W/mk) 12 cm Pleisterwerk Pleisterwerk 1 cm -Plat dak: dakkapellen Lagen van buiten naar binnen Dakdichting Dakdichting OSB-Platen OSB-platen 18 mm Isolatie Minerale wol (λ max 0,041 W/mk) tussen 12 cm houten roostering Afwerking Gipskartonplaten of bepleistering 1 cm

8 -Plat dak op gewelven en dakterrassen boven verwarmde ruimte Lagen van buiten naar binnen Dakdichting Dakdichting Isolatie PUR (λ max 0,028 W/mk) 10 cm Beton Hellingsbeton variabel Beton Gewapend beton Volgens studie Pleisterwerk pleisterwerk 1 cm -Ramen Glas K 1,1 Materiaal ramen PVC U-waarde profiel Max 2,00 W/m²K of min driekamerprofiel Zonnetoetredingsf 0,63 Enkel zonnewerende beglazing voor: raam living + 2 dakvlakvensters slpk APP 302: ZTA 0,40 vereist Zonnewering geen Afstandshouders Aluminium of stalen afstandshouders -Buitendeuren Materiaal deuren ALU of PVC U-waarde Max 2,90 W/m²K -Koepel Materiaal koepel Kunstof U-waarde Max 1,97 W/m²K

9 3. Installaties: van toepassing op elk appartement -Type Verwarming Centrale verwarming Koeling Geen koeling -Afgiftekring Afgiftesysteem Andere dan oppervlakteverwarming (vb. radiatoren) T -gestuurde regeling per ruimte (vb. met thermostatische kranen) Met variabele instelwaarde vertrektemperatuur (bv.: met buitenvoeler) Geen warmteafgifte-elementen voor beglazing Alle leidingen binnen isolatielaag beschermd volume -Opwekkingssysteem Ketel -Tappunten Condenserende ketel Op aardgas Min 109% rendement bij 30% deellast Ketelinlaattemperatuur bij 30% deellast: 30 C Toestel staat binnen beschermd volume De ketel kan volledig afkoelen De ontwerpretour-t is max 55 C Aanrecht Keuken Bad of douche Bad of douche Extra bad of douche: enkel voor APP 103; 203; 303 Opwekking via verbrandingstoestel op aardgas Warmteopslag Geen warmteopslag (= doorstroomketel)

10 -Hulpenergie elektrisch en waakvlam Elektrisch Circulatiepomp met pompregeling Elektrisch Elektronica ketel Elektrisch Ventilator ketel Waakvlam Geen -Ventilatie Type C Natuurlijke toevoer, mechanische afvoer Ventilator Gelijkstroomventilator

11 4. Installaties: enkel van toepassing op het kantoorgedeelte -Type Verwarming Centrale verwarming Koeling Geen koeling -Afgiftekring Afgiftesysteem Warmtetransportmedium: water Andere dan oppervlakteverwarming (vb. radiatoren) T -gestuurde regeling per ruimte (vb. met thermostatische kranen) -Opwekkingssysteem Ketel Condenserende ketel Op aardgas Min 109% rendement bij 30% deellast Ketelinlaattemperatuur bij 30% deellast: 30 C Toestel staat binnen beschermd volume De ketel kan volledig afkoelen De ontwerpretour-t is max 55 C -Verlichting Aard Berekening a.d.h.v. het maximum geïnstalleerd vermogen Vermogen Som van vermogen van alle vaste verlichting = maximum 2200W Opmerking Indien het totaal vermogen onder het maximum Watts ligt en alle andere eisen werden gerespecteerd, dan zal het E-peil 100 zijn en daarmee voldoen aan de EPB. Indien er een hoger totaal verbruik is, gelieve dan contact op te nemen met ons kantoor voor een gedetailleerde berekening aan de hand van de optische kenmerken, plaats en verbruik van de verlichting.

12 -Bevochtigingstoestellen Aard Geen -Hulpenergie pompen en waakvlammen Aard -Hulpenergie ventilatoren Meer dan 75% van het opgestelde elektrische vermogen aan pompmotoren in warmwartercircuits is voorzien van een automatisch werkende toerenregeling of automatisch werkende aan/uit regeling Aard Forfaitaire berekening -Ventilatie Type D Mechanische toevoer, mechanische afvoer Ventilator Warmteterugwinapparaat met volledige zomer-bypass (min 90% rendement) 5. Beschermd volume Volgende ruimten werden niet in het beschermd volume opgenomen gezien het niet-verwarmde ruimtes zijn: - geen (=alle ruimten werden opgenomen in het beschermde volume) Ruimten buiten het beschermde volume hebben geen eisen naar isolatie, ventilatie en technieken volgens de EPBregelgeving. Er mogen dan ook geen verwarmingselementen in deze ruimten geplaatst worden.

