Colofon. Oranjewoud: Hermine Koskamp, Alfred Schuphof. Tekstbijdragen: Gerard Verstoep. Fotografie: Waterschap Reest en Wieden.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Colofon. Oranjewoud: Hermine Koskamp, Alfred Schuphof. Tekstbijdragen: Gerard Verstoep. Fotografie: Waterschap Reest en Wieden."

Transcriptie

1

2

3 Colofon Projectgroep bestaande uit: Waterschap Reest en Wieden, afdeling Waterbeheer Gerard Verstoep, Iris de Bruijn, Alex Slomp, Henk Rinsma, Jan Klappe Oranjewoud: Hermine Koskamp, Alfred Schuphof Tekstbijdragen: Gerard Verstoep Fotografie: Waterschap Reest en Wieden Vormgeving: Datum van uitgave: November 2013 Contactadres: Zutphenseweg 31 D Deventer Postbus AH Deventer Copyright 2013 Ingenieursbureau Oranjewoud Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, elektronisch of op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de auteurs.

4 Inhoud 1 Inleiding Aanleiding en kader Totstandkoming van dit plan Leeswijzer Te onderhouden waterkeringen Definities Areaal te onderhouden waterkeringen Areaal Taakverdeling Toelichting primaire waterkering Toelichting regionale waterkeringen Toelichting overige waterkeringen Toelichting kunstwerken /keermiddelen Waar gaat het om bij het onderhoud? Gewoon/Regulier onderhoud Inspecties Buitengewoon/Groot onderhoud Wet- en regelgeving Beleid Waterschap Beheerplan Waterkeringen Samenwerking met waterschap Groot Salland Keur Zonering Relevante artikelen Implementatie Flora- en faunawet Implementatie Natuurbeschermingswet Muskus- en beverratten Huidig en gewenst onderhoud waterkeringen Visie Reest en Wieden Keuzes in dit plan Regulier onderhoud Beginselen van de uitvoering van het regulier onderhoud aan de waterkeringen Primaire waterkeringen Regionale waterkeringen Overige waterkeringen Opgave planmatig regulier onderhoud Groot onderhoud Resultaten toetsing primaire en regionale waterkeringen Verbeteringen overige waterkeringen Normering en toetsing overige keringen Kosten van beheer en onderhoud waterkeringen Inspecties Kader Inspectie bij Reest en Wieden vroeger en nu Inspectie opnieuw vormgeven...40 blz. 4

5 7.3.1 Proefinspectie Opzet structurele inspectie Keuzes voor vormgeven van inspecties in de planperiode Keuze inspectiefrequenties Inspectie opgave Kosten inspectie Processchema s en organisatie Werkverdeling Processchema inspecties Jaarlijkse cyclus Monitoring en registratie Keuzes t.a.v. enkele specifieke aspecten Klimaat Recreatie Beweiding Onkruiddruk Plaagdieren Communicatie Procedure en acties Tussentijdse aanpassingen van dit onderhoudsbeheerplan Acties...55 Referenties...57 Bijlagen..58 5

6 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en kader Het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen beschrijft hoe waterschap Reest en Wieden het onderhoud aan waterkeringen in zijn beheergebied wil uitvoeren in de komende jaren. Onderhoud aan waterkeringen is erop gericht om de waterkeringen te handhaven op de vastgestelde gewenste hoogte en sterkte. Het onderhoudsregime voor primaire en regionale waterkeringen is grotendeels bekend; dit komt voort uit regelgeving. Voor overige waterkeringen is een professionaliseringsslag aan de orde. Het dagelijks onderhoud van de overige keringen berust (in veel gevallen) bij de perceeleigenaren. Het beheer van deze waterkeringen betekent daarom voor een groot deel enkel inspecteren en reguleren (via vergunningverlening en handhaving). Het waterschap heeft de afgelopen jaren echter weinig aandacht besteed aan inspecties van waterkeringen. Voorliggend onderhoudsbeheerplan gaat derhalve ook in op de behoefte aan en de voorgenomen wijze van inspecteren van de waterkeringen. Voorliggend plan legt het jaarlijks onderhoud concreet vast en beschrijft een systematiek voor het meerjarig onderhoud. Het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen is het eerste plan voor dit type onderhoudswerk binnen waterschap Reest en Wieden. Het betreft een eerste versie, waarin de huidige inzichten zijn beschreven, wetende dat niet alle basisinformatie beschikbaar is en uitgaande van de huidige taakopvatting van het waterschap. Redenen, waarom het waterschap heeft besloten om een Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen op te stellen zijn: OPNI. Het waterschap werkt aan een overkoepelend onderhoudsplan voor de natte infrastructuur (OPNI), waarvan het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen als één van de deelplannen deel zal gaan uitmaken; Het Beheersplan Waterkeringen bestaat momenteel uit een statisch deel en een dynamisch deel dat slechts eenmalig is opgesteld. Dit Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen is te beschouwen als het dynamisch deel van het Beheersplan Waterkeringen; Wet- en regelgeving. Het waterschap heeft vanuit de Waterwet een taak als waterkeringbeheerder. Van daaruit is het waterschap ook aansprakelijk voor eventuele schade die voortkomt uit achterstallig onderhoud aan overige waterkeringen. Daarnaast is de Flora- en faunawet aan de orde bij de uitvoering van het onderhoud; Er is behoefte aan een sturingsinstrument. Op papier zetten wat 'in de hoofden' zit, grip krijgen op het onderhoud van de overige waterkeringen en transparanter werken. Door vast te leggen 'wat-wanneer-hoe' krijgt het waterschap een sturingsinstrument; Bij opstellen van het Maaiplan is het maaionderhoud aan Waterkeringen nog niet meegenomen. In het maaiplan is hiertoe verwezen naar het nog op te stellen onderhoudsplan voor de waterkeringen. 6

