BO3 Bijeenkomst 27 maart 2014

Transcriptie

1 BO3 Bijeenkomst 27 maart 2014 Welkom Maayke Fluitman heet de aanwezigen welkom en staat stil bij de grote diversiteit aan organisaties waar de BO3 apothekers die deelnemen aan de bijeenkomst werken. Welkom door PAO Farmacie Sharon Schouten Sharon Schouten geeft een overzicht van de ontwikkeling die POA Farmacie het afgelopen decennium heeft doorgemaakt. Tevens geeft zij inzicht in een aantal kengetallen, zoals het aantal cursisten. Dit is gegroeid naar 5000 cursisten per jaar. PAO wil innovatief zijn bijvoorbeeld via e-learing en blended learning. De een 1 jarige opleiding Pharmacy practitioner is voor PAO de best practice voor blended learning. PAO heeft een digitale nieuwsbrief waarin, Frits Molenaar oud docent Universiteit Groningen, nieuws uit allerlei bronnen verzameld. Door de toets bij de nieuwsbrief te maken kunnen accreditatie uren worden behaald. Met de Erasmus Universiteit en andere partijen kijkt PAO of de aanpak van blendedlearning over heel Europa uitgerold kan worden. PAO kijkt ook naar kennis apps, MOOCs en nieuwe manieren van kennisverspreiding. Internationaal volgt PAO de ontwikkelingen rond scholing in het algemeen en farmacie onderwijs in het bijzonder. Door het aangaan van strategische allianties wordt samengewerkt met vele partijen. De inzet van POA Farmacie voor 2020 is een bijdrage te leveren aan Toekomstbestendige nascholing zodat de apotheker zich kan blijven ontwikkelen. Periodieke registratie Wet BIG Jurriane Rendering De apothekers vallen onder de Wet BIG en dat zal niet veranderen. Alleen voor de apothekers zal de wet niet worden gewijzigd. We moeten gebruik maken van de mogelijkheden die de wet biedt door de regels te interpreteren voor het beroep apotheker in brede zin. Ten behoeve van de apotheker is er een uitzondering gemaakt ten aanzien van de norm dat de beroepsbeoefenaar werkzaam moet zijn in de individuele gezondheidszorg. Het apothekersdiploma dat door de opleiding wordt afgegeven geeft zowel toegang tot werkzaamheden in de apotheek als werkzaamheden ten aanzien van de productie van geneesmiddelen. Als enige van de acht in het Big-register ingeschreven beroepsgroepen kan een apotheker die werkzaam is op het gebied van productgerichte werkzaamheden ingeschreven blijven in het Big-register. 1 keer per 5 jaar is er een moment waarop wordt gekeken wat iemand de afgelopen 5 jaar heeft gedaan met de vraag of iemand in het register ingeschreven kan blijven. Er is directe herregistratie mogelijk als men aan de eis voldoet 2080 uur gewerkt te hebben binnen de deskundigheid apotheker. Als men deze 2080 uur niet haalt dan is er de mogelijkheid om een periodiek registratiecertificaat te behalen. Dat certificaat geeft recht op inschrijving in het register. Dit certificaat is 2 jaar geldig. Binnen 2 jaar na behalen van het certificaat moet men ingeschreven worden in het BIG register en die registratie loopt dan weer 5 jaar. De KNMP heeft een enquête verstuurd naar de apothekers die als overige functies of industrie apotheker staan geregistreerd bij de KNMP en aan de industrie apothekers die bekend zijn bij de NIA. Mensen die de enquête niet hebben gehad, maar deze wel zouden willen invullen kunnen contact opnemen met Jurriane Rendering of juridische zaken van de KNMP. Directe herregistratie Bijzonder voor apothekers is dus dat de 2080 uur gemaakt moeten worden in de individuele gezondheidszorg of op het gebied van productgerichte werkzaamheden. Dit laatste bestaat uit een aantal gebieden. Individuele gezondheidszorg is veelal het werk in de apotheek, maar kan ook daarbuiten liggen. Er wordt nu naar gekeken hoe dit voor apothekers benoemd moet worden. 1

