Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege

Transcriptie

1 Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege Afdeling 4+5 1

2 REGELING EXAMEN EXAMEN 2014 Voor u liggen de algemene regels schoolexamens en het PTA van 4+5 van het d Oultremontcollege. Dit ter verduidelijking van en aanvulling op het examenreglement van OMO Scholengroep De Langstraat. I. ALGEMEEN Regel 1 1. Het d'oultremontcollege maakt deel uit van OMO Scholengroep De Langstraat 2. De directeur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, d.i. het bestuur van de vereniging O.M.O., het eindexamen af. 3. De directeur, mevrouw J.A. Riedstra, is formeel voorzitter van de examencommissie; de directeur wijst als haar plaatsvervanger de adjunct directeur mevrouw C. Bolluijt aan. 4. Waar in dit reglement sprake is van de directeur, wordt daaronder ook diens plaatsvervanger verstaan. 5. De directeur wijst een van de personeelsleden van de school aan tot secretaris van het eindexamen. Secretaris voor de is de heer A. de Valk. Regel 2 De directeur, de secretaris van het eindexamen en de examinatoren vormen tezamen de examencommissie. De docent, die belast is met het geven van onderwijs in enig leerjaar waarover het schoolexamen zich uitstrekt, is examinator in dat jaar. Regel 3: Indeling eindexamen ; profielwerkstuk 1. Het eindexamen kan voor ieder vak bestaan uit een schoolexamen, uit een centraal examen, dan wel uit beiden. Godsdienst/Levensbeschouwing, maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming, lichamelijke opvoeding, informatica en wiskunde D sluiten af met alleen een schoolexamen. 2. Het schoolexamen omvat mede een profielwerkstuk, waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis zijn in het desbetreffende profiel. Het profielwerkstuk wordt beoordeeld met een cijfer. 3. Het profielwerkstuk heeft betrekking op één of meer vakken van het eindexamen. Tenminste één van deze vakken heeft een omvang van 320 uur of meer. 4. De eindcijfers voor godsdienst/levensbeschouwing, maatschappijleer en het profielwerkstuk worden rekenkundig gemiddeld (zie regel 8.6) tot het eindcijfer van één vak. Dit is het zogenoemde combinatiecijfer dat bij de vaststelling van de uitslag als één vak telt. Regel 4 Waar in dit reglement sprake is van ouders, verzorgers of voogd, wordt ook de kandidaat zelve verstaan, als deze tenminste de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Regel 5: Rekentoets (zie examenreglement artikel 20.3) 1. Met ingang van het eindexamenjaar 2014 is iedere leerling verplicht om de officiële rekentoets als onderdeel van het eindexamen af te leggen. Het College van Examens (CvE) stelt de regels vast voor de uitvoering van de rekentoets. 2. De rekentoets kent alleen een centraal deel dus het cijfer voor de rekentoets is tevens het eindcijfer. Het eindcijfer wordt bepaald op een heel cijfer. 2

