JIN 2015/181 Aansprakelijkheid van bestuurder, Beklamel-norm, Selectieve betaling ECLI:NL:RBMNE:2015:5571

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "JIN 2015/181 Aansprakelijkheid van bestuurder, Beklamel-norm, Selectieve betaling ECLI:NL:RBMNE:2015:5571"

Transcriptie

1 JIN 2015/181 Aansprakelijkheid van bestuurder, Beklamel-norm, Selectieve betaling Wetsbepaling(en): BW BOEK 6 artikel 162 Ook gepubliceerd in: ECLI:NL:RBMNE:2015:5571 Aflevering 2015 afl. 8 Rubriek Ondernemingsrecht College Rechtbank Midden-Nederland Datum 12 augustus 2015 Rolnummer C/16/ / HA ZA Rechter(s) mr. Gaertman 1. in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [bedrijf 1] Hans Carel Marcar Hendriks, kantoorhoudende te Utrecht, 2. de publiekrechtelijke rechtspersoon De ontvanger van de Belastingdienst, zetelend te Hoofddorp, eisers, advocaat mr. E.S.H. Wolfkamp, tegen 1. [gedaagde sub 1], wonende te [woonplaats], gedaagde, advocaat mr. drs. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam, Partijen 2. [gedaagde sub 2], wonende te [woonplaats], gedaagde, advocaat mr. drs. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam, 3. [gedaagde sub 3], wonende te [woonplaats], gedaagde, advocaat mr. Y. Benjamins te Amsterdam. Eisers zullen hierna ieder voor zich worden genoemd: Hendriks en de Ontvanger. Gezamenlijk worden zij Hendriks c.s. genoemd. Gedaagden zullen ieder voor zich respectievelijk worden genoemd: [gedaagde sub 3], [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 1] Gezamenlijk worden zij [gedaagden] genoemd. Noot F. el Houzi en J.R. Everhardus Trefwoorden Aansprakelijkheid van bestuurder, Beklamel-norm, Selectieve betaling Regelgeving BW Boek 6-162

2 JIN 2015/181 Rechtbank Midden- Nederland, , C/16/ / HA ZA , ECLI:NL:RBMNE:2015:5571 Aansprakelijkheid van bestuurder, Beklamel-norm, Selectieve betaling»samenvatting Peeters Gatzen-vordering: ontvankelijkheid en belang van de gezamenlijke schuldeisers. Doel is dat de boedel wordt hersteld in de staat waarin zij zou hebben verkeerd zonder de onrechtmatige benadeling. De rechtbank stelt voorop dat aan bestuurders van een rechtspersoon in beginsel de vrijheid toekomt om bij het doen van betalingen aan schuldeisers te handelen naar eigen inzicht. Dit wordt anders vanaf het moment dat een rechtspersoon heeft besloten zijn activiteiten te beëindigen en niet over voldoende middelen beschikt om alle schuldeisers te voldoen, dan wel vanaf het moment dat de insolventie van de rechtspersoon onvermijdelijk blijkt. Het staat de bestuurders van de rechtspersoon dan niet langer onverkort vrij om bepaalde schuldeisers, anders dan op grond van de wettelijke regels, met voorrang te voldoen boven andere schuldeisers. In een dergelijke situatie is selectieve betaling in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijke verkeer betaamt jegens de schuldeisers, tenzij die voorkeursbehandeling van bepaalde schuldeisers kan worden gerechtvaardigd door bijzondere omstandigheden. Naar het oordeel van de rechtbank stond het de bestuurders van [bedrijf 1] in ieder geval vanaf 21 december 2011 niet meer onverkort vrij selectieve betalingen te doen. Op die datum werd door de aandeelhouders van de vennootschap besloten tot aangifte van het eigen faillissement. Mede gezien de ontwikkelingen in de dagen daaraan voorafgaand (waarover aan het slot van deze alinea meer), was de situatie van de vennootschap vanaf die dag aldus, dat de insolventie van [bedrijf 1] onvermijdelijk bleek. Of dit besluit werd genomen voorafgaand aan de betalingen op diezelfde dag of daarna, doet hierbij niet ter zake. Niet is gesteld of gebleken en het is ook niet aannemelijk dat gedurende die dag in de financiële situatie van [bedrijf 1] een verandering is opgetreden van dien aard dat het omslagpunt juist op die dag lag. Bij het vaststellen van deze datum heeft de rechtbank namelijk, conform vaste jurisprudentie, gekozen voor een moment aan de veilige kant, ten gunste van de aangesproken bestuurders. Al eerder, op 9 december 2011, maakte [gedaagde sub 2] aan het UWV kenbaar dat allerminst zeker [is] dat het bedrijf niet failliet gaat (productie 8 bij dagvaarding). Op 14 december 2011 deed [bedrijf 1] melding van betalingsonmacht voor omzetbelasting en premies bij de Belastingdienst (productie 11 bij dagvaarding). In een overleg op 19 december 2011 heeft [bedrijf 1] de aannemingsovereenkomst met de gemeente Stichtse Vecht beëindigd (productie 19 zijdens Hendriks c.s., ten behoeve van de comparitie van partijen). Op 21 december 2011 resulteert de financiële situatie van [bedrijf 1] in voornoemd besluit tot aangifte van het faillissement.

3 De betalingen op 21, 22 en 23 december 2011 zijn gedaan in strijd met de gevergde maatschappelijke zorgvuldigheid jegens de schuldeisers van [bedrijf 1] en zijn om die reden onrechtmatig, nu zij niet gerechtvaardigd worden door bijzondere omstandigheden. Het is juist dat de bestuurder van een rechtspersoon aansprakelijk kan zijn wegens het aangaan namens de rechtspersoon van een verplichting, terwijl hij wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de rechtspersoon niet, of niet binnen een redelijke termijn, aan zijn verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden voor de schade ten gevolge van die wanprestatie. Dit is de Beklamel-norm. Dit argument levert echter geen bijzondere omstandigheid op die de selectieve betaling aan [bedrijf 2] rechtvaardigt. Voor zover met de schikking al een nieuwe verplichting werd aangegaan [bedrijf 2] maakte ook voordien aanspraak op betaling van dit bedrag had de Beklamel-norm [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] dienen te weerhouden van het aangaan daarvan. Dit geldt temeer nu met het bereiken en uitvoeren van de schikking primair werd bewerkstelligd dat een eerder ten laste van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] gestelde contragarantie kwam te vervallen. [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hadden derhalve een persoonlijk belang bij betaling door [bedrijf 1] van het schikkingsbedrag aan [bedrijf 2]. beslissing/besluit»uitspraak Rechtbank: 1 De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: het tussenvonnis van 25 maart 2015 het proces-verbaal van comparitie van 25 juni Ten slotte is vonnis bepaald. 2 De feiten 2.1. [gedaagde sub 1] was zelfstandig bevoegd statutair bestuurder van [bedrijf 1] (hierna: [bedrijf 1]). Zijn zoons, [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2], waren ieder gevolmachtigd directeur van de vennootschap en aldus belast met het dagelijks bestuur van [bedrijf 1] Bij besluit van 21 december 2011 heeft de algemene vergadering van aandeelhouders van [bedrijf 1], rechtsgeldig vertegenwoordigd door [gedaagde sub 1], [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2], besloten tot de aanvraag van het eigen faillissement van de vennootschap Door [bedrijf 1] zijn de volgende betalingen verricht: op 21 december 2011: ,= aan [bedrijf 2] te Lopik; ,36 aan diverse crediteuren van de vennootschap;