7 Het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen bestaat inhoudelijk uit drie onderdelen: 1. Het wat en hoeveel : beschrijving van het areaal en waar het om gaat bij beheer en onderhoud van waterkeringen; 2. Wat er moet en wat het waterschap kan en wil: beschrijving van wet- en regelgeving en de beleidsmatige kaders en uitgangspunten van het waterschap zelf; 3. Het hoe, wat en wanneer : Processchema's voor de interne organisatie van het onderhoud aan waterkeringen en vorm geven aan de inspectie. In de voorliggende planperiode is belangrijk: 1. Inspecties uitvoeren - hieruit blijkt de onderhoudsopgave; 2. De resultaten van de studie en de nieuwe AHN (Algemeen Hoogtebestand Nederland) afwachten (daaruit zijn hoogte en profiel van kades af te leiden) - uit deze twee gaat blijken wat het reële areaal is aan te beheren en te onderhouden waterkeringen en de huidige hoogteligging van de keringen; 3. Mogelijke ontwikkelingen in de samenwerking met Waterschap Groot Salland. In afwachting van deze ontwikkelingen, legt deze versie van het plan vooral vast hoe te handelen in de planperiode, met een goede actielijst. Het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen is een uitvoerend plan, waarin rekening wordt gehouden met bestaand beleid. Bij zaken waar geen concreet waterschapsbeleid voor is, is het principe 'werken in de geest van' in afwachting van beleidsvorming. De beleidsmedewerker van afdeling Waterbeheer onderhoudt contacten binnen het waterschap voor een optimale afstemming met andere beleidsontwikkelingen. 1.2 Totstandkoming van dit plan Het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen is opgesteld door een werkgroep, bestaande uit ter zake deskundige medewerkers van het waterschap, met procesmatige ondersteuning door Oranjewoud. Zie voor samenstelling van de werkgroep de referenties. Een proefinspectie door medewerkers waterbeheer op 5 december 2012, heeft belangrijke input geleverd als voorbereiding op het vormgeven aan de inspectie. 1.3 Leeswijzer Na deze inleiding beschrijft dit plan eerst de arealen waterkeringen die het waterschap te onderhouden heeft (hoofdstuk 2) en waar het onderhoud om gaat (hoofdstuk 3). De wet- en regelgeving die van toepassing is voor het onderhoud aan overige waterkeringen en de keuzes die waterschap Reest en Wieden heeft gemaakt ten aanzien van de implementatie daarvan komen aan de orde in de hoofdstukken 4 en 5. Hoofdstuk 6 beschrijft het huidige en gewenste onderhoud aan de waterkeringen, hoofdstuk 7 de invulling van de inspecties. Processchema s en organisatie staan in hoofdstuk 8, keuzes ten aanzien van enkele specifieke aspecten vermeldt hoofdstuk 9. De procedure voor aanpassingen van het plan en acties staan beschreven in hoofdstuk 10. Nadere toelichtingen en uitwerkingen zijn opgenomen in de bijlagen. 7

8 2 Te onderhouden waterkeringen 2.1 Definities Primaire waterkeringen omsluiten samen met hoge gronden de dijkringen, die Nederland beschermen tegen overstroming door buitenwater (de zee, grote rivieren, het IJssel- en Markermeer). De ligging en veiligheidsnorm ervan zijn vastgelegd in de Waterwet. De meeste primaire waterkeringen worden beheerd door waterschappen. Dijkversterkingen van primaire waterkeringen worden in principe door de waterschappen zelf gefinancierd, maar afhankelijk van de aanleiding van de dijkversterking draagt het Rijk financieel bij aan dijkverbeteringswerken. Regionale waterkeringen zijn waterkeringen, niet zijnde primaire waterkeringen als bedoeld in de wet, die beveiliging bieden tegen overstroming en die als zodanig zijn aangewezen en genormeerd door de provincie. Zij beschermen tegen regionale gevarenbronnen. Waterschappen beheren deze keringen; wie onderhoudsplichtige is, verschilt. Overige waterkeringen zijn vooral lokaal van belang en vallen geheel onder de verantwoordelijkheid van de waterschappen. Het waterschap bepaalt zelf de norm voor deze waterkeringen. 2.2 Areaal te onderhouden waterkeringen Areaal In het beheergebied van waterschap Reest en Wieden bevinden zich drie categorieën waterkeringen. Dit zijn: de primaire waterkering (34,3 km); de regionale waterkeringen1 (31,7 km); en overige waterkeringen (393,2 km). Peildatum april 2013 Een overzichtskaart van alle waterkeringen die het waterschap in beheer heeft, staat in bijlage 1a. Op de kaart in bijlage 1b is tevens aangegeven waar waterkeringen in Natura gebieden gelegen zijn, in bijlage 1c waar het waterschap eigenaar van de kering is. N.B.: de primaire waterkering ten westen van Zwartsluis ligt zelf buiten, maar net tussen twee N2000- gebieden in. Het waterschap heeft ten aanzien van de waterkeringen verschillende rollen, met daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheden en bevoegdheden: 1. Als waterkeringbeheerder: bevoegdheid om medegebruik van de waterkering te sturen en te controleren, om de veiligheid te waarborgen. Kader: Waterwet en Keur (zie 4 en 5.3); 2. Als eigenaar van waterkeringen: verplichting tot beheer en onderhoud (met mogelijkheid tot verpachten); 3. Als uitvoerder van groot en regulier onderhoud: verplichting tot werken conform Flora- en faunawet en Natuurbeschermingswet (zie 5.4 en 5.5). Het waterschap werkt aan actualisatie van de legger van de waterstaatswerken. Er komt een herziening van het areaal waterkeringen naar aanleiding van de studie die momenteel wordt uitgevoerd naar de 1 De regionale waterkeringen zijn anno 2003 aangewezen, echter een omgang met betrekking tot het beheer is nog niet vastgelegd. De regionale waterkeringen worden tot nu toe beheerd als een overige waterkering. 8

