Tijdelijke eenkamerpacemaker (AAI/VVI)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tijdelijke eenkamerpacemaker (AAI/VVI)"

Transcriptie

1 5348 Tijdelijke eenkamerpacemaker (AAI/VVI) Technische handleiding 0123

2

3 MEDTRONIC MODEL Technische handleiding 0 Tijdelijke eenkamerpacemaker

4 Verklaring van de symbolen 0 Zie gebruiksaanwijzing Toegepast onderdeel voldoet aan veiligheidsnorm klasse CF 0123 Conformité Européenne (Europese Conformiteit).Dit symbool betekent dat het apparaat volledig voldoet aan de Europese Richtlijn 93/42/EEG. Niet met het gewone huisvuil weggooien. Houd u aan de plaatselijk geldende milieuvoorschriften voor afvalverwerking. Raadpleeg voor instructies over de juiste verwerking van dit product. Alleen van toepassing voor de VS Inhoud van de verpakking Tijdelijke pacemaker Productdocumentatie Toebehoren Bereik opslagtemperatuur

5 5 Vochtigheidsbereik Batterij Bestelnummer EC REP Geautoriseerde vertegenwoordiger in de Europese Gemeenschap Fabrikant Productiedatum Serienummer

6

7 Inhoud 1 Algemene beschrijving 11 Inhoud van de verpakking 12 Veiligheidsfuncties 12 Registratiekaart 13 Garantie van Medtronic 13 2 Toepassing 15 3 Contra-indicaties 17 Atriale stimulatie 17 Asynchrone stimulatie 17 Burst-therapie met een hoge frequentie 17 4 Waarschuwingen 19 Modificatie van het apparaat 19 Lichtnetgevoede apparatuur 19 Elektrochirurgie 19 Elektromagnetische interferentie (EMI) 19 Defibrillatie/Cardioversie 20 Burst-therapie met een hoge frequentie 20 Aansluiten van het geleidingsdraadsysteem 21 Hanteren van de geleidingsdraad 21 Apparaat aanzetten 21 5 Voorzorgsmaatregelen 23 Algemene storingen 23 Stimulatiegeleidingsdraden en kabels 23 Instellingen van het stimulatiesysteem 23 Unipolaire geleidingsdraadsystemen 24 Gevoeligheidsinstellingen 24 Elektrostatische ontlading (ESD) 24 Beëindiging van de stimulatie 24 Batterij 25 Veranderingen in de pacemakerinstellingen zonder toestemming 25 6 Voorzorgsmaatregelen betreffende omgevingsfactoren 27 7 Mogelijke bijwerkingen 29 Pacemakers 29

8 8 Inhoud Stimulatie met een hoge frequentie 29 Geleidingsdraadsystemen 30 8 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies 31 Bediening standaardstimulatie 31 RATE (Frequentie) 31 OUTPUT (Uitgang) 31 SENSITIVITY (Gevoeligheid) 31 AAN/UIT 33 Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen 33 INSCHAKELEN/UITSCHAKELEN 33 INDRUKKEN EN VASTHOUDEN 34 OUTPUT 35 Indicatielampjes 35 STIMULATIE 35 WAARNEMING 35 BATTERIJ BIJNA LEEG 36 Uiterlijke kenmerken van Model Afscherming bedieningsknoppen 36 Batterij 36 Connectorblok 37 Bevestigingsring en -beugels 38 Functies van Model Zelftest 38 RAP actief 38 Runaway-beveiliging 39 Pulsduur 39 Synchrone (demand-) modi (AAI/VVI) 39 Asynchrone modi (AOO/VOO) 39 Blankingperiode 40 Refractaire periode 40 Terugval naar asynchrone stimulatie 40 Kabels 41 Patiëntenkabels Model 5433A en 5433V van Medtronic 41 Chirurgische kabels Model 5832 en 5832S van Medtronic 42 Wegwerpbeschermhoes Model Beschrijving 43 Gebruik 43 9 Ingebruikname 45 Plaatsen van de batterij 45

9 Inhoud 9 Aansluiten van de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V op Model Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V 47 Direct aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de pacemaker Model Gebruiksinstructies 51 Aan- en uitzetten van Model Zelftest bij inschakeling 51 Procedures voor standaardstimulatie 52 Bepalen van de stimulatiemodus 52 Wijzigen van de stimulatieparameters 53 Bepalen van de waarnemingspotentialen 53 Bepalen van de stimulatiedrempels 54 Procedure voor Rapid Atrial Pacing (RAP) 55 Controleren van de aansluitingen 55 Activeren van RAP 55 Wijzigen van de RAP-frequentie 56 Toedienen van een RAP-Burst 56 Instellen van parameters tijdens RAP-stimulatie 56 Terug naar standaardstimulatie (deactiveren van RAP) Onderhoud 57 Reiniging en desinfectie 57 Tijdelijke pacemaker Model Patiëntenkabels Model 5433A en 5433V 57 Veiligheids- en technische inspectie 58 Visuele inspectie 58 Functionele inspectie 59 Praktische metingen 59 Service Specificaties 61

10

11 Algemene beschrijving1 1 Het Model 5348 van Medtronic is een batterijgevoede, tijdelijke eenkamerpacemaker die met name is bedoeld voor tijdelijke hartstimulatie bij bradycardie in een asynchrone modus of een demand-modus (=synchrone modus). Burst-stimulatie met een hoge frequentie van maximaal 800 min -1 (per minuut) voor tachyaritmieën is beschikbaar in de asynchrone modus. 1 Het apparaat wordt gewoonlijk aangesloten op tijdelijke, transveneuze, epicardiale of myocardiale bipolaire stimulatiegeleidingsdraden met behulp van een patiëntenkabel (Model 5433A of 5433V van Medtronic) of een chirurgische kabel (Model 5832 of 5832S van Medtronic). Afbeelding 1-1. Tijdelijke eenkamerpacemaker Model 5348 van Medtronic en patiëntenkabel Model 5433A of 5433V Het apparaat werkt op een 9 volt alkaline- of lithiumbatterij, die zich bevindt in het batterijvak aan de onderkant van de pacemaker. Opmerking: Het Model 5348 is een apparaat op basis van constante stroom. Het geeft pulsen waarbij de stroom op een constante waarde wordt gehouden. Deze waarde wordt geregeld door de uitgangscontrole en varieert niet in impedantie van de geleidingsdraad/myocard (indien de impedantie van de geleidingsdraad/myocard tussen 200 Ω en 1000 Ω blijft). 1 Alleen voor atriaal gebruik.

12 12 Hoofdstuk 1 Inhoud van de verpakking Inhoud van de verpakking Het Model 5348 wordt geleverd met een 9 volt alkalinebatterij, technische documentatie, één wegwerpbeschermhoes Model 5409, één atriale patiëntenkabel Model 5433A, één ventriculaire patiëntenkabel Model 5433V, een set beschermplugjes voor de aansluitpunten van de hartdraden, en een draagtas. Inspecteer de verpakking voordat u deze opent. Als de verpakking beschadigd is, moet deze geretourneerd worden aan Medtronic (zie de achterkant van de handleiding voor het adres). Veiligheidsfuncties Het Model 5348 van Medtronic is betrouwbaar, gebruiksvriendelijk en gemakkelijk vast te houden. De veiligheidsfuncties van het Model 5348 omvatten: Zelftests Lampje voor bijna lege batterij Continue werking tijdens vervangen van batterij (bij 80 min -1, 10 ma) gedurende minimaal 15 seconden Omkeerbare batterijpolariteit Beschermhoesjes voor de bedieningsknoppen en een rubberen beschermplugje op de aansluitpunten van de hartdraden Beveiligde uitschakeling (om het apparaat uit te zetten, moeten twee knoppen tegelijkertijd ingedrukt worden) Waarschuwingssticker bij de Rapid Atrial Pacing-bedieningsknoppen Veiligheidspal op de instelknoppen voor frequentie (Rate) en gevoeligheid (Sensitivity) (een mechanisch klikje waarschuwt voor extreme of mogelijk onveilige instellingen) Veiligheidskabels (verzonken pinnen) Runaway-beveiliging Beveiliging van defibrillatieschokken van maximaal 360 watt/seconde Elektrostatische beveiliging Minimale gevoeligheid voor (elektro)magnetische interferentie

13 Algemene beschrijving Registratiekaart 13 Registratiekaart Vul de registratiekaart in en retourneer deze aan Medtronic. Raadpleeg de achterkant van deze handleiding voor het adres. Garantie van Medtronic Voor volledige garantie van het apparaat en uitsluiting van garantie van het toebehoren wordt verwezen naar de bijgesloten garantiedocumenten.

14

15 Toepassing2 2 De pacemaker Model 5348 van Medtronic is bedoeld voor gebruik in combinatie met een cardiaal stimulatiegeleidingsdraadsysteem voor tijdelijke atriale of ventriculaire stimulatie in een klinische omgeving. Het Model 5348 is geschikt voor tijdelijke demand-stimulatie (=synchrone stimulatie) of asynchrone stimulatie met therapeutische, profylactische of diagnostische doeleinden. Specifieke indicaties voor tijdelijke cardiale stimulatie omvatten onder andere de volgende: Totaal hartblok Sinusbradycardie Sick sinus-syndroom Bradycardie met congestief hartfalen Atriale en/of ventriculaire aritmieën Hartstilstand Tijdelijke ondersteuning, behandeling en evaluatie van een patiënt voorafgaand aan de implantatie van een permanente pacemaker Ondersteuning tijdens vervanging van een pacemaker Cardiale complicaties tijdens invasieve of chirurgische ingrepen Tijdelijke ondersteuning van een patiënt na een hartoperatie Acuut myocardinfarct met hartblok Burst-stimulatie met een hoge frequentie voor de behandeling van supraventriculaire tachyaritmieën Het Model 5348 kan worden gebruikt voor het bepalen van de waarnemingspotentialen van tijdelijk en permanent geïmplanteerde geleidingsdraadsystemen. Medtronic adviseert bij de implantatie van een permanente pacemaker echter het gebruik van een Pacing System Analyzer van Medtronic.

16

17 Contra-indicaties3 3 Er zijn geen contra-indicaties bekend voor het gebruik van tijdelijke stimulatie als middel om de hartfrequentie aan te sturen. De leeftijd en de medische conditie van de patiënt kunnen echter bepalend zijn voor het type tijdelijke pacemaker en geleidingsdraadsysteem dat de arts gebruikt. Atriale stimulatie Atriale eenkamerstimulatie is gecontraïndiceerd in geval van een AV-geleidingsstoornis. Asynchrone stimulatie Asynchrone stimulatie is gecontraïndiceerd in geval van een intrinsiek hartritme. Burst-therapie met een hoge frequentie Burst-therapie met een hoge frequentie is uitsluitend bedoeld voor gebruik in het atrium. Burst-stimulatie van het ventrikel kan levensbedreigende aritmieën tot gevolg hebben.