4 op 22 december 2011: 4264,40 aan diverse crediteuren van de vennootschap; op 23 december 2011: ,40 aan diverse crediteuren van de vennootschap. Totaal: , Op 23 december 2011 heeft [bedrijf 1] een eigen aangifte tot faillietverklaring ingediend bij de rechtbank te Utrecht. Bij vonnis van 27 december 2011 van deze rechtbank is [bedrijf 1] per die datum in staat van faillissement verklaard, met aanstelling van Hendriks tot curator. 3 Het geschil 3.1. Hendriks c.s. vordert hoofdelijke veroordeling van [gedaagden] tot betaling van ,16, te vermeerderen met rente en kosten. Hij legt aan zijn vordering samengevat ten grondslag dat [gedaagden] onrechtmatig heeft gehandeld jegens de gezamenlijke schuldeisers van [bedrijf 1] door het doen van selectieve betalingen aan schuldeisers van [bedrijf 1] in het zicht van het faillissement van de vennootschap [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hebben als meest verstrekkend verweerd gevoerd dat Hendriks niet bevoegd is deze vordering in te stellen, omdat hij niet optreedt ter behartiging van de belangen van de gezamenlijke schuldeisers, maar feitelijk alleen in het belang van de Ontvanger. Daarnaast hebben zij betwist dat de hiervoor onder 2.3. genoemde betalingen onrechtmatig zijn verricht en ook betwisten zij dat sprake is van schade [gedaagde sub 1] voert samengevat het verweer dat hem geen persoonlijk verwijt kan worden gemaakt van enig onrechtmatig handelen en dat bovendien geen sprake is van schade. 4. De beoordeling Bevoegdheid curator 4.1. [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] voeren aan dat Hendriks als curator in dit geval geen procesbevoegdheid toekomt, omdat hij met zijn vordering feitelijk niet opkomt voor de belangen van de gezamenlijke schuldeisers, maar slechts voor de belangen van de Ontvanger. De Ontvanger zal als preferent schuldeiser als eerste gerechtigd zijn om uit de boedel betaald te worden, nadat de faillissementskosten zijn voldaan. De vordering van de Ontvanger op [bedrijf 1] overstijgt het bedrag dat in deze procedure wordt gevorderd en dat brengt met zich dat geen van de overige schuldeisers baat kan hebben bij de vordering van Hendriks als die zou worden toegewezen De rechtbank volgt [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] niet in dit standpunt en overweegt daartoe het volgende. De curator kan een vordering tot schadevergoeding uit hoofde van onrechtmatige daad instellen tegen een derde die bij de benadeling van schuldeisers is betrokken, ook al komt een dergelijke vordering niet aan de gefailleerde zelf toe (Hoge Raad 14 januari 1983, ECLI:NL:HR:1983:AG4521, [naam] / [naam]). De

5 grondslag van deze zogenoemde [naam] [naam] vordering is gelegen in de schending van een zorgvuldigheidsnorm die strekt tot bescherming van de gezamenlijke schuldeisers. Het doel van deze vordering is, dat de boedel wordt hersteld in de staat waarin zij verkeerd zou hebben zonder de onrechtmatige benadeling, zodat zij vervolgens kan worden verdeeld in overeenstemming met de wettelijke rangorde. De curator stelt deze vordering in namens de gezamenlijke schuldeisers, opdat de rechtmatige toestand wordt hersteld. Dat de verdeling die daarop volgt mogelijk niet leidt tot een daadwerkelijke uitkering aan alle schuldeisers doet er niet aan af dat de vordering strekt tot behartiging van het belang van de gezamenlijke schuldeisers, namelijk het belang bij een verdeling van de boedel in overeenstemming met de wettelijke rangorde. Dat de vordering van Hendriks in deze procedure mogelijk feitelijk tot gevolg heeft dat alleen de Ontvanger daadwerkelijk uit de boedel krijgt uitgekeerd, maakt nog niet dat Hendriks met zijn vordering niet het belang van de gezamenlijke schuldeisers vertegenwoordigt. De mogelijke feitelijke gevolgen na verdeling staan om die reden niet in de weg aan de ontvankelijkheid van Hendriks in zijn vordering. Onrechtmatige selectieve betaling 4.3. Hendriks c.s. stelt zich op het standpunt dat het [gedaagden] niet was toegestaan de hiervoor onder 2.3. genoemde betalingen namens [bedrijf 1] te verrichten. Dit omdat die betalingen niet zijn gedaan in overeenstemming met de wettelijke bepalingen omtrent de volgorde van verhaal, terwijl het [bedrijf 1] op dat moment niet langer vrij stond betalingen te verrichten in weerwil van die bepalingen, omdat de situatie van de vennootschap aldus was dat het faillissement onvermijdelijk was geworden [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] betwisten dat de bedoelde betalingen onrechtmatig waren, enerzijds omdat van een onvermijdelijk faillissement op het moment van die betalingen nog geen sprake was en anderzijds omdat het verplichte rechtshandelingen betroffen ter zake van opeisbare vorderingen. Meer in het bijzonder bestond de noodzaak om het schikkingsbedrag aan [bedrijf 2] uit te betalen, in verband met de in de rechtspraak ontwikkelde Beklamel-norm. Van misleiding of ongerechtvaardigde bevoordeling van zichzelf ten koste van andere schuldeisers was geen sprake [gedaagde sub 1] voert aan dat hem van de betalingen onder 2.3. geen verwijt kan worden gemaakt nu hij daarbij niet betrokken was en er ook niet van op de hoogte was gesteld. [gedaagde sub 1] was al 25 jaar niet meer bekend met de dagelijkse gang van zaken binnen [bedrijf 1]. Dat hij [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] heeft gemachtigd tot het doen van betalingen namens de vennootschap kan hem in dit verband niet worden verweten, omdat dit in lijn was met de omstandigheid dat zijn zoons waren belast met de dagelijkse leiding van de onderneming. Nu hij niet op de hoogte was van de betalingen deed zich voor hem ook geen concrete aanleiding voor de volmachten in te trekken De rechtbank stelt voorop dat aan bestuurders van een rechtspersoon in beginsel de vrijheid toekomt om bij het doen van betalingen aan schuldeisers te handelen naar eigen inzicht. Dit wordt anders vanaf het moment dat een rechtspersoon heeft besloten zijn activiteiten te beëindigen en niet over voldoende middelen beschikt om alle schuldeisers te voldoen, dan wel vanaf het moment dat de insolventie van de rechtspersoon onvermijdelijk blijkt. Het staat de bestuurders van de rechtspersoon dan niet langer onverkort vrij om bepaalde schuldeisers, anders dan op grond van de wettelijke regels, met voorrang te voldoen boven andere schuldeisers. In een dergelijke situatie is selectieve betaling in strijd