9 situatie van alle keringen in de provincie Drenthe. Hieruit zal naar voren komen welke waterkeringen het waterschap als Overige Keringen wil beschouwen. Voor dit onderhoudsbeheerplan is geput uit de momenteel actuele versie. Dit betekent dat mogelijk een aantal overige waterkeringen buiten beschouwing is gebleven. Na actualisatie van de legger zal het areaal worden geactualiseerd Taakverdeling Onderstaande tabel geeft de huidige verdeling van het beheer en onderhoud van de waterkeringen weer over de verschillende betrokken partijen. Deze gegevens zijn op de geactualiseerde onderhoudskaart te zien in bijlage 2. Tabel 2.2 Taakverdeling beheer en onderhoud waterkeringen Categorie waterkering Totaal [km] Eigendom bij waterschap [km (%)] Beheer bij waterschap [km (%)] Onderhoud door waterschap [km (%)] Onderhoud door derden [km (%)] Overheden (wegen, plantsoenen) Pachters Aanliggende eigenaren Primair 8 6,4 (79) 8,0 (100) 8,0 (100) categorie A* 1 Primair 26 19,4 (75) 26 (100) 4,1 (16) 5,8 (22) 15,2 (58) 0,9 (4) categorie C* 2 Regionaal 31,7 3,1 (10) 31,7 (100) 3,2 (10) 25,6 (81) 1,2 (4) 1,7 (5) Overig 393,2 87,3 (22) 393,2 (100) 9,2 (2) 150,4 (38) 78,1 (20) 155,5 (40) Totaal [#] 458,9 116,2 (25) 458,9 (100) 24,5 (5) 181,8 (40) 94,5 (21) 158,1 (34) * 1 : direct waterkerend * 2 : kering achter andere (primaire) kering Overheden betreffen in dit geval provincies en gemeenten. De categorie 'onderhoud door derden' is uitgesplitst naar overheden, pachters en aanliggende eigenaren, op de kaart en in de tabel. Dit om een verschillende benadering van eigenaren mogelijk te maken. Aandachtspunten bij tabel 2.2 en kaart (bijlage 2) Algemeen a. Op de onderhoudskaart is vastgelegd welke partij in de huidige praktijk het dagelijks onderhoud uitvoert. De onderhoudsplichtigen van de verschillende waterkeringen zijn opgenomen in de legger; b. Het waterschap beheert bijna 460 km waterkeringen en voert zelf het onderhoud uit voor 25 km daarvan (5%); c. Op de kaart is onderscheid gemaakt tussen: aanliggende (perceeleigenaar), pachter, andere overheid (provincie of gemeente), en het waterschap (maaien door aannemer); d. De onderhoudssituatie is niet in detail op kaart gezet. Bij het onderhoud wordt geen onderscheid gemaakt tussen boven of onderzijde van het talud. Wanneer het talud aan de onderkant (ook) gemaaid wordt vanuit watersysteembeheer vanwege onderhoud aan de bermsloot staat dit niet op de onderhoudskaart voor de waterkeringen. Het gaat om de hoofdverantwoordelijke voor het onderhoud; e. Het onderhoud aan verhardingen op de waterkeringen doet het waterschap niet; f. Voor een flink aantal trajecten wordt het onderhoud door een derde uitgevoerd (vrijwel altijd overheden) vanwege de nevenfunctie die de waterkering daar heeft. In dat geval is het onderhoud gericht op de nevenfunctie: het betreft wegbermen, kanaaloevers en plantsoenen; g. De kaart uit bijlage 2 is een eerste versie als basis. Werkenderweg zullen correcties op de kaart naar voren komen, op grond van gebiedskennis en veldwaarnemingen. 9

10 Primaire waterkeringen a. Het waterschap heeft de primaire waterkering grotendeels in eigendom. Het waterschap ziet het eigendom niet als voorwaarde voor goed beheer; b. In principe is het waterschap voor de primaire waterkering verantwoordelijk voor het dagelijks onderhoud. Uitvoering vindt plaats door aannemer of door een pachter; c. Voor de primaire waterkering wordt op de kaart het binnen- en buitentalud onderscheiden, omdat het voorkomt dat de partij die het dagelijks onderhoud uitvoert verschilt per kant van de waterkering. Het onderhoud van de kruin ligt meestal bij de wegbeheerder; d. Op de categorie A waterkeringen (Zwartsluis-Kadoelen) zitten geen pachters meer, op de categorie C waterkeringen (Kadoelen-Slijkenburg) zijn nog wel pachters aanwezig. Het aantal pachters en de pachtlocaties wisselen per jaar. Vooral op het traject Blokzijl-Slijkenburg is de pachtsituatie dynamisch, er is nu verschuiving door herverkaveling; e. Het buitentalud is vaak door de pachters verbeterd. Het talud is verflauwd waardoor het beter te bewerken is met machines (maaien). Voor de aanpassingen zijn vergunningen aangevraagd en afgegeven. Regionale waterkeringen a. De grond onder regionale waterkeringen is in eigendom bij de beide provincies, het waterschap en bij particulieren; b. Algemeen uitgangspunt bij regionale waterkeringen is dat de betreffende perceeleigenaar verantwoordelijk is voor regulier onderhoud, het waterschap doet het groot onderhoud. In de praktijk ligt het grootste deel van het onderhoud aan regionale keringen bij de provincies uit hoofde van weg- of kanaalbeheer. Overige waterkeringen a. Algemeen uitgangspunt bij overige waterkeringen is dat de betreffende perceeleigenaar verantwoordelijk is voor het regulier onderhoud, het waterschap doet groot onderhoud; b. Langs de beken in Drenthe liggen overige keringen vaak in het land en neemt de agrariër ze mee. Als er een schouwpad op ligt, doet het waterschap het onderhoud tot aan de afrastering, in het kader van het maaionderhoud van de watergangen. Conclusie taakverdeling: Het overzicht laat zien, dat het waterschap voornamelijk de primaire waterkering categorie A onderhoudt. Op de primaire kering categorie C is het onderhoud versnipperd. Van de regionale keringen onderhouden andere overheden 80%. Het onderhoud van de overige keringen berust vooral bij de aanliggende eigenaren. 2.3 Toelichting primaire waterkering Het waterschap Reest en Wieden beheert een gedeelte van dijkring 9, Vollenhove. De dijkring begint bij Dalfsen en volgt de Vecht tot aan het Zwarte Water en gaat hier verder naar Hasselt en Zwartsluis. Bij Zwartsluis komt de kering het beheergebied van Reest en Wieden binnen. Vervolgens volgt de dijkring het Zwarte Water en Zwarte Meer richting de Kadoelerkeersluis. Vanaf hier buigt de voormalige Zuiderzeedijk af naar Vollenhove, Blokzijl, Blankenham, Kuinre, Slijkenburg. Bij Slijkenburg gaat de kering verder op Fries grondgebied om vervolgens langs de noordelijke kade van de Linde aan te sluiten op de zogenoemde hoge gronden (zie bijlage 1a). 10