18

19 Waarschuwingen4 4 Modificatie van het apparaat Breng geen modificaties aan het apparaat aan. Modificaties kunnen invloed hebben op de werking van het apparaat en de patiëntveiligheid in gevaar brengen. Lichtnetgevoede apparatuur Een geïmplanteerde geleidingsdraad of een geleidingsdraad met verlengkabel vormt een direct geleidingstraject met lage weerstand naar het myocard. Om fibrillatie als gevolg van het lekken van wisselstroom te voorkomen, dient alle lichtnetgevoede apparatuur in de buurt van of aangesloten op de patiënt te zijn geaard. Elektrochirurgie Elektrochirurgie kan aanleiding geven tot ventriculaire fibrillatie en moet daarom niet binnen een straal van 15 cm van een geïmplanteerd geleidingsdraadsysteem worden gebruikt. Elektromagnetische interferentie (EMI) Alle pacemakers die werken in de demand-modus reageren op intracardiale potentialen van slechts enkele millivolt. In deze modus zijn de pacemakers bovendien uitermate gevoelig voor bepaalde externe spanningsvelden. Bij buitengewoon veel interferentie, kan het Model 5348 volledig inhiberen of terugkeren naar asynchrone werking. In het laatste geval werkt de pacemaker op de stimulatiefrequentie die met behulp van de draaiknop Rate is ingesteld. Het wordt aanbevolen het apparaat in de buurt van sterke elektromagnetische velden in te stellen op een asynchrone modus.

20 20 Hoofdstuk 4 Defibrillatie/Cardioversie De werking van het Model 5348 kan tijdelijk gestoord worden door de volgende krachtige elektromagnetische bronnen: Elektrochirurgische apparatuur Diathermieapparatuur Bepaalde medische telemetrieapparatuur (indien gebruikt binnen een straal van één meter van de pacemaker) Communicatieapparatuur zoals mobiele telefoons en walkietalkies Communicatieapparatuur in ambulances en dergelijke (in de buurt van een actieve pacemaker) Magnetic Resonance Imaging (MRI)-apparatuur Defibrillatie/Cardioversie Laboratoriumproeven hebben aangetoond dat Model 5348 niet nadelig beïnvloed wordt door defibrillatieontladingen van 360 watt/seconde. Omwille van de veiligheid wordt aanbevolen de defibrillatiepeddels echter niet in de buurt van Model 5348 of het geleidingsdraadsysteem te gebruiken. Koppel, indien mogelijk, ten behoeve van de veiligheid van de patiënt de pacemaker los van het geleidingsdraadsysteem voordat u defibrillatie of cardioversie gaat uitvoeren. Tussen de positieve (+) en negatieve (-) elektroden van het geïmplanteerde geleidingsdraadsysteem is sprake van een geleidingstraject met een relatief lage weerstand. Tijdens defibrillatie kunnen binnen dit geleidingstraject echter grote stroompieken optreden, die het myocard kunnen beschadigen. Burst-therapie met een hoge frequentie Het gebruik van hoge frequenties in het atrium kan resulteren in geleiding met hoge frequentie naar het ventrikel. Houd defibrillatieapparatuur gereed voor onmiddellijk gebruik tijdens burst-stimulatie of stimulatie met een hoge frequentie.

21 Waarschuwingen Aansluiten van het geleidingsdraadsysteem 21 Aansluiten van het geleidingsdraadsysteem Sluit eerst de patiëntenkabel aan op de tijdelijke pacemaker. Sluit pas daarna het geleidingsdraadsysteem aan op de patiëntenkabel. Hanteren van de geleidingsdraad Zorg bij het hanteren van de geleidingsdraad dat de elektrodepin of blootliggende metalen delen niet aangeraakt worden en geen contact gemaakt wordt met elektrisch geleidende of natte oppervlakken. Apparaat aanzetten Zet de pacemaker pas aan nadat alle aansluitingen zijn gemaakt (patiënt, geleidingsdraden, kabels en pacemaker).

22

23 Voorzorgsmaatregelen5 5 Algemene storingen Belangrijke informatie: Een storing in de werking van de tijdelijke pacemaker Model 5348 kan diverse oorzaken hebben, bijvoorbeeld een defect onderdeel, een bijna lege batterij of onjuist gebruik. Mogelijke storingen van het Model 5348 omvatten: Geen uitgangssignaal Geen waarneming Verkeerde werking van de indicatielampjes Verhoogde of verlaagde frequentie, uitgangspulsduur of uitgangsamplitude Terugval naar asynchrone stimulatie Verlies van controle over de frequentie, uitgang, gevoeligheid of spanning Als de pacemaker geen controle meer heeft over de frequentie, uitgang, gevoeligheid of spanning, en de situatie het toelaat om de stimulatie van de patiënt tijdelijk te onderbreken, zet dan de pacemaker uit en vervolgens weer aan. Wanneer dit geen effect heeft, verwijder de batterij dan gedurende 30 tot 60 seconden, plaats deze weer terug en zet het apparaat weer aan. Stimulatiegeleidingsdraden en kabels Door slechte aansluitingen, verplaatsing of breuk van de geleidingsdraden of kabels kan de pacemaker stoppen met werken. Instellingen van het stimulatiesysteem Tijdens het uitvoeren van stimulatie- en waarnemingsdrempelmetingen of tijdens het wijzigen van parameters, kan gedurende een vulnerabele periode van de hartcyclus onbedoeld worden gestimuleerd. Houd daarom het ECG van de patiënt nauwlettend in de gaten en zorg dat defibrillatieapparatuur gereed staat tijdens het aansluiten van de stimulatiegeleidingsdraden, het aansluiten en instellen van de pacemaker, het meten van de stimulatiedrempels of waarnemingspotentialen en het gebruik van Burst-stimulatietherapie.

24 24 Hoofdstuk 5 Unipolaire geleidingsdraadsystemen Unipolaire geleidingsdraadsystemen Het gebruik van bipolaire geleidingsdraadsystemen is aan te raden, omdat deze minder gevoelig zijn voor elektromagnetische interferentie. Als een unipolair geleidingsdraadsysteem gebruikt wordt, dient de stimulatie-elektrode te worden aangesloten op de negatieve (-) pool van de pacemaker en de neutrale (subcutane) geleidingsdraad op de positieve (+) pool. Zorg er bij het aansluiten van het geleidingsdraadsysteem altijd voor dat de polariteit juist is. Gevoeligheidsinstellingen De ingestelde gevoeligheid bepaalt het laagste signaal-niveau dat de pacemaker kan waarnemen. Stel de minimumwaarde van de gevoeligheid daarom altijd in op ten minste de helft van de gevoeligheidsdrempel van de patiënt (in mv). (Zie Bepalen van de waarnemingspotentialen.) Dit garandeert een adequate veiligheidsmarge voor waarneming. Houd er rekening mee dat een uiterst lage gevoeligheidsinstelling (maximale gevoeligheid) onjuiste waarneming van far-field-signalen tot gevolg kan hebben (bijv. detectie van R- of T-golven op de atriale geleidingsdraad of detectie van P-golven op de ventriculaire geleidingsdraad) en daarmee onjuiste inhibitie van stimulatiepulsen. Elektrostatische ontlading (ESD) De geleidingsdraden vormen een pad met lage impedantie naar het hart. Het personeel wordt daarom aangeraden statische elektriciteit te ontladen voordat ze de patiënt, de kabel, de geleidingsdraden of de pacemaker aanraken. Beëindiging van de stimulatie Plotselinge beëindiging van de stimulatie kan leiden tot perioden van asystolie voordat het intrinsieke ritme het weer overneemt. Het wordt daarom aanbevolen om de stimulatietherapie langzaam af te bouwen door de frequentie geleidelijk te verminderen en de demand-modus in te stellen.

25 Voorzorgsmaatregelen Batterij 25 Batterij Vervang de batterij voor iedere nieuwe patiënt en als het lampje voor bijna lege batterij gaat branden tijdens pacemakerwerking. Controleer de batterijstatus minstens twee keer per dag. Als de tijdelijke pacemaker continu gebruikt wordt, vervang de alkalinebatterijen dan minstens elke zeven dagen. Het gebruik van batterijen met andere afmetingen dan de aanbevolen batterijen, kan leiden tot verkeerde of geen stimulatieuitgang. Controleer vóór gebruik visueel of de contactpunten van de batterij niet beschadigd zijn. Het gebruik van batterijen met beschadigde contactpunten kan leiden tot eenverkeerd of geen uitgangssignaal. Als het batterijvak niet goed gesloten is, kan er spanningsuitval optreden. Als het apparaat werkt, wil dat NIET automatisch zeggen dat het batterijvak goed gesloten is. Veranderingen in de pacemakerinstellingen zonder toestemming Plaats het Model 5348 niet op een plek waar patiënten bij kunnen. De tijdelijke pacemaker moet zodanig geplaatst worden dat personen die geen toestemming hebben om instellingen te wijzigen (patiënten, bezoekers, etc.) niet bij het apparaat kunnen.

26

27 Voorzorgsmaatregelen betreffende omgevingsfactoren6 6 Het Model 5348 is met zorg ontworpen en getest en moet tijdens normaal gebruik betrouwbaar functioneren. Elektronische apparatuur kan echter als gevolg van veel oorzaken van buitenaf gevoelig zijn voor storingen. Neem voorzorgsmaatregelen ter voorkoming van schade aan het apparaat, met inbegrip van (maar niet beperkt tot) de voorbeelden in dit hoofdstuk. Laat het apparaat niet vallen en behandel het niet zodanig dat het kan worden beschadigd. Na een val of ander ongeluk kan het erop lijken dat het apparaat goed functioneert terwijl wel degelijk operationele schade kan zijn opgetreden. Mors geen vloeistof op het apparaat. Ook al is bij het ontwerp van het Model 5348 veel zorg besteed aan het beperken van de kans op lekkages, toch kan er vloeistof in het apparaat lekken. Medtronic adviseert daarom een plastic beschermhoes te gebruiken (bijv. Model 5409). Zelfs met een plastic beschermhoes kan er toch vloeistof in het apparaat lekken. Voorkom dat de aansluitpunten van de veiligheidskabels en de hartdraden vervuild raken door bloed of andere lichaamsvloeistoffen. Neem altijd de richtlijnen voor elektrostatische ontlading in acht. Dit apparaat kan negatief worden beïnvloed door elektrostatische ontladingen. Het apparaat mag niet worden geopend. De naad is zodanig ontworpen dat het doordringen van vocht tot een minimum wordt beperkt, maar als het apparaat onjuist geopend en gesloten wordt, kan dit niet meer gegarandeerd worden. Bovendien verliest het apparaat met het verbreken van het label de werking met betrekking tot elektrostatische ontlading. De garantie vervalt wanneer het apparaat is geopend (zie Garantie van Medtronic in Hoofdstuk 1 voor meer informatie). Steriliseer het Model 5348 niet met gammastraling of stoom (autoclaaf). Zie Reiniging en desinfectie in Hoofdstuk 11 voor meer informatie. Snelle temperatuurwisselingen kunnen de juiste werking beïnvloeden. Laat het apparaat, vóór gebruik of voordat aansluiting wordt gemaakt, altijd aan de omgevingstemperatuur aanpassen (zie Specificaties voor de aanbevolen temperatuur voor opslag en functioneren).

28 28 Hoofdstuk 6 De werking van het apparaat kan worden beïnvloed als gevolg van langdurige opslag of gebruik in een omgeving met een hoge luchtvochtigheidsgraad. Laat de pacemaker na verblijf in een vochtige ruimte goed drogen. Andere omgevingsfactoren kunnen eveneens het juist functioneren van het apparaat in de ziekenhuisomgeving beïnvloeden. Schade aan het apparaat kan worden voorkomen door het normaal, als elk ander elektronisch apparaat, te behandelen.