6 met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijke verkeer betaamt jegens de schuldeisers, tenzij die voorkeursbehandeling van bepaalde schuldeisers kan worden gerechtvaardigd door bijzondere omstandigheden. 4.7 Naar het oordeel van de rechtbank stond het de bestuurders van [bedrijf 1] in ieder geval vanaf 21 december 2011 niet meer onverkort vrij selectieve betalingen te doen. Op die datum werd door de aandeelhouders van de vennootschap besloten tot aangifte van het eigen faillissement. Mede gezien de ontwikkelingen in de dagen daaraan voorafgaand (waarover aan het slot van deze alinea meer), was de situatie van de vennootschap vanaf die dag aldus, dat de insolventie van [bedrijf 1] onvermijdelijk bleek. Of dit besluit werd genomen voorafgaand aan de betalingen op diezelfde dag of daarna, doet hierbij niet ter zake. Niet is gesteld of gebleken en het is ook niet aannemelijk dat gedurende die dag in de financiële situatie van [bedrijf 1] een verandering is opgetreden van dien aard dat het omslagpunt juist op die dag lag. Bij het vaststellen van deze datum heeft de rechtbank namelijk, conform vaste jurisprudentie, gekozen voor een moment aan de veilige kant, ten gunste van de aangesproken bestuurders. Al eerder, op 9 december 2011, maakte [gedaagde sub 2] aan het UWV kenbaar dat allerminst zeker [is] dat het bedrijf niet failliet gaat (productie 8 bij dagvaarding). Op 14 december 2011 deed [bedrijf 1] melding van betalingsonmacht voor omzetbelasting en premies bij de Belastingdienst (productie 11 bij dagvaarding). In een overleg op 19 december 2011 heeft [bedrijf 1] de aannemingsovereenkomst met de gemeente Stichtse Vecht beëindigd (productie 19 zijdens Hendriks c.s., ten behoeve van de comparitie van partijen). Op 21 december 2011 resulteert de financiële situatie van [bedrijf 1] in voornoemd besluit tot aangifte van het faillissement Aan de stellingen van [gedaagden] dat, in weerwil van dit besluit, het faillissement op die datum nog niet onvermijdelijk was gaat de rechtbank voorbij. De daartoe genoemde pogingen tot overname van het bedrijf zijn onvoldoende gesubstantieerd, zodat niet kan worden beoordeeld of het om reële onderhandelingen ging die het faillissement konden voorkomen. De rechtbank merkt daarbij op dat het niet zonder meer aannemelijk is dat [bedrijf 1] een aantrekkelijk overnameobject was. In ieder geval had de beëindiging door [bedrijf 1] op 19 december 2011 van de aannemingsovereenkomst ter zake van het bouwproject in [woonplaats] geleid tot een verplichting tot terugbetaling van het eerder ter zake verkregen voorschot van ,=. Ook voor het overige was de orderportefeuille van [bedrijf 1] (nagenoeg) leeg en was er geen zicht op nieuwe orders. Dat er in die situatie sprake is geweest van contact met andere marktpartijen, zonder dat concreet is gemaakt of er voor een overname van [bedrijf 1] daadwerkelijk belangstelling bestond, is daarmee onvoldoende onderbouwing voor de stelling dat op 21 december 2011 een overname nog een reële optie was om uit een faillissement te blijven Hieruit volgt dat de betalingen op 21, 22 en 23 december 2011, zoals genoemd in 2.3., zijn gedaan in strijd met de gevergde maatschappelijke zorgvuldigheid jegens de schuldeisers van [bedrijf 1] en om die reden onrechtmatig zijn, nu zij niet gerechtvaardigd worden door bijzondere omstandigheden. Voor het geval [gedaagden] hebben bedoeld ten aanzien van de betaling aan [bedrijf 2] een beroep te doen op dergelijke bijzondere omstandigheden, oordeelt de rechtbank dat hen dit beroep niet toekomt. Het is juist dat de bestuurder van een rechtspersoon aansprakelijk kan zijn wegens het aangaan namens de rechtspersoon van een verplichting, terwijl hij wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de rechtspersoon niet, of niet binnen een redelijke termijn, aan zijn verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden voor de schade ten gevolge van die wanprestatie. Dit is de Beklamel-norm. Dit argument levert echter geen bijzondere

7 omstandigheid op die de selectieve betaling aan [bedrijf 2] rechtvaardigt. Voor zover met de schikking al een nieuwe verplichting werd aangegaan [bedrijf 2] maakte ook voordien aanspraak op betaling van dit bedrag had de Beklamel-norm [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] dienen te weerhouden van het aangaan daarvan. Dit geldt temeer nu met het bereiken en uitvoeren van de schikking primair werd bewerkstelligd dat een eerder ten laste van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] gestelde contragarantie kwam te vervallen. [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hadden derhalve een persoonlijk belang bij betaling door [bedrijf 1] van het schikkingsbedrag aan [bedrijf 2]. Schade [gedaagden] betwisten dat sprake is van schade als gevolg van de betalingen genoemd onder 2.3. Zij voeren aan dat de boedel ten gevolge van die betalingen niet is verarmd, nu daarmee het actief van [bedrijf 1] weliswaar is afgenomen, maar tegelijk met en evenredig aan haar schuld [gedaagden] hanteren daarbij naar het oordeel van de rechtbank een onjuist uitgangspunt. Het gaat er niet om of de vermogenspositie van de boedel is verslechterd; de vordering van Hendriks ziet immers niet op het belang van de boedel maar op het belang van de gezamenlijke schuldeisers. Tussen partijen is niet in geschil dat het geld dat is uitbetaald op 21, 22 en 23 december 2011 is terechtgekomen bij schuldeisers van [bedrijf 1], die bij hantering van de juiste rangorde van verdeling geen betaling van de vennootschap zouden hebben ontvangen. Daarmee is de schade van de gezamenlijke schuldeisers van [bedrijf 1] gelijk aan dit onrechtmatig uitbetaalde bedrag, te weten ,16. Aansprakelijkheid voor de schade De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2], die beiden verantwoordelijk waren voor de dagelijkse gang van zaken bij [bedrijf 1], met het verrichten van de betalingen op 21, 22 en 23 december 2011 onrechtmatig selectief hebben betaald in het zicht van het faillissement van [bedrijf 1]. Voor de dientengevolge opgetreden schade, die hiervoor onder is vastgesteld op ,16, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk Tussen partijen is niet in geschil dat [gedaagde sub 1] feitelijk niet betrokken is geweest bij de selectieve betalingen. Naar het oordeel van de rechtbank hebben Hendriks c.s. onvoldoende feiten en omstandigheden naar voren gebracht die moeten leiden tot het oordeel dat [gedaagde sub 1] niettemin uit hoofde van onrechtmatige daad mede aansprakelijk is voor de geleden schade. Feitelijk handelen is voor betrokkenheid bij onrechtmatige benadeling niet vereist, maar wel dient te worden gesteld, en bij betwisting aangetoond, dat de aangesprokene in een positie verkeerde dat hij de gestelde benadeling had kunnen voorkomen maar in plaats daarvan zijn noodzakelijke medewerking heeft verleend. Hendriks c.s heeft niet gesteld dat, en zo ja op welke wijze, [gedaagde sub 1] bedoelde onrechtmatige betalingen had kunnen voorkomen en/of dat hij aan die betalingen zijn medewerking heeft verleend. [gedaagde sub 1] heeft betwist dat hij ervan op de hoogte was dat die betalingen werden verricht; er was voor hem derhalve geen aanleiding de volmachten van [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] in te trekken.