11 In de Wet op de Waterkering zijn de primaire waterkeringen gedefinieerd. De volgende categorieën primaire dijken worden onderscheiden: a. Primaire waterkeringen, die behoren tot stelsels die dijkringgebieden, al dan niet met hoge gronden, omsluiten en direct het buitenwater keren; b. Primaire waterkeringen, die voor dijkringgebieden zijn gelegen en buitenwater keren; c. Primaire waterkeringen, niet bestemd tot het keren van buitenwater; d. Als een van de categorieën A t/m C maar gelegen buiten de landsgrenzen. In het beheergebied van waterschap Reest en Wieden liggen twee van de vier categorieën primaire waterkeringen, te weten categorie A en C: Zwartsluis Kadoelen Kadoelen Blokzijl Blokzijl Slijkenburg categorie A, kerend voor water uit het westen; categorie C, kerend voor water uit het westen; categorie C, kerend voor water uit het oosten (max 20 cm boven maaiveld ter plaatse). Primaire waterkering categorie A Ongeveer 8 kilometer van de primaire waterkering valt onder categorie A en is gelegen langs het Zwarte Water en het Zwarte Meer vanaf Zwartsluis tot aan Kadoelen. Categorie A betekent dat de waterkering direct waterkerend is. Dat wil volgens de definitie zeggen dat bij hoog water het water direct tegen de waterkering staat. De praktijk bij waterschap Reest en Wieden is, dat de zogenaamde zomerkaden met de formele status overige waterkering die vóór de primaire kering zijn gelegen, het water feitelijk keren. Alleen bij maatgevend hoogwater bereikt het water de primaire kering zelf. Deze situatie heeft consequenties voor de invulling van het praktisch beheer van zowel de primaire kering als de zomerkaden (zie hfdst.6 en 7). Primaire waterkering categorie C De overige 26 kilometer primaire waterkering valt onder categorie C. De categorie C waterkering is een zogenaamde niet direct waterkerende waterkering. Het betreffen als het ware compartimenteringswaterkeringen die pas belast worden nadat een waterkering categorie A (bijv. de Kadoelersluis) is bezweken. Van de 26 km is ongeveer 12 kilometer gelegen langs het Kadoelermeer/Vollenhovermeer. Bij hoogwater wordt de Kadoelerkeersluis gesloten, zodat beide zijn afgesloten van het Zwarte Meer/IJsselmeer. 14 kilometer is de oude Zuiderzeedijk tussen Blokzijl en Slijkenburg. Door de inpoldering van de Noord- Oostpolder ligt aan beide zijden van deze dijk land. Deze waterkering is meer een cultuurhistorische waterkering. 11

12 Figuur 1: Primaire kering met natuurtechnisch beheer Van de primaire waterkering categorie C behoeft het traject van Blokzijl tot Slijkenburg maximaal 20 cm water te keren. De kering is dan ook sterk overgedimensioneerd. Het overslag criterium (water over de kering) is niet van toepassing. De staat van de grasmat aan de binnendijkse zijde is minder van belang. Deze kering is in beheer en onderhoud van het waterschap en grotendeels in eigendom. Het waterschap zou de huidige status van deze waterkering willen laten vervallen; het wil dit aankaarten in de regioprocessen die in het kader van het Deltaprogramma worden verwacht. 2.4 Toelichting regionale waterkeringen Ligging en normering door provincies Overijssel en Drenthe Regionale waterkeringen beschermen tegen overstromingen vanuit regionale watersystemen zoals kanalen, meren en boezemwater. De provincie stelt krachtens de Waterwet de veiligheidsnormen vast voor regionale waterkeringen. Daarnaast is de provincie toezichthouder op de regionale keringen. De provincie heeft in 2006 veiligheidsnormen vastgesteld. De provincies Overijssel en Drenthe hebben op basis van de Omgevingsverordening binnen Reest en Wieden een lengte van 18,8 respectievelijk 12,9 kilometer aangewezen als regionale waterkering en de hydraulische randvoorwaarden (normen) vastgesteld. De provincies hebben aangegeven dat alle regionale waterkeringen voor 2015 veilig moeten zijn. De regionale keringen zijn grotendeels niet in eigendom van het waterschap, wel in beheer. Regionale waterkeringen in Overijssel Op 5 februari 2003 heeft Provinciale Staten van Overijssel de regionale keringen aangewezen (publicatie van 25 februari 2003). Voor het beheergebied van waterschap Reest en Wieden betreft dit de noordwestelijke oever langs het Meppelerdiep vanaf Zwartsluis tot de Drentse grens (9,0 km), de zuidoostelijke oever langs het Meppelerdiep en aansluitend de noordelijke oever van de Hoogeveensche Vaart (6,6 km) en de kaden langs het Mallegat in Oldemarkt (3,2 km), die de polders beschermen tegen water uit de Friese boezem. Langs het Meppelerdiep is over de gehele lengte een zware stalen damwand als kanaalbeschoeiing aanwezig, die in de praktijk het water keert. Hierdoor wordt de waterkering zelf nauwelijks daadwerkelijk belast. 12