3 3. De rekentoets wordt afgenomen in het voorexamenjaar. In het examenjaar heeft de kandidaat recht op één herkansing. 4. Het cijfer voor de rekentoets doet niet mee in de slaag-zak regeling, de compensatieregel en doet ook niet mee aan de CE-regel dat het rekenkundig gemiddelde van de bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,5 moet zijn. 5. Het cijfer voor de rekentoets wordt op de cijferlijst vermeld. Regel 6 Het bevoegd gezag stelt jaarlijks vóór 1 oktober een programma van toetsing en afsluiting (PTA) vast. In het programma wordt in elk geval aangegeven welke onderdelen van het examenprogramma bij het schoolexamen worden getoetst, de verdeling van de examenstof over de toetsen van het schoolexamen, de wijze waarop het schoolexamen plaatsvindt, alsmede de regels die aangeven op welke wijze het cijfer voor het schoolexamen van een kandidaat tot stand komt. Regel 7 1. Indien en voor zover een proef in een vak op een mondelinge wijze plaatsvindt kan dit geschieden in aanwezigheid van een andere leraar of een van buiten de school aangetrokken deskundige. Deze docent of deskundige mag, in overleg met de examinator, ook vragen stellen en kan meespreken bij het bepalen van het toe te kennen cijfer, maar de mening van de examinator is doorslaggevend. Het in dit artikel vermelde geldt ook m.b.t. proeven die plaatsvinden. 2. De perioden waarin de proeven, deel uitmakend van het schoolexamen, worden afgenomen staan vermeld in de bijlagen; t.z.t. volgt een rooster met data en tijdstippen. Het schoolexamen wordt afgesloten voor de aanvang van het Centraal Examen. Kandidaten kunnen alleen dan aan het centraal examen deelnemen als het schoolexamen als geheel is afgesloten. Regel 8 1. Van iedere beoordeling van een proef, die bij het bepalen van het eindoordeel over een kandidaat meetelt, stelt de examinator de kandidaat zo spoedig mogelijk op de hoogte. Daarbij gebruikt hij een schaal van cijfers lopende van 1 t/m 10 met de daartussen liggende cijfers met 1 decimaal. 2. Het eindcijfer voor het schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de beoordelingen die voor de proeven van het schoolexamen aan de kandidaat zijn gegeven. In de bijlage is de regeling terzake per afzonderlijk vak opgenomen. 3. Bij de bepaling van het gemiddelde als bedoeld in regel 8.2 wordt het verkregen getal afgerond op één decimaal, met dien verstande dat deze decimaal met 1 verhoogd wordt indien de 2e decimaal zonder afronding 5 of hoger is (bijv. 5,44 wordt 5,4; 5,45 wordt 5,5). 4. Voor de vakken Culturele en Kunstzinnige Vorming en Lichamelijke Oefening wordt het behaalde eindcijfer, in eerste aanleg vastgesteld overeenkomstig de regels 8.1 t/m 8.3, en vervolgens omgezet in een beoordeling voldoende of goed. De eindcijfers 5.5 t/m 7.4 leveren de beoordeling voldoende op, de eindcijfers 7.5 en hoger krijgen als beoordeling goed. 5. Indien een vak met een omvang van 320 uur of meer alleen een schoolexamen kent, is het cijfer van het schoolexamen tevens het eindcijfer. Nadat het eindcijfer van het schoolexamen overeenkomstig de regels 8.1 t/m 8.3 op één decimaal is vastgesteld, wordt het eindcijfer vervolgens vastgesteld op een geheel getal. X,5 en hoger wordt X+1; X,4 en lager wordt X. 3

4 6. Het eindcijfer SE voor de vakken godsdienst/levensbeschouwing, maatschappijleer en het eindcijfer voor het profielwerkstuk is een geheel getal tussen 1 en 10. Voorwaarde is wel dat geen van de drie eindcijfers lager mag zijn dan 4. De eindcijfers voor deze vakken worden rekenkundig gemiddeld tot een combinatiecijfer. Indien de uitkomst van deze berekening geen geheel getal oplevert, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond, en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond. Bij de uitslagbepaling wordt dit combinatiecijfer aangemerkt als het eindcijfer van één vak. Regel 9 Het examendossier Na iedere periode van schoolexamens zullen de behaalde resultaten op kaart gezet worden en aan de kandidaten en hun ouders/verzorgers ter ondertekening voor akkoord worden voorgelegd. Tot uiterlijk vijf werkdagen daarna bestaat de mogelijkheid tot het aantekenen van bezwaar bij de examensecretaris. Daarna zijn de vermelde resultaten definitief. Regel 10 Herkansingen bij de schoolexamens Regel 11 Herkansingen van deelonderzoeken van vakken die eerder afsluiten dan in het examenjaar worden afgenomen in het begin van het schooljaar daaropvolgend. Deze herkansingen tellen niet mee voor de verderop genoemde herkansingsmogelijkheid na elke schoolexamenafname. Als definitief cijfer geldt het hoogste van de cijfers behaald voor de herkansing van het oorspronkelijke deelonderzoek resp. schoolexamen. Er zijn drie herkansingsrondes voor vakken die pas aan het eind van - 5/VWO-6 afsluiten. De eerste ronde is aan het begin van het schooljaar voor alle SE s die aan het eind van -4 resp. VWO-5 zijn afgenomen. De tweede ronde is medio november/december voor alle SE s die in de SE-periode in november zijn afgenomen. De derde ronde is medio maart/april voor alle SE s die in de SEperiodes van januari en maart zijn afgenomen, inclusief de SE s die gedurende het jaar tijdens de lessen zijn afgenomen. In elke ronde kan één SE herkanst worden. Deze regeling geldt ook voor doubleurs. De kandidaat geeft zelf aan of hij/zij van deze herkansingsmogelijkheid gebruik gaat maken. Als definitief cijfer geldt het hoogste van de cijfers behaald voor de herkansing en het oorspronkelijke deelonderzoek. Het herkansen van praktische opdrachten is niet mogelijk. Het herkansen van het profielwerkstuk is niet mogelijk. De kandidaten zijn verplicht op tijd aanwezig te zijn en deel te nemen aan alle proeven die tot het schoolexamen en het centraal examen behoren. Als een kandidaat door ziekte of door een andere vorm van overmacht niet kan deelnemen aan een proef, moet dit zo mogelijk vóór of uiterlijk op de dag van het onderzoek door de ouders, verzorgers of voogd worden gemeld aan de directeur. De directeur kan, ingeval van ziekmelding van een kandidaat, een controlerend arts inschakelen. Regel 12 Alleen kandidaten, die om geldige redenen, dit ter beoordeling aan de directeur, verhinderd zijn, hebben het recht een verzuimde proef in te halen. 4

5 Regel 13 Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, is verhinderd het schoolexamen tijdig af te ronden, kan het examen worden afgelegd in het tweede, resp. derde tijdvak. Regel 14 Indien naar het oordeel van de directie en betreffende vaksectie een proef is mislukt, kan de directeur aan alle kandidaten een nieuwe proef opleggen. Regel Alle toetsen, met norm en correctiemodel, worden voor afname van de toets in intercollegiaal overleg vastgesteld. 2. Alle toetsen voldoen aan een bepaalde standaard voor wat betreft vorm, opbouw en verzorging. 3. Alle toetsen worden na afloop van de toets periode met behulp van het correctiemodel met de leerlingen besproken. 4. Alle toetsen die deel uitmaken van het schoolexamen worden door leerlingen geëvalueerd. In de evaluatie wordt gekeken naar weerspiegeling van de inhoud van de lessen / niveau / taalgebruik / verzorging van het werk. Regel 16 In alle gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, beslist de directeur na overleg met secretaris en examinatoren. In spoedeisende gevallen beslist de directeur na betrokkene(n) gehoord te hebben. 5

6 PLANNING SCHOOLEXAMENS H.A.V.O. H.A.V.O. 4 DATUM VAK OMSCHRIJVING TIJD/MIN BIJZONDERHEDEN periode 1 Godsdienst 50 Schriftelijk november 2013 maatschappijleer 50 periode 3 Godsdienst schoolexamen 2 50 Schriftelijk maart 2014 maatschappijleer schoolexamen 2 50 proefwerk- week Godsdienst schoolexamen 3 50 einde schooljaar maatschappijleer schoolexamen Nederlands Frans Duits Engels geschiedenis aardrijkskunde maatschappijwetensch wiskunde A wiskunde B wiskunde D natuurkunde scheikunde biologie economie management&org schrijfvaardigheid schrijfvaardigheid schrijfvaardigheid 6

7 TOEGESTANE OF VERPLICHTE HULPMIDDELEN BIJ HET S. E. /VWO Vak hulpmiddelen voor alle vakken (basispakket) Latijn en Grieks Frans, Duits en Engels aardrijkskunde wiskunde A, wiskunde C wiskunde B natuurkunde scheikunde biologie Economie () management & org. N.B. - schrijfmateriaal - millimeterpapier (levert de school) - tekenpotlood - blauw en rood kleurpotlood - liniaal met millimeterverdeling - passer - geodriehoek - vlakgum - elektronisch rekenapparaat (het gewone ) - verklarend Nederlands woordenboek (alleen ééndelig, niet digitaal) - woordenboek en grammaticaoverzicht (in het woordenboek of los, niet digitaal) - woordenboek (één- of tweedelig, niet digitaal) - Grote Bosatlas (54 e druk) - grafische rekenmachine - roosterpapier, verdeeld in cm² (levert de school) - roosterpapier, verdeeld in cm² (levert de school) - grafische rekenmachine - rekenmachine (het gewone, NIET de grafische rekenmachine) - informatieboek: Binasboek, 6 e druk ( en VWO) - rekenmachine (het gewone, NIET de grafische rekenmachine) - informatieboek: Binasboek, 6 e druk ( en VWO) - informatieboek: Binasboek, 6 e druk ( en VWO) - rekenmachine (het gewone, NIET de grafische rekenmachine) - rekenmachine (NIET de grafische rekenmachine) - rekenmachine (NIET de grafische rekenmachine) DE EXAMENKANDIDATEN MOETEN ZELF VOOR EEN ONBESCHREVEN BINASBOEK ZORGEN. ER IS MAAR 1 GRAFISCHE REKENMACHINE PER LEERLING TOEGESTAAN. HET IS VERBODEN OM MET TYP-EX TE WERKEN!! SCHRIFTELIJK WERK: GEBRUIK EEN BALPEN, GEEN POTLOOD!! 7

8 Vak GODSDIENST / LEVENSBESCHOUWING Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november Maart maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging Uit: Perspectief. Godsdienst en Levensbeschouwing voor de Tweede Fase. SE 1 Thematische delen: * Je lichaam, je leven (1) Beschrijvende delen: * Jodendom (1, achterin boek) Bijbelverhalen: Het kind sprong op in de schoot & Zondeval-Evolutie=Evolutie-verhaal SE 2 Thematisch deel : * Agressie en geweld (4) Beschrijvende delen: * Christendom (2, achterin boek) * Islam (3, achterin boek) Bijbelverhalen: Scheppingsverhaal Abraham en offer Isaac & Barmhartige Samaritaan & SE 3 Thematisch deel : * Vrijheid. Blijheid. Verantwoordelijkheid (5) Beschrijvende delen: * Boeddhisme (5, achterin boek) Betekenis waterrituelen (doopsel) & Scheppingsverhaal & Zondeval=Evolutie-verhaal Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: voor of na krokusvakantie inleveren weging 20 Toelichting Levensvisiewerkstuk: levensbeschouwelijke doordenking eigen leven (inclusief creatieve verwerking) 8

9 Vak NEDERLANDS Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart eind november december maart maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 Duur(min) Weging Uit SE 1 Taalverzorging: formuleren, spellen, interpunctie SE 2 Betogende voordracht aan de hand van een portfolio, gevolgd door vragen erna SE 3 Schrijven van een beschouwing / betoog aan de hand van een portfolio SE 4 Mondeling literatuur inclusief literatuurgeschiedenis na 1880 aan de hand van het leesdossier en literatuurlijst. In totaal minimaal 8 boeken waarvan: In 4 havo: 4 boeken gelezen In 5 havo: 8 boeken gelezen 9

10 Vak FRANS Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart cito eind november Cito Maart Lessen Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 SE 5 Duur(min) Weging Uit SE 1 Schrijfvaardigheid I. SE 2 Schrijfvaardigheid II SE 3 CITO kijk- en luistertoets SE 4 Gespreksvaardigheid SE 5 Literatuur: tijdens de lessen over drie gelezen werken SE-5 kan NIET herkanst worden! 10

11 PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING EXAMEN 2014 Vak DUITS Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart cito eind november Cito Maart Lessen Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 SE 5 Duur(min) Weging Uit SE 1 Schrijfvaardigheid I. SE 2 Schrijfvaardigheid II. SE 3 CITO kijk- en luistertoets SE 4 Gespreksvaardigheid SE 5 Literatuur: tijdens de lessen. SE-5 kan NIET herkanst worden! 11

12 Vak ENGELS Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart cito eind novembe r januari Cito maart lessen Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 SE 5 Duur(min) Weging Uit SE 1 Schrijfvaardigheid I. SE 2 Schrijfvaardigheid II SE 3 CITO kijk- en luistervaardigheid SE 4 Gespreksvaardigheid SE 5 Literatuur: 2 boektoetsen SE-5 kan NIET herkanst worden! 12

13 Vak GESCHIEDENIS Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging SE 1 De tijdvakken 1 t/m 8 SE 2 Tijdvakken 1 10 Thema II Rechtsstaat en democratie SE 3 Historische contexten Tijdvakken 1-10 Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: tussen herfstvakantie en kerstmis weging 20 Toelichting Thema I historische vaardigheden 13

14 Vak AARDRIJKSKUNDE Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging SE 1 Wereld: hoofdstuk 1 + hoofdstuk 4 SE 2 Aarde: hoofdstuk 3 + hoofdstuk 4 SE 3 Indonesië: hoofdstuk 1 + hoofdstuk 2 Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 5 begin schooljaar weging 20 Toelichting Veldwerk / excursie in Zuid-Limburg, 2 dagen in periode oktober. 14

15 Vak MAATSCHAPPIJLEER (gemeenschappelijk deel) Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging Uit Thema s maatschappijleer SE 1 Rechtsstaat SE 2 Parlementaire democratie SE 3 Pluriforme samenleving en Verzorgingsstaat Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: Carnaval tot meivakantie weging 20 Toelichting Portfolio met analyse en zelfstandig onderzoek van een maatschappelijk vraagstuk / observatie / participatie plaatselijke politieke partij, gevolgd door presentatie 15

16 Vak MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN (profielkeuzedeel of vrije deel) Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging : Katernen Maatschappijwetenschappen Essener SE1 Massamedia Multiculturele samenleving SE2 Politieke besluitvorming Ontwikkelingssamenwerking SE3 Criminaliteit en rechtsstaat Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: kerst-carnaval cq het hele jaar weging 20 Toelichting Analyse en zelfstandig onderzoek van een maatschappelijk probleem, welke wordt gepresenteerd in een betoog; of: als groep organiseren van een cultureel evenement / politiek forum; of: observatie /participatie plaatselijke politieke partij, gevolgd door een verslaglegging. 16

17 Vak WISKUNDE A Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 Duur(min) Weging SE 1 Havo-A deel 1 hoofdstuk Havo-A deel 2 hoofdstuk 5+6 SE 2 Havo-A deel 1 hoofdstuk Havo-A deel 2 hoofdstuk Havo-A deel 3 hoofdstuk 9 SE 3 Havo-A deel 1 hoofdstuk Havo-A deel 2 hoofdstuk Havo-A deel 3 hoofdstuk 9+10 SE 4 Havo-A deel 1 hoofdstuk Havo-A deel 2 hoofdstuk Havo-A deel 3 hoofdstuk

18 Vak WISKUNDE B Theoretische deel factor van SE 100 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 SE 4 Duur(min) Weging SE 1 Havo-B deel 1 hoofdstuk Havo-B deel 2 hoofdstuk 5+6 SE 2 Havo-B deel 1 hoofdstuk Havo-B deel 2 hoofdstuk SE 3 Havo-B deel 1 hoofdstuk Havo-B deel 2 hoofdstuk Havo-B deel 3 hoofdstuk 9+10 SE 4 Havo-B deel 1 hoofdstuk Havo-B deel 2 hoofdstuk Havo-B deel 3 hoofdstuk

19 Vak WISKUNDE D Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging SE 1 Havo-D hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 7 SE2 Havo-D hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 9 SE3 Havo-D hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 12 Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: Carnaval tot meivakantie weging 20 Toelichting Thema volgt: docent geeft toelichting tijdens de lessen 19

20 Vak NATUURKUNDE Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging uit examenprogramma SE 1 Hoofdstuk 2, 5 en 6 SE 2 Hoofdstuk 2, 3, 4, 8 en 9 SE 3 Alle behandelde stof van het examenprogramma Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4: Hele jaar tot aan de meivakantie weging 20 Toelichting Cijfer wordt bepaald door het gewogen gemiddelde van alle practica 20

21 Vak SCHEIKUNDE Theoretische deel factor van SE 80 Periode november maart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging SE 1 boek deel 1 hoofdstuk 1 t/m 6 Additioneel materiaal beschikbaar gesteld door de docent SE 2 boek deel 1 hoofdstuk 1 t/m 6 boek deel 2 hoofdstuk 7 en 8 Additioneel materiaal beschikbaar gesteld door de docent SE 3 boek deel 1 hoofdstuk 1 t/m 6 boek deel 2 hoofdstuk 7 tot en met 11 Additioneel materiaal beschikbaar gesteld door de docent Praktische deel factor van SE: 20 Periode Havo 4 meivakantie-einde schooljaar weging 20 Toelichting VERFproject: gastles DSMResins + Practicumles. Verder bedrijfsbezoek waarbij een presentatie gegeven moet worden over een innovatieve verf en een vragenlijst over het bedrijfsbezoek beantwoord moet worden. Dit geheel in een verslag verwerken. 21

22 Vak BIOLOGIE Theoretische deel factor van SE 80 Periode november mart eind november januari maart Schoolex. SE 1 SE 2 SE 3 Duur(min) Weging SE 1 deel 4A thema 2 t/m 5 SE 2 deel 4B thema 6 t/m 8 deel 5A thema 1 en 2 SE 3 deel 5A thema 3 en 4 deel 5B thema 5, 6 en 7 Toelichting Voor de schoolexamens geldt dat de stof van reeds eerder behandelde en getoetste hoofdstukken bekend wordt verondersteld. Praktische deel factor van SE: 20 Periode In 4 gedurende het schooljaar tot aan de meivakantie weging 20 Toelichting In 4 worden een aantal wetenschappelijke practica uitgevoerd. In 5 havo wordt een aantal practica uitgevoerd met verslagen en presentaties. Het PO cijfer komt tot stand door van de uitgevoerde practica in 4 en 5 1 cijfer te genereren. De practica worden volgens een rubric beoordeeld dat inzichtelijk is voor de leerlingen. 22

23 23