8 4.14. De rechtbank volgt Hendriks c.s. niet in het standpunt dat [gedaagde sub 1] ook zonder persoonlijke betrokkenheid bij de selectieve betalingen aansprakelijk kan worden gehouden, op grond van het (enkele) feit dat [gedaagde sub 1] statutair bestuurder was. Het gaat in dit geval niet om aansprakelijkheid jegens de rechtspersoon (interne aansprakelijkheid op grond van artikel 2:9 BW), noch om de bijzondere aansprakelijkheid van artikel 2:248 BW of die van artikel 36 Invorderingswet. [gedaagde sub 1] kan daarom alleen aansprakelijk worden gehouden voor de schade van de gezamenlijke schuldeisers van de vennootschap, als hem ter zake van die schade persoonlijk een verwijt kan worden gemaakt. De rechtbank heeft hiervoor al overwogen dat Hendriks c.s. daartoe onvoldoende heeft gesteld. Slotsom De rechtbank zal de vordering van Hendriks toewijzen. Desgevraagd heeft de raadsman van Hendriks c.s. ter comparitie bevestigd dat de Ontvanger slechts als eiser in de procedure is verschenen voor het geval Hendriks niet in zijn vordering kon worden ontvangen. Nu betaling is gevorderd aan Hendriks dan wel de Ontvanger, zal de vordering aan Hendriks worden toegewezen, onder afwijzing van het meer of anders gevorderde. De gevorderde wettelijke rente zal als onweersproken worden toegewezen vanaf de datum van het faillissement, te weten 27 december [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] zullen als de in het ongelijk gestelde partijen in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Hendriks c.s. worden begroot op: dagvaarding 79,15 salaris advocaat 2842,= (2,0 punten tarief 1421,=) Totaal 2921,15 5 De beslissing De rechtbank 5.1. veroordeelt [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hoofdelijk, zodat indien en voor zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, om aan Hendriks te betalen een bedrag van ,16 (honderdnegenenveertigduizend zevenentwintig euro en zestien cent), te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over het toegewezen bedrag met ingang van 27 december 2011 tot de dag van volledige betaling, 5.2. veroordeelt [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hoofdelijk, zodat indien en voor zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, in de proceskosten, aan de zijde van Hendriks c.s. tot op heden begroot op 2921,15, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van dit vonnis tot de dag van volledige betaling, 5.3. veroordeelt [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] hoofdelijk in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op 131,= aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de

9 voorwaarde dat [gedaagde sub 3] en [gedaagde sub 2] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis hebben voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van 68,= aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening, 5.4. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad, 5.5. wijst af het meer of anders gevorderde.»annotatie In deze uitspraak spreekt een curator de statutair bestuurder en twee gevolmachtigde directeuren van zijn curanda hoofdelijk aan tot betaling van schadevergoeding vanwege diverse selectieve betalingen. De gewraakte betalingen zijn verricht op de dag dat het AVA-besluit tot faillietverklaring is genomen alsook nog daarna. De gevolmachtigd directeuren zijn zoons van de statutair directeur en tezamen verantwoordelijk voor de dagelijkse gang in de onderneming. Peeters/Gatzen-vordering Zoals vaak het geval bij een Peeters/Gatzen-vordering, betreft ook hier de eerste horde de ontvankelijkheid van de curator. In dit verband wordt het verweer gevoerd dat de vordering niet in het belang van de gezamenlijke schuldeisers is ingesteld, maar feitelijk louter de belangen dient van één schuldeiser, namelijk de Ontvanger als preferent schuldeiser. Bij toewijzing zou niet aan uitkering aan concurrente schuldeisers worden toegekomen. Uit het Peeters/Gatzen-arrest volgt dat wanneer een derde jegens de gezamenlijke schuldeisers van een failliet een onrechtmatige daad heeft gepleegd, er onder omstandigheden plaats kan zijn voor het geldend maken door een curator van een schadevergoedingsvordering (HR 14 januari 1983, NJ 1983/597 (Peeters q.q./gatzen, zie ook HR 8 november 1991, NJ 1992/174 (Nimox/Van den End q.q.). De opbrengst van een Peeters/Gatzen-vordering vloeit na toewijzing in de boedel en komt daarmee het boedelactief ten goede (HR 24 april 2009, «JOR» 2010/22, r.o (Dekker q.q./lutèce). De grondslag voor de onrechtmatige daad is schending van de zorgvuldigheidsnorm die strekt tot bescherming van de gezamenlijke schuldeisers en heeft ten doel de boedel te herstellen in de situatie waarin zij verkeerd zou hebben conform de wettelijke rangorde (art. 3:277 BW). Een selectieve behartiging van de belangen van schuldeisers, bijvoorbeeld schuldeisers met een vordering na een bepaalde datum ontstaan, valt buiten de grenzen van de in art. 68 lid 1 Fw aan de curator gegeven opdracht tot beheer en vereffening van de failliete boedel (HR 14 januari 2011, «JOR»2011/343 (Butterman q.q./rabobank). Uit het Buttermann q.q./rabobank-arrest volgt voorts dat de omstandigheid dat de curator van plan is de opbrengst van de ingestelde vordering in de boedel te laten vallen, anders dan in het geval van het arrest De Bont/Bannenberg waar de curator van plan was de opbrengst ten goede te laten komen aan een selecte groep nieuwe schuldeisers, niet relevant is bij het bepalen van de vraag of de curator bevoegd is tot het instellen van de Peeters/Gatzen-vordering. Kortom, wil een curator ontvankelijk zijn in zijn vordering, dan zal hij voldoende moeten stellen en bij betwisting zo nodig moeten bewijzen