2 Het BIG register heeft een algemeen beoordelingskader en een specifiek beoordelingskader per beroepsgroep. Algemeen beoordelingskader Deel 1: is te vinden op de website van het BIG Register. Dit geldt voor alle beroepen die onder de Wet Big vallen. In dit deel wordt uitgelegd wat de werkervaring en scholingseis inhouden en wat de uiterlijke registratiedatum is. Er zijn ook rekenmodules opgenomen en een beschrijving van individuele gezondheidszorg, de uitzondering voor docenten en buitenlandse werkervaring. We gaan hier wat dieper op een paar van deze onderwerpen in: Vaststellen gewerkte uren Hierbij wordt veelal uitgegaan van een arbeidscontract. Als dit er niet is, wordt gekeken naar cliëntcontacturen. Dit is lastig voor apothekers en zeker voor degenen die niet in de apotheek werken. De vraag is waar kan je dit dan op baseren, bijvoorbeeld op receptregels in de apotheek? Individuele gezondheidszorg Je hoeft geen 1 op 1 contact met de patiënt te hebben, maar het werk moet wel gericht zijn op het individu. Van belang is dat je iets voor de individuele patiënt doet. Als je je richt op groepen is het geen individuele gezondheidszorg. Hieronder valt o.a.: Direct leidinggeven aan mensen die zorg leveren aan een patiënt op je eigen deskundigheidsgebied Preventie gericht op individuen (Wetenschappelijk) onderzoek gericht op proefpersonen Promotie onderzoek op de universiteit dat wat verder weg is van de patiënt geldt niet als uren voor herregistratie. Kwaliteitszorg direct gerelateerd aan het zorgproces van de individuele patiënt. Gelijkgestelde werkzaamheden Dit is een apart benoemde groep activiteiten in dit kader. Voor alle artikel 3 beroepen is bepaald wat voor onderwijs dit is. Voor apothekers is dit het onderwijs aan de opleiding farmacie voor de vakken die hieronder opgenomen zijn in artikel 3 tweede lid Besluit opleidingseisen apotheker. Het idee is dat je als docent van deze vakken zonder nascholing terug de apotheek in kan voor individuele patiëntenzorg. De vraag is of dit in de praktijk geldt voor mensen die al heel lang onderwijs geven, maar dit is wel zo geregeld. De vervolgopleiding tot openbaar apotheker specialist valt hier niet onder. Het Besluit waar dit in geregeld is, is wat ouder waardoor er een aantal nieuwe vakken missen. VWS hanteert dit lijstje. VWS is tot nu toe niet genegen andere werkzaamheden als gelijkgestelde werkzaamheden te erkennen. Beoordelingskader Deel 2 Dit deel is specifiek voor de apotheker. Dit deel is nog niet gepubliceerd en nog in ontwikkeling. Er is wel een eerder concept verschenen, maar dat was heel algemeen. In dit stuk wordt het deskundigheidsgebied van de apotheker afgebakend. De omvang van het deskundigheidsgebied wordt verduidelijkt met praktijkvoorbeelden. De informatie hiervoor wordt nu opgebouwd. De voorbeelden laten zien dat hier ook zaken bij zijn die niet (alleen) in de apotheek plaatsvinden. Afbakening deskundigheidsgebied Belangrijk zijn artikel 23 van de Wet BIG en de kerncompetenties die in de Regeling periodieke registratie Wet BIG staan. De kerncompetenties en deskundigheidsgebieden hangen met elkaar samen. Voor het werk buiten de apotheek bieden de kerncompetenties handvatten. Suggesties over zaken die hieronder zouden moeten vallen zijn welkom. Hierbij kan gedacht worden aan medicatiebewaking, medicatiebeoordeling en zelfzorg (dit laatste ivm het feit dat gesteld wordt dat de behandeling gekoppeld is aan de arts). 2

3 Bij advies en voorlichting is de voorwaarde dat het niet gaat om groepen maar om individuele patiënten. In de praktijk blijkt dit tot beperkingen te leiden die niet reëel lijken. Bij opslag en bewaren van geneesmiddelen wordt vanuit de zaal opgemerkt dat apothekers ook bijdragen aan goede opslag en bewaren van experimentele geneesmiddelen en grondstoffen. Deze worden wettelijk niet gezien als geneesmiddel (artikel 1 geneesmiddelwet). Er wordt opgemerkt uit de zaal dat het mogelijk beter zou zijn een farmacologische interventie te nemen als uitgangspunt. Dit wordt meegenomen naar de besprekingen met VWS en het Big-register. Voorbeelden Apotheker werkzaam in de apotheek Het idee bestaat dat je als je in de apotheek werkt altijd geherregistreed wordt. Dit is echter niet automatisch. Je moet het aantal uren aantonen en laten zien dat je op het niveau en het deskundigheidsgebied van apotheker hebt gewerkt, dus niet als hoofdassistent of als bedrijfskundigmanager. Bij een steekproef zouden deze mensen door de mand kunnen vallen. GDS en centralfilling apotheken, Bereidingsapotheek Voor de wet is dit een apotheek. Een apotheker hoeft zich niet met het hele vakgebied bezig te houden. Dit zijn werkzaamheden die onderdeel zijn van het deskundigheidsgebied. Alternatieve geneeswijzen Dit valt onder erkende werkzaamheden als de werkzaamheden zich richten op een