29 Mogelijke bijwerkingen7 7 Pacemakers De mogelijke bijwerkingen die gerelateerd zijn aan het gebruik van een tijdelijke externe pacemaker, zoals Model 5348, omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de volgende: Asystolie na abrupte beëindiging van de stimulatie Uitval van de pacemaker of omschakeling op een andere modus door sterke elektromagnetische interferentie Ontstaan van een tachyaritmie of het versnellen van een bestaande tachyaritmie Stimulatie met een hoge frequentie Stimulatie met een hoge frequentie kan resulteren in een tachycardie, het versnellen van een bestaande tachycardie of fibrillatie. Het toedienen van tijdelijke stimulatie met een hoge frequentie mag alleen plaatsvinden als de patiënt nauwlettend in de gaten wordt gehouden. Houd het ECG van de patiënt voortdurend in de gaten en houd voor noodgevallen defibrillatieapparatuur gereed tijdens stimulatie met een hoge frequentie.

30 30 Hoofdstuk 7 Geleidingsdraadsystemen Geleidingsdraadsystemen De mogelijke bijwerkingen die gerelateerd zijn aan het gebruik van een geleidingsdraadsysteem samen met de pacemaker Model 5348, omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de volgende: Onjuiste geleidingsdraadaansluitingen Onbedoeld losraken van het geleidingsdraadsysteem Breuk of verplaatsing van de geleidingsdraad, met als gevolg intermitterend of volledig verlies van capture en/of verlies van detectie Myocardiale prikkelbaarheid, met als gevolg fibrillatie Perforatie en tamponade Infarct Pericarditis Andere mogelijke bijwerkingen die gerelateerd zijn aan het gebruik van een geïmplanteerd geleidingsdraadsysteem, omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de volgende: Afstotingsverschijnselen (lokale weefselreactie) Spier- en zenuwstimulatie Infectie Spier- of zenuwstimulatie is onder andere het gevolg van contact tussen de stimulatiegeleidingsdraad en het spier- of zenuwweefsel en/of van therapie met een hoge uitgangsspanning. De stimulatie kan aangepast worden door de elektrode te verplaatsen of te vervangen of door de uitgangspulsamplitude te verlagen.

31 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies8 8 Dit hoofdstuk beschrijft de functie van de draaiknoppen, bedieningsknoppen en indicatielampjes van de pacemaker. Zie de afbeelding van het apparaat met alle bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies. Aan het einde van dit hoofdstuk volgt een beschrijving van de diverse functies en toebehoren van de pacemaker. Bediening standaardstimulatie Hieronder worden de draai- en bedieningsknoppen voor standaardstimulatie beschreven, evenals een korte beschrijving van elke bedieningsknop. RATE (Frequentie) Met de draaiknop Rate kan de frequentie ingesteld worden (min -1, pulsen per minuut) waarmee de stimulatiepulsen afgegeven worden. Het instelbereik ligt tussen 30 en 180 min -1. Het hogere frequentiebereik wordt op een andere kleur achtergrond weergegeven dan het lagere bereik en is beveiligd met een veiligheidspalletje (een mechanisch klikje weerklinkt bij het bereiken van de hogere waarden). OUTPUT (Uitgang) Met deze draaiknop kan de amplitude (in ma) van de stimulatiepuls worden ingesteld. Het instelbereik ligt tussen 0,1 en 20 ma. SENSITIVITY (Gevoeligheid) Met deze draaiknop kan de gevoeligheid (in mv) van de waarneming worden aangezet en aangepast. Het instelbereik ligt tussen 0,5 en 20 mv (indien ingeschakeld).

32 32 Hoofdstuk 8 Bediening standaardstimulatie PACE (pulse)-indicatielampje 2 RATE (frequentie)-draaiknop 3 LOW BATT (batterij bijna leeg)-indicatielampje 4 OUTPUT (uitgang)-draaiknop 5 SENSITIVITY (gevoeligheid)-draaiknop 6 Knopje voor ontgrendeling van het batterijvak 7 Klapdeksel (bedekt RAP-bedieningsknoppen) 8 Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen 9 SENSE (waarneming)-indicatielampje 10 Afscherming bedieningsknoppen 11 ON/OFF (Aan/Uit)-knoppen 12 Batterijvak Afbeelding 8-1. Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies van Model 5348

33 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen 33 Door de SENSITIVITY-draaiknop helemaal tegen de klok in op ASYNC. te draaien, wordt de waarneming uitgeschakeld, waardoor asynchrone stimulatie mogelijk is. De stand ASYNC. is beschermd van de gevoeligheidsinstellingen door middel van een veiligheidspalletje. De instellingen lager dan 1 mv verschijnen op een achtergrond met een andere kleur en zijn beschermd door een veiligheidspalletje. AAN/UIT U kunt de pacemaker aanzetten door op de knop ON te drukken. Om het apparaat uit te schakelen dient u de knoppen ON en OFF tegelijk in te drukken. Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen INSCHAKELEN/UITSCHAKELEN Met deze knop kunt u de RAP-knoppen activeren. Nu kunt u de knoppen voor snelle atriale stimulatie (Rapid Atrial Pacing) gebruiken en wordt de RAP-frequentie-instelling weergegeven. De pacemaker blijft stimuleren zoals ingesteld met de bedieningsknoppen voor standaardstimulatie. Wanneer de RAP-knoppen geactiveerd worden, controleert de pacemaker of alle RAP-knoppen werken en wordt het RAP-display weergegeven.

34 34 Hoofdstuk 8 Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen Afbeelding 8-2. De RAP-knoppen en het display bevinden zich onder de klapdeksel Als RAP actief is en er op de knop ENABLE/DISABLE gedrukt wordt, wordt de RAP-functie weer uitgeschakeld. Als snelle atriale stimulatie afgegeven werd, zal deze stoppen. Door Model 5348 uit te zetten wordt snelle atriale stimulatie stopgezet en gedeactiveerd. Opmerking: RAP wordt automatisch gedeactiveerd als de RAP-knoppen gedurende 5 minuten niet gebruikt worden. INDRUKKEN EN VASTHOUDEN Door de knop HOLD TO DELIVER (Indrukken en vasthouden) ingedrukt te houden (als RAP geactiveerd is) worden stimulatiepulsen afgegeven op de ingestelde RAP-frequentie. (omhoog) en (omlaag) Druk deze toetsen in, en houd ze ingedrukt, om de RAP-frequentie in te stellen vóór of tijdens het afgeven van een RAP-Burst. Door op de knop te drukken, wordt de RAP-frequentie verhoogd en met de knop verlaagd.

35 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Rapid Atrial Pacing (RAP)-bedieningsknoppen 35 Wanneer de RAP-frequentie is ingesteld op een waarde tussen 80 en 380 min -1, wordt de frequentie in stappen van 5 min -1 aangepast. Wanneer de RAP-frequentie is ingesteld op een waarde tussen 380 en 540 min -1, wordt de frequentie in stappen van 10 min -1 aangepast. Wanneer de RAP-frequentie is ingesteld op een waarde hoger dan 540 min -1, wordt de frequentie in stappen van 20 min -1 aangepast. De frequentie verandert met een snelheid van 2 stappen per seconde. Als de omhoog/omlaag-knop langer dan 2 seconden wordt ingedrukt, verandert de frequentie met een snelheid van 8 stappen per seconde. OUTPUT De OUTPUT-draaiknop waarmee de amplitude voor standaardstimulatie wordt ingesteld, wordt tevens gebruikt om de amplitude van de pulsen (in ma) in te stellen tijdens het afgeven van RAP-stimulatie. Indicatielampjes De indicatielampjes of LED s geven informatie over het elektrisch functioneren van de pacemaker. Model 5348 heeft drie LED s: PACE (Stimulatie), SENSE (Waarneming) en LOW BATT. (Batterij bijna leeg). Opmerking: Tijdens de zelftest na inschakeling lichten alle drie de lampjes gelijktijdig op (zie Zelftest ). Hetzelfde gebeurt wanneer de pacemaker wordt uitgeschakeld. STIMULATIE Dit groene lampje licht op zodra de pacemaker een stimulatiepuls heeft gegenereerd. Het oplichten van dit lampje betekent echter niet dat de stimulatiepuls ook daadwerkelijk heeft geleid tot stimulatie van het hart. WAARNEMING Dit oranje lampje licht op zodra de pacemaker een hartslag waarneemt die buiten de refractaire periode valt. 1 1 Dit indicatielampje knippert dus alleen als een cardiaal event waargenomen is dat zich buiten de refractaire periode bevindt.

36 36 Hoofdstuk 8 Uiterlijke kenmerken van Model 5348 BATTERIJ BIJNA LEEG Dit gele lampje begint tegelijkertijd met het lampje PACE of SENSE te knipperen als de batterijspanning onder (ongeveer) 7,2 V komt. Na 24 uur knipperen blijft het lampje continu branden, ten teken dat de batterijspanning nog verder is afgenomen. (De stimulatie en waarneming van de pacemaker worden hierdoor niet beïnvloed.) Als de batterij niet wordt vervangen, schakelt de pacemaker na nog 2 of 3 stimulatiecycli automatisch uit. Het indicatielampje voor een bijna lege batterij gaat pas uit wanneer de batterij is vervangen door een nieuw exemplaar (zie Plaatsen van de batterij ). 1 Uiterlijke kenmerken van Model 5348 Afscherming bedieningsknoppen De bedieningsknoppen voor standaardstimulatie zijn afgeschermd door een plastic afdekplaatje. Door dit afdekplaatje naar beneden te schuiven, kunt u de bedieningsknoppen voor stimulatie en de ON- en OFF-knoppen gebruiken. De RAP-knoppen zijn afgeschermd door een ondoorzichtig afdekplaatje. Door dit afdekplaatje omhoog te klappen, kunt u de RAP-knoppen gebruiken. Nieuwe afdekplaatjes zijn verkrijgbaar bij Medtronic. Batterij Het batterijvak bevindt zich aan de onderkant van de pacemaker en is geschikt voor een standaard 9 volt alkaline- of lithiumbatterij (zie Specificaties ). Levensduur batterij - Wanneer de pacemaker is ingesteld op 80 min -1 en 10 ma, gaat een alkalinebatterij bij continu gebruik gemiddeld 12 dagen of 300 uur mee, een lithiumbatterij gemiddeld 27 dagen of 650 uur. Ontgrendelen batterijvak - Om het batterijvak te openen, drukt u gelijktijdig op de ontgrendelingsknopjes aan weerszijden van het apparaat (zie Afbeelding 9-1). 1 De nieuwe batterij moet een spanning hebben van ongeveer 8,0 V.