10 dat sprake is van verhaalsbenadeling van de gezamenlijke crediteuren (zie ook Hof Den Bosch, «JOR» 2014/ 343). De rechtbank overweegt dat de Peeters/Gatzen-vordering tot doel heeft de boedel te herstellen in de staat waarin die had verkeerd zonder de benadeling. De curator stelt deze vordering in ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers, teneinde de rechtmatige toestand te herstellen. Vanuit deze redenering bezien zal dus in de gevallen dat de wettelijke rangorde van schuldeisers is verstoord, de curator reeds om die reden ontvankelijk zijn in zijn vordering. Dat zal overigens in de meeste gevallen waarin betalingen in het zicht van het faillissement zijn gedaan, het geval zijn. Voorts stelt de rechtbank dat, hoewel een uiteindelijke verdeling mogelijk niet leidt tot uitkering aan alle schuldeisers, dit niet afdoet aan het gegeven dat de curator die een dergelijke vordering instelt dit doet in het belang van de gezamenlijke schuldeisers. De feitelijke gevolgen van de uiteindelijke verdeling staan dan ook niet in de weg aan de ontvankelijkheid van de curator. Die stellingname lijkt ook verdedigbaar nu in de meeste gevallen ten tijde van het voeren van de procedure (nog) niet duidelijk zal zijn in hoeverre (concurrente) schuldeisers gebaat zullen zijn bij toewijzing van de door de curator ingestelde vordering, zodat de feitelijke gevolgen als in de vorige alinea bedoeld nog niet te overzien zijn. Het zou merkwaardig zijn om daar de niet-ontvankelijkheid van de curator aan op te hangen. Selectieve betalingen De curator legt aan zijn vordering ten grondslag dat het gedaagden niet was toegestaan de diverse betalingen te verrichten, omdat het de gefailleerde vennootschap op dat moment niet langer vrij stond betalingen te verrichten. Een faillissement was reeds onvermijdelijk geworden, hetgeen tevens blijkt uit het feit dat de betalingen zijn gedaan op of na de datum dat het AVA-besluit tot faillietverklaring was genomen. De rechtbank stelt terecht voorop dat een rechtspersoon in beginsel vrij is om bij voldoening van schuldeisers te handelen naar eigen inzicht. Met selectieve betaling buiten de hierboven genoemde situatie hoeft dus in beginsel niets mis te zijn. Zie in dit verband ook Stoets Holding B.V./Bohncke (Hof Den Bosch 19 januari 2010, «JOR» 2010/112), waarin wordt overwogen dat er geen algemene regel bestaat die voorschrijft dat een debiteur gehouden is al zijn crediteuren naar evenredigheid van hun respectievelijke vorderingen te betalen. Zoals de rechtbank terecht overweegt, verandert dit zodra een rechtspersoon heeft besloten haar activiteiten te beëindigen en de rechtspersoon niet over voldoende middelen beschikt om alle schuldeisers te voldoen, dan wel vanaf het moment dat de insolventie van de rechtspersoon onvermijdelijk blijkt. Dit wordt ook wel aangeduid als het verschieten van kleur van de bestuurstaak. Hoe dichterbij het faillissement komt, hoe meer de bestuurder zich, in plaats van naar het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming, moet richten naar de belangen van de schuldeisers. Bij een beoordeling met wijsheid achteraf zal als criterium hebben te gelden of de bestuurder ten tijde van zijn handelen redelijkerwijs gegeven de situatie waarin de onderneming op dat moment verkeerde nog kon beslissen om tot selectieve betaling over te gaan, of dat hij de onderneming had moeten staken (Hof Den Bosch 19 januari 2010, «JOR» 2010/112). In dat kader dient te worden bepaald waar het omslagpunt ligt, de zogenaamde peildatum. Omdat bepaling van die datum enigszins arbitrair is, kiest de rechter daarbij een datum die aan de

11 veilige kant is (HR 21 december 2001, «JOR» 2002/38, r.o , m.nt. Faber (SOBI/Hurks II). De gewraakte betalingen vonden plaats op 21, 22, en 23 december De rechtbank heeft als peildatum gekozen het moment dat de aandeelhouders besloten tot het aanvragen van het eigen faillissement van de vennootschap op 21 december Vanaf dat moment mochten de directeuren in ieder geval niet meer onverkort betalingen verrichten. De rechtbank is bij het bepalen van de peildatum dan ook inderdaad aan de veilige kant gebleven door te kiezen voor een datum met een vastomlijnde gebeurtenis die rechtstreeks relateert aan het faillissement. Dit oordeel verrast niet, nu immers de betalingen zijn verricht nadat besloten is tot het aanvragen van het faillissement. Je moet van goeden huize komen wil je dan nog succesvol beweren dat het faillissement niet ophanden is. De wil van de organen van de vennootschap is er immers op gericht de faillietverklaring tot stand te brengen. Beklamel-norm Als verweer wordt nog gevoerd dat de betalingen zijn verricht in het kader van een schikkingsovereenkomst. Volgens de directeuren zijn de betalingen verricht om aan de Beklamel-aansprakelijkheid te ontkomen. De Beklamel-norm (HR 6 oktober 1989, NJ 1990/286) houdt in dat de bestuurder van een rechtspersoon aansprakelijk kan zijn als hij namens de rechtspersoon verplichtingen aangaat, terwijl hij wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de rechtspersoon niet, of niet binnen een redelijke termijn, aan zijn verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden voor de schade. In het arrest Ontvanger/Roelofsen (HR 8 december 2006, NJ 2006/659) is deze norm nader ingevuld. Hieruit volgt dat een bestuurder van een vennootschap onrechtmatig handelt jegens een schuldeiser als hij bewerkstelligt of toelaat dat die vennootschap haar verplichtingen niet nakomt en ter zake ook geen verhaal biedt en hem daarvan een ernstig verwijt treft. Volgens de rechtbank levert de schikkingsovereenkomst geen bijzondere omstandigheid op die de selectieve betaling kan helen. Dat oordeel lijkt bevredigend. Immers, niet alleen hadden beide directeuren niet (meer) mogen overgaan tot betaling op de peildatum, anderzijds is de vraag of het de directeuren gelet op diezelfde Beklamel-norm nog wel vrijstond om die schikkingsovereenkomst aan te gaan. Uit de onderhavige uitspraak kan niet worden afgeleid wanneer de schikkingsovereenkomst is aangegaan. Aansprakelijkheid statutair bestuurder Niet in geschil was dat de statutair bestuurder niet persoonlijk (meer) betrokken was bij het verrichten van de selectieve betalingen. Hij zou al 25 jaar niet meer betrokken zijn bij de onderneming. De curator heeft niettemin ook de statutair bestuurder (de vader) aansprakelijk gehouden voor de selectieve betalingen. De rechtbank volgt de curator echter niet in het standpunt dat de statutair bestuurder ook zonder persoonlijke betrokkenheid bij de betalingen aansprakelijk kan worden gehouden, op grond van het (enkele) feit dat hij statutair bestuurder is. Dit nu het niet betreft interne aansprakelijkheid jegens de vennootschap ex art. 2:9 BW, noch bijzondere aansprakelijkheid ex art. 2:248 BW of art. 36 Invorderingswet. Een vordering jegens de

12 statutair bestuurder zou dus moeten worden ingesteld op art. 6:162 BW, in welk kader hem een persoonlijk ernstig verwijt zou moeten treffen waarvoor volgens de rechtbank onvoldoende is gesteld. In het bijzonder valt wat te zeggen voor het oordeel ten opzichte van de niet (meer) bij de onderneming betrokken vader. Echter, in zijn algemeenheid zal het zo zijn dat juist dit gebrek aan betrokkenheid van de statutair bestuurder, gelet op zijn wettelijke verantwoordelijkheden, dusdanig onzorgvuldig handelen zou kunnen zijn dat dit een persoonlijk verwijt zal opleveren. Immers, niet alleen een handelen, ook een nalaten ten opzichte van de betreffende schuldeiser kan onder omstandigheden de benodigde onzorgvuldigheid opleveren. Pauliana In het onderhavige geval zou een parallel getrokken kunnen worden met rechtspraak betreffende de (faillissements)pauliana. Uit het arrest Van Dooren q.q./abn AMRO I blijkt dat indien geen sprake is van een paulianeuze handeling slechts onder bijzondere omstandigheden ruimte bestaat voor een onrechtmatige daad (HR 16 juni 2000, NJ 2000/578). Immers, in art. 42 en 47 Fw liggen reeds de regels besloten ten aanzien van hetgeen in de periode vóór het faillissement tussen de aanstaande gefailleerde en zijn schuldeisers geoorloofd is. Een bijzondere omstandigheid kan bijvoorbeeld bestaan uit selectieve betaling aan een groepsmaatschappij (HR 12 juni 1998, NJ 1998/727). In casu gaat het om betaling van opeisbare schulden. De onrechtmatigheid wordt aldus ingekleurd door art. 47 Fw, die twee mogelijkheden voor vernietiging geeft: (i) wetenschap van de faillissementsaanvraag of (ii) samenspanning met het doel deze crediteur te bevoordelen boven anderen. Van beide gevallen is in dit geval geen sprake. Indien weliswaar geen sprake is geweest van samenspanning, maar bij de betalende partij wel de bedoeling heeft voorgezeten om de ontvangende partij te bevoordelen, dan is er dus geen paulianeus handelen, maar wel sprake van een onrechtmatige daad van de uitvoerende partij. De bedoeling om te bevoordelen ligt in die situatie als feitelijk vermoeden voor de hand. F. el Houzi en J.R. Everhardus, AKD advocaten notarissen