13 6. Ventilatie: van toepassing op elk appartement Legende bij plan: 50 Toevoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een toevoer van 50 m³/h verse buitenlucht. Deze toevoer kan natuurlijk gebeuren via regelbare toevoeropening(en) (continu regelbaar of regelbaar in minimum vijf standen) in een buitenwand of in of rond een venster of buitendeur. (= Systeem A of C). De toevoer kan ook mechanisch gebeuren (Systeem B of D) via toevoeropeningen die via kanalen met een ventilator of ventilatorengroep verbonden zijn. De natuurlijke toevoeropeningen dienen altijd minimum 1,8m boven het vloerpas van de betreffende ruimte geplaatst te worden. Het opgegeven debiet is het minimumdebiet. Een hoger debiet mag voorzien worden, maar moet beperkt worden tot 2x het opgegeven debiet (= Systeem A of C). Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. (vb. over 2 ramen) 25 Doorstroomopening(en) in de ruimte voorzien voor een doorstroming van 25 m³/h. Deze doorstroomopening is een niet-afsluitbare permanente opening of spleet waardoor de lucht vrij van de ene naar de andere binnenkamer kan stromen. Een doorstroomopening kan een rooster in de muur of deur zijn, maar kan tevens een spleet onder de deur zijn. 25m³/h komt overeen met 70cm² opening of een spleet onder de deur van 9mm. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. 50 Afvoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een afvoer van 50 m³/h naar de buitenomgeving. Deze afvoer kan natuurlijk gebeuren via afvoeropening(en) (continu regelbaar of regelbaar in minimum vijf standen) die verbonden zijn met hoofdzakelijk verticale kanalen (max 1 m horizontaal, max 30 afwijken van de verticale) die uitmonden boven het dak (0,5 m boven nok). (= Systeem A of B). Natuurlijke afvoeropeningen kunnen enkel in horizontale schilddelen geplaatst worden. De afvoer kan ook permanent mechanisch gebeuren (Systeem C of D) via afvoeropeningen die via kanalen met een ventilator of ventilatorengroep verbonden zijn. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. Opmerkingen: 1. De op het plan aangeduide plaatsen van toevoer en afvoer zijn schematisch aangeduid en mogen op andere plaatsen in de ruimte voorzien worden. 1. Het ventilatieplan duidt de strikte minimumeisen aan m.b.t. de EPB. Naast de voorgestelde ventilatie wordt sterk aangeraden de bergingen en garage eveneens te ventileren. 2. De dampkap in de keuken is niet geldig als afvoer. 3. Veluxen voldoen niet aan de EPR m.b.t. ventilatie (onvoldoende debiet en niet regelbaar). 4. De eventueel voorgestelde ventilatieroosters houden geen rekening met het al dan niet aanwezig zijn van rolluiken of schuivende raamgehelen. Dit dient dan door de raamleverancier op elkaar afgestemd te worden. 5. Voor een gedetailleerde uitleg wordt verwezen naar de Belgische norm NBN D en de bijlage V van de EPR die hierop van toepassing is. 6. Enkel de bouwheer is verantwoordelijk voor het niet naleven van de voorschriften. 7. Deze gegevens steeds aan de aannemers en/of leveranciers doorgeven.

14 Principetekening ventilatiesysteem C Het mechanisch ventilatiesysteem kan geplaatst worden door de aannemer sanitair, cv of elektriciteit. De afvoerkanalen worden best reeds in de ruwbouwfase voorzien. Denk er aan om de regelbare toevoerroosters te bestellen in de ramen en geef het ventilatieplannetje met de vereiste debieten mee aan de raamfabrikant. Geef eveneens het ventilatieplannetje mee aan de aannemer binnenschrijnwerk zodat hij spleten onder de deuren of roosters in de deuren kan voorzien voor de doorvoeropeningen.