13 Regionale waterkeringen in Drenthe Op basis van solide overwegingen en in aansluiting op de insteek en normering van de buurprovincies komt Drenthe tot de aanwijzing van de volgende twee trajecten binnen het beheergebied van waterschap Reest en Wieden: Assen De kaden langs de Drentsche Hoofdvaart (noord- en zuidzijde), van Norgervaart tot aan grens beheergebied en de oostelijke kade langs de Norgervaart vanaf Drentsche Hoofdvaart tot aan Huis ter Heide, in totaal circa 9,6 km, norm 1:100. Hoogeveen De kaden langs de Hoogeveensche Vaart ten westen en noorden van de A28, noord- en zuidzijde van Nieuwebrugsluis tot aan snelweg, in totaal ca 3,3 km, norm 1:100. In Meppel is na zorgvuldige analyse besloten geen regionale keringen aan te wijzen in verband met hoog maaiveld of beperkte gevolgschade. Wanneer in de toekomst de nieuwe woonwijk Nieuwveense Landen wordt gerealiseerd moet wellicht alsnog een traject langs de Drentsche Hoofdvaart worden aangewezen. Voor deze 12,9 km regionale waterkering moet het waterschap een beheerplan, een overzichtskaart, een legger en een verslag van de eerste toetsing opstellen. Deze producten dienen uiterlijk in 2015 bij Gedeputeerde staten van Drenthe te worden ingediend. 2.5 Toelichting overige waterkeringen Het waterschap Reest en Wieden heeft 393,2 km aan overige waterkeringen. Overige keringen zijn over het algemeen niet in eigendom van het waterschap, wel in beheer. De onderhoudsplicht ligt vaak bij de perceeleigenaar. Het waterschap onderhoudt een klein deel van de overige waterkeringen. Niet alle overige keringen zijn volledig in eigendom bij derden. Langs een aantal overige keringen, met name in de provincie Drenthe langs beken, is het binnentalud in eigendom van de ingelanden; daar is beweiding toegestaan, ploegen niet. Het waterschap heeft in deze gevallen (vanuit de watergang beredeneerd) een schouwpad, de kruin en het buitentalud in eigendom en onderhoud. De meeste overige waterkeringen liggen in Noordwest-Overijssel en rond Meppel. Sommige van deze waterkeringen zijn veendijken, andere bestaan uit zand en klei. De laatste jaren zijn op diverse overige waterkeringen fietspaden aangelegd (in beheer en onderhoud bij gemeenten). De verharding ligt minimaal op de vereiste N.A.P.-hoogte. In dit onderhoudsbeheerplan maken we onderscheid in de volgende categorieën overige waterkeringen (enkele categorieën komen ook voor in het Beheerregister): Boezemkades (of permanent belaste keringen); Keringen om bergingsgebieden; Keringen langs beken/ periodiek belaste keringen. Binnen deze categorieën kan nog wel nader onderscheid gemaakt worden tussen verschillende keringen. Zie hiervoor de onderverdeling die gemaakt is voor het onderdeel inspecties (hfdst.7). Zo zijn er boezemkades met en zonder weg erop, kaden die enkel natuurgebieden beschermen en kaden die ook landbouwgebieden beschermen. 13

14 2.6 Toelichting kunstwerken /keermiddelen Kunstwerken (gemalen, inlaten, uitstroomduikers) en keermiddelen (schuiven, schotbalken) maken onderdeel uit van de waterkeringen. Ook deze onderdelen vergen aandacht in het kader van beheer en onderhoud. a. De kunstwerken in de primaire en regionale waterkering zijn goed in beeld, worden meegenomen bij de toetsing. Naar aanleiding van de laatste toetsingsronde worden enkele kunstwerken nog verbeterd; b. De kunstwerken in de overige waterkeringen zijn nooit specifiek vanuit waterkeringsoogpunt bekeken. Tijdens de inspecties zal gecontroleerd worden op eventuele vergeten kunstwerken die geen waterhuishoudkundige functie hebben (bijvoorbeeld veeroosters en faunapassages); c. Vanuit waterbeheer zijn de peilregulerende kunstwerken wel geïnventariseerd en in beeld. Daarmee is een groot deel van de kunstwerken en keermiddelen ondervangen; d. Te sluiten kunstwerken zijn opgenomen in een eerste opzet van een zogenoemd hoogwaterprotocol dat beschikbaar is in het kader van het calamiteitenbestrijdingsplan. Het betreft enerzijds het dichtdraaien van gemaaltjes/klepjes bij hoogwater, anderzijds balken die in het water gelegd en faunapassages die gesloten moeten worden; bekend moet zijn waar de voorzieningen liggen. Inspectie van de kunstwerken zou in het protocol moeten zijn opgenomen. Het opstellen van een compleet hoogwaterprotocol is een actie voor de planperiode. De te sluiten kunstwerken moeten zowel op kaart worden weergegeven alsmede een protocol wie welk kunstwerk wanneer sluit en welke middelen hiervoor aanwezig zijn; e. Binnen het waterschap zijn niet alle kunstwerken/objecten bekend waar iets mee zou moeten gebeuren tijdens een hoogwatersituatie. Hiervoor zal aandacht zijn bij de komende inspecties (zie ook hfdst.7) en eventuele aanvullingen zullen in het hoogwaterprotocol worden toegevoegd. Figuur 2: Kunstwerken in primaire waterkering (keersluis De Whaa bij Zwartsluis en gemaal Bentpolder) 14

15 3 Waar gaat het om bij het onderhoud? Onderhoud aan waterkeringen is erop gericht om de waterkeringen te handhaven op de vastgestelde gewenste hoogte en sterkte. Onderhoud aan waterkeringen is te onderscheiden in gewoon onderhoud en buitengewoon onderhoud. Dit zijn de formele wettelijke termen. In de praktijk zijn de termen regulier en groot onderhoud gangbaar, voor respectievelijk gewoon en buitengewoon onderhoud. In dit plan gebruiken we laatstgenoemde benamingen. Regulier onderhoud betreft het in stand houden van een goede (gras)bekleding en het voorkomen/herstellen van afkalving en beschadigingen door medegebruik (onder meer beweiding). Ten behoeve van het regulier onderhoud speelt inspectie een belangrijke rol. Groot onderhoud betreft het profiel van de waterkering zelf (hoogte, stabiliteit). Het waterschap wil als eerste stap in de professionalisering van het onderhoud van de waterkeringen, een impuls geven aan de inspecties. Daarom is het onderdeel inspectie apart opgenomen in dit plan. De Keur bevat regels voor gewoon en buitengewoon onderhoud. De normering van de (primaire en regionale) waterkeringen, als toetskader ten behoeve van het buitengewoon onderhoud, is vastgelegd in leggerprofielen. 3.1 Gewoon/Regulier onderhoud Regulier onderhoud zijn alle werkzaamheden die ervoor zorgen dat de waterkeringen in goede staat blijven. Deze zijn te onderscheiden in: planmatig onderhoud, de voorzienbare onderhouds- en vervangingswerkzaamheden, die met een vaste regelmaat worden uitgevoerd, zoals maaien van de grasmat, verwijderen van distels en brandnetels, bestrijden van schadelijk wild, en - bij beweiding- vervanging van afrasteringen en het herstellen van kleine schaden; correctief onderhoud, de niet vooraf geplande herstelwerkzaamheden die volgen uit de resultaten van schouw en inspectie; opruimen van daak in het voorjaar (achtergebleven drijfvuil). Dit plan bevat de uitgangspunten voor regulier onderhoud. Eisen aan de waterkeringen op gebied van regulier onderhoud Regulier onderhoud heeft als doel dat de waterkeringen aan een aantal eisen voldoen teneinde de waterkerende functie te garanderen: Het grondlichaam vertoont geen scheuren, gaten, graverij, lokale verzakkingen en schapenpaadjes ; De grasmat op het dijklichaam bestaat uit een gevarieerde en goed doorwortelde zode, zonder kale plekken en zonder ruigtekruiden, mos en houtachtige begroeiing. De grasmat moet goed aansluiten op objecten, zoals wegen en afrasteringen; Kunstwerken moeten in een goede constructieve staat verkeren, metselwerk moet in goede staat zijn en opslag van begroeiing op de constructie moet worden verwijderd. Schilderwerk en andere oppervlaktebehandelingen moeten in goede staat zijn. Bewegende delen moeten goed functioneren en goed bereikbaar zijn. Drainage moet goed functioneren; Afrasteringen, toegangshekken, verhardingen en dijkmeubilair dienen in goede staat te verkeren en hun functie voor de waterkering of het onderhoud daarvan goed te vervullen. Er is sprake van goed onderhoud als naar het oordeel van de beheerder aan al deze voorwaarden is voldaan. Wanneer dit niet het geval is, is sprake van schade aan de waterkering, die moet worden hersteld. 15

16 De onderhoudsplichtigen moeten volgens de Keur zorgen voor een goede toestand van de waterkeringen. De eisen zijn uitgewerkt in de Keur (Waterschap Reest en Wieden, 2009). Figuur 3: Beweiding op primaire waterkering 3.2 Inspecties Door inspecties uit te voeren bepaalt de beheerder van de waterkering de staat van uitvoering van het planmatig regulier onderhoud en de noodzaak tot uitvoeren van correctief regulier onderhoud. Voor het inspecteren van de waterkeringen wordt onderscheid gemaakt tussen inspecties en schouw. Definitie inspectie: Het op regelmatige basis controleren van een waterkering met als doel de waterstaatkundige staat visueel in beeld te brengen/houden. Definitie schouw: Het op regelmatige basis controleren van een waterkering met als doel Keurovertredingen visueel in beeld te brengen. Vanuit het traject van handhaving dient de schouw vooraf aangekondigd te worden. Bij het aanschrijven van eventuele overtredingen moet de overtreder een termijn gesteld krijgen waarbinnen de overtreding ongedaan gemaakt dient te worden. Pas wanneer bij de herschouw (controle op herstel) nog steeds sprake is van de overtreding kan een verder handhavingstraject worden ingezet. Voor het inspecteren van de waterkeringen is een normenkader nodig, zodat duidelijk is waar op gelet moet worden tijdens de inspectie. Het normenkader is de Keur, zie art (Waterschap Reest en Wieden, 2009). Waterschap Reest en Wieden voert inspectie en schouw in de praktijk gelijktijdig uit onder de noemer inspectie. Deze gecombineerde inspectie levert input voor zowel verbeteringswerken door het waterschap als aanschrijving van gebruikers, pachters en/of eigenaren. 3.3 Buitengewoon/Groot onderhoud Toetskader voor het groot onderhoud zijn de normering en de legger. Normering gaat over hoogte en eventueel ook sterkte van de waterkering. Voor de primaire waterkering zijn landelijke normen opgesteld, voor regionale waterkeringen stelt de provincie normen op, voor overige waterkeringen doet 16

17 het waterschap dat. Waterkeringen worden periodiek getoetst op sterkte. Voor primaire en regionale keringen zijn landelijke toetsrondes vastgesteld, voor overige waterkeringen bepalen waterschappen zelf of en wanneer ze toetsingen uitvoeren. Wanneer uit een toetsronde blijkt dat de waterkering niet voldoet, zijn er gebreken geconstateerd. Een (dijk)verbeteringsplan is dan noodzakelijk. De verbetering kan een aanpassing van de waterkering inhouden en/of het uitvoeren van groot onderhoud. Groot onderhoud pakt het waterschap vooralsnog projectmatig op. Figuur 4: Groot onderhoud, ophogen kade Figuur 5: Plaatsen beschoeiing Kolk Blankenham 17

