van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie"

Transcriptie

1 stuk ingediend op 61-B ( ) Nr juni 2011 ( ) Advies van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie Naar een integraal beleid voor wetenschappelijke en technische knelpuntrichtingen Gedachtewisseling Verslag namens de Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid, Werk en Sociale Economie uitgebracht door de heer Koen Van den Heuvel verzendcode: ECO

2 2 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 Samenstelling van de commissie: Voorzitter: mevrouw Patricia Ceysens. Vaste leden: de heer Robrecht Bothuyne, mevrouw Martine Fournier, de heren Jan Laurys, Koen Van den Heuvel; de heren Frank Creyelman, Johan Deckmyn, Chris Janssens; de dames Patricia Ceysens, Lydia Peeters; mevrouw Güler Turan, de heer Bart Van Malderen; de heer Matthias Diependaele, mevrouw Goedele Vermeiren; de heer Ivan Sabbe; de heer Filip Watteeuw. Plaatsvervangers: de dames Sonja Claes, Kathleen Helsen, Griet Smaers, de heer Eric Van Rompuy; de heer Pieter Huybrechts, mevrouw Katleen Martens, de heer Jan Penris; mevrouw Fientje Moerman, de heer Herman Schueremans; de dames Kathleen Deckx, Mia De Vits; de dames Vera Celis, Lies Jans; de heer Lode Vereeck; mevrouw Elisabeth Meuleman. Stukken in het dossier: 61-B ( ) Nr. 1: Advies van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie 61-A ( ) Nr. 1: Advies van de Vlaamse Onderwijsraad V l a a m s Pa r l e m e n t 1011 B r u s s e l 0 2 / w w w. v l a a m s p a r l e m e n t. b e

3 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 3 INHOUD 1. Toelichting door de VRWI Toelichting door de Vlor Discussie... 8 Gebruikte afkortingen Bijlage: Benchmark 2010: grafiek... 21

4 4 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 Met toepassing van artikel 24 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid en artikel 4 van het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden vroeg het Vlaams Parlement per brief van de parlementsvoorzitter van 21 december 2010 aan de VRWI een advies over het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in wetenschappelijke en technische richtingen. Met toepassing van artikel 69 van het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad werd ook aan de Vlor hierover een advies gevraagd. Het Vlaams Parlement had op 15 december 2010 een motie aangenomen houdende raadpleging van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie en de Vlaamse Onderwijsraad over het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in wetenschappelijke en technische richtingen (Parl. St. Vl. Parl , nr. 832/2). De concrete inhoud van de adviesvraag kan worden teruggevonden in het beslissende gedeelte van deze motie. De Vlor bracht zijn advies over een stimuleringsplan voor wetenschappen en techniek in het onderwijs uit op 24 maart 2011 (Parl. St. Vl. Parl , nr. 61-A/1). Het advies Naar een integraal beleid voor wetenschappelijke en technische knelpuntrichtingen van de VRWI werd eveneens uitgebracht op 24 maart 2011 (Parl. St. Vl. Parl , nr. 61-B/1). De Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid, Werk en Sociale Economie organiseerde op 4 mei 2011 een gedachtewisseling met de VRWI en de Vlor over beide adviezen. 1. Toelichting door de VRWI Professor Lode Wyns, raadslid van de VRWI, legt uit dat hij voorzitter was van de adhocwerkgroep van de VRWI Wetenschappelijke en Technische Knelpuntrichtingen, die het VRWI-advies heeft voorbereid. Onderzoeksinstellingen en bedrijven maakten deel uit van die werkgroep. Hoewel de bedrijven nagenoeg niet aanwezig waren, is toch geprobeerd maximaal ook hun bekommernissen en invalshoeken mee te nemen. Uitgangspunt was het reeds gekende structureel tekort aan mensen in de wetenschappen en technologie, ook in de toekomst. Het gaat voornamelijk over chemici, fysici, informatici, wiskundigen, ingenieurs en technici, allemaal disciplines waarin kwantitatief en wiskundig werk centraal staat. Voor richtingen die eco- of biogericht zijn, gaat men ervan uit dat er een voldoende instroom is. Er wordt vastgesteld dat de bestaande aanpak het doel heeft gemist, ondanks vele acties om het onderwijs in technische en exact-wetenschappelijke studierichtingen te promoten. De VRWI wil een gecoördineerde aanpak die ook werkelijk resultaat op het terrein oplevert. De voorbije acties waren te versnipperd en er was een gebrek aan een coherent beleid. De sense of urgency was niet aanwezig. Men moet er zich ook van bewust zijn dat het in het onderwijs toch geruime tijd vergt vooraleer iets dat geïmplementeerd wordt ook zichtbaar vruchten afwerpt. Het internationaal onderzoeksrapport The Relevance of Science Education, kortweg ROSE, wijst er op dat hoe meer ontwikkeld een land is, hoe minder jonge mensen geneigd zijn om te kiezen voor een wetenschappelijke carrière of studierichting. Voor meisjes in de meeste Europese landen is het effect nog meer uitgesproken: extreem weinig meisjes willen wetenschapper worden of ambiëren een job in de technologische sector. Uit een internationale benchmark blijkt ook dat Vlaanderen zwak scoort wat betreft het aandeel van diploma s in wiskunde, wetenschappen en technologie. Uit Nederlands onderzoek blijkt dat daar ongeveer 85 percent van de jongeren tussen 12 en 24 jaar belangstel-

5 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 5 ling heeft voor een toekomst in wetenschap en technologie. Dat beslaat een breed veld, stelt de spreker: van zeer concrete techniek over abstracte wiskunde tot een filosofische benadering. De VRWI besluit hieruit dat er in Vlaanderen nog heel veel ruimte is voor groei in deze studierichtingen. De VRWI pleit in zijn advies voor een integrale, ambitieuze langetermijnaanpak van de zeer complexe problematiek. Er wordt in het advies een focus op onderwijs gelegd. Bovendien wordt een eerste insteek gegeven voor een strategisch plan, uitgevoerd door een autonome en onafhankelijke governance structure. De acties dienen in hoofdzaak gericht te zijn op het onderwijs (in de brede betekenis van het woord: de scholen, het hoger onderwijs, W&T-leerkrachten, pedagogische begeleidingsdiensten, lerarenopleiding enzovoort) en meer specifiek op de onderwijsinstellingen (scholen en hoger onderwijs), waarbij een integrale ketenaanpak wordt nagestreefd, van basisonderwijs tot en met de arbeidsmarkt. De structurele veranderingen die noodzakelijk zijn kunnen scholen echter niet alleen uitvoeren. Ondersteuning voor een opbouw van de eigen expertise, via de expertise uit de kennisinstellingen, bedrijven, overheid en andere relevante spelers zoals de partners uit het actieplan Wetenschapscommunicatie, pedagogische begeleidingsdiensten enzovoort, is primordiaal. De bestaande expertise opgebouwd uit de projectmatige manier van werken in het verleden mag niet verloren gaan. Hiervoor is echter de nodige structurele financiële steun nodig. De financiering zou resultaatsgebonden moeten gebeuren. Er is een significante financiële armslag nodig. In Nederland is er in het kader van het Bèta Platform sprake van een langdurig volgehouden financiële inspanning ten belope van 60 miljoen euro per jaar. Er wordt gepleit voor een algemeen en wervend strategisch plan. De voorkeur gaat uit naar een beleid dat de betrokken departementen omspant: EWI, Onderwijs, Werk. Op korte termijn is een SWOT-analyse nodig en een staten-generaal voor een mobiliserend effect. Dat trekt de aandacht. De grote lijnen van zo n plan spitsen zich toe op de samenhang, de cultuuromslag, de focus op onderwijs, de verdeling van de verantwoordelijkheden en de definitie van een aantal kwantitatieve doelstellingen. Dat is in Nederland gebeurd met als kortetermijnresultaat een toename van de uitstroom van de wetenschap- en technologiegediplomeerden van 15 percent. De Vlaamse doelstelling moet een toename van 20 percent zijn. Weinig regeldruk en een bottom-upbenadering moeten ervoor zorgen dat de instellingen hun verantwoordelijkheid kunnen opnemen. De VRWI pleit voor een vrij autonome en vrij onafhankelijke governancestructuur die een motor achter het plan kan zijn. Het Deltaplan Bèta Techniek in Nederland spreekt over de nood aan een vernieuwingsbeweging en van de behoefte aan een buitenboordmotor. De voorstellen van de VRWI spiegelen zich aan wat het Nederlandse platform naar voren schuift. Daarom wordt ook gepleit voor een samenwerking met dat platform. Volgens de spreker kan dat een opportuniteit bieden. Voorts is er sprake van inschrijving in Europese projecten en initiatieven. Heel bijzonder wordt aandacht gevraagd voor de wetenschap- en techniekleerkracht. Professor Wyns pleit voor het gebruik van de term vakeigen leerkracht. Dat ligt moeilijk, maar het blijkt een feit dat er zeer weinig wiskundigen, scheikundigen en fysici aan de universiteit afstuderen, die nadien hun discipline in het onderwijs geven. Die opleidingsvoorgeschiedenis biedt garanties voor inzet en betrokkenheid bij het vak, meent professor Wyns. Ook bedrijven en sectorfederaties hebben een belangrijke rol te spelen. Ze moeten langetermijnvisies ontwikkelen inzake wetenschap- en technologiecarrières. Een brede

6 6 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 inzetbaarheid en opleiding is daartoe noodzakelijk, meer dan een nadruk op directe inzetbaarheid. Er moet daarnaast ook aandacht gaan naar het beroep van professionals en leraren. Wetenschappers kampen met een statusprobleem in de maatschappij, licht de professor toe. Hij verwijst daarbij naar een Nederlandse studie van 15 jaar geleden, met als titel Waarom zou je de moeilijke studie van fysicus doen, terwijl je met een veel gemakkelijker studie zijn baas kan worden?. Dat idee speelt nog steeds, meent de spreker. Aandacht daarvoor, ook in de industrie, is in dat verband cruciaal. Er is specifiek gevraagd naar een doelgroepenbeleid. Nederland blijkt wonderwel geslaagd te zijn inzake doelgroepenbeleid ten aanzien van vrouwen, maar voor wat allochtonen betreft, blijft de professor op zijn honger zitten. In die zin zullen heel specifieke acties nodig zijn, stelt hij. Het is vooral aangewezen in het bijzonder oog te hebben voor de kruispuntmomenten inzake studiekeuzes. Een cultuuromslag is cruciaal. Professor Wyns stelt dat het blijvend nodig is aandacht te besteden aan de wens van uitdagend onderwijs, aangepast aan de leefwereld van jongeren. De interesse voor techniek kan volgens hem gekoppeld worden aan een appreciatie voor het ambachtelijke karakter. In de chemie zijn groene vingers nodig, oppert hij. De essentie van wetenschap gaat erom niet alleen de nadruk te leggen op wat men weet, maar vooral ook op wat men niet weet. Wetenschap heeft een open end. 2. Toelichting door de Vlor Administrateur-generaal van de Vlor, mevrouw Mia Douterlungne, licht toe dat de Vlor met de VRWI had afgesproken dat de Vlor vooral de aanbodzijde zou belichten, met name onderwijs. Een werkgroep onder leiding van professor Martens, ere-rector van de Universiteit Hasselt en ook nauw betrokken bij het project TOS21, boog zich over die taak. Binnen de Vlor is de vraagstelling besproken in alle deelraden, van basisonderwijs tot levenslang en levensbreed leren. Dat impliceert een visie van zowat 125 betrokkenen. Het advies is dus breed onderbouwd, benadrukt de spreker. De Vlor gaat in eerste instantie uit van de dringende nood aan een stimuleringsbeleid. Uitgangspunt daarbij is niet alleen de tekorten op de arbeidsmarkt, maar vooral ook de behoefte aan een algemene brede technische en wetenschappelijke geletterdheid voor iedereen om maatschappelijke integratie te bevorderen. Enkel afgaan op de tekorten op de arbeidsmarkt gaat niet op, stelt mevrouw Douterlungne, want dan komen andere sectoren ook in het vizier, zoals de verzorgingssector. Wetenschap en techniek zijn een drijvende kracht voor zowel economische als maatschappelijke ontwikkeling. Volgens de Vlor scoort Vlaanderen overwegend goed, maar behoort het niet tot de koplopers. Er gebeurt al heel veel, meent de Vlor, maar er heerst een gebrek aan coherentie en continuïteit. Een sense of urgency is wel degelijk nodig, beaamt ook mevrouw Douterlungne. Vlaamse Regering en partners moeten beseffen dat een beleid inzake wetenschap en techniek absoluut noodzakelijk is voor een duurzame samenleving. In de tabel van het Vlaamse indicatorenboek 2009, met cijfers van 2005, bungelt Vlaanderen achteraan. Toen behaalde 19,6 percent een diploma wiskunde-wetenschappen-technologie in het hoger onderwijs. Een tabel uit het meer recente voortgangsrapport van de Europese Commissie in verband met Europese indicatoren voor education and training ging uit van het streven naar een stijging van MST-afgestudeerden tot 15 percent en kwam uit op een benchmark van 12,6 gediplomeerden MST per duizend jongeren tussen 20 en 29 jaar. Op de slide in bijlage staat op de X-as het aantal desbetreffende afgestudeerden.