15 7. Ventilatie: enkel van toepassing op het kantoorgedeelte Legende bij plan: 50 Toevoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een toevoer van 50 m³/h verse buitenlucht. Deze toevoer kan natuurlijk gebeuren via toevoeropening(en) (continu regelbaar of regelbaar in minimum vijf standen) in een buitenwand of in of rond een venster of buitendeur, min 1,8 m boven vloerpas van de betreffende ruimte (= Systeem A of C). De toevoer kan ook mechanisch gebeuren (Systeem B of D) via toevoeropeningen die via kanalen met een ventilator of ventilatorengroep verbonden zijn. Het opgegeven debiet is het minimumdebiet. Een hoger debiet mag voorzien worden. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. (vb. over 2 ramen) Toe 25 Toevoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een toevoer van 25 m³/h. Deze toevoerlucht mag buitenlucht of lucht uit een andere ruimte met een minimum kwaliteitsklasse, zoals bepaald in de tabel in bijlage, zijn. Indien lucht uit een andere ruimte, dan dient de doorvoeropening een niet-afsluitbare permanente opening of spleet te zijn waardoor de lucht vrij kan worden toegevoerd, dit enkel mogelijk binnen het beschermd volume. Die doorvoeropening kan een rooster in de muur of deur zijn, maar kan tevens een spleet onder de deur zijn. 25m³/h (drukverschil van 2Pa) komt overeen met 70cm² opening of een spleet onder de deur van 9mm. De toevoer kan eveneens mechanisch gebeuren. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. Indien dit debiet van buiten af toegevoerd wordt, zie eisen blauwe pijl hierboven. Af 25 Afvoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een afvoer van 25 m³/h. Deze afvoerlucht mag naar buiten of naar een andere ruimte gaan (rekening houdende met de geëiste luchtkwaliteit in die andere ruimte). Indien lucht naar een andere ruimte, dan dient deze doorvoeropening een niet-afsluitbare permanente opening of spleet te zijn waardoor de lucht vrij kan worden afgevoerd, dit enkel mogelijk binnen het beschermd volume. Die doorvoeropening kan een rooster in de muur of deur zijn, maar kan tevens een spleet onder de deur zijn. 25m³/h (drukverschil van 2Pa) komt overeen met 70cm² opening of een spleet onder de deur van 9mm. De afvoer kan eveneens mechanisch gebeuren. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. Indien dit debiet naar buiten toe afgevoerd wordt, zie eisen rode stip hieronder. 50 Afvoeropening(en) in de ruimte voorzien voor een afvoer van 50 m³/h naar de buitenomgeving. Deze afvoer kan natuurlijk gebeuren via afvoeropening(en) (continu regelbaar of regelbaar in minimum vijf standen) die verbonden zijn met hoofdzakelijk verticale kanalen (max 1 m horizontaal, max 30 afwijken van de verticale) die uitmonden boven het dak (0,5 m boven nok). (= Systeem A of B). Natuurlijke afvoeropeningen kunnen enkel in horizontale en hellende schilddelen geplaatst worden. De afvoer kan ook permanent mechanisch gebeuren (Systeem C of D) via afvoeropeningen die via kanalen met een ventilator of ventilatorengroep verbonden zijn. Het debiet mag verdeeld worden over meerdere openingen. Opmerkingen: 1. De op het plan aangeduide plaatsen van toevoer en afvoer zijn schematisch aangeduid en mogen op andere plaatsen in de ruimte voorzien worden. 2. Enkel de bouwheer is verantwoordelijk voor het niet naleven van de voorschriften. 3. Deze gegevens steeds aan de aannemers en/of leveranciers doorgeven. 4. De ventilatiedebieten op het plan zijn de minimum eisen volgens de EPBregelgeving. Debieten kunnen verhoogd worden om in balans te komen. (Ook rekening houden met toe- en afvoeropeningen via doorstroomopeningen!) 5. De eventueel voorgestelde ventilatieroosters houden geen rekening met het al dan niet aanwezig zijn van rolluiken of schuivende raamgehelen. Dit dient dan door de raamleverancier op elkaar afgestemd te worden. 6. Doorvoeropeningen naar of uit een ruimte met een mechanische ventilatie (toevoer of afvoer), mogen gerekend worden met een drukverschil van 10Pa i.p.v. 2Pa. Concreet: - 0,36 m³/h per cm² opening voor een drukverschil van 2 Pa - 0,80 m³/h per cm² opening voor een drukverschil van 10 Pa 7. Natuurlijke toe- of afvoeropeningen, in een ruimte die mechanisch toe- of afgevoerd wordt, mogen gerekend worden met een drukverschil van 10Pa i.p.v. 2Pa.

16 KWALITEIT VAN DE TOEVOER- EN AFVOERLUCHT klasse beschrijving hergebruik van de afvoerlucht omschrijving ETA1 Lage vervuilingsgraad mag herbruikt en doorgesluisd worden Lucht afkomstig uit ruimten waarin de vervuiling voornamelijk teweeggebracht wordt door de menselijke stofwisseling en het gebouw, met uitzondering van ruimten waar mag gerookt worden ETA2 Matige vervuilingsgraad niet herbruiken, wel naar toiletten,garages, ea Lucht afkomstig uit bezette ruimten, die meer onzuiverheden bevatten dan lucht uit de ruimten uit categorie ETA1en/of ruimten met andere activiteiten. Ruimten die normaalgesproken tot categorie ETA1 zouden behoren, maar waar mag gerookt worden. ETA3 Hoge vervuilingsgraad niet herbruiken, niet doorsluizen Lucht afkomstig uit ruimten waar de luchtkwaliteit sterk beperkt wordt omwille van de productie van vocht, chemische stoffen, ETA4 Zeer hoge vervuilingsgraad niet herbruiken, niet doorsluizen Lucht die geuren en onzuiverheden bevat die schadelijk zijn voor de gezondheid, in concentraties die hoger zijn dan deze toegelaten voor de binnenlucht van bezette ruimten. -Toevoerlucht voor ruimten met bestemming geen menselijke bezetting : ETA1 en ETA2 is toegelaten. -Afvoerlucht van toiletten is ETA3 en mag dus niet doorgevoerd worden naar een andere ruimte. Regeling van de luchtkwaliteit klasse IDA-C1 IDA-C2 IDA-C3 IDA-C4 IDA-C5 IDA-C6 Beschrijving (rood = niet toegelaten): Geen regeling - continu werking Manuele schakelaar Klokregeling Aanwezigheidsdetectie Regeling ifv aantal aanwezigen Directe regeling (pollutiesensors)

17

18

19

20

21

22

23