geneesmiddel dat voldoet aan het begrip geneesmiddel van de Geneesmiddelenwet. Als het geneesmiddel hier niet onder valt is het de vraag of de werkzaamheden wel erkend worden voor de apotheker. Medische hulpmiddelen Hierbij kan een onderscheid gemaakt worden tussen hulpmiddelen waar wel en geen geneesmiddel in zit. De eerste groep valt volgens de wet onder het begrip geneesmiddel. De vraag is of kennis van hulpmiddelen ook tot de deskundigheid van de apotheker valt zoals incontinentiemateriaal en verbandmiddelen. In het Besluit opleidingseisen is wel opgenomen dat de apotheker kennis moet hebben van medische hulpmiddelen, voor zover van belang voor de farmaceutische beroepsuitoefening. Als hier problemen ontstaan moet gezorgd worden dat dit breder benoemd wordt. Bloedproducten De werkzaamheden voor bloedproducten die onder het begrip geneesmiddel vallen zijn erkend. Dat is duidelijk. De productie van andere bloedproducten kan echter ook binnen het deskundigheidsgebied van de apotheker vallen. Beoordeling deskundigheidsgebied Er komt een commissie van deskundigen bij de KNMP die bij bijzondere gevallen beoordeelt of werkzaamheden onder het deskundigheidsgebied van de apotheker vallen. De beroepsgroep heeft zelf de deskundigheid om te bepalen wat binnen het deskundigheidsgebied valt. Er is bekend dat er een grote groep apothekers is die bijsluiterteksten schrijven of richtlijnen of zich richten op het geven van voorlichting. Dit is nog een onderwerp van discussie. De werkzaamheden moeten hierbij gericht zijn op een medicijn en kunnen dan onder de productgerichte werkzaamheden vallen. Als het om algemene zorg gaat, niet gericht op een individuele patiënt, zal dit lastiger worden. Zaal: We moeten voorkomen dat we alles vooraf heel precies willen regelen. We moeten juist ruimte creëren om in specifieke gevallen specifiek te handelen. Industrieapotheker Industrieapotheker is een heel divers beroep. De dingen die op de dia zijn genoemd zijn niet uitputtend. Dit zijn slechts voorbeelden. Er wordt gewerkt aan een lijst met meest voorkomende werkzaamheden van de apotheker in de (farmaceutische) industrie. 3

4 Beoordeling De apotheker moet zelf beoordelen met behulp van het beoordelingskader waar men aan toe is. De eerste vraag is werk je in de apotheek. Zo nee, werk je in het deskundigheidsgebied. Vervolgens is de vraag of voor je werkzaamheden het diploma van apotheker vereist is en ze dus niet door een arts of een ander beroep gedaan kunnen worden. Is dat wel het geval dan is er een probleem. Hierbij wordt opgemerkt dat er werkzaamheden zijn die zowel binnen het deskundigheidsgebied van de arts als van de apotheker vallen. Werkzaamheden 2080 uur in 5 jaar betekent 8 uur in de week. Dat betekent dat in een fulltime-verband van alles gedaan kan worden. Als er maar 8 uur op het deskundigheidsgebied van apotheker wordt gewerkt, is dat voldoende voor de registratie. Let wel op: na 2 jaar aaneengesloten niet werken gaat de teller op nul en komt de herregistratie in gevaar. Geen herregistratie Als de herregistratie niet wordt behaald op basis van werkzaamheden zijn er 2 opties: of het voeren van de titel apotheker niet praktiserend of registratie via een Periodiek Registratie Certificaat (PRC). Alle opmerkingen en input zijn welkom via de mail bij Jurriane Rendering. Zowel KNMP als VWS willen graag alle kennis die er in het veld is rond dit onderwerp meenemen. adres: j.a.rendering@knmp.nl Landelijke bijscholing De toetsing en scholing voor het verkrijgen van het Periodiek Registratie Certificaat is een taak van de beide universitaire opleidingen Farmacie. Beide universiteiten zijn vertegenwoordigd in PAO Farmacie. PAO Farmacie heeft daarom de mogelijkheid gekregen een voorstel te doen voor het opzetten van toetsing en scholing. De apotheekopleidingen zijn verantwoordelijk voor de inhoud. De eisen aan het scholingsmodel zijn een entreetoets, een curriculum voor het repareren van de tekorten en een toets voor het geleerde. Het materiaal moet aansluiten bij de initiële opleiding. Entreetoets De entreetoets bestaat uit een basisdomein waarvoor iedereen de vragen moet kunnen maken en daarnaast een keuze uit productgerichte vragen en patiënt gerichte vragen. Bij een voldoende score voor de entreetoets