7 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 7 Een verticale stippellijn toont de benchmark ten belope van 12,6. België ligt links daarvan en haalt dat cijfer dus niet voor Op de Y-as staat de jaarlijkse groei. Alle lidstaten blijken gegroeid tussen 2000 en 2007, België met 2,2 percent. Ook Nederland haalt de benchmark niet, maar kende wel een sterkere jaarlijkse groei van 4,4 percent. De tabel heeft ook belang voor het beoordelen van de te nemen maatregelen, meent de spreekster. Daartoe kan men de landen die rechts van de benchmark zitten, nader bestuderen. Evident voorbeeld in dat verband is Finland dat uiterst rechts ligt en dus het meeste aantal MST-afgestudeerden telt. Het heeft een groei van ongeveer 6 percent. Landen als Tsjechië, Portugal en Roemenië staan bovenaan rechts en haalden een nog veel sterkere groei. Mevrouw Douterlungne beveelt het rapport ten stelligste aan, ook voor andere benchmarks rond kwalificatiebeleid. Voor 2020 zet Europa politiek in op een strategie waarbij de uiteinden van kwalificatie gebenchmarkt worden. De focus zou daarbij niet meer louter op het aantal MST-afgestudeerden liggen, maar op de totale populatie van het tertiair onderwijs die het haalt. Er wordt een benchmark van 40 percent vooropgesteld. Ook het andere uiterste, de groep voortijdige schoolverlaters wordt ingecalculeerd. Benchmark in dat verband is een vermindering met 10 percent van de populatie die vroegtijdig de school verlaat. De Vlor gaat ervan uit dat Vlaanderen het helemaal niet slecht doet, maar ook niet tot de koplopers behoort. In het advies stelt de Vlor beleidsmaatregelen voor, niet alleen voor de instroom/uitstroom naar het hoger onderwijs, maar ook naar het volwassenenonderwijs en het secundair en hoger beroepsonderwijs. De Vlor voegt nog een ander perspectief toe aan het debat: namelijk het perspectief van de jongeren. Wat willen zij zelf? Die jongeren moeten kiezen voor de bewuste studierichtingen en beroepen. Hierbij doet zich een merkwaardige paradox voor: in landen die heel hoog scoren op wetenschap en techniek geven weinig jongeren spontaan aan zich in die beroepssfeer verder te willen ontwikkelen. Bovendien speelt er een genderverschil. Ander onderzoek toont aan dat er toch een aardig potentieel jongeren wel te motiveren is, mits ze op de juiste manier benaderd worden. Het stimuleringsbeleid vertrekt vanuit de brede doelstelling van wetenschappelijke en technische geletterdheid voor iedereen. De Vlor meent dat daartoe een grondig debat nodig is over algemene vorming. Ook talentontwikkeling is essentieel ten behoeve van wie aanleg blijkt te hebben voor wetenschap en techniek. Die aspecten leiden tot vier belangrijke punten, stelt de spreekster. Ten eerste moeten er meer stimuli zijn voor bepaalde studierichtingen in secundair, hoger en volwassenenonderwijs. Voorts is een meer intensieve trajectbegeleiding nodig in de onderwijsloopbaan. Ten derde is een beleid nodig dat sterk het verband legt tussen formele en informele leerervaringen. Jongeren en kinderen groeien op in een leefwereld vol ICT en dat aspect moet voor de Vlor dan ook ten volle meegenomen worden in hun leertraject. Ten slotte moet er een pedagogische benadering uitgewerkt worden die inspeelt op de leergierigheid en interesses en die verleidt tot bezig zijn met wetenschap en techniek. De Vlor probeerde voor verschillende onderwijsniveaus suggesties te doen voor een mogelijke benadering. In het basisonderwijs krijgen kinderen onder meer inzicht in wetenschappen en techniek in het leerdomein wereldoriëntatie. Dit door de nieuwe eindtermen die per 1 september werden ingevoerd. Voor het secundair onderwijs moet de basisvorming opnieuw onder de loep genomen worden. Ook de belangstellingsgebieden zijn van belang. Het is volgens de Vlor nodig na te gaan of in de hervormingen van het secundair onderwijs voldoende aandacht gaat naar incentives voor wetenschap en techniek. Voor het hoger onderwijs spitst alles zich toe op de bètawetenschappen en technici. De Vlor

8 8 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 is van oordeel dat de maatschappelijke raakpunten en praktijkrelevantie van de opleidingen zichtbaar moeten worden. Blijkbaar ligt het maatschappelijke aspect vooral bij meisjes gevoelig. Het volwassenenonderwijs komt te weinig in beeld, meent de Vlor, terwijl het toch om volwassenen gaat, waarvan een tal in sterk gespecialiseerde beroepsrichtingen zitten. Het Se-n-se en hbo, het tussenniveau tussen secundair en hoger onderwijs dat direct arbeidsmarktgespecialiseerd is moet eindelijk van start kunnen gaan opdat er nieuwe arbeidsmarktgerichte opleidingen ingeschaald kunnen worden, stelt mevrouw Douterlungne. Behalve vernieuwingen op onderwijsniveau ziet de Vlor ook nood aan een sterkere professionalisering bij schoolteams, docenten- en lerarenopleiders. Ook in dat opzicht loopt de visie van de Vlor niet zo sterk uiteen met die van de VRWI. Er is contact met rolmodellen nodig, stelt de Vlor nog. Competente leerkrachten en mensen uit de beroepswereld zijn onontbeerlijk. Dat aspect is interessant om mee te nemen in het loopbaandebat dat de minister moet opstarten, geeft mevrouw Douterlungne mee. Voorts is er volgens de Vlor ook de competentieontwikkeling. Zowel vakinhoudelijke als vakdidactische aspecten kunnen beter. De leeromgeving moet getuigen van realisme en aanspreken. Ook inzake studiekeuzebegeleiding is enige competentieontwikkeling onmisbaar. Het betrekken van professionals bij het leerproces in de klas moet eenvoudiger worden. Er is tevens een drijvende kracht nodig, stelt de Vlor. Dat moet de vorm aannemen van een platform, beheerd door onderwijs, bedrijfsleven en overheid. De spreekster stelt dat de Vlor pleit voor een bottom-upbenadering. Onderwijs- en sociale partners moeten naast de overheid mede-eigenaar van het proces zijn en zich mee engageren. Het gaat erom duidelijke doelen en targets vast te leggen, onder meer inzake in- en uitstroom, over hoe breed het eigenlijk gaat hoger onderwijs, volwassenenonderwijs en HBO5. Het gaat om partnerschappen uitbouwen tussen onderwijs en bedrijfsleven, gaat mevrouw Douterlungne verder. De effecten op langere termijn moeten degelijk opgevolgd. Financiering is voor de Vlor een conditio sine qua non. De extra-financiering ziet men vanuit de diverse beleidsdepartementen komen, naast een hergroepering van bestaande projectmiddelen en hetgeen het bedrijfsleven kan bijdragen. De kritische voorwaarden behelzen in eerste instantie de aanwezigheid van de nodige competenties op schoolteamniveau, bij docenten en in de lerarenopleiding. Voorts erkent de Vlor de nood aan een globale strategie voor wetenschapscommunicatie. Daarin moet onderwijs als trekkende kracht optreden, maar als de wetenschappelijke en technische beroepen niet naar behoren gewaardeerd worden en geen toekomstperspectieven bieden qua loopbaan, zullen jongeren zich er niet toe geroepen voelen. Een versterkte kennisbasis vindt de Vlor essentieel, met meer evaluatieonderzoek, een meer intensieve opvolging en monitoring, eventueel binnen het Pact 2020, en meer inspelen op de interesses en belangstellingssferen van jongeren. 3. Discussie Mevrouw Sabine Poleyn stelt dat de vragen gefundeerd advies moesten opleveren, aan de hand waarvan dan degelijk onderbouwde voorstellen aan regering en parlement kunnen worden overgemaakt. De leden wilden de vermelde sense of urgency oproepen en resultaten zien boeken inzake instroom in wetenschappelijke of technische richtingen. Zowel de Vlor als de VRWI pleiten voor een soort van platform waarin alle actoren mee sturen en via hetwelk alle inspanningen gebundeld worden. Het lid merkt echter nog enige tegenspraak op. De verschillende actoren met de nodige expertise moeten hun rol kunnen spelen en betrokken zijn bij het ondersteunen van de scholen om de doelstellingen te halen. Hoe wil men voorkomen dat er opnieuw versnippering ontstaat, wil het lid weten. Er zijn vele projecten geweest en in bepaalde gevallen kregen scholen expertise-input van mensen die daarvoor niet structureel ondersteund werden. Die expertise viel dan ook weg na een jaar.