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:665

ECLI:NL:RBROT:2016:665 ECLI:NL:RBROT:2016:665 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20012016 Datum publicatie 28012016 Zaaknummer C/10/473480 / HA ZA 15333 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBNHO:2015:6063 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 26-08-2015 Rechtbank Noord-Holland

Nadere informatie

C/13/555974 / HA ZA 13-1827 28 oktober 2015 8 oordeel dat met deze uitingen sprake was van misleidende publieke berichtgeving. VEB en de stichting stellen dat door deze uitingen de gedupeerde beleggers

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10052017 Datum publicatie 12052017 Zaaknummer C/09/504538 / HA ZA 16112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ondernemingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:2713

ECLI:NL:RBAMS:2015:2713 ECLI:NL:RBAMS:2015:2713 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20052015 Datum publicatie 29052015 Zaaknummer C13565316 HA ZA 14519 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15022017 Datum publicatie 16022017 Zaaknummer 5299499 cv expl 168008 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 01-03-2011 Zaaknummer 186739 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten,

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten, Vonnis RECHTBANK LEEUWARDEN Sector kanton Locatie Heerenveen zaak-/rolnummer: 371218 CV EXPL i 1-5231 vonnis van de kantonrechter d.d. 14 maart 2012 inzake X wonende te eiser. procederende met toevoeging.

Nadere informatie

Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419 CV EXPL 14-32341. Civiel recht. Eerste aanleg - enkelvoudig. Rechtspraak.nl

Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419 CV EXPL 14-32341. Civiel recht. Eerste aanleg - enkelvoudig. Rechtspraak.nl ECLI:NL:RBAMS:2015:3202 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vindplaatsen Uitspraak Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 16082017 Datum publicatie 23082017 Zaaknummer C/03/239274 / KG ZA 17423 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 van

Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer / rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 van Gemeente Haarlemmermeer Baan Kleef Aan DomJur 2008-432 Rechtbank Haarlem Zaak-/rolnummer: 151558 / KG ZA 08-640 en 151565 / KG ZA 08-641 Datum: 22 december 2008 Vonnis in kort geding in de zaak met zaaknummer

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:3541

ECLI:NL:RBROT:2017:3541 ECLI:NL:RBROT:2017:3541 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 22-03-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/10/504346 / HA ZA 16-609 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:3565

ECLI:NL:RBROT:2017:3565 ECLI:NL:RBROT:2017:3565 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-04-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/10/507047 / HA ZA 16-758 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:11405

ECLI:NL:RBZWB:2013:11405 ECLI:NL:RBZWB:2013:11405 Instantie Datum uitspraak 30-10-2013 Datum publicatie 12-09-2014 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer 02/264757 / HA ZA 13-397 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 12-03-2014 Datum publicatie 20-03-2014 Zaaknummer C-17-129115- HA ZA 13-247 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd worden.

Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd worden. [Eiseres] [Gedaagde] (Mesologiezwolle.nl) DomJur 2017-1234 Rechtbank Overijssel Zaak-/rolnummer: C/08/192160 / KG ZA 16-321 ECLI:NL:RBOVE:2016:4885 Datum: 12 december 2016 Vonnis in kort geding van 12

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 15-07-2009 Datum publicatie 27-08-2009 Zaaknummer 259421 / HA ZA 08-2534 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Partijen zullen hierna de curator en de gemeente genoemd worden.

Partijen zullen hierna de curator en de gemeente genoemd worden. 6 FAX +31302233198 RECHTBANK UTRECHT ROLADM vonnis RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht zitting houdend te Utrecht zaaknummer/rolnummer: C/16/324379 / HA ZA 12-764 Vonnis van 3 april 2013 in

Nadere informatie

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie: LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:199

ECLI:NL:RBAMS:2016:199 ECLI:NL:RBAMS:2016:199 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 02-02-2016 Zaaknummer C/13/572226 / HA ZA 14-903 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Intellectueel-eigendomsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLEE:2007:BA1873

ECLI:NL:RBLEE:2007:BA1873 ECLI:NL:RBLEE:2007:BA1873 Instantie Rechtbank Leeuwarden Datum uitspraak 21-03-2007 Datum publicatie 29-03-2007 Zaaknummer 73315 / HA ZA 05-981 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2014:4000 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HL ZA 12-86

ECLI:NL:RBMNE:2014:4000 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HL ZA 12-86 ECLI:NL:RBMNE:2014:4000 Instantie Rechtbank MiddenNederland Datum uitspraak 25062014 Datum publicatie 26062015 Zaaknummer C07197633 HL ZA 1286 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:5578

ECLI:NL:RBOVE:2014:5578 ECLI:NL:RBOVE:2014:5578 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 17-09-2014 Datum publicatie 17-10-2014 Zaaknummer C/08/152582/ ha za 14-111 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Uitspraak. INS-Updates.nl OR-Updates.nl AR 2016/2686 NJF 2016/492. vonnis RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND. Civiel recht handelskamer

Uitspraak. INS-Updates.nl OR-Updates.nl AR 2016/2686 NJF 2016/492. vonnis RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND. Civiel recht handelskamer ECLI:NL:RBMNE:2016:4619 Instantie Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak 24-08-2016 Datum publicatie 15-09-2016 Zaaknummer C/16/404044 / HA ZA 15-909 Rechtsgebieden Ondernemingsrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4741

ECLI:NL:RBLIM:2017:4741 ECLI:NL:RBLIM:2017:4741 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 24052017 Datum publicatie 29052017 Zaaknummer 04 5426165/CV 169694 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2017:2000

ECLI:NL:RBMNE:2017:2000 ECLI:NL:RBMNE:2017:2000 Instantie Datum uitspraak 22-03-2017 Datum publicatie 12-05-2017 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer C/16/409379 / HA ZA 16-112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 24-03-2016 Datum publicatie 29-03-2016 Zaaknummer KK EXPL 16-200 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Vonnis van 6 augustus 2014 1. De procedure Sector civiel recht

vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Vonnis van 6 augustus 2014 1. De procedure Sector civiel recht I vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Sector civiel recht zaaknummer I rolnummer: Cl131539507 I HA ZA 13-406 Vonnis van in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Nadere informatie

EJEA ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer414169/KG ZA

EJEA ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer414169/KG ZA EJEA 16101 ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank MiddenNederland Datum uitspraak17062016 Datum publicatie04072016 Zaaknummer414169/KG ZA 16314 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:914