18 Hoogwaterbeschermingsprogramma Elke 6 jaar vindt een wettelijke toetsing plaats van de primaire waterkeringen. In deze toetsing wordt nagegaan of ze aan de wettelijke normen voldoen. Indien uit de landelijke toetsronde voor de primaire waterkeringen blijkt dat een waterkering versterkt dient te worden draagt, afhankelijk van de reden waardoor deze is afgekeurd, het Rijk bij aan de versterking. Omdat waterveiligheid van nationaal belang is en de waterschappen niet alle kosten voor de verbeteringen van de primaire waterkringen kunnen opbrengen, heeft het Rijk daarom het nieuw Hoogwaterbeschermingsprogramma (nhwbp) opgezet. In het Bestuursakkoord Water is opgenomen dat de waterschappen 50 % bijdragen aan de financiering van het nhwbp. In de afspraken over financiering van het nhwbp is vastgelegd, dat het Rijk en de waterschappen elk 50% van de verbeteringskosten betalen. Van het waterschapsdeel wordt 40% via verevening gestort op een aparte dijkrekening. 10% wordt door de beheerder van een waterkering betaald, wanneer deze wordt verbeterd (projectgebonden aandeel). Om in aanmerking te komen voor subsidie uit het nhwbp moet sprake zijn van een wijziging van de hydraulische randvoorwaarden of van de toetsvoorschriften. Werkzaamheden die nodig zijn door natuurlijke processen (zoals zetting) of slecht onderhoud, worden gezien als groot onderhoud en komen voor rekening van de beheerder. De uitvoering van het nieuw Hoogwaterbeschermingsprogramma wordt gecoördineerd door een programmabureau dat het jaarlijkse programma voorbereidt, de besluitvorming over de programmering en prioritering faciliteert, zorgt voor uitvoering van het vastgestelde programma en het beschikbaar stellen van middelen. Ook speelt het programmabureau een belangrijke rol bij kennisontwikkeling en innovatie. Het programmabureau is een gemeenschappelijke uitvoeringsorganisatie van de Waterschappen en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. 18

19 4 Wet- en regelgeving Met betrekking tot de wet- en regelgeving inzake onderhoud van waterkeringen is een aantal wettelijke kaders relevant. Dit hoofdstuk bespreekt de nationale en provinciale wet- en regelgeving die een rol speelt bij het onderhoud van waterkeringen. Het volgende hoofdstuk behandelt de kaders van het waterschap zelf. De genoemde wettelijke kaders worden onderstaand nader toegelicht. In het kader van onderhoud aan waterkeringen is de Kaderrichtlijn Water niet van toepassing. Onderstaand schema is een overzicht van de belangrijkste wet- en regelgeving. Tabel 4.1: Belangrijkste wet- en regelgeving t.a.v. waterkeringen Europees beleid Landelijk beleid Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid Richtlijn Overstromings Risico s (ROR) Waterschapswet Bestuursakkoord Water Waterwet Deltaprogramma Deltawet Nationaal Water Plan Veiligheid Nederland in Kaart (VNK) PKB (Planologische Kern Beslissing) Ruimte voor de Rivier Omgevingsverordening Drenthe en Overijssel Waterplan structuurplannen bestemmingsplannen regelt de coördinatie van het overstromingsbeheer tussen de lidstaten en gaat het afwentelen van gevolgen tegen (zie ook bijlage 3) draagt de waterkeringszorg op aan de waterschappen legt nadere afspraken tussen de overheidslagen vast m.b.t. het waterbeheer is het wettelijk kader voor o.a. het waterkeringbeheer - regelt de gewenste veiligheid van waterkeringen en het noodzakelijke instrumentarium - werkt uit welke maatregelen t.a.v. waterveiligheid en zoetwatervoorziening op de lange termijn nodig zijn om Nederland leefbaar te houden regelt de bestuurlijke en financiële kaders voor het Deltaprogramma beschrijft het landelijk beleid ten aanzien van waterbeheer werkt uit hoe veiligheid kan worden uitgedrukt in overstromingsrisico s in plaats van de huidige overschrijdingskansen werkt maatregelen in het rivierbed uit teneinde verdere dijkverbetering te voorkomen geeft nadere richtlijnen voor invulling van de taak van de beheerder (zie onderstaande toelichting) beschrijft het provinciaal beleid ten aanzien van waterbeheer beschrijft de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente regelt de functietoewijzing binnen de gemeente 19

20 Ook volgen er randvoorwaarden voor het waterkeringenbeheer uit andere wettelijke regelingen zoals de Algemene wet bestuursrecht, Wet ruimtelijke ordening, Flora- en Faunawet, Natuurbeschermingswet en Pachtwet. Het Rijk stelt leidraden en handboeken op voor het beleidsterrein waterkeringen, over technische achtergronden en de verhouding met andere functies. Provinciale Omgevingsverordening Overijssel (2009) en Drenthe (2012) De belangrijkste provinciale verordening voor de waterkeringszorg is de provinciale Omgevingsverordening. Deze verordening is mede bepalend voor de invulling die de waterkeringbeheerder aan zijn taak geeft. De verordening regelt en stelt nadere regels voor onder meer: Het opstellen van een Beheerplan Waterkeringen met een statisch en een dynamisch deel; Een legger en beheerregister van de waterkeringen; Een calamiteitenplan. In het beheerplan Waterkeringen moet opgenomen worden wat de waterkeringbeheerder doet ter vervulling van zijn taak en welk beleid (voornamelijk t.a.v. verlening van vergunningen en ontheffingen) daarvoor is vastgesteld. Waterschap Reest en Wieden heeft een Beheerplan Waterkeringen met een looptijd tot 2010 (Waterschap Reest en Wieden, 2005). 20