9 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 9 Het verheugt het lid dat de Vlor meer oog wil hebben voor het volwassenenonderwijs. Ze wil weten of de Vlor op de hoogte is van de manier waarop de Europese Commissie meet ten behoeve van het vermelde rapport. Hoe doet men de meting in Vlaanderen? Die cijfers moeten worden gehanteerd om een impactmeting voor het dossier te doen. Bij het Nederlandse voorbeeld dat ook de VRWI aanhaalt, namelijk resultaatgebonden financiering, maakt mevrouw Poleyn de bedenking dat dat allicht de meest delicate optie is voor onderwijs. Voor het secundair onderwijs ziet ze er echter een mogelijkheid in. Is daarover nagedacht? Op het niveau van de scholengemeenschappen is er een breed aanbod aan richtingen, technische en andere. Is dat met hen besproken en zijn daaruit criteria of voorstellen voortgevloeid? Voor het lid ligt de essentie nog altijd bij het basisonderwijs. Ze hoopte dat de nieuwe eindtermen techniek binnen het vakgebied wereldoriëntatie een sterke impact zouden hebben. Nascholing van de leerkrachten en de lerarenopleiding is daarbij cruciaal in het kader van de bewuste professionalisering. Vindt men dat de taak van de pedagogische begeleiding van de netten of heeft dat een extra impuls nodig? De rol van de inspectie vindt het lid van bijzonder belang. Als die zich toespitst op de eindtermen techniek, moet dat een extra stimulans zijn voor de scholen om daaraan te werken. Delen de sprekers die mening? De heer Chokri Mahassine is blij met de adviezen die het technisch onderwijs moeten helpen opwaarderen. Hij vindt het een goede zaak dat de betrokkenen een gezamenlijke visie hebben uitgewerkt. Het lid stelt dat er nog veel werk is, na jaren van debat en projecten. Met technische geletterdheid kan men volgens het lid niet vroeg genoeg beginnen. Hij verwijst naar het TOS21-project dat op het lager onderwijs gericht was. Sinds september 2010 is dat uitgegroeid tot eindtermen voor alle scholen. Evaluatie is nog niet mogelijk, maar het lid wil graag weten hoe de ervaringen zijn. Het lager onderwijs komt in de adviezen weinig aan bod. Het lid stelt dat elke leerkracht naast vakleerkracht ook een stuk technische geletterdheid moet meegeven. Heeft de Vlor voor het lager onderwijs ter zake nog adviezen of voldoet de bestaande situatie? Er werd gevraagd of er nog een rol was voor de Vlaamse overheid. Wat is het advies in dat verband? De rol van het bedrijfsleven vindt de heer Mahassine niet voldoende omschreven in de adviezen. Welke rol speelt het bedrijfsleven inzake financiering, logistieke ondersteuning, begeleiding? Het bedrijfsleven kan niet louter een afnemer zijn van afgestudeerden, meent het lid. Het is de bedoeling dat het bedrijfsleven mee instaat voor vorming en opleiding van mensen waar ze zelf om vragen. Is medefinanciering uit die hoek wenselijk? Het gebrek aan eensgezindheid over het onderwerp van de adviezen verbaast de heer Mahassine. Waar hebben we het over? De titel van het advies van de Vlor maakt niet duidelijk om welke richtingen wetenschappen en techniek het gaat, of over welke beroepen. Behoren verpleegkundigen daarbij? Zijn het hooggeschoolde kennisjobs of enkel knelpuntberoepen? Zitten Vlor en VRWI wel op dezelfde golflengte, vraagt het lid zich af. Hij meent dat dit moet worden uitgeklaard. Positief vindt het lid dat de Vlor uitgaat van de leefwereld van de jongere. In Nederland is gebleken dat 87 percent van de jongeren eventueel wel geïnteresseerd zou zijn in techniek. Dat zou moeten motiveren om jongeren er warm voor te maken. In die zin acht de heer Mahassine de competentieontwikkeling van de leerkracht van bijzonder belang. Hij

10 10 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 bracht een bezoek aan een project in Bergen waaruit blijkt dat Wallonië intensief werkt in die richting. Het lijkt hem interessant dat mee te nemen in volgende besprekingen. Mevrouw Goedele Vermeiren erkent net als iedereen het belang van wetenschap en techniek en een degelijke opleiding in dat verband. De rol van het onderwijs daarin lijkt haar duidelijk. Het aandeel van het ondernemersveld is echter niet zo afgelijnd. De leerkrachten moeten het enthousiasme in de klas brengen. Anderzijds moeten de leerlingen ook naar de onderneming kunnen stappen. Ze moeten op elk niveau stage kunnen lopen. Zijn er voldoende stageplaatsen en staan de ondernemingen daarvoor open? Dat is volgens het lid cruciaal. De ketenaanpak is enorm belangrijk, beaamt ze. Dat begint in het basisonderwijs waar de leerplannen al hervormd zijn. Die aanpak impliceert wel dat de diverse schakels niet zonder elkaar kunnen bestaan. Er ontstaat een link met de lerarenopleiding omdat zij de leerlingen moeten enthousiasmeren. Hun opleiding moet daarop gericht zijn. Dat kan ook door de juiste accommodatie. Leerlingen basisonderwijs kunnen ook eens een chemielokaal gebruiken. Dat brengt tastbare elementen aan. Ze leest dat er te weinig masters zijn voor wetenschappen. Dat lijkt haar logisch gezien het geringe aantal studenten die de keuze maken. Het is voor wie wel voor wetenschappen of wiskunde kiest in zijn verdere studies ook niet meteen de bedoeling om naar het onderwijs door te stromen. De vraag luidt dan ook hoe er meer studenten voor aan te trekken. De VRWI maakt gewag van een differentiële verloning van de leerkrachten. Hoe zien ze dat? Hoe brengt men dat aan in de lerarenkamer? Hoe ziet men de resultaatgebonden financiering concreet? Dreigt dat niet uit te monden in bewust verkeerde oriëntering van leerlingen? De heer Koen Van den Heuvel oppert dat er prioriteiten moeten worden gesteld. Als men de innovatieve kenniseconomie nastreeft, dan moet er ingezet worden op mensen die dat in de praktijk willen waarmaken. Meer technici en wetenschappers zijn dan prioritair. Dat impliceert dat men ten behoeve van toekomstige doelen, zo snel mogelijk bij jonge mensen de belangstelling voor die richtingen moet wekken. Die urgentie vindt het lid in beide adviezen terug, en vooral bij de VRWI. Er is volgens de heer Van den Heuvel een actieplan nodig om de versnippering waarvan sprake tegen te gaan. Dat is een uitdaging en het vooropgestelde platform moet een garantie bieden in die zin. Binnen het kader van dat actieplan moet er wel voldoende variatie zijn naar technici en wetenschappers, twee verschillende activiteiten die in één globaal plan vervat moeten zitten. Snel iets ondernemen is de boodschap, meent het lid. Hij stelt voor dat de minister haar actieplan Wetenschapscommunicatie herschrijft, waardoor een aardig budget wacht op een goed bestedingsdoel. De Vlaamse Regering zal het in de volgende jaren budgettair weer iets gemakkelijker hebben, wat eveneens ruimte laat. Hij hoopt dat de commissie en ultiem het parlement die invulling volmondig zullen ondersteunen. Tussen onderwijs, overheid en bedrijfsleven zal een positieve interactie moeten heersen om het platform als optimaal instrument te doen functioneren. Het lid is het ermee eens dat de rol van het bedrijfsleven cruciaal is. Het enthousiast maken van jongeren voor bepaalde beroepen hangt niet enkel af van infrastructuur, stelt de heer Van den Heuvel. Hij vindt vooral de ontmoeting met de mensen uit de dagelijkse praktijk essentieel. Het gaat dan om stages in de bedrijven maar ook om het inbrengen van de praktijkervaring in de scholen zelf. Om dat te bewerkstelligen moet men durven out of the box denken, zelfs over differentiële verloning, meent het lid. Hij roept op om die stap naar stimuli ter zake toch te zetten. Opdracht daarbij is onder meer behalve van onderwijs en overheid, ook een duidelijk engagement te verkrijgen van de bedrijfswereld, niet alleen financieel, maar ook

11 Stuk 61-B ( ) Nr heel breed. Die wisselwerking opsluiten in een te sterk regulerend kader, lijkt de heer Van den Heuvel alvast niet de oplossing. De derde peiler, de overheid, geeft blijk van samenwerking stelt het lid blij vast. Er is sprake van een interministeriële aanpak in beide adviezen. Dat is belangrijk voor de verdeling van de budgetten, maar staat vooral garant voor een pleidooi voor structurele financiering. Dat vermindert danig het risico op versnippering. Als het lid het Nederlandse budget in Vlaamse maatstaven omzet, zou het gaan om ongeveer 20 miljoen euro. Dat moet lukken, meent hij. Een andere gedachte is de outcome-gerichtheid en de resultaatgebonden financiering. Dat kan verwarring zaaien bij aanvang, stelt de heer Van den Heuvel, maar het vormt een uitdaging. Hij is ervan overtuigd dat de Vlaamse overheid steeds meer concrete doelstellingen moet durven stellen op alle domeinen, en dat er een echt streven leeft om die ook te halen. De VRWI lijkt gewonnen voor die denkrichting, bij de Vlor vindt het lid er niets over terug. Hoe staat de Vlor daar tegenover? Mevrouw Fientje Moerman merkt in eerste instantie op dat studie- en beroepskeuze in een vroeg stadium moeten worden aangepakt. De basisschool is daarbij cruciaal. Niemand heeft het er volgens haar echter over hoe dat dan wel moet gebeuren. Welke factoren beïnvloeden die keuzes? Wat is daarin cruciaal? Waardoor laten kinderen en jongeren zich leiden? Het lid verklaart dat ze in die zin een aantal jaren eerder een onderzoek heeft laten uitvoeren. Daaruit bleek dat 55 percent zich wel degelijk laat leiden in studie- en beroepskeuze. 70 percent van die groep luistert naar de ouders, 60 percent houdt rekening met wat de leerkrachten zeggen en 50 percent laat zich beïnvloeden door rolmodellen. Dat wijst op een intrinsieke verantwoordelijkheid van de hele maatschappij, meent mevrouw Moerman. Elk actieplan of elke aanpak vergt dan ook acties ten aanzien van die beïnvloedende categorieën en in de eerste plaats de ouders. Hun oordelen en vooroordelen spelen ter zake een grote rol. Het lid ziet daar tevens een verband met de ondervertegenwoordiging van meisjes in technische en exacte richtingen. In de documenten inzake de begrotingscontrole merkte mevrouw Moerman op dat de GOK-uitvoeringspercentages 2010 op 46 percent zit. De beschikbare middelen worden zodoende nog niet voor de helft aangewend, concludeert het lid. Een veelomvattend actieplan moet absoluut voorkomen dat over twee tot drie jaar nog steeds een dergelijk laag uitvoeringspercentage genoteerd wordt, oppert ze nog. In het verleden nam het bedrijfsleven een aantal initiatieven die aardig wat weerklank vonden en vrij degelijk bleken. De chemische sector was daarbij zeer actief. In hoeverre worden dergelijke initiatieven uit het verleden en de expertise in het vooropgestelde plan geïntegreerd? Wordt wat goed was gehonoreerd? De lage deelname van meisjes aan de betrokken studierichtingen en beroepen is een feit, stelt ook mevrouw Moerman vast. Dat ligt volgens haar onder meer aan de uitstraling van een beroep. Zo vindt men in de richting landbouwingenieur ruw gesteld geen meisjes, terwijl dat in de richting bio-ingenieur wel het geval is. In hoeverre wordt de aantrekkingskracht van een richting bepaald door de naamgeving? Die cijfers zijn terug te vinden in de jaarlijkse tabellen van Onderwijs. Hoe denkt men het gat op te vullen in de overgangsperiode waar er in eerste instantie te weinig uitstroom is van wetenschap en techniek? Daarbij rijst voor het lid meteen de vraag hoe men wil omspringen met specifiek hooggeschoolde immigratie. Een veelgehoord probleem is dat van het lerarenberoep: weinig mensen die afstuderen in de exacte wetenschappen voelen zich ertoe geroepen. Na vijf jaar studie en een jaar lerarenopleiding, volgt dan een perfect vlakke loopbaan. Het lid stelt dat men veel kan vragen

12 12 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 van mensen maar dat er grenzen zijn. Differentiële verloning kan het brede probleem in dat verband niet oplossen, meent ze. Het gaat veeleer om de aantrekkingskracht van het lerarenberoep in het algemeen. Als er een algemene regiegroep domeinoverschrijdend tot stand komt, neemt dat niet weg dat er nog initiatieven zullen zijn binnen de diverse beleidsdomeinen zelf. Het lid denkt daarbij aan de te verwachten initiatieven met betrekking tot de hervorming van de lerarenopleiding en het secundair onderwijs. In die zin zal volgens haar een zeer hechte samenwerking nodig zijn, en zal een beoordeling van alle betrokken partijen in de hervorming ingecalculeerd moeten zijn. Hoe zien de instituten en de diverse instanties dat? De heer Boudewijn Bouckaert vindt de adviezen nuttig voor eventuele beslissingen, vooral qua cijfers. De beleidsmatige voorstellen vindt het lid veeleer oubollig. In de analyse mist het lid ook een aanpak van de keuzeproblematiek bij zowel ouders als leerlingen. Hij stelt dat er voortdurend keuzes worden gemaakt die niet stroken met het streven naar een goed inkomen en werk. Men kiest bestendig voor studierichtingen die niet-economisch gericht zijn en geen of minder uitzicht bieden op een toekomst op de arbeidsmarkt. De heer Bouckaert wil weten waarom dat gebeurt. Waar zit die misperceptie? Er blijkt een te geringe verantwoordelijkheid bij de ouders te bestaan. Het lijkt hem dan ook nodig dat zowel ouders als leerlingen de ogen geopend worden voor het feit dat studiekeuzes rechtstreeks verband houden met toekomstige welvaartsmogelijkheden. Dat impliceert meteen ook dat de keuzes ook implicaties hebben voor de collectieve welvaart, stelt het lid. In België werken 2,8 miljoen mensen in de privésector en zijn er zelfstandigen. Zij onderhouden al de rest en zijn belastingproducenten. Wie kiest voor de bètarichtingen, komt doorgaans in de belastingproducerende sector terecht. Die balans mag niet ontsporen, oppert de heer Bouckaert. Er moet meer nagedacht worden over hoe de ouders, scholen en CLB s meer krachtdadig aan leerlingen kunnen uitleggen dat ze voor een zekere toekomst moeten kiezen. Op die boodschap mag geen ruis komen. Daarom neemt het lid aanstoot aan het feit dat de Vlor expliciet stelt dat onderwijs niet louter gericht mag zijn op de bedrijfswereld als afnemer op de arbeidsmarkt. De belevingswereld van de kinderen moet meespelen, stelt men. De heer Bouckaert meent dat juist die belevingswereld beïnvloed kan en moet worden om de juiste keuzes te maken. Van de Vlor wil hij weten hoe ze dat vooropgestelde platform concreet en institutioneel zien. Over welke actiemiddelen zal het beschikken om dat proces aan te sturen? Hoe sturend kan het werken ten aanzien van scholen en CLB s? Het lid sluit zich aan bij de vraag van mevrouw Moerman over de hervorming van het secundair onderwijs. Moet dat moment niet aangegrepen worden om het probleem dringend aan te pakken? Moeten in de opbouw van keuzemomenten in dat secundair onderwijs leerlingen niet langer vastgehouden worden in richtingen die wetenschappelijk en technisch gericht zijn en de ontsnappingsroutes later leggen? De ongekwalificeerde uitstroom is zeer groot. Kan een aanpak voor dat probleem niet gekoppeld worden aan wat voorligt? Mevrouw Elisabeth Meuleman steunt vooral de benadering van de Vlor. Die kijkt voorbij de economische logica. Wetenschap en techniek zijn nodig voor de kenniseconomie, maar men ziet in dat het verder gaat dan dat, stelt ze vast. Wetenschappelijke en technische geletterdheid worden voorgesteld als een soort van basiscompetentie voor iedereen. Het moet zodoende vooral aanwezig zijn in de basisvorming. Er wordt volgens het lid nog te veel een opsplitsing gemaakt tussen kinderen die de interesse, het talent of de compe-

13 Stuk 61-B ( ) Nr tenties hebben om in techniek en wetenschappen verder te gaan en kinderen die dat niet hebben. Voor lezen en rekenen doet men dat niet, omdat men ervan uitgaat dat iedereen dat moet bezitten. Het lid heeft gezien dat men in Nederland ook van dat uitgangspunt vertrekt. Ze verneemt van zowel Vlor als VRWI dat ze precies die nadruk willen leggen. De Vlor lijkt ervan uit te gaan dat men in die zin goed bezig is en op dat spoor verder kan, zonder meer. Dat is gevaarlijk, stelt het lid. Dat doen ze in Nederland net niet. Het begint er in het basisonderwijs en men gaat ervan uit dat elke leerkracht het in zich heeft om zonder veel speciale zaken daarmee te werken. Prikkelen gebeurt op een creatieve, prettige manier, met veel inlevingsvermogen. Het basisonderwijs in Vlaanderen kan er nog wat van leren, meent mevrouw Meuleman. Nederland staat ook veel verder met het concept van de brede school, stelt ze. Alles kan en moet volgens haar dan ook in dat concept ingepast worden. De school treedt meer naar buiten met de leerlingen, de expertise wordt binnengehaald en de ouders worden meer betrokken. De outputfinanciering is in Nederland een feit. Scholen worden beloond op basis van cijfers, op basis van onder meer de doorstroom van technische richtingen of aantal afgestudeerden. Het lid heeft daarbij echter een aantal kanttekeningen. Ze meent bijvoorbeeld dat er al een danig verscheiden landschap is in Vlaanderen, met sterke en minder sterke scholen. Outputfinanciering zou dat nog kunnen versterken. Het lijkt haar mogelijk de scholen te stimuleren op een andere manier en een andere basis. Mevrouw Veerle Heeren vindt de grote verdienste dat er eindelijk een advies is, met heel wat aandachtspunten. De uitdaging lijkt haar dat alles nu te focussen. De interministeriële conferentie zal een platform oprichten, en dat moet bestuurlijk ergens verankerd worden, stelt het lid. Zo niet moet allicht het debat op het einde van de legislatuur overgedaan worden met licht bijgestuurde adviezen. Het geheel moet ook in realiteit omgezet worden, oppert mevrouw Heeren. De hervorming van het secundair onderwijs kan er niet los van gezien worden. Maatschappelijke waardering voor nijverheidsonderwijs, techniek en wetenschap is voor haar cruciaal. Vraag daarbij is of de politieke sfeer ertoe in staat is die verandering tot stand te brengen. De aanzetten zijn volgens het lid daarbij in het basisonderwijs al gegeven. Voor een nog betere verankering is algemene steun nodig. Het moet daarom duidelijk zijn wat het plan is, waar dat ondergebracht wordt, hoe er gefinancierd wordt en hoe de monitoring verloopt. Ook het verwachte resultaat en de termijn zijn van groot belang. Mevrouw Heeren vraagt zich af in welke mate het grote debat rond de hervorming van het secundair onderwijs opgehangen moet worden aan zo n mastodont. Kan de Vlor zeggen waar dat moet eindigen? Het lijkt haar alvast aangewezen om, als ook de hervorming van het secundair onderwijs blijft aanslepen, het vooropgestelde actieplan alvast te concretiseren op kortere termijn. Ze wijst erop dat 2020 nog slechts 9 jaar verwijderd is. Mevrouw Güler Turan las in het advies van de Vlor hoe belangrijk het contact met rolmodellen geacht wordt, net als het betrekken van professionals, ook in de klas. Het lid wijst erop dat de sector zelf ook een verantwoordelijkheid draagt om voldoende stageplaatsen voor jongeren aan te bieden. Er is een duidelijk tekort aan stageplaatsen. Wat denken de Vlor en VRWI? Het bewuste actieplan zou over de beleidsdomeinen van EWI, Onderwijs en Werk heen geïntegreerd moeten worden opgesteld. Het lid vindt dat te beperkt. Zij ziet ook een rol voor onder meer de media. Hoe staan de Vlor en VRWI daar tegenover? Door diverse series op televisie werd onder meer de rechtenstudie aantrekkelijk. Kan dat ook niet aangewend worden voor wetenschappers en technici? Het beeld dat van wetenschappers leeft, is dat ze saai en dof zouden zijn, ook al klopt dat niet. Moeten ook zij niet wat meer

14 14 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 de deur uit, zichtbaarder worden? Het lijkt mevrouw Turan zinvol daaraan aandacht te besteden. Ook mevrouw Turan komt terug op de hervorming van het secundair onderwijs. Zij stelt dat hoe meer keuzemogelijkheden en versnippering, hoe moeilijker het wordt om de juiste keuze te maken. Vroeger beperkten de grote keuzes zich tot wiskunde-wetenschappen of iets met talen. Mevrouw Marleen Vanderpoorten vindt het basisonderwijs de belangrijkste factor. De bal daar misslaan, beïnvloedt de hele verdere schoolloopbaan. De VRWI pleit voor vakeigen leerkrachten. Geldt dat ook voor het basisonderwijs? Het lid verwijst naar de mening van de Vlor dat men al op goede weg is met het vak wereldoriëntatie. Dat wordt echter aangebracht door een klasleraar, die misschien niet zo thuis is in wetenschappen en techniek. Moet ook in dat basisonderwijs niet gedacht worden aan een variatie in leerkrachten? Voor het secundair onderwijs lijkt de hervorming uit te lopen naar de langere termijn, beaamt mevrouw Vanderpoorten. Ze vraagt zich af wat er met het vooropgestelde actieplan op de korte termijn gerealiseerd kan worden. Anders riskeert alweer een hele generatie verloren te gaan. Het lid ziet ook een probleem in het feit dat het niet volstaat om studenten in eerste instantie aan te sporen om voor wetenschappen te kiezen in het hoger onderwijs, maar dan moet men ze ook nog naar het onderwijs kunnen halen. Daarmee sluit ze aan bij de opmerkingen van mevrouw Moerman. Het lijkt haar twijfelachtig dat nog velen voor het lerarenberoep zullen opteren. Hoe denken de instanties dat op korte termijn op te vangen? Er zijn al tekorten. Professor Lode Wyns bevestigt de complexiteit van het probleem. Absoluut centraal staat voor hem de cultuuromslag. Ouders doen inzien dat de oubollige idee van technisch onderwijs niet langer opgaat, is niet eenvoudig. Ze lijken nog altijd te willen dat hun kind in maatpak naar het werk kan, om daar de hele dag aan een bureau door te brengen. Het sociaal-culturele aspect is uitermate doorslaggevend, stelt de spreker. Hij citeert uit het ROSE-rapport: Today s youth will not make their choices because it is good for European competitiveness or because they may earn a good salary. They are more interested in who they will be rather than in what they will do.. Het stelt professor Wyns gerust te zien dat de jeugd alvast niet louter op basis van lucrativiteit en economie kiest. Dat feit geldt niet alleen in Vlaanderen, maar in heel Europa. Ook dat heeft te maken met de cultuuromslag, meent de spreker. Hij acht het noodzakelijk om wetenschappen en techniek vooral cultureel op te vijzelen, net als het technisch onderwijs. In Duitsland bestaan er naast Max Planckinstituten ook Fraunhoferinstituten die strikt met technologie bezig zijn. Zwitserland heeft een technische hogeschool in Zurich, die hoger ingeschat wordt dan de klassieke universiteiten. Alles gaat breed en begint in het lager onderwijs, beaamt professor Wyns. Hij voegt er meteen aan toe een advies zoals dit, dat is opgesteld in een tijdsbestek van een vier tot vijftal weken, niet de pretentie heeft om te stellen dat alles erin vervat zit. Over het basisonderwijs stelde de VRWI wel dat blijkt dat vele leerkrachten het er moeilijk mee hebben om die disciplines selectief aan te brengen. Hun opleiding schiet daarin tekort. Professor Wyns stelt dat in de Angelsaksische wereld alle kinderen in het lager onderwijs wel eens een schakeling leren maken of een technische oefening doen en dat alle jongens er ook leren breien. Er leeft een eerbied voor techniek die al heel jong wordt ingeprent. Dat beeld van techniek en wetenschap moet in het hele onderwijslandschap worden opgekrikt, onderstreept de professor. Het staat absoluut niet in contrast met de humane wetenschappen, stelt hij verder.

15 Stuk 61-B ( ) Nr Wanneer tijdens de bespreking over een eventuele differentiële verloning werd gesproken, was er meteen weerwerk van de mensen uit het onderwijsveld. Het concept van de vakeigen leerkrachten ziet hij vooral in onder meer het meest extreme voorbeeld, informatica. Dat beperkt zich in het secundair onderwijs tot hopeloze spielerei, waarin niets terug te vinden is van wat aan informatica aan de universiteiten wordt gegeven. Dat leidt dan weer tot een hopeloos laag slaagpercentage. Informatica is ook de meest viriele richting, meent professor Wyns. Aan zijn universiteit kiezen zelfs meer vrouwelijke studenten voor de ingenieursopleiding metallurgie dan voor informatica. Qua bestuurlijke verankering wil de heer Wyns enkel een insteek geven, maar verder nederig blijven. Hij vindt dat men na vier of vijf weken discussie in vier commissies waarbij in eerste instantie duidelijk moet worden waar de focus moet liggen, niet kan uitmaken welke structuur men voorstaat. De Vlor opteert veeleer voor een platform dat vanuit de klassieke overlegorganen komt. De VRWI pleit daarentegen voor een zeer grondige vernieuwing naar Nederlands model. Daarbij worden partners samengebracht die gewoonlijk niet samen gaan zitten. Dan worden projecten gevraagd waarbij de verbindingen op de kruispunten al gebeurd zijn. Dat gaat bijvoorbeeld over de verbinding lager en secundair onderwijs, of onderwijs en ondernemingen en andere spelers in de maatschappij. De heer Wyns is ervan overtuigd dat wetenschappelijke en mathematische geletterdheid, de beginselen van wiskunde, even kritisch als sociologisch-politiek belangrijk zijn. Het ondernemingsveld is niet zomaar afnemer, maar draagt wel degelijk een grote verantwoordelijkheid, onderstreept de heer Wyns. Opleidingen tot directe inzetbaarheid zijn niet zinvol, stelt hij. Een voldoende brede opleiding is noodzakelijk. Bovendien moet ook het aanbod aan interessante carrières navenant zijn. De bedrijfswereld benadert afgestudeerden uit de wetenschappen niet zelden met de boodschap om dringend naar een commerciële of financiële functie door te groeien. De bedrijfswereld probeert ook leerlingen te benaderen door ze bij rondleidingen zaken als kwaliteitscontrole te laten zien. Dat is ontzettend boeiend voor een wetenschapper, maar zal zeker geen jongeren de stap naar de wetenschap doen zetten. Daarvoor is een interessantere verhaallijn nodig, iets biologisch, medisch of sterrenkundig. De bedrijfswereld moet dus volledig betrokken zijn, maar men moet ermee uitkijken en ze moeten op die fouten gewezen worden. Een belangrijk onderscheid is dat tussen kmo s en de grote multinationals die eigen researchlaboratoria hebben. Die laatste brengen wel degelijk een boeiend verhaal, maar de eerste vaak niet. Mevrouw Douterlungne licht toe dat het voorgestelde platform waarin alle partners verenigd worden juist die bewuste versnippering moet tegengaan. De Vlor legt daarbij de nadruk op het eigenaarschap dat bij alle partners moet liggen: onderwijs, overheid en bedrijfsleven om de brede toepassing van wetenschap en techniek te garanderen. De spreekster trekt een parallel met de werkwijze die gehanteerd is om een gezondheidsbeleid op elke school te ontwikkelen en te implementeren. Daartoe is in eerste instantie een commissie binnen de Vlor opgericht waarin alle onderwijspartners verenigd werden: netten, vakbonden, scholieren, ouders, CLB s enzovoort. Ook verschillende beleidsdomeinen waren aanwezig en experts die aan gezondheidsvoorziening doen. De commissie diende een strategisch plan te ontwikkelen. Daarvoor werden ook de middelen ter beschikking gesteld. Via samenwerking met de begeleidingsdiensten en partners is dan de implementatie van een gezondheidsbeleid op elke school aangevat. Er zouden ook mensen als buitenboordmotor kunnen werken om de praktische kant van het werk te doen, stelt ze. Als er middelen beschikbaar worden gesteld, dan kunnen daarmee mensen aan het werk gezet worden. Met betrekking tot de vragen over de metingen in Vlaanderen raadt de spreekster aan de contactpersoon te raadplegen die in het rapport is opgenomen en die de aangevoerde cijfers heeft geleverd.

16 16 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 De Vlor gaat ervan uit dat er financiering moet zijn, maar over de benutting is niet gepraat. Met betrekking tot de resultaatgebonden financiering stelde mevrouw Douterlungne zich eerder al terughoudend op in de media omdat bij een interview voor De Standaard specifiek werd aangehaald dat Nederlandse scholen afgerekend worden op het percentage doorstroming in de richtingen wetenschappen en techniek. Ze werpt op dat in dat geval ook nog de individuele keuzevrijheid en pedagogische vrijheid meespeelt en dat men bezwaarlijk scholen dat kan aanwrijven. Dit wil niet zeggen dat als er financiering is, die niet kan afgewogen worden in functie van de resultaten. De aanzetten in het basisonderwijs zijn er wel degelijk, net als het wettelijke kader met de eindtermen. Aan competentieontwikkeling bij leerkrachten kan nog veel verbeteren in het basisonderwijs, geeft de spreekster toe. De rol van de inspectie lijkt haar evident, aangezien die instaat voor de controle op de eindtermen. Die moeten garanderen dat de doelstellingen in basis- en secundair onderwijs gehaald worden. Inzake de opwaardering van het technisch onderwijs is er nog heel wat werk aan de winkel, weet ook mevrouw Douterlungne. Het project TOS21 is intussen afgesloten. Er zijn ongetwijfeld evaluatierapporten voorhanden, ook van de experimenten op scholen, meent de spreekster. Dat project was van directe invloed op de opmaak van de eindtermen wereldoriëntatie, eerste graad natuurwetenschappen en op korte termijn ook tweede graad natuurwetenschappen. Welke zijn de richtingen wetenschap en techniek waarover het gaat? De werkgroep heeft wel geprobeerd dat af te bakenen, maar dat bleek niet eenvoudig, vooral in het secundair. Aso bereidt vooral voor op hoger onderwijs. Voor tso, bso en volwassenenonderwijs zijn de eerste pogingen terug te vinden in het advies, stelt mevrouw Douterlungne. Een van de eerste taken van het platform zou alvast zijn de doelen en targets op te stellen en die afbakening zuiver te stellen. Er is een apart advies opgesteld inzake accommodatie bij schoolinfrastructuur. Het komt erop neer dat men moet redeneren vanuit de school van de toekomst. Daar horen ook de vragen thuis die de geïnformatiseerde samenleving oproept inzake schoolinfrastructuur. Wat wordt verwacht inzake leerkrachten? Een duidelijke competentieontwikkeling is nodig. Volstaat de nascholing via de netten en de lerarenopleiding? Mevrouw Douterlungne verwijst naar het instrument van de prioritaire nascholing waarmee de minister zelf initiatieven kan opgeven waarrond hij leerkrachten bijgeschoold wil zien. De Vlor heeft inspraak gevraagd in de lijst van themata. Wetenschap en techniek kunnen daar hun plaats hebben, volgens de spreekster. Over differentiële verloning of statutair kader spreekt de Vlor zich niet uit. Dat is de afspraak met de onderwijsvakbonden. Er wordt in dat verband verwezen naar het loopbaandebat. Ook de Vlor erkent dat een goede interactie tussen bedrijfsleven en overheid essentieel is. Die nadruk wordt iets meer gelegd door de VRWI omdat dat aspect daar nader werd bekeken. Wetenschapscommunicatie moet een tweerichtingsverkeer zijn, herhaalt mevrouw Douterlungne. Dat de media daarin ook een grote rol kan spelen, lijkt haar evident. Dat zou in het strategisch plan van het platform moeten worden opgenomen. De wetenschappelijke en technische geletterdheid zit duidelijk in de basisvorming van het secundair onderwijs. Zit het goed met de hervorming van dat secundair onderwijs? Mevrouw Douterlungne stelt dat er heel veel energie en tijd in opgaat, al beseft men dat het

17 Stuk 61-B ( ) Nr een werk van lange adem wordt. Of wetenschap en techniek er nu al accuraat in vervat zitten, is nu nog niet duidelijk. Het lijkt haar zinvol dat de Vlor die invalshoek wel meeneemt in de dossiers die nog voorliggen. De spreekster heeft het dan onder meer over een mogelijke tweede conceptnota over de hervorming van het secundair onderwijs, het decreet Leerlingenbegeleiding dat ook het studiekeuzeprobleem behandelt, het dossier HBO5 enzovoort. De Vlor onderstreept dat het bedrijfsleven naast een financiële inbreng ook een reële input moet hebben, met experts in de klassen of bijvoorbeeld stageplaatsen. Het grote tekort daaraan is gekend. Wat kan er intussen gebeuren? De eindtermen van tweede en derde graad liggen ter bespreking. De leerlijn van wetenschap en techniek moet vanuit de goedgekeurde eindtermen voor de eerste graad doorgetrokken worden. Dat lijkt een goede voorzet om beide meer in het voetlicht te zetten. Mevrouw Roos Herpelinck, directeur bij de Vlor, vult aan dat er in het advies vooral gemikt is op een plan van aanpak, een strategie die op korte termijn iets oplevert. De rode draden moeten dan in een tweede fase structureel verankerd worden in een aantal belangrijke dossiers. Wetenschap en techniek zouden in de toekomst als toetssteen meegenomen kunnen worden. Het platform kijkt wel degelijk buiten de onderwijsgrenzen volgens de visie van de Vlor. Het is vooral geen louter interne onderwijsaangelegenheid. Dat moet ook uit het advies blijken waarin bewust voor het begrip platform gekozen is. Het brengt alle onderwijspartners samen met overheid en bedrijfsleven. Het moet tevens het plan van aanpak omzetten in een operationeel plan met concrete doelstellingen. Basisonderwijs is cruciaal. De Vlor is ervan uitgegaan dat voor wat wetenschap en techniek betreft men geen tabula rasa moet maken van wat in het verleden al is gebeurd. Dat is ook de boodschap in het basisonderwijs waar sinds september 2010 de nieuwe eindtermen van kracht werden en er nieuwe leerplannen en handboeken in gebruik genomen zijn. De spreekster onderstreept dat het voor de leerkrachten een hele uitdaging is om dat op een goede manier te implementeren. Allicht kan er ter zake meer input zijn vanuit de prioritaire nascholing. De werkgroep is enigszins teleurgesteld omdat het om single-shot nascholing ging en niet om een continu begeleidingsproces. Er is een kader maar de uitwerking in de praktijk vraagt een structurelere aanpak. De Vlor vraagt ook om onderwijsprocessen duidelijker te kunnen monitoren, doelstellingen en uitgangspunten van hervormingen uitdrukkelijker te formuleren om dan na verloop van tijd na te gaan of ze respectievelijk gehaald zijn en succes hadden. De zoektocht naar al dat concreet cijfermateriaal toont volgens mevrouw Herpelinck aan dat monitoring wel degelijk nog een probleem vormde. Mevrouw Douterlungne is blij te horen dat de heer Bouckaert de koppeling wil maken met de ongekwalificeerde uitstroom. Zelf wil ze ook de problematiek van levenslang leren erbij halen. Vlaanderen scoort ter zake niet goed. Het gaat erom een breed debat te voeren zonder het onoverzichtelijk te maken. Over de ongekwalificeerde uitstroom mag men in het najaar 2011 een advies op eigen initiatief van de Vlor verwachten. Mevrouw Danielle Raspoet, secretaris van de VRWI, legt sterk de nadruk op het belang van de rol van de ouders. Die rol is ook dubbel, stelt ze. Ouders stuwen hun kinderen in het secundair onderwijs vooral naar richtingen wetenschappen-wiskunde omdat daar de beste en slimste kinderen zouden zitten. Wanneer vervolgens een studiekeuze voor het hoger onderwijs moet worden gemaakt, valt dat prestigieuze van studierichtingen exacte wetenschappen bij de ouders weg. Het hoger onderwijs kan in die zin een belangrijke

18 18 Stuk 61-B ( ) Nr. 2 rol spelen met infodagen en abituriëntendagen om jongeren voor die richtingen aan te trekken. De focus moet niet zozeer liggen op de inhoud van de vakken, maar wel op de beroepen waartoe de studierichtingen kunnen leiden. Dat impliceert niet dat de moeilijkheidsgraad van bepaalde richtingen verdoezeld moet worden, onderstreept mevrouw Raspoet. Het grootste potentieel ligt nog altijd bij de vrouwen. Het Platform Bèta Techniek in Nederland heeft ondervonden dat er een reëel risico bestaat dat er vooral winst geboekt wordt in de richtingen bio-ingenieur en biologen, waar dat niet echt nodig is. De inspanningen mogen niet alleen verschuivingen teweegbrengen, maar vooral ook volume. Wat met de versnippering? De acties die in het verleden al zijn ondernomen, waren zeker waardevol, stelt de spreekster. Het probleem was vooral dat het actieplan verschillende doelstellingen had: meer instroom in wetenschappelijke en technologische richtingen, een groot maatschappelijk draagvlak voor beide, de media enzovoort. Het is beter met één focus te werken, vindt mevrouw Raspoet en dan alle bestaande expertise inzetten met dat brandpunt. De VRWI heeft al eerder adviezen uitgebracht in verband met de media. Er is recent een advies geschreven over meer wetenschap en technologie op de openbare omroep naar aanleiding van de nieuwe beheersovereenkomst van de VRT. Op korte termijn zal de VRWI ook een onderhoud hebben met minister Lieten om die optie nog eens te verdedigen. Met de gekoppelde bevoegdheden media en innovatie lijkt dat de perfecte opportuniteit. Mevrouw Güler Turan vraagt om in het advies op eigen initiatief over de ongekwalificeerde uitstroom dat de Vlor aankondigt ook expliciet aandacht te besteden aan de grootstedelijke problematiek van de vele allochtone kinderen die in het bso terechtkomen, en de daaraan gekoppelde imagoschade. Mevrouw Sabine Poleyn is van mening dat in het basisonderwijs vooral de competentie onderzoekend leren moet worden meegegeven en niet zozeer het contact met bedrijven en dergelijke. De richting aso wetenschappen-wiskunde is een van de populairste richtingen aan het worden, stelt het lid, mede door de toelatingsproeven voor onder meer geneeskunde. Daarmee moet ook rekening gehouden worden bij een eventuele financiering. Voor techniek en de technische richtingen moet er vooral over gewaakt worden dat ze er hun plaats niet bij inschieten. Het lid stelt dat ze intussen wel geleerd heeft dat Nederland de mosterd in Vlaanderen is komen halen. De eerste projecten ter zake hebben aanleiding gegeven tot het platform in Nederland. Dat kan als model dienen, stelt mevrouw Poleyn, maar de expertise zit nog steeds in Vlaanderen. Patricia CEYSENS, voorzitter Koen VAN DEN HEUVEL, verslaggever

19 Stuk 61-B ( ) Nr Gebruikte afkortingen aso algemeen secundair onderwijs bso beroepssecundair onderwijs CLB centrum voor leerlingenbegeleiding EWI Economie Wetenschap en Innovatie GOK gelijke onderwijskansen hbo hoger beroepsonderwijs HBO5 hoger beroepsonderwijs 5 ICT informatie- en communicatietechnologie MST mathematics, science and technology Se-n-se secundair-na-secundair SWOT strenghts, weaknesses, opportunities, threats TOS21 Techniek op School voor de 21ste eeuw tso technisch secundair onderwijs Vlor Vlaamse Onderwijsraad VRT Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie VRWI Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie W&T wetenschap en techniek

20 20 Stuk 61-B ( ) Nr. 2

Verzoekschrift. over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit. Verslag

Verzoekschrift. over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit. Verslag stuk ingediend op 1448 (2011-2012) Nr. 1 23 januari 2012 (2011-2012) Verzoekschrift over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit Verslag namens de Commissie voor Economie,

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING AGENDA COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING De aanpassing betreft volgende vergaderingen Donderdag 28.04.2011-09:30 uur : Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium, Innovatie, Wetenschapsbeleid,

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in exact-wetenschappelijke en technische richtingen

Voorstel van resolutie. betreffende het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in exact-wetenschappelijke en technische richtingen stuk ingediend op 1207 (2010-2011) Nr. 2 7 juli 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Koen Van den Heuvel, de dames Sabine Poleyn, Goedele Vermeiren en Marleen Vanderpoorten en de heren Bart

Nadere informatie

Verzoekschrift. over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken. Verslag

Verzoekschrift. over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken. Verslag stuk ingediend op 1447 (2011-2012) Nr. 1 23 januari 2012 (2011-2012) Verzoekschrift over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken Verslag namens

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in exact-wetenschappelijke en technische richtingen

Voorstel van resolutie. betreffende het verhogen van de uitstroom van het aantal afstuderenden in exact-wetenschappelijke en technische richtingen stuk ingediend op 1207 (2010-2011) Nr. 1 28 juni 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Koen Van den Heuvel, de dames Sabine Poleyn, Goedele Vermeiren en Marleen Vanderpoorten en de heren

Nadere informatie

Gedachtewisseling. over de ontwikkelingen in het dossier Opel Antwerpen. Verslag

Gedachtewisseling. over de ontwikkelingen in het dossier Opel Antwerpen. Verslag stuk ingediend op 298 (2009-2010) Nr. 1 16 december 2009 (2009-2010) Gedachtewisseling over de ontwikkelingen in het dossier Opel Antwerpen Verslag namens de Commissie voor Economie, Economisch Overheidsinstrumentarium,

Nadere informatie

van het Instituut Samenleving en Technologie

van het Instituut Samenleving en Technologie stuk ingediend op 62 (2009-2010) Nr. 4 30 juni 2010 (2009-2010) Trendnota van het Instituut Samenleving en Technologie ten behoeve van de opmaak van het Werkprogramma van het Instituut Samenleving en Technologie

Nadere informatie

Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014

Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014 Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014 Nieuwe ontwikkelingen en impulsen op sociaal, cultureel,

Nadere informatie

Vraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL

Vraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL Geïntegreerde lerarenopleiding Aandacht

Nadere informatie

STEM monitor 2015 SITUERING DOELSTELLINGEN

STEM monitor 2015 SITUERING DOELSTELLINGEN STEM monitor 2015 SITUERING In het STEM-actieplan 2012-2020 van de Vlaamse regering werd voorzien in een algemene monitoring van het actieplan op basis van een aantal indicatoren. De STEM monitor geeft

Nadere informatie

Het is dan ook belangrijk dat jongeren bewust kiezen voor STEM-opleidingen.

Het is dan ook belangrijk dat jongeren bewust kiezen voor STEM-opleidingen. VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 219 van 14 januari 2013 van ANN BRUSSEEL Geïntegreerde lerarenopleiding Aandacht

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December 2009-517- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 60 van 29

Nadere informatie

Verzoekschrift. over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder. Verslag

Verzoekschrift. over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder. Verslag stuk ingediend op 1851 (2012-2013) Nr. 1 21 december 2012 (2012-2013) Verzoekschrift over het collectieve leerlingenvervoer in het algemeen en voor kinderen met diabetes in het bijzonder Verslag namens

Nadere informatie

Commissie voor Onderwijs en Gelijke Kansen

Commissie voor Onderwijs en Gelijke Kansen vergadering C164 OND17 zittingsjaar 2012-2013 Handelingen Commissievergadering Commissie voor Onderwijs en Gelijke Kansen van 26 maart 2013 2 Commissievergadering nr. C164 OND17 (2012-2013) 26 maart 2013

Nadere informatie

Contextschets Techniek

Contextschets Techniek Contextschets Techniek Nationaal Techniekpact 2020... 2 Welke activiteiten ondernemen de hbo-instellingen?... 2 Welke activiteiten ondernemen de universiteiten?... 3 Welke activiteiten onderneemt de 3TU?...

Nadere informatie

Breek taboe omtrent kansarme

Breek taboe omtrent kansarme ITINERA INSTITUTE FLASH Breek taboe omtrent kansarme versus kansrijke diploma s 03 07 2013 MENSEN WELVAART BESCHERMING De Europese leiders hebben een actieplan tegen jeugdwerkloosheid aangekondigd. Uiteraard

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. namens de Commissie voor Onderwijs, Vorming, Wetenschap en Innovatie uitgebracht door mevrouw Kathleen Helsen en de heer Jef Tavernier

VERZOEKSCHRIFT. namens de Commissie voor Onderwijs, Vorming, Wetenschap en Innovatie uitgebracht door mevrouw Kathleen Helsen en de heer Jef Tavernier Zitting 2004-2005 6 april 2005 VERZOEKSCHRIFT over het opnemen van een bezoek aan Breendonk in de eindtermen van het secundair onderwijs VERSLAG namens de Commissie voor Onderwijs, Vorming, Wetenschap

Nadere informatie

Verzoekschrift. over de zestigmaandenregel voor artsen van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB) Verslag

Verzoekschrift. over de zestigmaandenregel voor artsen van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB) Verslag stuk ingediend op 2016 (2012-2013) Nr. 1 23 april 2013 (2012-2013) Verzoekschrift over de zestigmaandenregel voor artsen van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB) Verslag namens de Commissie voor

Nadere informatie

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC) ALGEMENE RAAD 25 november 2010 AR-AR-KST-ADV-005 Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC) Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219

Nadere informatie

Terugkoppeling van de workshops. Chris De Nijs (VRT)

Terugkoppeling van de workshops. Chris De Nijs (VRT) Terugkoppeling van de workshops Chris De Nijs (VRT) Vaardig genoeg voor de 21 ste eeuw? Samen aan de slag met de Vlaamse PIAAC resultaten Brussel - 20 maart 2014 Workshop 1: Basisvaardigheden voor de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147-

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147- Vlaams Parlement Vragen en Antwoorden Nr.2 November 2008 47 VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTERPRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. over een oplossing voor de gelijkwaardigheidserkenning van de diploma s psychologie van de Open Universiteit Nederland/Vlaanderen

VERZOEKSCHRIFT. over een oplossing voor de gelijkwaardigheidserkenning van de diploma s psychologie van de Open Universiteit Nederland/Vlaanderen Stuk 2134 (2008-2009) Nr. 1 Zitting 2008-2009 2 maart 2009 VERZOEKSCHRIFT over een oplossing voor de gelijkwaardigheidserkenning van de diploma s psychologie van de Open Universiteit Nederland/Vlaanderen

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN

COMMISSIEVERGADERINGEN AGENDA AANPASSING COMMISSIEVERGADERINGEN De aanpassing betreft volgende vergaderingen Donderdag 19.03.2009-10:00 uur : Commissie voor Economie, Werk en Sociale Economie - 14:00 uur : Commissie voor Economie,

Nadere informatie

Actualiteitsdebat Hervorming Secundair Onderwijs. Vlaams Parlement, 18 januari 2017

Actualiteitsdebat Hervorming Secundair Onderwijs. Vlaams Parlement, 18 januari 2017 Actualiteitsdebat Hervorming Secundair Onderwijs Vlaams Parlement, 18 januari 2017 Tussenkomst Jo De Ro (Open Vld) Maar vooral beste ouders en leerkrachten die thuis dit actueel debat aan t volgen zijn:

Nadere informatie

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING

SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING Studiedienst en Prospectief Beleid 1 Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Vlaamse Overheid Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,

Nadere informatie

STEM. Visietekst van het GO! onderwijs van de. 28 november Vlaamse Gemeenschap

STEM. Visietekst van het GO! onderwijs van de. 28 november Vlaamse Gemeenschap STEM Visietekst van het GO! 28 november 2016 onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap 2 Samenvatting In de beleidsnota 2014-2019 stelt Vlaams minister van Onderwijs de ambitie om leerlingen warmer te maken

Nadere informatie

De afgelopen jaren zijn er een aantal knelpunten in ons onderwijssysteem gedetecteerd:

De afgelopen jaren zijn er een aantal knelpunten in ons onderwijssysteem gedetecteerd: Inhoud 1. Onze uitgangspunten 2. De onderwijshervorming 3. 1. Onze uitgangspunten Het Vlaamse onderwijs behoort tot de Europese en wereldtop. We staan ermee op de tweede plaats in Europa en de zevende

Nadere informatie

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het verplicht aanbieden van cursussen eerste hulp bij ongevallen (EHBO) in het lager en secundair onderwijs

Voorstel van resolutie. betreffende het verplicht aanbieden van cursussen eerste hulp bij ongevallen (EHBO) in het lager en secundair onderwijs stuk ingediend op 1224 (2010-2011) Nr. 1 6 juli 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Jean-Jacques De Gucht, de dames Ann Brusseel, Marleen Vanderpoorten en Elisabeth Meuleman, de heren Boudewijn

Nadere informatie

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan.

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan. Tweede adviesnota van het STEM-PLATFORM aan de stuurgroep donderdag, 12 december 2013 Brussel, Koning Albert II - Laan Pagina 1 Beoordelingskader voor de subsidiëring van initiatieven ter ondersteuning

Nadere informatie

De bijdrage van praktijkgerichte literatuurstudies onderwijsonderzoek (PGO-project Vlaamse Onderwijsraad)

De bijdrage van praktijkgerichte literatuurstudies onderwijsonderzoek (PGO-project Vlaamse Onderwijsraad) DIA 1 Vakdidactische STEM-competenties van schoolteams, docenten en lerarenopleiders versterken De bijdrage van praktijkgerichte literatuurstudies onderwijsonderzoek (PGO-project Vlaamse Onderwijsraad)

Nadere informatie

In het partijprogramma en de congresteksten van CD&V staat: Niets specifiek over diversiteit in het lerarenkorps.

In het partijprogramma en de congresteksten van CD&V staat: Niets specifiek over diversiteit in het lerarenkorps. Onze vraag: Meer dan 10 jaar na het EAD-decreet, komt er een uitvoeringsbesluit voor het onderwijs, zodat onderwijsinstellingen een personeelsbeleid met streefcijfers gaan voeren gericht op evenredige

Nadere informatie

Advies BVR duaal leren BuSO

Advies BVR duaal leren BuSO Raad Secundair Onderwijs 12 februari 2019 RSO-RSO-ADV-1819-004 Advies BVR duaal leren BuSO Vlaamse Onderwijsraad Koning Albert II-laan 37 BE-1030 Brussel T +32 2 219 42 99 www.vlor.be info@vlor.be Advies

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting Verslag

Ontwerp van decreet. houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting Verslag stuk ingediend op 1636 (2011-2012) Nr. 10 21 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting 2012 Verslag namens de Commissie voor

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige

Nadere informatie

Advies over Vlaanderen in 2050: mensenmaat in een metropool? Groenboek beleidsplan Ruimte

Advies over Vlaanderen in 2050: mensenmaat in een metropool? Groenboek beleidsplan Ruimte Algemene Raad 20 december 2012 AR-AR-ADV-008 Advies over Vlaanderen in 2050: mensenmaat in een metropool? Groenboek beleidsplan Ruimte Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219

Nadere informatie

Advies over het voorstel van onderwijskwalificatie graduaat in het winkelmanagement

Advies over het voorstel van onderwijskwalificatie graduaat in het winkelmanagement Algemene Raad 20 december 2012 AR-AR-ADV-010 Advies over het voorstel van onderwijskwalificatie graduaat in het winkelmanagement Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99

Nadere informatie

Hoorzitting Commissie Onderwijs Conceptnota lerarenopleiding

Hoorzitting Commissie Onderwijs Conceptnota lerarenopleiding Hoorzitting Commissie Onderwijs Conceptnota lerarenopleiding Lerarenopleidingen versterken Visie hogescholen bij de conceptnota Johan Veeckman, voorzitter VLHORA 1 Algemene aandachtspunten Nood aan promotie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 200 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2008 Nr. 183 BRIEF

Nadere informatie

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? De externe omgeving wordt voor meer en meer organisaties een onzekere factor. Het is een complexe oefening voor directieteams om

Nadere informatie

Geachte Tweede Kamer commissieleden voor cultuur,

Geachte Tweede Kamer commissieleden voor cultuur, Aan de leden van de commissie cultuur Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag 8 november 2012, Amsterdam Geachte Tweede Kamer commissieleden voor cultuur, Op 21 november 2012 staat

Nadere informatie

STEM monitor 2015. 9 juni 2015 RITA DUNON

STEM monitor 2015. 9 juni 2015 RITA DUNON STEM monitor 2015 9 juni 2015 RITA DUNON Doelstellingen STEM-actieplan STEM-actieplan 2012-2020 streeft op middellange termijn naar: Meer starters en afgestudeerden in STEMopleidingen en richtingen die

Nadere informatie

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs voordrachten januari, februari en maart 2016

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs voordrachten januari, februari en maart 2016 Raad Levenslang en Levensbreed Leren 19 april 2016 RLLL-RLLL-ADV-1516-006 Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs voordrachten januari, februari en maart 2016 Vlaamse Onderwijsraad

Nadere informatie

Hervorming secundair onderwijs

Hervorming secundair onderwijs Hervorming secundair onderwijs 4 juni 2013 Mijn mening is. 1. Het secundair onderwijs moet hervormd worden. o Ja o Neen 2. De schotten tussen de onderwijsvormen ASO BSO KSO TSO moeten worden afgeschaft.

Nadere informatie

Interview met minister Joke Schauvliege

Interview met minister Joke Schauvliege Interview met minister Joke Schauvliege over de rol en de toekomst van etnisch-culturele federaties in Vlaanderen. Dertien etnisch-cultureel diverse federaties zijn erkend binnen het sociaalcultureel werk.

Nadere informatie

Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO. Advies. Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling

Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO. Advies. Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO Advies Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling 1. Inleiding Op 8 juni 2009 werd de SERV om advies gevraagd over de fiches ter invulling

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. over voorrang bij inschrijving in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel volgens het decreet gelijke onderwijskansen-i (GOK) VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over voorrang bij inschrijving in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel volgens het decreet gelijke onderwijskansen-i (GOK) VERSLAG Stuk 2094 (2008-2009) Nr. 1 Zitting 2008-2009 9 februari 2009 VERZOEKSCHRIFT over voorrang bij inschrijving in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel volgens het decreet gelijke onderwijskansen-i (GOK)

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. over de tewerkstelling van laaggeschoolden die een opleiding volgen bij de VDAB VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over de tewerkstelling van laaggeschoolden die een opleiding volgen bij de VDAB VERSLAG Zitting 2004-2005 6 april 2005 VERZOEKSCHRIFT over de tewerkstelling van laaggeschoolden die een opleiding volgen bij de VDAB VERSLAG namens de Commissie voor Economie, Werk en Sociale Economie uitgebracht

Nadere informatie

Advies over het ontwerp van STEM-kader

Advies over het ontwerp van STEM-kader Algemene Raad 22 oktober 2015 AR-AR-ADV-1516-008 Advies over het ontwerp van STEM-kader Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be info@vlor.be

Nadere informatie

Een exploratieve studie naar de relatie tussen geïntegreerd STEM-onderwijs en STEM-vaardigheden op secundair niveau

Een exploratieve studie naar de relatie tussen geïntegreerd STEM-onderwijs en STEM-vaardigheden op secundair niveau Een exploratieve studie naar de relatie tussen geïntegreerd STEM-onderwijs en STEM-vaardigheden op secundair niveau dr. H. Knipprath ing. J. De Meester STEM Science Engineering Technology Mathematics 2

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. over de leerplicht tot het bekomen van een diploma of vaardigheid dienstbaar aan de samenleving of arbeidsmarkt VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over de leerplicht tot het bekomen van een diploma of vaardigheid dienstbaar aan de samenleving of arbeidsmarkt VERSLAG Stuk 797 (2005-2006) Nr. 1 Zitting 2005-2006 31 maart 2006 VERZOEKSCHRIFT over de leerplicht tot het bekomen van een diploma of vaardigheid dienstbaar aan de samenleving of arbeidsmarkt VERSLAG namens

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Onderwijs en Opleiding 2010 Beschrijving prestaties Nederland en andere lidstaten op EU benchmarks

Voortgangsrapportage Onderwijs en Opleiding 2010 Beschrijving prestaties Nederland en andere lidstaten op EU benchmarks ANNEX Voortgangsrapportage Onderwijs en Opleiding 21 Beschrijving prestaties Nederland en andere lidstaten op EU benchmarks 1. Deelname voor- en vroegschoolse educatie (VVE) De Nederlandse waarde voor

Nadere informatie

Visietekst rond de samenwerking tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs

Visietekst rond de samenwerking tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs Visietekst rond de samenwerking tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs Inleiding: De pedagogische begeleiding heeft voor volgende jaren de samenwerking tussen BaO en SO als prioriteit gekozen.

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.9 - Juni

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.9 - Juni Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.9 - Juni 2008-299- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding Gebruikswijzer P- Reviews: Hoe kunnen de Reviews op een nuttige manier geïntegreerd worden in de lerarenopleiding? In deze gebruikswijzer bekijken we eerst een aantal mogelijkheden tot implementatie van

Nadere informatie

2. Op welke manier verloopt de samenwerking tussen VDAB en school in de gezamenlijke aanpak van NEET-jongeren/vroegtijdige schoolverlaters?

2. Op welke manier verloopt de samenwerking tussen VDAB en school in de gezamenlijke aanpak van NEET-jongeren/vroegtijdige schoolverlaters? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 312 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 3 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NEET-jongeren - Actieplan samen tegen schooluitval Het

Nadere informatie

Doel: Creativiteit. Middel: ICT onderbenut (bij voorbeeld Sociale media, faceboekgroepen

Doel: Creativiteit. Middel: ICT onderbenut (bij voorbeeld Sociale media, faceboekgroepen Menselijk niveau: Het is nodig dat het onderwijs NU massaal ICT hulpmiddelen integreert in het onderwijzen en leren om zo de kinderen voor te bereiden op de toekomst waarin creatieve en innovatieve vaardigheden

Nadere informatie

ANTWOORD. Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX

ANTWOORD. Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX Leerlingen BSO Slaagkansen hoger

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING AGENDA COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING De aanpassing betreft volgende vergaderingen Dinsdag 25.01.2011-13:30 uur : Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting Antoon Van Dyckzaal - 2 e verdieping

Nadere informatie

Advies over de implementatie van ISCED 2011 in Vlaanderen

Advies over de implementatie van ISCED 2011 in Vlaanderen Algemene Raad PCA / 26 januari 2012 AR-AR-ADV-007 Advies over de implementatie van ISCED 2011 in Vlaanderen Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be

Nadere informatie

STEM monitor april 2015 RITA DUNON

STEM monitor april 2015 RITA DUNON STEM monitor 2015 30 april 2015 RITA DUNON Doelstellingen STEM-actieplan STEM-actieplan 2012-2020 streeft op middellange termijn naar: Meer starters en afgestudeerden in STEM-opleidingen en richtingen

Nadere informatie

Uitdagingen voor de professionalisering en de loopbaan van leerkrachten. Geert Devos.

Uitdagingen voor de professionalisering en de loopbaan van leerkrachten. Geert Devos. Uitdagingen voor de en de loopbaan van Geert Devos www.steunpuntssl.be Systeem van Effectieve Effectieve Focus op lespraktijk en leren van leerlingen Actief leren Observatie expert leraren met feedback

Nadere informatie

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister

Nadere informatie

Buitengewoon onderwijs - Bijkomende of gespecialiseerde opleidingen voor leerkrachten

Buitengewoon onderwijs - Bijkomende of gespecialiseerde opleidingen voor leerkrachten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 163 van KATHLEEN HELSEN datum: 21 januari 2016 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Buitengewoon onderwijs - Bijkomende

Nadere informatie

Brussel, 18 februari _Advies_studiefinanciering_HO. Advies. Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs

Brussel, 18 februari _Advies_studiefinanciering_HO. Advies. Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs Brussel, 18 februari 2004 180204_Advies_studiefinanciering_HO Advies Studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs 1. Inleiding De Vlaamse Minister van onderwijs en vorming heeft

Nadere informatie

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) De Hoge Raad voor Vrijwilligers (HRV) kijkt relatief tevreden terug op 2011, het Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk.

Nadere informatie

betreffende het Vlaamse beleid ten aanzien van jeugdhuizen

betreffende het Vlaamse beleid ten aanzien van jeugdhuizen stuk ingediend op 1834 (2012-2013) Nr. 1 7 december 2012 (2012-2013) Voorstel van resolutie van de heer Bart Van Malderen, de dames Tinne Rombouts, Danielle Godderis-T Jonck, Elisabeth Meuleman en Ulla

Nadere informatie

Advies over de beleidsbrief

Advies over de beleidsbrief Algemene Raad 28 november 2013 AR-AR-ADV-005 Advies over de beleidsbrief 2013-2014 Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be info@vlor.be Adviesvrager:

Nadere informatie

STEM didactiek - een overzicht Vernieuwde didactiek voor wiskunde, wetenschappen en techniek in het Vlaamse secundair onderwijs

STEM didactiek - een overzicht Vernieuwde didactiek voor wiskunde, wetenschappen en techniek in het Vlaamse secundair onderwijs STEM didactiek - een overzicht Vernieuwde didactiek voor wiskunde, wetenschappen en techniek in het Vlaamse secundair onderwijs Wim Dehaene KULeuven-ESAT-MICAS Wie ben ik prof. dr. ir. Wim Dehaene wim.dehaene@esat.kuleuven.be

Nadere informatie

betreffende onderwijs in ontwikkelingssamenwerking

betreffende onderwijs in ontwikkelingssamenwerking ingediend op 439 (2014-2015) Nr. 1 16 juli 2015 (2014-2015) Voorstel van resolutie van Ingeborg De Meulemeester, Sabine de Bethune, Herman De Croo, Tine Soens en Wouter Vanbesien betreffende onderwijs

Nadere informatie

Advies over het strategisch plan De Vlaming leeft gezonder in 2025

Advies over het strategisch plan De Vlaming leeft gezonder in 2025 Algemene Raad 29 juni 2017 AR-AR-ADV-1617-022 Advies over het strategisch plan De Vlaming leeft gezonder in 2025 Vlaamse Onderwijsraad Koning Albert II-laan 37 B-1030 Brussel T +32 2 219 42 99 info@vlor.be

Nadere informatie

Aanbieden van aantrekkelijk STEM-onderwijs

Aanbieden van aantrekkelijk STEM-onderwijs Aanbieden van aantrekkelijk STEM-onderwijs Vlor & Artevelde: Zin in wetenschappen wiskunde en techniek publicatie april 2013(zie actieplan STEM thema 2, OD 1) Vlor: reflectie-/screeningsinstrument voor

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende de invoering van een nieuw onderwijsvak rond burgerschap, filosofie en levensbeschouwing

Voorstel van resolutie. betreffende de invoering van een nieuw onderwijsvak rond burgerschap, filosofie en levensbeschouwing stuk ingediend op 1437 (2011-2012) Nr. 1 19 januari 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van mevrouw Elisabeth Meuleman betreffende de invoering van een nieuw onderwijsvak rond burgerschap, filosofie

Nadere informatie

Sessie 1: Vluchten kan niet meer, je vleugels uitslaan wel.

Sessie 1: Vluchten kan niet meer, je vleugels uitslaan wel. Sessie 1: Vluchten kan niet meer, je vleugels uitslaan wel. Werkgroep: 2 Werkgroepbegeleider: Jan Bonne Verslaggever: Marjolein Lassuyt Inleiding Tijdens het eerste referaat brengt Simon Boone ons op de

Nadere informatie

Advies over het voorontwerp van decreet betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs

Advies over het voorontwerp van decreet betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs Algemene Raad 25 november 2010 AR-AR-GDR-ADV-006 Advies over het voorontwerp van decreet betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus

Nadere informatie

tot wijziging van artikel 8 en 10 van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten

tot wijziging van artikel 8 en 10 van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten 1037 (2016-2017) Nr. 2 ingediend op 9 februari 2017 (2016-2017) Verslag namens de Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid uitgebracht door An Christiaens en Lorin

Nadere informatie

Prioriteiten jongeren in armoede, Verkiezingen 2014 Videoboodschap: De shit waar je in zit

Prioriteiten jongeren in armoede, Verkiezingen 2014 Videoboodschap: De shit waar je in zit Prioriteiten jongeren in armoede, Verkiezingen 2014 Videoboodschap: De shit waar je in zit Sinds 2011 komt een groep jongeren in armoede op regelmatige basis samen. Om elkaar te leren kennen, om naar elkaar

Nadere informatie

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO 1. Persoonlijke gegevens Naam school:.. Provincie school: o Antwerpen o Limburg o Oost- Vlaanderen o Vlaams- Brabant o West- Vlaanderen Wat is je functie?

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,

Nadere informatie

duurtijd van de opleiding en de arbeidstijd. Hierbij stellen we dat het, gegeven deze regelgeving, allicht niet evident is voor werkgevers om tegen

duurtijd van de opleiding en de arbeidstijd. Hierbij stellen we dat het, gegeven deze regelgeving, allicht niet evident is voor werkgevers om tegen Samenvatting 5 Dit boek bekijkt kritisch de veralgemening van duaal leren in het arbeidsgericht secundair onderwijs (SO) in Vlaanderen, op basis van de beschikbare economische en sociologische wetenschappelijke

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,

Nadere informatie

betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen

betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen stuk ingediend op 2017 (2012-2013) Nr. 2 6 juni 2013 (2012-2013) Ontwerp van decreet betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen Verslag namens de Commissie voor Algemeen

Nadere informatie

githo Lentetombola 2017

githo Lentetombola 2017 2 49304 githo Lentetombola 2017 1e Hoofdprijs: 5-daagse reis naar Dresden voor 2 personen (kamer met ontbijt) DRANKENARSENAAL LIER - ZANDHOVEN Bosstraat 29 bus 1 te Lier Vierselbaan 12C te Zandhoven Gewonnen

Nadere informatie

Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen

Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen Studienamiddag Informaticawetenschappen in het leerplichtonderwijs Paleis der Academiën, Brussel, 2015-04-29 Bern Martens Lerarenopleiding Sec. Onderwijs

Nadere informatie

betreffende het Onderwijs XXIII

betreffende het Onderwijs XXIII stuk ingediend op 2066 (2012-2013) Nr. 9 10 juli 2013 (2012-2013) Ontwerp van decreet betreffende het Onderwijs XXIII Amendementen voorgesteld Stukken in het dossier: 2066 (2012-2013) Nr. 1: Ontwerp van

Nadere informatie

PLENAIRE VERGADERINGEN

PLENAIRE VERGADERINGEN AGENDA PLENAIRE VERGADERINGEN Woensdag 07.07.2010 vanaf 10.00 uur Begroting Beraadslaging Ontwerp van decreet houdende de eindregeling van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap en van instellingen van

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige

Nadere informatie

Voorstel van resolutie

Voorstel van resolutie stuk ingediend op 861 (2010-2011) Nr. 3 16 september 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Dirk Van Mechelen, de dames Vera Van der Borght, Marleen Vanderpoorten en Irina De Knop en de heer

Nadere informatie

DUAAL LEREN IN VLAANDEREN: KANSEN EN GEVAREN

DUAAL LEREN IN VLAANDEREN: KANSEN EN GEVAREN DUAAL LEREN IN VLAANDEREN: KANSEN EN GEVAREN Dieter Verhaest KU Leuven, Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, Campus Brussel Co-auteurs: Stijn Baert (UGent) Katleen De Rick (KU Leuven) Kristof De

Nadere informatie

Warme overdracht tussen leren en werken en de VDAB: visietekst

Warme overdracht tussen leren en werken en de VDAB: visietekst Raad Secundair Onderwijs 2 april 2015 RSO-RSO-END-1415-001 Warme overdracht tussen leren en werken en de VDAB: visietekst Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32

Nadere informatie

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland Brussel, 10 december 2003 111903_Advies_accreditatieverdrag Advies Accreditatieverdrag met Nederland Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding en situering adviesvraag... 3 2. Samenvatting... 4 3. Advies...5 2 1.

Nadere informatie

Gedachtewisseling. Verslag

Gedachtewisseling. Verslag stuk ingediend op 1922 (2012-2013) Nr. 1 18 februari 2013 (2012-2013) Gedachtewisseling over het over het rapport Kiezen voor STEM: de keuze van jongeren voor technische en wetenschappelijke studie en

Nadere informatie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en

Nadere informatie

Werkzoekende schoolverlaters in Vlaanderen 2015. Kiezen voor TSO, it makes Se-n-Se Provincie Antwerpen

Werkzoekende schoolverlaters in Vlaanderen 2015. Kiezen voor TSO, it makes Se-n-Se Provincie Antwerpen Kiezen voor TSO, it makes Se-n-Se Provincie Antwerpen Onderzoek naar de aansluiting onderwijs - arbeidsmarkt Alle schoolverlaters van 2013 worden 1 jaar lang gevolgd (tot en met juni 2014) Succes wordt

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad Profilering derde graad De leerling heeft in de eerste en de tweede graad de gelegenheid gehad om zijn of haar interesses te ontdekken. Misschien heeft hij of zij al enig idee ontwikkeld over toekomstige

Nadere informatie

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Leidraad bij het stappenplan Sinds 1 september 2012 is elke school verplicht een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid te voeren. Dit

Nadere informatie

Jongeren ten opzichte van hun eerste job 15-09-2008

Jongeren ten opzichte van hun eerste job 15-09-2008 Jongeren ten opzichte van hun eerste job Samenvatting 15-09-2008 van de resultaten a Market Probe division Doelstelling van het onderzoek 2 3 Kennis over de jongeren ten aanzien van het einde van hun studies

Nadere informatie