ECLI:NL:RBOVE:2016:914 ECLI:NL:RBOVE:2016:914 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 14-03-2016 Datum publicatie 16-03-2016 Zaaknummer C/08/183398 / KG ZA 16-77 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Insolventierecht

Nadere informatie

vonnis in naam van de Koning 2. de stichting STICHTING WOONBEDRIJF IEDER1, gevestigd te Deventer, gedaagde, advocaat mr. F.A.M. Knüppe te Arnhem.

vonnis in naam van de Koning 2. de stichting STICHTING WOONBEDRIJF IEDER1, gevestigd te Deventer, gedaagde, advocaat mr. F.A.M. Knüppe te Arnhem. in naam van de Koning vonnis RECHTBANK GELDERLAND Team kanton en handelsrecht Zittingsplaats Arnhem zaaknummer I rolnummer: C/05/296700 I HA ZA 16-50 Vonnis van in de zaak van wonende te Bilthoven, gemeente

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2015:1277

ECLI:NL:RBLIM:2015:1277 ECLI:NL:RBLIM:2015:1277 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 17-02-2015 Datum publicatie 19-02-2015 Zaaknummer 3792692 CV EXPL 15-683 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Goederenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 21-02-2012 Zaaknummer 372890 / HA ZA 11-458 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: \CV EXPL Vonnis van 17 april 2018

vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: \CV EXPL Vonnis van 17 april 2018 vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: 6507316\CV EXPL 17-3909 Vonnis van 17 april 2018 in de zaak van de vennootschap onder firma X, gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 11 Datum: 13 mei 2014 Gegevens failliet : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Dynamion B.V., tevens handelende onder de naam MySolutionStore Veenendaal,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:229

ECLI:NL:RBROT:2016:229 ECLI:NL:RBROT:2016:229 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 06-01-2016 Datum publicatie 07-01-2016 Zaaknummer C/10/475943 / HA ZA 15-510 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND. Afdeling civielrecht Zittingsplaats Lelystad. zaaknummer / rolnummer: C/16/369978 / HL ZA 14-173

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND. Afdeling civielrecht Zittingsplaats Lelystad. zaaknummer / rolnummer: C/16/369978 / HL ZA 14-173 RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling civielrecht Zittingsplaats Lelystad zaaknummer / rolnummer: C/16/369978 / HL ZA 14-173 Vonnis van 25 februari 2015 in de zaak van maatschap [naam maatschap], gevestigd

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2013:8758

ECLI:NL:RBROT:2013:8758 ECLI:NL:RBROT:2013:8758 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 06-11-2013 Datum publicatie 07-11-2013 Zaaknummer C/10/416598 / HA ZA 13-90 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2014:8790

ECLI:NL:RBROT:2014:8790 ECLI:NL:RBROT:2014:8790 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-09-2014 Datum publicatie 28-10-2014 Zaaknummer 2726743 CV EXPL 14-3653 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBDHA:2014:1019 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29012014 Datum publicatie 12022014 Zaaknummer C09445041 HA ZA 13691 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235

ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235 ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 22-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 113824 / KG ZA 10-207 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

Wetsbepaling(en): Burgerlijk Wetboek Boek 1 BW BOEK 1 Artikel 88 Ook gepubliceerd in: ECLI:NL:RBMNE:2014:2221, RO 2014/64

Wetsbepaling(en): Burgerlijk Wetboek Boek 1 BW BOEK 1 Artikel 88 Ook gepubliceerd in: ECLI:NL:RBMNE:2014:2221, RO 2014/64 JOR 2014/307 Borgtochtovereenkomst, Uitzondering ex art. 1:88 lid 5 BW ook van toepassing op buitenlandse rechtspersoon, indien deze met Nederlandse vennootschap kan worden gelijkgesteld, Aangaan lening

Nadere informatie

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V.

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V. Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgedaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de hoofdstukken reeds afgesloten en wordt voor informatie verwezen naar

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2016:348

ECLI:NL:RBMNE:2016:348 ECLI:NL:RBMNE:2016:348 Instantie Datum uitspraak 27012016 Datum publicatie 30032016 Rechtbank MiddenNederland Zaaknummer C/16/404080 / KG ZA 15853 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 14-04-2010 Datum publicatie 15-04-2010 Zaaknummer 198015 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920

ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920 ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 23-09-2010 Datum publicatie 08-10-2010 Zaaknummer 171924 / KG ZA 10-360 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:3241

ECLI:NL:RBOVE:2014:3241 ECLI:NL:RBOVE:2014:3241 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 05062014 Datum publicatie 16062014 Zaaknummer C/08/156166 / KG ZA 14182 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen:

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen: Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M Geven eerbiedig te kennen: 1. mr. Ronald Wilhelmus Franciscus Heijmeriks, wonende te s-gravenhage,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 23-02-2017 Zaaknummer 04 5561763 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk procesrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:5985

ECLI:NL:RBAMS:2017:5985 ECLI:NL:RBAMS:2017:5985 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 18-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer CV EXPL 17-2120 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: 429233 / KG ZA 12-1139

zaaknummer / rolnummer: 429233 / KG ZA 12-1139 vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 429233 / KG ZA 12-1139 Vonnis in kort geding van in de zaak van X, h.o.d.n. PUBLIEC, wonende te Delft, eiseres, advocaat mr. O.R.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 14-06-2017 Zaaknummer C/05/300860 / HZ ZA 16-175 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

Zoekresultaat inzien document. ECLI:NL:RBROT:2013:5587 Permanente link: Uitspraak

Zoekresultaat inzien document. ECLI:NL:RBROT:2013:5587 Permanente link: Uitspraak 2412016 Rechtspraak.nl Print uitspraak Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBROT:2013:5587 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecli:nl:rbrot:2013:5587 Instantie Rechtbank Rotterdam

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 25-06-2007 Zaaknummer 0600267 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:2411

ECLI:NL:RBOVE:2014:2411 ECLI:NL:RBOVE:2014:2411 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 18-04-2014 Datum publicatie 07-05-2014 Zaaknummer C/08/154383 / KG-ZA 14-130 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 18/350 Wtra AK van 3 december 2018 van

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 18/350 Wtra AK van 3 december 2018 van ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 18/350 Wtra AK van 3 december 2018 van X, wonende te [plaats1], K L A G E R, t e g e n Y, voorheen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2003:AM2433

ECLI:NL:RBARN:2003:AM2433 ECLI:NL:RBARN:2003:AM2433 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 27-08-2003 Datum publicatie 21-10-2003 Zaaknummer 95078/ HA ZA 03-34 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7598

ECLI:NL:RBLIM:2014:7598 ECLI:NL:RBLIM:2014:7598 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 27-08-2014 Datum publicatie 01-09-2014 Zaaknummer 2998345 CV EXPL 14-4789 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414

ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414 ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 28-05-2008 Datum publicatie 09-06-2008 Zaaknummer 58024/HA ZA 07-265 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 14072014 Datum publicatie 24072014 Zaaknummer C03192295 KG ZA 14318 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2015:6266

ECLI:NL:RBMNE:2015:6266 ECLI:NL:RBMNE:2015:6266 Instantie Datum uitspraak 02-09-2015 Datum publicatie 18-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 3818581 UC EXPL 15-1353

Nadere informatie

Rechtbank Rotterdam 27 april 2011; pitbull bijt vierjarig kind in het gezicht. Smartengeld 7.000,00

Rechtbank Rotterdam 27 april 2011; pitbull bijt vierjarig kind in het gezicht. Smartengeld 7.000,00 Rechtbank Rotterdam 27 april 2011; pitbull bijt vierjarig kind in het gezicht. Smartengeld 7.000,00 Een jongetje van 4 jaar oud wordt door een pitbull terriër in het gezicht en in de arm gebeten. Zijn

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZLY:2009:BL7181

ECLI:NL:RBZLY:2009:BL7181 ECLI:NL:RBZLY:2009:BL7181 Instantie Datum uitspraak 09-12-2009 Datum publicatie 26-05-2010 Rechtbank Zwolle-Lelystad Zaaknummer 156391 - HA ZA 09-495 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 20-09-2006 Datum publicatie 29-09-2006 Zaaknummer 47429 HA ZA 05-170 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht

Nadere informatie

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag.