krijg je direct het certificaat. Zo niet dan kan er een curriculum worden gevolgd. Curriculum Dit is gebaseerd op de huidige hoor en werkcolleges. Als iemand op alle onderdelen het curriculum moet volgen zal dit een investering vragen van maximaal 12 (contact)dagen en zelfstudie. Er hoeft echter alleen scholing gevolgd te worden voor de onderdelen waarop een onvoldoende gescoord is. Eindtoets De eindtoets wordt gedaan op de onderdelen waar een tekort was in de entreetoets. Bij voldoende score krijgt iemand het certificaat. Het geheel is nog in ontwikkeling. Er zal altijd rekening mee worden gehouden dat men dit doet naast een volledige baan. Er is een enquête gestuurd aan 900 mensen vanuit de KNMP en door de NIA naar haar leden. De response is goed. Uit de eerste resultaten blijkt dat mensen die niet aan de werkeis voldoen interesse hebben in de entreetoets. Dit aantal daalt enigszins als wordt gevraagd of men een curriculum wil volgen. De interesse blijkt afhankelijk van de prijs van de toets. Velen vinden dat de werkgever baat heeft bij behoud van de titel. Meer dan de helft verwacht voldoende kennis te hebben om de entreetoets te maken. De komende maanden wordt het geheel verder uitgewerkt. Begin december zal er meer informatie bekend zijn over het hoe en wat en zal de inschrijving starten. Per januari 2015 zal de opleiding staan. 4

5 Formalisering BO3 BO3 is al ruim 2 jaar actief. In de huidige bestuurlijke vernieuwing zal er een formalisering plaatsvinden. Hier heeft de Klankbordgroep BO3 over nagedacht en dit is verder uitgewerkt door een kleine werkgroep. Belangrijke elementen zijn het voorstel een brede definitie te hanteren voor het gewone lidmaatschap van BO3 en een buitengewoon lidmaatschap in te stellen voor andere apothekers (lid van de KNMP). Voor de sectie worden 3 aandachtgebieden gezien. Ten eerste activiteiten voor de leden van de sectie zelf. Hieronder vallen de BO3 Bijeenkomsten, de Verdiepingssessies en het hiermee faciliteren van het netwerk en het functioneren als platform. Binnen de KNMP wil de sectie haar deskundigheid inzetten voor het belang van de hele farmacie. Extern wil BO3 kenbaar maken dat er plekken zijn in de samenleving, zoals de verzekeraar en het CBG, waar je juist apothekers wil hebben. Het bestuur zal taken hebben op het gebied van organiseren van de sectie, het zichtbaar maken van de BO3 apotheker en het aanjagen van de maatschappelijke discussie over het belang van apothekers in maatschappelijke functies. Er wordt nu gedacht aan een bestuur van 5 leden. Daarnaast is het idee om de klankbordgroep te handhaven ook om de breedte van de sectie te betrekken. De profielschets voor BO3 Bestuurslid zal verder worden uitgewerkt. De planning is als volgt. Na deze sessie zal de uitwerking worden voorgelegd aan het KNMP-Bestuur ter accordering. Dan kan er een kandidaatstellingscommissie worden ingesteld om tijdens de zomer kandidaten te zoeken zodat na de zomer verkiezingen kunnen plaatsvinden. Zeepkist Els Dikapotheker/senior adviseur IVM Ik hoop mijn enthousiasme over te brengen hoe ik als apotheker richting 3 doelgrepen mijn vak heb kunnen uitoefenen. Ik heb gestudeerd in Groningen. Bij de wetenschapswinkel heb ik met een aantal mensen, deels hier ook aanwezig, me ingezet om resultaten van onderzoek op een begrijpelijke manier te vertalen voor verschillende groepen. Ooit hebben we daar een vraag van de bond voor harddrugs gebruikers gekregen, maar daar zijn we niet op ingegaan. Ik heb ook in de openbare apotheek aan de balie gewerkt. Na de Wetenschapswinkel kwam ik bij toen nog DGV, nu IVM terecht. Daar heb ik jarenlang FTO s begeleid. Daar zie je dat niet in direct contact, maar wel via ondersteuning, je heel veel voor huisartsen kan betekenen. De laatste jaren richt ik me op Medicatieveiligheid in de care met een 7 tal collega s. We adviseren instellingen hoe je omgaat met medicatieveiligheid in medicatieprocessen. We praten met directies over hoe je in je organisatie veilig met medicatie om kan gaan, maar geven ook scholing aan verzorgenden. De verzorgenden hebben vaak beperkt kennis van wat er mis kan gaan en wat je moet signaleren. Zo heb ik voor 3 doelgroepen, patiënt, huisarts en verzorgenden, een bijdrage mogen leveren aan de zorg. 5