37 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Uiterlijke kenmerken van Model Omkeerbare batterijpolariteit - De plus- en de minpool zijn in het batterijvak aangegeven. Wanneer de batterij andersom in het compartiment wordt geplaatst, wordt de polariteit omgekeerd en zal de pacemaker normaal functioneren. Ononderbroken werking tijdens batterijvervanging - Als de batterij verwijderd is, zal het apparaat nog functioneren met de ingestelde parameters gedurende minimaal 15 seconden, indien de instellingen gelijk aan of lager dan 80 min -1 en 10 ma zijn. Medtronic adviseert de batterij niet te vervangen als de pacemaker ingeschakeld is. Connectorblok Aan de bovenzijde van de pacemaker bevindt zich het connectorblok waarop veiligheidskabels (patiëntenkabels Model 5433A en 5433V van Medtronic en chirurgische kabels Model 5832 en 5832S van Medtronic) kunnen worden aangesloten. Op het connectorblok kunnen ook direct hartdraden worden aangesloten. Het blok is geschikt voor hartdraden met een diameter van 0,38 mm tot 2,28 mm en een lengte van 12,67 mm tot 22,8 mm. De aansluitpunten zijn afgedekt met een rubberen plugje om het binnendringen van stof en vuil te voorkomen. Opmerking: De hartdraden mogen uitsluitend in noodsituaties direct op het connectorblok worden aangesloten. De hartdraden klikken namelijk niet vast, zodat de stevigheid van de verbinding alleen wordt bepaald door de dikte van de pin Ring 2 Beugels Afbeelding 8-3. Bevestigingsring en -beugels

38 38 Hoofdstuk 8 Functies van Model 5348 Bevestigingsring en -beugels De bevestigingsring en -beugels bevinden zich aan de achterzijde van de pacemaker. De ring dient om de pacemaker op te hangen aan een infuusstandaard. Met de beugels kan de pacemaker tijdelijk aan het bed of de patiënt worden bevestigd. Wanneer de ring of de beugels niet worden gebruikt, kunnen ze in de daarvoor bedoelde uitsparingen worden weggeklapt. Opmerking: Om wijzigingen die zonder toestemming aangebracht worden te voorkomen, moet het apparaat niet op een plek geplaatst worden waar patiënten bij kunnen. De tijdelijke pacemaker moet zodanig geplaatst worden dat personen die geen toestemming hebben om instellingen te wijzigen (patiënten, bezoekers, etc.) niet bij het apparaat kunnen. Functies van Model 5348 Zelftest Wanneer Model 5348 wordt ingeschakeld, test deze binnen één seconde de werking van de OFF-knop, de RAP ENABLE/ DISABLE-knop, de batterij, ROM, RAM en de analoog-digitaalsignaalomzetting. Tijdens de zelftest branden de indicatielampjes PACE, SENSE en LOW BATT. Wanneer de OFF-knop niet door de test komt, schakelt de pacemaker zichzelf onmiddellijk uit. Wanneer de zelftest om een andere reden niet succesvol is, blijven de indicatielampjes branden. Schakel de pacemaker uit door ON en OFF tegelijkertijd in te drukken of door de batterij te verwijderen. Stuur de pacemaker terug voor een servicebeurt. RAP actief Zodra RAP geactiveerd wordt, controleert de pacemaker of de RAP-functie ook daadwerkelijk wordt gebruikt. RAP wordt uit voorzorg automatisch gedeactiveerd wanneer geen van de RAP-knoppen gedurende 5 minuten is ingedrukt.

39 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Functies van Model Runaway-beveiliging De tijdelijke pacemaker Model 5348 is voorzien van een speciaal circuit voor runaway-beveiliging. Dit circuit controleert continu de kristalfrequentie waarop de stimulatiefrequentie is gebaseerd. Wanneer de kristalfrequentie te veel gaat afwijken van de optimale waarde, start het circuit het systeem opnieuw op. Tijdens de zelftest lichten de indicatielampjes voor PACE en SENSE gedurende minder dan één seconde op. Wanneer de kristalfrequentie niet kan worden gecorrigeerd, schakelt het beveiligingscircuit de pacemaker uit. Pulsduur De pulsduur is vast ingesteld op 1,8 ms. Synchrone (demand-) modi (AAI/VVI) Deze modus voorziet in demand-stimulatie (stimulatie 'op aanvraag') (R-golf-geïnhibeerd) met een pulsduur van 1,8 ms bij een frequentie van 30 tot 180 min -1, en een amplitude tussen de 0,1 en 20 ma in het atrium of het ventrikel (afhankelijk van waar de geleidingsdraden zijn ingebracht). Deze modus selecteert u door de draaiknop SENSITIVITY op een mv-waarde in te stellen die tweemaal zo hoog is als de ingestelde waarnemingswaarde van de patiënt (zie Bepalen van de waarnemingspotentialen ). De pacemaker kan dan intrinsieke of ectopische activiteit waarnemen, waardoor concurrentie tussen de stimulatiepulsen en de intrinsieke hartactiviteit tot een minimum wordt beperkt. Asynchrone modi (AOO/VOO) Deze modus voorziet stimulatie met een vaste frequentie, een pulsduur van 1,8 ms bij een frequentie van 30 tot 180 min -1, en een amplitude tussen de 0,1 en 20 ma in het atrium of het ventrikel (afhankelijk van waar de geleidingsdraden zijn ingebracht). U selecteert deze modus door de SENSITIVITYdraaiknop helemaal tegen de klok in op ASYNC. te draaien. Bij deze instelling is waarneming van de pacemaker uitgeschakeld.

40 40 Hoofdstuk 8 Functies van Model 5348 Blankingperiode De blankingperiode is het interval na een gestimuleerd of waargenomen event waarin de waarnemingsversterker van de pacemaker is uitgeschakeld. Stimulatieblanking begint 10 ms voordat een stimulatiepuls wordt afgegeven. Waarnemingsblanking begint na een waargenomen event. Refractaire periode De refractaire periode is de periode waarin het SENSE-indicatielampje niet oplicht en waarin geen nieuw escape-interval wordt gestart wanneer de pacemaker een event waarneemt. Wanneer het waargenomen event binnen de refractaire periode valt, maar buiten de blankingperiode (het zgn. terugvalvenster), worden de blankingperiode en de refractaire periode opnieuw gestart. Opmerking: Wanneer de batterijspanning laag is, licht ook het indicatielampje van LOW BATT. op zodra een event binnen het terugvalvenster wordt waargenomen. De stimulatierefractaire periode begint na een gestimuleerd event; de waarnemingsrefractaire periode begint na een waargenomen event. Terugval naar asynchrone stimulatie Deze veiligheidsfunctie voorkomt dat de stimulatie stopt onder invloed van continue elektromagnetische interferentie. Het terugvalvenster is de periode tussen het einde van de blankingperiode en het einde van de refractaire periode. Wanneer de pacemaker is ingesteld op een demand-modus en continu events waarneemt (bijv. aritmieën of elektromagnetische achtergrondruis) in opeenvolgende terugvalvensters, schakelt de pacemaker om op asynchrone stimulatie bij de frequentie die met behulp van de draaiknop RATE is ingesteld. Zodra geen interferentie meer wordt waargenomen, schakelt de pacemaker terug in de demand-modus.

41 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Kabels 41 Kabels Patiëntenkabels Model 5433A en 5433V van Medtronic De patiëntenkabels Model 5433A en 5433V dienen om atriale en ventriculaire stimulatiegeleidingsdraadsystemen aan te sluiten op de tijdelijke pacemaker Model 5348 van Medtronic voor tijdelijke, externe stimulatie. De patiëntenkabels Model 5433A en 5433V zijn veiligheidskabels. Dit betekent dat de pinnen niet bloot liggen, maar zijn verzonken. De kabels zijn voor meermalig gebruik geschikt en worden niet-steriel geleverd. Voor gebruik dienen de kabels daarom te worden gesteriliseerd in een stoomautoclaaf (vervang de kabel na 25 sessies) of met behulp van ethyleenoxyde. Iedere kabel heeft een geleidingsdraadconnector die geschikt is voor endocardiale en myocardiale stimulatiegeleidingsdraden met een pindiameter van 0,38 mm tot 2,41 mm. De terminalconnector aan het andere einde van iedere kabel is speciaal ontwikkeld om te worden aangesloten op het connectorblok van de pacemaker Model De twee kabels verschillen uitsluitend wat kleurcodering en opdruk betreft: Model 5433A, voor atriaal gebruik, heeft een blauw connectorblok en een blauwe band rond de terminalconnector. Op één zijde van het connectorblok staat het symbool voor atriaal gebruik afgedrukt (zie Afbeelding 8-4). Model 5433V, voor ventriculair gebruik, heeft een wit connectorblok en een witte band rond de terminalconnector. Op één zijde van het connectorblok staat het symbool voor ventriculair gebruik afgedrukt (zie Afbeelding 8-4). Bewaar de kabels niet bij temperaturen hoger dan 66 C of lager dan -40 C.

42 42 Hoofdstuk 8 Kabels Atriaal gebruik Ventriculair gebruik Afbeelding 8-4. Symbool voor atriaal gebruik (Model 5433A) en symbool voor ventriculair gebruik (Model 5433V) Chirurgische kabels Model 5832 en 5832S van Medtronic De chirurgische kabels Model 5832 en Model 5832S dienen om hartstimulatiegeleidingsdraden aan te sluiten op de tijdelijke pacemaker Model Deze kabels zijn veiligheidskabels. Dit betekent dat de pinnen niet bloot liggen, maar zijn verzonken. Beide kabelmodellen hebben aan het distale uiteinde twee krokodillenklemmen, waaraan de connectorpinnen van de hartgeleidingsdraad kunnen worden bevestigd. Kabel Model 5832S heeft kleinere klemmen dan Model 5832 en is bedoeld voor gebruik met IS-1 1 -geleidingsdraden. Model 5832 Model 5832S Afbeelding 8-5. Chirurgische kabels Model 5832 en 5832S 1 IS-1 verwijst naar de internationale connectorstandaard (ISO : 1992) waarbij pulsgeneratoren en geleidingsdraden die aan deze standaard voldoen op elkaar kunnen worden aangesloten.

43 Bedieningsknoppen, indicatielampjes en andere functies Wegwerpbeschermhoes Model Wegwerpbeschermhoes Model 5409 Beschrijving De hoes dient ter bescherming van de tijdelijke pacemaker Model 5348 tijdens gebruik. De beschermhoes is vervaardigd van doorzichtig plastic en biedt diverse mogelijkheden voor bevestiging. De hoes is voor eenmalig gebruik; voor iedere nieuwe patiënt dient een nieuwe hoes te worden genomen. De hoes kan worden opgehangen aan een infuusstandaard of met behulp van klittenband worden bevestigd aan een ambulante patiënt of bijvoorbeeld een bed. Dit klittenband kunt u apart bestellen (zie de catalogus met toebehoren). Gebruik Schuif de tijdelijke pacemaker met de onderzijde in de hoes, waarbij de achterzijde van de pacemaker tegen de achterzijde van de hoes ligt. Sluit vervolgens het flapje van de hoes om de tijdelijke pacemaker op zijn plaats te houden. Via de uitsparing in de hoes kunt u de patiëntenkabel op de tijdelijke pacemaker aansluiten.

44

45 Ingebruikname9 9 Let op: Houd het ECG voortdurend in de gaten en houd voor noodgevallen defibrillatieapparatuur gereed tijdens het inbrengen van de geleidingsdraad en bevestiging aan de pacemaker. Let op: Lichtnetgevoede apparatuur die gebruikt wordt in de buurt van of aangesloten wordt op de patiënt, moet op de juiste wijze zijn geaard (zie Waarschuwingen ). Plaatsen van de batterij Vervang de batterij voor iedere nieuwe patiënt en als het lampje voor bijna lege batterij gaat branden tijdens pacemakerwerking. Controleer de batterijstatus minstens twee keer per dag. Als de tijdelijke pacemaker continu gebruikt wordt, vervang de alkalinebatterijen dan minstens elke zeven dagen. Om het batterijvak te openen, drukt u gelijktijdig op de ontgrendelingsknopjes aan weerszijden van de pacemaker (zie Afbeelding 9-1). Vervang de oude batterij door een 9 volt alkalinebatterij, type 6LR61, 6F22E of NEDA 1604A (Eveready Energizer 522 of vergelijkbaar) of een lithiumbatterij NEDA 1604LC (Ultralife U9VL of vergelijkbaar). Opmerking: Het gebruik van andere dan de bovenvermelde typen batterijen kan leiden tot: (1) een extreem korte resterende levensduur van de batterij nadat het indicatielampje voor een bijna lege batterij is gaan branden, (2) verminderde werking van de pacemaker en/of (3) een kortere levensduur van de batterij. Het gebruik van batterijen met andere afmetingen dan de aanbevolen batterijen, kan leiden tot verkeerde of geen stimulatie. Medtronic adviseert de batterij niet te vervangen als de pacemaker op een patiënt is aangesloten. Opmerking: Verwijder de batterij wanneer het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt.

46 46 Hoofdstuk 9 Aansluiten van de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V op Model 5348 Afbeelding 9-1. Druk tegelijkertijd op de ontgrendelingsknopjes aan de zijkant van het batterijvak Opmerking: Controleer of het batterijvak goed dicht zit door na te gaan of het batterijvak gesloten is en of de ontgrendelingsknopjes aan de zijkant van het apparaat niet ingedrukt zijn. U kunt een klikje horen als de vergrendelingsknopjes weer naar hun normale stand teruggaan. Let op: Als het apparaat werkt, wil dat NIET automatisch zeggen dat het batterijvak goed gesloten is. Aansluiten van de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V op Model 5348 Waarschuwing: Sluit eerst de patiëntenkabel aan op de tijdelijke pacemaker. Sluit pas daarna de geleidingsdraden aan op de patiëntenkabel. Let op: Hang Model 5348 niet op aan de kabels, maar gebruik daarvoor altijd de bevestigingsring of -beugels van de pacemaker.

47 Ingebruikname Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V 47 Opmerking: De patiëntenkabels Model 5433A en 5433V worden niet-steriel geleverd. Vóór gebruik dienen de kabels daarom te worden gereinigd en gesteriliseerd conform de bijgeleverde instructies. Opmerking: Controleer de patiëntenkabel nauwkeurig op zichtbare beschadiging of slijtage. Schakel de pacemaker Model 5348 uit en steek de connector van de patiëntenkabel in de pacemaker totdat deze vastklikt. Controleer de verbinding door voorzichtig aan de kabel te trekken. U kunt de patiëntenkabel ontkoppelen van de pacemaker door de ontgrendelingsknop op de connector van de kabel in te drukken (zie Afbeelding 9-2) en de kabel voorzichtig los te trekken. Afbeelding 9-2. Aansluiten van de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V op de pacemaker Model 5348 Let op: Patiëntenkabels Model 5433A of 5433V en/of stimulatiegeleidingsdraden altijd met schone handen of handschoenen (zonder bloed of andere lichaamsvloeistoffen) aansluiten op of loskoppelen van de pacemaker Model U voorkomt zo opeenhoping van vuil op moeilijk te reinigen plaatsen. Raadpleeg de technische handleiding bij de betreffende patiëntenkabel voor meer informatie. Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V Opmerking: Controleer de geleidingsdraden nauwkeurig op zichtbare beschadiging of slijtage. 1. Draai de schroeven van de patiëntenkabelconnector zo ver mogelijk los (tegen de wijzers van de klok in).

48 48 Hoofdstuk 9 Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V 2. Steek de connectorpinnen van de geleidingsdraad in de contactbussen van de patiëntenkabel (zie Afbeelding 9-3). Voor bipolaire systemen: Steek de connectorpinnen in de juiste contactbus (+ of -). De drempelwaarden van bipolaire geleidingsdraadsystemen kunnen verschillen, al naar gelang de polariteit van de geleidingsdraadaansluitingen. Bij myocardiale geleidingsdraden is dit verschil gewoonlijk te verwaarlozen. Voor unipolaire systemen: Steek de connectorpin in de negatieve (-) contactbus. Sluit op de positieve (+) contactbus een indifferente (aarde) elektrode aan. Let op: Het gebruik van bipolaire geleidingsdraadsystemen is aan te raden, omdat deze minder gevoelig zijn voor elektromagnetische interferentie. 3. Draai iedere schroef met de vingers rechtsom aan totdat deze goed vastzit. Controleer de aansluitingen door licht aan de geleidingsdraadgeleider te trekken. Afbeelding 9-3. Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de contactbussen van de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V Raadpleeg de technische handleiding bij de betreffende patiëntenkabel voor meer informatie.

49 Ingebruikname Direct aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de pacemaker Model 5348 Direct aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de pacemaker Model Waarschuwing: Hartdraden en geleidingsdraden mogen uitsluitend in extreme noodsituaties direct op Model 5348 worden aangesloten. Tijdelijke stimulatiegeleidingsdraden zoals Model 6500 van Medtronic kunnen in noodsituaties direct op Model 5348 worden aangesloten. Let op: Bij directe aansluiting klikken de connectorpinnen niet vast en is er geen sprake van een stevige verbinding. Zo mogelijk dient dus steeds gebruik te worden gemaakt van de patiëntenkabels Model 5433A of 5433V (zie Aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de patiëntenkabel Model 5433A of 5433V ). Let op: Raak blootliggende pinnen niet aan en laat ze niet in contact komen met elektrisch geleidende of natte oppervlakken. Het wordt daarom aanbevolen om blootliggende pinnen en draden te isoleren om kortsluiting te voorkomen. 1. Verwijder het beschermplugje van de contactbus door aan het rubberen hendeltje te trekken en van de pacemaker af te trekken. 2. Steek de connectorpinnen in de corresponderende gaatjes op het connectorblok (zie Afbeelding 9-4). Let op: Steek de pinnen NIET in de contactbus voor de patiëntenkabel. Let op: Tijdelijke stimulatiegeleidingsdraden altijd met schone handen of handschoenen (zonder bloed of andere lichaamsvloeistoffen) aansluiten op of loskoppelen van de pacemaker Model U voorkomt zo opeenhoping van vuil op moeilijk te reinigen plaatsen. Voor bipolaire systemen: Steek de pin in de juiste contactbus (+ of -). De drempelwaarden van bipolaire geleidingsdraadsystemen kunnen verschillen, al naar gelang de polariteit van de geleidingsdraadaansluitingen. Bij myocardiale geleidingsdraden is dit verschil gewoonlijk te verwaarlozen. Voor unipolaire systemen: Steek de connectorpin in de negatieve (-) contactbus. Sluit op de positieve (+) contactbus een indifferente (aarde) elektrode aan.

50 50 Hoofdstuk 9 Direct aansluiten van het stimulatiegeleidingsdraadsysteem op de pacemaker Model 5348 Let op: Het gebruik van bipolaire geleidingsdraadsystemen is aan te raden, omdat deze minder gevoelig zijn voor elektromagnetische interferentie. 3. Verwijder de pinnen door deze eenvoudigweg uit de contactbus te trekken. Afbeelding 9-4. Direct aansluiten van de hartdraden op Model 5348

51 Gebruiksinstructies10 10 Waarschuwing: Maak eerst alle verbindingen voordat u het apparaat inschakelt. Aan- en uitzetten van Model 5348 Om Model 5348 aan te zetten, drukt u op de ON-knop. Om de pacemaker uit te schakelen, dient u de knoppen ON en OFF tegelijk in te drukken. Let op: Vervang de batterij direct wanneer het lampje LOW BATT. gaat branden of tegelijk met de lampjes PACE en SENSE gaat knipperen op het moment dat de pacemaker voor het eerst wordt ingeschakeld. De resterende levensduur van de batterij is onbekend en de pacemaker kan elk moment stoppen. Let op: Medtronic adviseert de batterij niet te vervangen als de pacemaker op een patiënt is aangesloten. Als het indicatielampje LOW BATT. tijdens pacemakergebruik voor de eerste keer gaat knipperen, werkt de pacemaker nog minimaal 24 uur, mits deze is ingesteld op 80 min -1 en 10 ma (of bij lagere instellingen). Opmerking: Model 5348 start altijd op met de parameters voor standaardstimulatie (ingesteld met de draaiknoppen), ook wanneer op het moment van uitschakelen RAP geactiveerd was of werd gestimuleerd op de RAP-frequentie. Zelftest bij inschakeling Als Model 5348 wordt ingeschakeld, voert deze een zelftest uit (zie Zelftest ). Tijdens deze test lichten alledrie de lampjes op. Als de test succesvol is, gaan de lampjes na ongeveer één seconde weer uit (alleen het betreffende lampje van PACE of SENSE blijft knipperen). Als de batterijspanning onder de minimumbatterijspanning komt, gaat het lampje LOW BATT. tegelijk met de lampjes PACE of SENSE knipperen.

52 52 Hoofdstuk 10 Procedures voor standaardstimulatie Afhankelijk van hoe laag de batterijspanning bij inschakeling van de pacemaker is, gaan de lampjes PACE of SENSE gedurende twee cycli branden, en wordt de pacemaker vervolgens uitgeschakeld, of de lampjes lichten even op waarna de pacemaker direct wordt uitgeschakeld. Wanneer de batterijspanning te laag is, gaan de lampjes in het geheel niet branden en kan de pacemaker niet worden ingeschakeld. Wanneer de zelftest niet succesvol is, blijven alle lampjes branden en vindt er geen stimulatie of waarneming plaats. Schakel de pacemaker uit door ON en OFF tegelijkertijd in te drukken of door de batterij te verwijderen. Stuur de pacemaker terug voor een servicebeurt. Procedures voor standaardstimulatie Standaardstimulatie van Model 5348 omvat zowel demandstimulatie (= synchrone stimulatie) als asynchrone stimulatie van het atrium of het ventrikel bij frequenties tussen 30 en 180 min -1. Onderstaand zal eerst worden ingegaan op standaardstimulatie. Bepalen van de stimulatiemodus In welke modus de pacemaker werkt, is afhankelijk van de positie van de geleidingsdraad en de ingestelde gevoeligheid. Plaats de geleidingsdraad of -draden voor stimulatie van de gewenste kamer (atrium of ventrikel). Volg hiervoor de bijgeleverde instructies bij de geleidingsdraad. De gevoeligheidsinstelling bepaalt of de pacemaker in de demand-modus (synchrone modus) of de asynchrone modus werkt. Selecteer de demand-modus door de draaiknop SENSITIVITY op een waarde in te stellen (tussen 0,5 en 20 mv) die anderhalf maal zo hoog is als de ingestelde gevoeligheidswaarde van de patiënt (zie Bepalen van de waarnemingspotentialen ). Opmerking: In de demand-modus worden gestimuleerde uitgangspulsen geïnhibeerd zodra de pacemaker intrinsieke of ectopische activiteit waarneemt. Hierdoor wordt concurrentie tussen het gestimuleerde ritme en de intrinsieke activiteit van het hart tot een minimum beperkt.

Uitleg externe tijdelijke pacemaker

Uitleg externe tijdelijke pacemaker Uitleg externe tijdelijke pacemaker De eerste externe pacemaker (1958) drs. M. van Trigt Sr. Therapy Sales Specialist Medtronic Trading NL BV 1 Externe tijdelijke tweekamerpacemaker Marcel van Trigt 10

Nadere informatie

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Introductie: Bedankt voor het aanschaffen van deze UHF- PLL 40 kanaals rondleidingsysteem en draadloze

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053

GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053 GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053 1. Productomschrijving: De Wolff V1-D4 vochtmeter is een niet-destructieve vochtmeter voor het meten van diverse ondergronden zoals beton, dekvloeren,

Nadere informatie

VOEDINGSBANK 9000 MET AUTO JUMPSTARTER

VOEDINGSBANK 9000 MET AUTO JUMPSTARTER VOEDINGSBANK 9000 MET AUTO JUMPSTARTER Gebruikshandleiding 31889 Lees deze handleiding a.u.b. voordat u dit product in gebruik neemt. Anders kunt u ernstig letsel oplopen. Hartelijk bedankt voor het aanschaffen

Nadere informatie

VI-D4 Beton Vochtmeter

VI-D4 Beton Vochtmeter VI-D4 Beton Vochtmeter PRODUCTBESCHRIJVING De Caisson VI-D4 vochtmeter is een niet-destructieve vochtmeter voor het meten van diverse ondergronden zoals beton, dekvloeren, gips etc. Door middel van het

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ALED-003 DRAADLOZE LED SPOT

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ALED-003 DRAADLOZE LED SPOT GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ALED-003 DRAADLOZE LED SPOT OMSCHRIJVING Deze LED spot met ingebouwde ontvanger is draadloos en dus overal te bevestigen. Met een KlikAanKlikUit zender naar keuze kunt u het lampje

Nadere informatie

Duurzame energie. Aan de slag met de energiemeter van LEGO

Duurzame energie. Aan de slag met de energiemeter van LEGO Duurzame energie Aan de slag met de energiemeter van LEGO LEGO, het LEGO logo, MINDSTORMS en het MINDSTORMS logo zijn handelsmerken van de LEGO Group. 2010 The LEGO Group. 1 Inhoudsopgave 1. Overzicht

Nadere informatie

Verkorte gebruiksaanwijzing

Verkorte gebruiksaanwijzing Verkorte gebruiksaanwijzing Fun2Go Contactgegevens fabrikant: Tel. +31 (0)315 257370 E-mail: info@vanraam.com Website: www.vanraam.com Van Raam Aaltenseweg 56 7051 CM Varsseveld Nederland Versie 18.06

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING FT-07

GEBRUIKSAANWIJZING FT-07 GEBRUIKSAANWIJZING FT-07 1 2 3 1: temperatuur sensor 2: display 3: aan/start/stop/geheugen/uit toets temperatuur weergave display temperatuur weergave geheugen lege batterij indicatie 2 INTRODUCTIE De

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 AWST-8802 DRAADLOZE DUBBELE WANDSCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 AWST-8802 DRAADLOZE DUBBELE WANDSCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 AWST-8802 DRAADLOZE DUBBELE WANDSCHAKELAAR OMSCHRIJVING Deze draadloze wandschakelaar kan op iedere gewenste plaats bevestigd worden, zonder gedoe met draden of hoge spanning.

Nadere informatie

Handleiding afstandsbediening voor mobiele airconditioning

Handleiding afstandsbediening voor mobiele airconditioning Handleiding afstandsbediening voor mobiele airconditioning Lees deze handleiding aandachtig door voor een veilig en correct gebruik van de mobiele airconditioner. Bewaar de handleiding zorgvuldig, zodat

Nadere informatie

CADD Solis VIP pomp. uw behandeling thuis

CADD Solis VIP pomp. uw behandeling thuis CADD Solis VIP pomp uw behandeling thuis Bij uw behandeling is het mogelijk om (een deel van) de medicijnen thuis te krijgen via de CADD SOLIS VIP pomp. Via deze pomp krijgt u via het bloed het medicijn

Nadere informatie

MyDiagnostick 1001R - Apparaat Handleiding DSF FINAL Revision 1. MyDiagnostick 1001R. Apparaat Handleiding. Page 1 of 11

MyDiagnostick 1001R - Apparaat Handleiding DSF FINAL Revision 1. MyDiagnostick 1001R. Apparaat Handleiding. Page 1 of 11 MyDiagnostick 1001R Apparaat Handleiding Page 1 of 11 Table of Contents 1 INLEIDING... 3 1.1 Gebruiksdoel... 3 1.2 Software... 3 1.3 Informatie regelgeving... 3 1.4 Waarschuwingen... 3 2 VERPAKKING...

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het Egardia alarmlicht met sirene. Website Egardia www.egardia.com Klantenservice

Nadere informatie

Switch. Handleiding 200.106.110117

Switch. Handleiding 200.106.110117 Switch Handleiding 200.106.110117 Hartelijk dank voor uw aanschaf van deze uitbreiding van uw Plugwise systeem. Met de Switch kunt u draadloos de elektrische stroom naar de apparaten in uw Plugwise netwerk

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88

Nadere informatie

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN

START SET DRAADLOOS SCHAKELEN START-LINE GEBRUIKERSHANDLEIDING Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen Lees deze eenvoudige instructies. Bij onjuiste installatie vervalt de garantie op dit product.

Nadere informatie

Handleiding Prestan AED UltraTrainer

Handleiding Prestan AED UltraTrainer Handleiding Prestan AED UltraTrainer Handleiding AED UltraTrainer De Prestan AED UltraTrainer is voorgeprogrammeerd met een Nederlands/Engels module en bevat 3C s batterijen, 1 set volwassen-/kindertrainingselektroden,

Nadere informatie

AWST-8800 DRAADLOZE WANDSCHAKELAAR

AWST-8800 DRAADLOZE WANDSCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 AWST-8800 DRAADLOZE WANDSCHAKELAAR *Op www.klikaanklikuit.nl vind u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen OMSCHRIJVING Deze draadloze wandschakelaar kan op iedere gewenste

Nadere informatie

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding Rho-Delta b.v. Escudostraat 2 2991 XV Barendrecht Tel. +03110-4795755 Fax. +03110-2927461 www.rhodelta.nl info@rhodelta.nl - OMSCHRIJVING De GT-912 /GT-913/GT-914

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing PCE-123

Gebruiksaanwijzing PCE-123 PCE Brookhuis Institutenweg 15 7521 PH Enschede Nederland Tel.: +31 (0)900 1200 003 Fax: +31 430 36 46 info@pcebenelux.nl PCE-123 Eigenschappen: 1. 4-20mA (belasting 1KΩ, voeding 24V) 2. 0-100.00mV, 0-1.000V,

Nadere informatie

Veel gestelde vragen:

Veel gestelde vragen: Veel gestelde vragen: Welke functies heeft het apparaat? 5 functies in 1: te gebruiken als auto starthulp, LED lamp, oplader voor diverse apparaten zoals mobiele telefoons, laptops, PSP, MP3/MP4. Hoe kan

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AEX-701 SIGNAALVERSTERKER

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AEX-701 SIGNAALVERSTERKER GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AEX-701 SIGNAALVERSTERKER * A B C * D * Afbeelding van de AC-1000 Stekkerdoosschakelaar, en de YCT-102 Afstandsbediening (beide niet inbegrepen) A: Voetplaatje met uitsparingen

Nadere informatie

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN

1. BESCHRIJVING spanningsindicator. voedingsschakelaar. AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen. ventilator 2. VERBINDINGEN 1. BESCHRIJVING spanningsindicator voedingsschakelaar AC uitgangs stopcontact krokodilleklemmen ventilator 2. VERBINDINGEN Verbind het rode snoer met de "+" van de batterij (rode aansluiting) en met het

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR D C B A * * Afbeelding van de YCT-102 (niet altijd inbegrepen, check de specificaties op de verpakking) A: Indicator (spannings- en

Nadere informatie

STARTEN MET INTERSTIM

STARTEN MET INTERSTIM STARTEN MET INTERSTIM STAPPENPLAN Afstandsbediening voor gebruik met het InterStim -systeem voor sacrale neuromodulatietherapie EEN GOEDE START MET INTERSTIM Gebruik het stappenplan in deze brochure om

Nadere informatie

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A installatiehandleiding Alarmlicht LXA-8A INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 088 383 88 38 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APCR-2300 STEKKERBLOK SCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APCR-2300 STEKKERBLOK SCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APCR-2300 STEKKERBLOK SCHAKELAAR A B C A: LED-indicator B: Verbindingsknop C: Kinderbeveiliging 1 [1] Plaatsen stekkerblok schakelaar Plaats de stekker van het stekkerblok in

Nadere informatie

Gumax Terrasverwarmer

Gumax Terrasverwarmer Gumax Terrasverwarmer De energiezuinige terrasverwarmer op infraroodbasis zonder rode gloed Handleiding Model PAH-2011-1 3200 watt Lees alle instructies zorgvuldig door alvorens dit apparaat te installeren

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Nederlands. Alarmsysteem & Sensorpleister

Gebruiksaanwijzing Nederlands. Alarmsysteem & Sensorpleister Gebruiksaanwijzing Nederlands Alarmsysteem & Sensorpleister Gebruiksaanwijzing Alarmsysteem & Sensorpleister Dutch version 2007 Redsense Medical AB Box 287 301 07 Halmstad, Sweden www.redsensemedical.com

Nadere informatie

WWW.TECHGROW.NL. TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER HANDLEIDING. software versie: 1.00

WWW.TECHGROW.NL. TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER HANDLEIDING. software versie: 1.00 WWW.TECHGROW.NL TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER software versie: 1.00 HANDLEIDING TechGrow HS-1 handleiding GEFELICITEERD! U heeft de TechGrow HS-1 Portable CO 2 Meter aangeschaft. De HS-1 CO 2 Meter

Nadere informatie

Actieve stereo speaker met uniek LED sfeerlicht

Actieve stereo speaker met uniek LED sfeerlicht Handleiding Actieve stereo speaker met uniek LED sfeerlicht Belangrijk Wanneer het product is ingeschakeld, ziet u de functie On Mode geactiveerd. Echter, wanneer het product is aangesloten op een extern

Nadere informatie

Carpline DTXI-plus Beetmelder set GEBRUIKSAANWIJZING

Carpline DTXI-plus Beetmelder set GEBRUIKSAANWIJZING Carpline DTXI-plus Beetmelder set GEBRUIKSAANWIJZING Deze handleiding is van toepassing op: - Carpline DTXI-plus Beetmelder - Carpline DTXI-plus Receiver - Carpline Bivvy-light Carpline DTXI-plus Beetmelder

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Overzicht 3 De headset opladen 4 De headset dragen 4 De headset inschakelen 4 De headset voor dicteren aansluiten 5 De adapter 5 De geluidsinstellingen van

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR D C B A * * Afbeelding van de YCT-102 (niet altijd inbegrepen, check de specificaties op de verpakking) A: Indicator (spannings- en