De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. De papieren versie van het verslag is identiek aan de digitale versie van het verslag. 2Se OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG Faillissement Faillissementsnummer Surseancedatum : Faillissementsdatum Rechter

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/37735

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:4320

ECLI:NL:RBROT:2016:4320 ECLI:NL:RBROT:2016:4320 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 01-06-2016 Datum publicatie 09-06-2016 Zaaknummer C/10/491474 / HA ZA 15-1264 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

VIJFDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN HET FAILLISSEMENT VAN PAYENZ B.V.

VIJFDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN HET FAILLISSEMENT VAN PAYENZ B.V. VIJFDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW IN HET FAILLISSEMENT VAN PAYENZ B.V. Gegevens onderneming : De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid PAYENZ B.V., statutair gevestigd

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 23-03-2017 Zaaknummer 200.189.286/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 30-07-2008 Datum publicatie 13-08-2008 Zaaknummer 60993/HA ZA 08-23 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

NMLK Didio DomJur 2013-971. Rechtbank Amsterdam Zaak-/rolnummer: C/13/540039/KG ZA 13-458 SP/PV Datum:21 mei 2013. In de zaak van

NMLK Didio DomJur 2013-971. Rechtbank Amsterdam Zaak-/rolnummer: C/13/540039/KG ZA 13-458 SP/PV Datum:21 mei 2013. In de zaak van NMLK Didio DomJur 2013-971 Rechtbank Amsterdam Zaak-/rolnummer: C/13/540039/KG ZA 13-458 SP/PV Datum:21 mei 2013 In de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid NMLK B.V. h.o.d.n.

Nadere informatie

Eiseres zal hierna [A] genoemd worden. Gedaagden zullen hierna ieder afzonderlijk [B] en [C], alsmede gezamenlijk [B] c.s. genoemd worden.

Eiseres zal hierna [A] genoemd worden. Gedaagden zullen hierna ieder afzonderlijk [B] en [C], alsmede gezamenlijk [B] c.s. genoemd worden. Rechtbank Amsterdam, 06 juni 2012; de hondenbezitter is aansprakelijk voor de letselschade van een vrouw die tijdens het uitlaten van de hond ten valt komt doordat de hond plotseling hard aan de lijn trok.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

in naam des Konings vonn1s

in naam des Konings vonn1s in naam des Konings vonn1s RECHTBANK OOST-BRABANT Handelsrecht Zittingsplaats 's-hertogenbosch zaaknummer I rolnummer: CIOl/280384 I HA ZA 14-468 Vonnis van 15 apri12015 in de zaak van de rechtspersoon

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2012:5164

ECLI:NL:RBHAA:2012:5164 ECLI:NL:RBHAA:2012:5164 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 21112012 Datum publicatie 07082013 Zaaknummer 187846 / HA ZA 111128 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Insolventierecht

Nadere informatie

R.B. CONVERTING BV R.B. ENGINEERING BV INTER HOLDING RHENEN BV

R.B. CONVERTING BV R.B. ENGINEERING BV INTER HOLDING RHENEN BV Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de hoofdstukken reeds afgesloten en wordt voor informatie verwezen naar

Nadere informatie

2 De feiten 2.1. City Hotel drijft sinds 1980 onder de naam City Hotel een hotel, bar en restaurantbedrijf te Oss.

2 De feiten 2.1. City Hotel drijft sinds 1980 onder de naam City Hotel een hotel, bar en restaurantbedrijf te Oss. City Hotel B.V. Fitland Oss B.V. DomJur 2017-1257 Rechtbank Oost-Brabant Zaak-/rolnummer: C/01/322491 / KG ZA 17-394 ECLI:NL:RBOBR:2017:4802 Datum: 4 september 2017 Vonnis RECHTBANK OOST-BRABANT Civiel

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 9 Datum: 13 januari 201 5

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 9 Datum: 13 januari 201 5 W/11111 80741 FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 9 Datum: 13 januari 201 5 Gegevens onderneming : de besloten vennootschap Confess B.V. Robijnstraat 64-68 1812 RB Alkmaar Nummer faillissement : F 14/12/87 Datum

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:886

ECLI:NL:RBROT:2017:886 ECLI:NL:RBROT:2017:886 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-01-2017 Datum publicatie 03-02-2017 Zaaknummer C/10/518779 / KG ZA 17-53 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ2090

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ2090 ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ2090 Instantie Datum uitspraak 07-07-2009 Datum publicatie 09-07-2009 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer 195744 - KG ZA 09-462 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2010:BP5101

ECLI:NL:RBMID:2010:BP5101 ECLI:NL:RBMID:2010:BP5101 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 21-04-2010 Datum publicatie 18-02-2011 Zaaknummer 63270 / HA ZA 08-286 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

"In naam des Konings!" vonnis. Team kanton en handelsrecht. Zittingsplaats Arnhem. zaaknummer I rolnummer: CI051278117 I KG ZA 15-67

In naam des Konings! vonnis. Team kanton en handelsrecht. Zittingsplaats Arnhem. zaaknummer I rolnummer: CI051278117 I KG ZA 15-67 vonnis "In naam des Konings!" RECHTBANK GELDERLAND Team kanton en handelsrecht Zittingsplaats Arnhem zaaknummer I rolnummer: CI051278117 I KG ZA 15-67 Vonnis in kort geding van in de zaak van de besloten

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534

ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534 ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 28-12-2011 Datum publicatie 09-02-2012 Zaaknummer 287601 / HA ZA 10-1263 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239

ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239 ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 28-07-2005 Datum publicatie 28-07-2005 Zaaknummer 242867/ KG ZA 05-645 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 Instantie Datum uitspraak 20-11-2013 Datum publicatie 09-09-2014 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer C/12/85770 / HA ZA 12-259 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 15-07-2010 Zaaknummer 268738 / HA ZA 09-1343 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462 ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462 Instantie Datum uitspraak 03-09-2009 Datum publicatie 11-09-2009 Zaaknummer 629990 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1248

ECLI:NL:RBGEL:2017:1248 ECLI:NL:RBGEL:2017:1248 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 01-03-2017 Datum publicatie 09-03-2017 Zaaknummer 5244223 CV EXPL 16-4412 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-06-2009 Datum publicatie 05-06-2009 Zaaknummer 256615 / HA ZA 08-21443 juni 2009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie