Ondernemingsrecht - Examennummer maart Case: Inloopdag notariskantoor (35 punten)

Transcriptie

1 Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Over de antwoordindicaties kan niet worden gecorrespondeerd voordat de uitslag van het examen bekend is. Bent u het niet eens met de beoordeling, dan kunt u na ontvangst van de uitslag bezwaar indienen (zie Examenreglement, artikel 30). De paginaverwijzingen in dit antwoordmodel zijn gebaseerd op het reguliere materiaal. Indien u de module in de e-learningvariant heeft gevolgd, kunnen de paginaverwijzingen afwijken. De verwijzingen naar de hoofdstukken blijven wel gelijk. Case: Inloopdag notariskantoor (35 punten) 1. a. De aangewezen rechtsvorm is een stichting. Art. 2:285 BW. Het doel van de stichting is om met het vermogen van Mark Dun een bepaald doel te verwezenlijken, namelijk de ondersteuning van daklozen. b. De stichting kan worden opgericht bij testament (notariële akte). Art. 2:286 BW. druk), hfdst. 3, p. 74 en 75 Aantal punten: 8 Stichting: 2 punten. Doel ondersteuning van daklozen: 2 punten. Art. 2:285 BW: 1 punt. Testament/notariële akte: 2 punten. Art. 2:286 BW: 1 punt. Let op: Hou rekening met doorwerkfouten. 2. a. De aangewezen rechtsvorm is de NV. Bij de NV zijn aandelen aan toonder toegestaan. Op de effectenbeurs worden alleen toonderaandelen toegelaten, omdat deze vrij overdraagbaar zijn. b. Toonderaandelen mogen alleen volgestort worden uitgegeven. Art. 2:82 BW. druk), hfdst , p. 107 en 4.1, p. 84 NCOI Opleidingsgroep 1

2 NV: 2 punten. Vrij overdraagbaar: 2 punten. Volgestort: 2 punten. Art. 2:82 BW: 1 punt. Let op: Hou rekening met doorwerkfouten. 3. Art. 2:203 lid 1 BW bepaalt dat uit rechtshandelingen die verricht zijn namens een BV i.o slechts rechten en verplichtingen ontstaan voor de vennootschap, als zij die rechtshandelingen na haar oprichting uitdrukkelijk of stilzwijgend bekrachtigt. druk), hfdst , p. 92 en 93 Aantal punten: 6 Uitdrukkelijke of stilzwijgende bekrachtiging: 5 punten. Art. 2:203 lid 1 BW: 1 punt. 4. Ja. Art. 2:310 lid 1 BW bepaalt dat rechtspersonen kunnen fuseren met rechtspersonen die dezelfde rechtsvorm hebben. Art. 2:310 lid 3 BW bepaalt vervolgens dat de NV en de BV wat betreft de fusiemogelijkheid als dezelfde rechtsvorm worden aangemerkt. druk), hfdst , p. 193 Ja: 1 punt. Rechtspersonen kunnen fuseren met rechtspersonen die dezelfde rechtsvorm hebben: 2 punten. Art. 2:310 lid 1 BW: 1 punt. N.V. en B.V. zijn rechtspersonen met dezelfde rechtsvorm: 2 punten. Art. 2:310 lid 3 BW: 1 punt. 5. Art. 2:19 lid 1 BW bepaalt dat de algemene vergadering van aandeelhouders van BV Visser bevoegd is tot het nemen van een ontbindingsbesluit. druk), hfdst. 3.4, p. 62 en hfdst , p. 142 Algemene vergadering van aandeelhouders: 5 punten. Art. 2:19 lid 1 BW: 2 punten. 2 NCOI Opleidingsgroep

3 Case: Schulden (30 punten) 6. De concurrente schuldeisers. Het besluit moet genomen worden met een gewone meerderheid van de ter vergadering verschenen erkende en voorwaardelijk toegelaten concurrente schuldeisers, die samen ten minste de helft van het bedrag van de door geen voorrang gedekte erkende en voorwaardelijk toegelaten schuldvorderingen vertegenwoordigen. Art. 145 Fw. druk), hfdst , p. 224 Concurrente schuldeisers: 2 punten. Gewone meerderheid: 2 punten. Minimaal de helft vertegenwoordigen van het bedrag van de door geen voorrang gedekte erkende en voorwaardelijk toegelaten schuldvorderingen: 2 punten. Art. 145 Fw: 1 punt. 7. De rechtbank moet het akkoord goedkeuren. Dit wordt homologatie van het akkoord genoemd. Art. 150 Fw. druk), hfdst , p. 225 Rechtbank: 3 punten. Homologatie: 3 punten. Art. 150 Fw: 1 punt. 8. Het akkoord is bindend voor alle concurrente schuldeisers, ook voor die schuldeisers die eventueel tegen het akkoord hebben gestemd. Art. 157 Fw. druk), hfdst , p. 224 Aantal punten: 5 Alle concurrente schuldeisers: 2 punten. Ook tegenstemmers: 2 punten. Art. 157 Fw: 1 punt. NCOI Opleidingsgroep 3

4 9. Het gevolg voor de failliet is dat de concurrente crediteuren voor het resterende deel van hun vordering het vorderingsrecht verliezen, want er blijft slechts een natuurlijke verbintenis over. druk), hfdst , p. 225 Aantal punten: 6 Concurrente schuldeisers verliezen resterende deel van hun vordering: 3 punten. Natuurlijke verbintenis: 3 punten. 10. Nee. Karel kan hiertegen niet in hoger beroep. Bij alle vorderingen beneden de is geen hoger beroep mogelijk. Art. 332 lid 1 Rv. druk), hfdst. 7.3, p. 263 Aantal punten: 5 Nee: 1 punt. Bij alle vorderingen beneden de is geen hoger beroep mogelijk: 3 punten. Art. 332 lid 1 Rv: 1 punt. 4 NCOI Opleidingsgroep

5 Case: Accountant in opleiding (35 punten) 11. Ja. Op grond van art. 2 WOR is een ondernemer die een onderneming in stand houdt waarin de regel minimaal vijftig personen werkzaam zijn, verplicht een ondernemingsraad in te stellen. druk), hfdst , p. 22 Ja: 1 punt. Ten minste 50 personen: 5 punten. Art. 2 WOR: 1 punt. 12. De NV moet een jaarrekening en een jaarverslag maken. Art. 2:360 BW en art. 2:391 BW. druk), hfdst , p. 21 en hfdst. 5.2, p. 170 en hfdst , p. 175 Aantal punten: 8 Jaarrekening: 3 punten. Jaarverslag: 3 punten. Art. 2:360 BW: 1 punt. Art. 2:391 BW: 1 punt. 13. Voor de stichting geldt een ledenverbod. Art. 2:285 lid 1 BW. De stichting mag dus ook geen ledenvergadering hebben. druk), hfdst. 3.7, p. 74 Aantal punten: 6 Ledenverbod stichting: 5 punten. Art. 2:285 lid 1 BW: 1 punt. 14. De stichting voldoet niet aan de wettelijke omschrijving van de rechtsvorm stichting, omdat ze het ledenverbod overtreedt. De stichting kan daarom door de rechtbank ontbonden worden. Art. 2:21 lid 1 BW. druk), hfdst. 3.4, p. 63 NCOI Opleidingsgroep 5

6 Door rechtbank ontbonden worden: 6 punten. Art. 2:21 lid 1 BW: 1 punt. 15. Nee. Als een vereniging niet bij notariële akte is opgericht, heeft zij beperkte rechtsbevoegdheid. Men noemt dit wel een informele vergadering. Een vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid kan geen registergoederen verkrijgen. Art. 2:30 lid 1 BW druk), hfdst , p. 65 Nee: 1 punt. Beperkte rechtsbevoegdheid: 2 punten. Een vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid kan geen registergoederen verkrijgen: 3 punten. Art. 2:30 lid 1 BW: 1 punt. Eindcijferberekening Maximaal aantal te behalen punten: 100 punten Let op: conform artikel 23 van het examenreglement worden de eindcijfers op een decimaal nauwkeurig gewaardeerd. Hierbij wordt niet afgerond, maar afgebroken. Voorbeeld: 5,45 -> 5,4 5,49 -> 5,4 5,52 -> 5,5 5,59 -> 5,5 6 NCOI Opleidingsgroep