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APA2-2300R AFSTANDSBEDIENING EN STEKKERDOOS SCHAKELAARS

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APA2-2300R AFSTANDSBEDIENING EN STEKKERDOOS SCHAKELAARS GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 APA2-2300R AFSTANDSBEDIENING EN STEKKERDOOS SCHAKELAARS A C B 1 2 1 2 G D E A: LED-indicator B: Kinderbeveiliging C: LED-indicator D: Aan/uit-toetsen E: Groeptoets (kanaal 1 en

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING Infrarood Thermometer PCE-IR 100

GEBRUIKSAANWIJZING Infrarood Thermometer PCE-IR 100 PCE Brookhuis B.V. Institutenweg 15 7521 PH Enschede The Netherlands Telefoon: +31 (0)900 1200 003 Fax: +31 53 430 36 46 info@pcebenelux.nl www.pce-instruments.com/dutch GEBRUIKSAANWIJZING Infrarood Thermometer

Nadere informatie

Digitale multimeter. Inhoud: INLEIDING. Beschrijving van het product

Digitale multimeter. Inhoud: INLEIDING. Beschrijving van het product Digitale multimeter EEDM504D INLEIDING Beschrijving van het product De EEDM504D is een hand-dmm die zichzelf instelt. De EEDM504D meet spanning en stroomsterkte van gelijk- en wisselstroom, weerstand,

Nadere informatie

SmartHome Huiscentrale

SmartHome Huiscentrale installatiehandleiding SmartHome Huiscentrale Vervanging voor WoonVeilig Huiscentrale (model WV-1716) INSTALLATIEHANDLEIDING SMARTHOME HUISCENTRALE Website WoonVeilig www.woonveilig.nl Klantenservice Meer

Nadere informatie

Handleiding U8 Wireless Headset

Handleiding U8 Wireless Headset Voorwoord Bedankt dat je voor de Music Headsets hebt gekozen Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig voor de juiste instructies om het voordeel van ons product te maximaliseren. Onze headsets zijn goed

Nadere informatie

GROHE MINTA TOUCH. installatie instructie

GROHE MINTA TOUCH. installatie instructie installatie instructie Benodigde gereedschappen: Steeksleutel 7 mm Steeksleutel 9 mm Steeksleutel mm Steeksleutel 4 mm Kruiskopschroevendraaier Benodigde materialen: Bevestigingsmaterialen (4) voor de

Nadere informatie

3 Breng de punt van de kabel in het plastik onderdeel zoals wordt getoond in figuur 4.

3 Breng de punt van de kabel in het plastik onderdeel zoals wordt getoond in figuur 4. Iridium G243 1 Haal het apparaat uit de verpakking en controleer of alle onderdelen aanwezig zijn: (A) Centraal gedeelte, (B) stuur, (C) elektronische monitor, (D) schroeven, (E) schroeven, (F) ringen,

Nadere informatie

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4 Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting

Nadere informatie

Cardio Saver BV. Gebruikshandleiding Saver One trainer

Cardio Saver BV. Gebruikshandleiding Saver One trainer Cardio Saver BV Gebruikshandleiding Saver One trainer Hartelijk dank voor de aanschaf van deze AED training unit. Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens u het apparaat gaat gebruiken. Bewaar deze handleiding

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht

installatiehandleiding Alarmlicht installatiehandleiding Alarmlicht INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl

Nadere informatie

Cobra Alarm 4627. Gebruikers Handleiding

Cobra Alarm 4627. Gebruikers Handleiding Cobra Alarm 4627 Gebruikers Handleiding Clifford Electronics Benelux BV Tel.+31 20 40 40 919 info@clifford.nl ISO 9001:2008 Cobra Alarmsysteem: Diefstal is de laatste tijd explosief gestegen. CAN Bus manipulatie

Nadere informatie

Nokia Extra Power DC-11/DC-11K /2

Nokia Extra Power DC-11/DC-11K /2 Nokia Extra Power DC-11/DC-11K 5 2 4 3 9212420/2 2008-2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Met de Nokia Extra Power DC-11/ DC-11K (hierna DC-11 genoemd) kunt u de batterijen van twee compatibele

Nadere informatie

Het NESS H200 Wireless-systeem bedienen

Het NESS H200 Wireless-systeem bedienen Hoofdstuk Het NESS H200 Wireless-systeem bedienen 9 Vereisten voor RF-communicatie De besturingseenheid en orthese moeten zich binnen het RF-communicatiebereik bevinden om draadloos te kunnen communiceren.

Nadere informatie

Smoke Alarm FERION 1000 O

Smoke Alarm FERION 1000 O Smoke Alarm FERION 1000 O nl Smoke Alarm Inhoudsopgave nl 3 Inhoudsopgave 1 Graphics 4 2 Inleiding 6 3 Montage 7 4 Onderhoud 9 5 Technische specificaties 10 6 Klantenservice 12 Bosch Sicherheitssysteme

Nadere informatie

Packard Bell Easy Repair

Packard Bell Easy Repair Packard Bell Easy Repair EasyNote MB Series Instructies voor het vervangen van het dvd-station 7440910005 7440910005 Documentversie: 1.0 - Februari 2008 www.packardbell.com Veiligheidsinstructies Lees

Nadere informatie

AXIWI. Gebruiksaanwijzing AXIWI AT-320. Digitaal Draadloos Audio Systeem

AXIWI. Gebruiksaanwijzing AXIWI AT-320. Digitaal Draadloos Audio Systeem AXIWI Digitaal Draadloos Audio Systeem AXIWI AT-320 Gebruiksaanwijzing Veiligheidsinstructie: Neem het onderstaande in acht: Vermijd opslag en gebruik in te warme en vochtige plaatsen. Het gebruik in zulke

Nadere informatie

Handleiding. Onderdelen apparatuur

Handleiding. Onderdelen apparatuur NL Handleiding De STABILA REC-0 Line is een eenvoudig te bedienen receiver waarmee u snel laserlijnen kunt ontvangen. Met de receiver REC-0 Line kunnen uitsluitend pulsgemoduleerde laserstralen van STABILA-lijnlaserapparaten

Nadere informatie

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY BEDIENINGS INSTRUCTIES 8-SYMBOOL AFSTANDBEDIENING Kinder slot Tijd Signaal indicator Thermostatische stand Batterij Countdown F or C Programma Eco stand Temperatuur Dubbele brander 8-SYMBOOL DISPLAY INSTELLING

Nadere informatie

Mauer GmbH Technologie voor beveiliging. Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard

Mauer GmbH Technologie voor beveiliging. Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard Informatie over de bediening: Mauer GmbH Technologie voor beveiliging Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard Bedieningsinstructies Lees deze instructies aandachtig door voordat u het slot

Nadere informatie

MILTON KLOKTHERMOSTAAT

MILTON KLOKTHERMOSTAAT MILTON KLOKTHERMOSTAAT Gebruiksaanwijzing Installatie: Waarschuwing: schakel de Milton en de elektronische apparaten (CV-Ketel) die erop worden aangesloten uit voor installatie. 1. Installatieplaats: Plaats

Nadere informatie

Packard Bell Easy Repair

Packard Bell Easy Repair Packard Bell Easy Repair EasyNote MB Series Instructies voor het vervangen van een draadloos LAN-netwerkkaart 7440900005 7440900005 Documentversie: 1.0 - Februari 2008 www.packardbell.com Veiligheidsinstructies

Nadere informatie

Vooraleer het toestel in gebruik te nemen moet men controleren of hij correct functioneert. Het toestel niet gebruiken wanneer het beschadigd is

Vooraleer het toestel in gebruik te nemen moet men controleren of hij correct functioneert. Het toestel niet gebruiken wanneer het beschadigd is ALGEMENE OPMERKINGEN Lees aandachtig de aanwijzingen in dit handboek. Vooraleer het toestel in gebruik te nemen moet men controleren of hij correct functioneert. Het toestel niet gebruiken wanneer het

Nadere informatie

HANDLEIDING BEWEGINGSMELDER

HANDLEIDING BEWEGINGSMELDER HANDLEIDING BEWEGINGSMELDER Inhoud INSTALLATIE... 2 GEVOELIGHEIDSDETECTIE... 3 HUISDIERMODUS... 4 TESTEN... 5 WANNEER IS DE BEWEGINGSMELDER ACTIEF?... 6 LED AAN/UIT SELECTIE... 6 DETECTIEPATROON... 6 VEELGESTELDE

Nadere informatie

Gebruikershandleiding AT-500T/R. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

Gebruikershandleiding AT-500T/R. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Gebruikershandleiding AT-500T/R 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen. Introductie: Bedankt voor het aanschaffen van dit 40 kanaals communicatiesysteem, AT-500T/R. Deze handleiding

Nadere informatie

1. Naam van het product Bubbelpaneel. 2. Product code Kleur Zwart of wit

1. Naam van het product Bubbelpaneel. 2. Product code Kleur Zwart of wit 1. Naam van het product Bubbelpaneel 2. Product code 18523 3. Kleur Zwart of wit 4. Korte beschrijving Het best van twee werelden - een paneel en een bubbelunit in één! Een schitterend product van ROMPA.

Nadere informatie

NEDERLANDS. SAS-ALARM100 1x Alarmeenheid 6x Deur-/raamsensoren 2x Afstandsbedieningen

NEDERLANDS. SAS-ALARM100 1x Alarmeenheid 6x Deur-/raamsensoren 2x Afstandsbedieningen Inleiding: Multifunctioneel plug and play draadloos alarmsysteem. Eenvoudige en snelle installatie. Het werkt op batterijen en maakt transformatoren en kabels dus overbodig. Beveiligt huizen, kantoren,

Nadere informatie

Life-Point Pro Trainer manual A5 20-01-15 kleur voor prints.indd 1

Life-Point Pro Trainer manual A5 20-01-15 kleur voor prints.indd 1 Life-POINT Pro AED TRAINER handleiding Life-Point Pro Trainer manual A5 20-01-15 kleur voor prints.indd 1 20-01-15 20:03 Life-Point Pro AED - TRAINER Handleiding BELANGRIJK Leest u deze handleiding zorgvuldig

Nadere informatie

MINI INBOUW SCHAKELAAR

MINI INBOUW SCHAKELAAR START-LINE AWS-3500S GEBRUIKERSHANDLEIDING Item 70230 Versie 1.0 Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen MINI INBOUW SCHAKELAAR Lees deze eenvoudige instructies. Bij

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING ROMED ELECTRONISCHE BLOEDDRUKMETER (BP-1000)

GEBRUIKSAANWIJZING ROMED ELECTRONISCHE BLOEDDRUKMETER (BP-1000) GEBRUIKSAANWIJZING ROMED ELECTRONISCHE BLOEDDRUKMETER (BP-1000) Belangrijke aanwijzingen voor het verkrijgen van goede metingen 1. Eet en drink (alcohol) niet, rook of sport niet voor het meten van de

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 ABST-604 DRAADLOZE SCHEMERSENSOR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 ABST-604 DRAADLOZE SCHEMERSENSOR GEBRUIKSAANWIJZING v. 2.0 ABST-604 DRAADLOZE SCHEMERSENSOR OMSCHRIJVING De ABST-604 draadloze schemersensor kunt u overal plaatsen, zowel binnen als buiten, zonder gedoe met installatiedraden. De zender

Nadere informatie

Bluetooth Auto Luidspreker

Bluetooth Auto Luidspreker ENVIVO Bluetooth Auto Luidspreker GEBRUIKERSHANDLEIDING INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE...4 WELKOM...4 ALGEMENE INFORMATIE EN VEILIGHEIDSINSTRUCTIES...5 WAARSCHUWING...5 PRODUCT AFBEELDING & BELANGRIJKSTE FUNCTIES...6

Nadere informatie

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET CTS Afstandsbediening Infrarood Let op! 1 Zorg ervoor dat er niets tussen de ontvanger en de afstandsbediening

Nadere informatie

Magic Remote GEBRUIKERSHANDLEIDING

Magic Remote GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING Magic Remote Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u de afstandsbediening gebruikt en bewaar de handleiding om deze naderhand te kunnen raadplegen. AN-MR650A www.lg.com ACCESSOIRES

Nadere informatie

Digitale momentsleutel 6-30 Nm 1/4"D

Digitale momentsleutel 6-30 Nm 1/4D Onderdeelnr. 5167 Digitale momentsleutel 6-30 Nm 1/4"D www.lasertools.co.uk Referentieformulier Primaire schaal: 6-30 Nm Secundaire schaal: 11,5-59 Ft/Lbs Aandrijving: 1/4"D Functies: 5 instellingen: Kg-m

Nadere informatie

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 4 en/of Color Player 4 receiver.

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 4 en/of Color Player 4 receiver. LivingLight COLOR PLAYER 4 EN COLOR PLAYER 4 RECEIVER Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 4 en/of Color Player 4 receiver. De LivingLight producten zijn speciaal ontwikkeld

Nadere informatie

AEX-701 SIGNAALVERSTERKER

AEX-701 SIGNAALVERSTERKER GEBRUIKSAANWIJZING* v. 1.0 AEX-701 SIGNAALVERSTERKER *Op www.klikaanklikuit.nl vind u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen COMPATIBILITEIT Deze signaalversterker werkt met alle KlikAanKlikUit zenders

Nadere informatie

2500V Digital Insulation Resistance Tester Model:

2500V Digital Insulation Resistance Tester Model: 2500V Digital Insulation Resistance Tester Model: 72-0405 SAFETY INSTRUCTIONS Nederlands Deze meter voldoet aan de IEC61010 veiligheidsmetingbehoefte. Verontreinigingsgraad 2, CAT III 600V. Lees de volgende

Nadere informatie

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Lees de gebruikershandleiding voor gebruik zorgvuldig door en maak u vertrouwd met de verschillende functies van uw autoalarm. Deze handleiding beschrijft de functies

Nadere informatie

Accu en oplader instructies: Eigen bedrijfsgegevens

Accu en oplader instructies: Eigen bedrijfsgegevens Accu en oplader instructies: Eigen bedrijfsgegevens 1. Als u de accu helemaal leeg hebt gereden, zorg er dan voor dat u uw accu kort hierna weer aan de lader zet (binnen enkele uren). 2. Laat de accu nooit

Nadere informatie

www.klikaanklikuit.nl

www.klikaanklikuit.nl www.klikaanklikuit.nl START-LINE ZENDER AEX-701 LEES ALTIJD EERST DEZE HANDLEIDING versie 2.0 Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen DRAADLOZE SIGNAALREPEATER Lees

Nadere informatie

AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR. 2x 3x

AGDR-300 TUIN STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR. 2x 3x 2x 3x [5] De stekkerdoos schakelt ter bevestiging 2x in en uit. De code van de zender is in het geheugen van de stekkerdoos opgeslagen en het product is klaar voor gebruik. Er kunnen maximaal 6 verschillende

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

HANDLEIDING SAUNABESTURING A2 TECHNISCHE GEGEVENS

HANDLEIDING SAUNABESTURING A2 TECHNISCHE GEGEVENS HANDLEIDING SAUNABESTURING A TECHNISCHE GEGEVENS Spanning : 00 Volt, N ~ Frequentie : 0 Hz Schakelvermogen : 9 kw over fasen van max. kw per fase Verwarmingsduur : 6 of uur Temperatuur : 0 C afhankelijk

Nadere informatie

Straightener. Register your product and get support at HP8360/00. Gebruiksaanwijzing

Straightener.   Register your product and get support at HP8360/00. Gebruiksaanwijzing Register your product and get support at www.philips.com/welcome Straightener HP8360/00 NL Gebruiksaanwijzing Nederlands Gefeliciteerd met uw aankoop en welkom bij Philips! Registreer uw product op www.philips.com/welcome

Nadere informatie

www.klikaanklikuit.nl START-LINE ZENDER AGST-8800 LEES ALTIJD EERST DEZE HANDLEIDING Item 70151 Versie 1.0 Op www.klikaanklikuit.nl vindt u altijd de meest recente gebruiksaanwijzingen DRAADLOZE WANDSCHAKELAAR

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7 GEBRUIKSAANWIJZING 1 3 2 1 4 11 NOT AVAILABLE 12 6 5 5 7 8 14 9 10 19 17 18 21 13 20 15 16 1 ONZE WELGEMEENDE DANK VOOR UW AANKOOP VAN DEZE AFSTANDS- BEDIENING. LEES DE HANDLEIDING AANDACHTIG ALVORENS

Nadere informatie

HONDEN EN MUGGEN VERJAGER

HONDEN EN MUGGEN VERJAGER HONDEN EN MUGGEN VERJAGER G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Ondersteuning na aankoop. Gefeliciteerd met de aankoop van deze Honden en muggen verjager. Met de aankoop van dit apparaat krijgt u niet alleen

Nadere informatie

Smoke Alarm FERION 4000 O

Smoke Alarm FERION 4000 O Smoke Alarm FERION 4000 O nl Smoke Alarm Inhoudsopgave nl 3 Inhoudsopgave 1 Graphics 4 2 Inleiding 6 3 Montage 7 4 Onderhoud 9 5 Technische specificaties 10 6 Klantenservice 12 Bosch Sicherheitssysteme

Nadere informatie

Harde schijf. Opmerking: U kunt instructies op het internet vinden op

Harde schijf. Opmerking: U kunt instructies op het internet vinden op Nederlands Instructies voor vervanging Volg de instructies in dit document nauwgezet. Als je dit niet doet, kan de apparatuur beschadigd raken en de garantie komen te vervallen. Opmerking: U kunt instructies

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR A B C * Verlichting: Aan / Uit * Afbeelding van de YCT-102 (niet altijd inbegrepen, check de specificaties op de verpakking) A: Indicator (spannings-

Nadere informatie

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

1. BESCHRIJVING. - aansluiting. power LED. ventilator + aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2. 1. BESCHRIJVING power LED "-" aansluiting ON/OFF schakelaar AC uitgangsstopcontact ventilator "+" aansluiting zekering 2. AANSLUITINGEN Verbind de inverter met de batterij (krokodillenklemmen meegeleverd)

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-300 STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-300 STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-300 STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR A B C * Verlichting: Aan / Uit / Dimmen * Afbeelding van de YCT-102 (niet altijd inbegrepen, check de specificaties op de verpakking) A: Indicator

Nadere informatie

Calortrans M55. Handleiding

Calortrans M55. Handleiding Calortrans M55 Handleiding Voorwoord BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Voor veilig gebruik van de Calortrans M55 mokkenpers moeten de volgende voorzorgsmaatregelen genomen worden: Vóór gebruik: Lees de

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ABST-604 SCHEMER SENSOR

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ABST-604 SCHEMER SENSOR GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ABST-604 SCHEMER SENSOR A B C * G D E F * Afbeelding van de AC-1000 (niet inbegrepen) A: Voetplaat B: Batterijklep C: Schemerinstelling D: Verbindschakelaar E: Tijdschakelaar

Nadere informatie

HI93501 HI HI HI HI draagbare thermometers HANDLEIDING

HI93501 HI HI HI HI draagbare thermometers HANDLEIDING HI93501 HI935001 HI935004 HI935007 HI935008 draagbare thermometers HANDLEIDING BESTE KLANT Bedankt dat u voor een product van Hanna Instruments koos. Lees deze gebruiksaanwijzing goed door voordat u dit

Nadere informatie

Nederlands. Handleiding. Inhoud :

Nederlands. Handleiding. Inhoud : Nederlands Transmitter Speed 19350 Handleiding Inhoud : Kenmerken Plaatsen van de batterij HotShoe connector Gebruikshandleinding Frequenties Ontspanmodus Geïntegreerd sync contact Elinchrom RX functies

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing SWS Wireless Display

Gebruiksaanwijzing SWS Wireless Display Gebruiksaanwijzing SWS Wireless Display E A B C D F G H I J K L M N O A Massage AAN I Hoofd- en voeteneinde omhoog B Massage UIT J Hoofd- en voeteneinde omlaag C Afname massage intensiteit K Hoofdeinde

Nadere informatie

OVERZICHT APPARAAT. Knop Type patiënt. Pacemaker. Sync. Knop Rapporten Knop Afdrukken. Navigatieknoppen. Therapiepoort. ECG-poort.

OVERZICHT APPARAAT. Knop Type patiënt. Pacemaker. Sync. Knop Rapporten Knop Afdrukken. Navigatieknoppen. Therapiepoort. ECG-poort. SCHERM DEFIBRILLATOR OVERZICHT APPARAAT Knop Type patiënt Indicator Klaar voor gebruik USB-poort Therapieknop Overzicht apparaat AED Off Uit Monitor Display Kies energie Laden-knop Pacemaker Knop Lead

Nadere informatie

gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe

gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe 2 Gebruikershandleiding elektronisch slot met noodsleutel think safe Belangrijke aandachtspunten Lees de handleiding voordat u het elektronische

Nadere informatie

1. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG: 3

1. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG: 3 GEBRUIKSAANWIJZING INHOUDSOPGAVE 1. PRODUCTAFBEELDING MET UITLEG: 3 2.HET MONTEREN EN AANSLUITEN VAN DE DEURBEL OP STROOM 4 2.1 Deurbel krijgt spanning via batterijen 4 2.2 Deurbel krijgt spanning via

Nadere informatie

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat INLEIDING Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor Rapid 100E. Lees ze eerst grondig door alvorens u het apparaat in gebruik neemt. Deze gebruiksaanwijzing bevat de veiligheidsvoorschriften, de voorschriften

Nadere informatie

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889.

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889. COBRA 889 INLEIDING Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889. De belangrijkste vernieuwing in deze 889-serie bestaat uit het systeem, dat de herkenningscode van de afstandsbediening

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Monty Alarmzender

Gebruikershandleiding Monty Alarmzender Gebruikershandleiding Monty Alarmzender Voorwoord Hartelijk dank voor het gebruik van de Monty alarmzender. Wij hebben met de grootste zorg deze applicatie en het device ontwikkeld, om u in staat te stellen

Nadere informatie

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 2 en Color Player receiver.

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 2 en Color Player receiver. LivingLight COLOR PLAYER 2 EN COLOR PLAYER 2 RECEIVER VERSIE 1.0 Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 2 en Color Player receiver. De LivingLight producten zijn speciaal

Nadere informatie

AR280P Clockradio handleiding

AR280P Clockradio handleiding AR280P Clockradio handleiding Index 1. Beoogd gebruik 2. Veiligheid o 2.1. Pictogrammen in deze handleiding o 2.2. Algemene veiligheidsvoorschriften 3. Voorbereidingen voor gebruik o 3.1. Uitpakken o 3.2.

Nadere informatie