21 5 Beleid Waterschap De strategie van Reest en Wieden is: de waterkeringen met zo min mogelijk werk en zo laag mogelijke kosten zo goed mogelijk beheren. 5.1 Beheerplan Waterkeringen Het opstellen van een Beheerplan Waterkeringen is verplicht gesteld in de provinciale Omgevingsverordening (zie ook hfdst. 4). Het bestaande Beheersplan Waterkeringen (BPW) bestaat uit een deel betreffende de grondslagen voor het beheer (statisch deel) en een deel betreffende het beheer voor de komende periode (dynamisch deel). Samenvatting bestaand beheerplan Het BPW is te beschouwen als een paraplu waaronder het totale beheersysteem voor de regionale en primaire waterkeringen van waterschap Reest en Wieden is vastgelegd. Om dit doel te bereiken is het beheerplan als volgt opgezet. Het statisch deel van het bestaande beheerplan: beschrijft het beheerde areaal; geeft een korte beschrijving van landelijk en regionaal vastgesteld beleid alsmede wet- en regelgeving; geeft concrete doelstellingen die het waterschap de komende jaren wil bereiken, inclusief bijbehorende functie-eisen; beschrijft de systematiek waarmee we de streefbeelden willen bereiken (beheersfilosofie, - strategie, communicatie, procedures, informatiebeheer en -beheersing); Het dynamisch deel van het bestaande beheerplan: geeft een weergave van de actuele kwaliteitstoestand; evalueert het gevoerde beheer van het afgelopen jaar; geeft aan welke maatregelen de komende vijf jaar nodig zijn om de streefbeelden te bereiken en te handhaven; Het dynamisch deel dat jaarlijkse bijstelling vereist is slechts eenmalig opgesteld. Dit onderhoudsplan kan als nieuwe versie van het dynamisch deel worden beschouwd. Een compleet nieuw Beheerplan Waterkeringen, gebaseerd op de landelijke blauwdruk, zal in samenwerking met waterschap Groot Salland opgesteld worden en waarschijnlijk in het kader van Rijn Oost. Voor de nieuwe beleidsregels zal zoveel mogelijk aangesloten worden op het beleid van waterschap Groot Salland en de nieuwe Modelkeur van de Unie van Waterschappen (Unie van Waterschappen, 2013). 21

22 5.2 Samenwerking met waterschap Groot Salland Vanwege een hogere efficiëntie en het beperkte aantal kilometers primaire en regionale waterkering in het beheergebied van waterschap Reest en Wieden, is een aantal taken bij het buurwaterschap Groot Salland ondergebracht. Dit betreft onder andere: toetsing van primaire en regionale waterkeringen; toetsen van de sluiting van kunstwerken; opstellen van verbeterplannen (uitvoering door WRW of WGS); adviseren bij het verlenen van vergunningen en de uitvoering van werken; voortrekkersrol nemen t.a.v. landelijke commissies, werkgroepen, e.d. De samenwerking is vastgelegd in een contract. Het contract heeft een looptijd van drie jaar met optie voor verlengen van twee jaar. Eind 2013 eindigt de eerste contractperiode van drie jaar. Tot op heden heeft de praktische uitvoering van het contract met waterschap Groot Salland nog niet erg tastbaar handen en voeten gekregen, behalve de onderdelen toetsing en advisering. Het contract wordt verlengd. 5.3 Keur In de Keur van het waterschap staan onder andere regels over het onderhoud van de waterkeringen. Per 1 januari 2014 komt er een nieuwe Keur voor waterschap Reest en Wieden, gebaseerd op de nieuwe modellen die de Unie van Waterschappen heeft opgesteld. Bij de nieuwe Keur hoort een set waterschapsspecifieke beleidsregels, voor waterkeringen, waterkwantiteit, grondwater en ecologie. De intentie is, om de praktische situatie zoveel mogelijk hetzelfde te laten; In de nieuwe Keur is de bepaling over de schouw facultatief. De Unie beschouwt de schouw als een bijzondere vorm van toezicht, waartoe waterschappen in het algemeen en zonder specifieke bepaling al bevoegd zijn. Het waterschap Reest en Wieden zal bij het vaststellen van de nieuwe Keur nog een keuze moeten maken over het wel of niet opnemen van deze bepaling; In de Keur staan regels omtrent het onderhoud aan waterkeringen en ondersteunende kunstwerken beschreven. Zowel voor gewoon (regulier) als voor buitengewoon (groot) onderhoud is de onderhoudsplichtige (zie legger) verantwoordelijk. Regulier onderhoud is onder andere het bestrijden van schadelijk wild, het herstellen van geringe beschadigingen, het opruimen van daak en het in stand houden van de begroeiingen en materialen die ten dienst staan aan de waterkering. Groot onderhoud houdt in het in stand houden van waterkering naar ligging, vorm, afmeting en constructie. Het groot onderhoud mag in principe niet worden uitgevoerd in de periode van 15 oktober tot 15 april Zonering Binnen de invloedsfeer van een waterkering worden verschillende zones aangemerkt. De totale breedte van deze zones geeft het gebied aan waarbinnen het waterschap bevoegdheden uitoefent ten aanzien van de waterkering. Deze bevoegdheden zijn gedefinieerd in de Keur. In de Keur zijn door het waterschap zones vastgelegd waarbinnen onderhoudsplicht geldt. In de Keur staan tevens de gebodsen verbodsbepalingen. Het betreft de volgende zones met afmetingen: a. De zone waterstaatswerk gelegen op de waterkering van buitenteen tot binnenteen; b. De beschermingszone in het geval van primaire en regionale waterkeringen: de gronden grenzend aan de zone waterstaatwerk, binnen een afstand van 15 meter vanuit de grens van de zone waterstaatwerk; 22

23 c. De beschermingszone in het geval van overige waterkeringen: de gronden grenzend aan de zone waterstaatwerk, binnen een afstand van 5 meter vanuit de grens van de zone waterstaatwerk; d. De buitenbeschermingszone in het geval van primaire en regionale waterkeringen: de gronden grenzend aan de beschermingszone, binnen een afstand van 85 meter vanuit de grens van de beschermingszone. Figuur 6: Zonering primaire en regionale waterkeringen Bovenstaande figuur geeft de zonering van de primaire en regionale waterkering. Voor de overige keringen is de beschermingszone 5 m en is de buitenbeschermingszone niet van toepassing. De zonering van de overige keringen is weergegeven in onderstaande figuur. Figuur 7: Zonering overige waterkeringen De verschillende zones waarbinnen de gebods- en verbodsbepalingen en onderhoudsplichten gelden worden ook weergegeven in de legger en het beheerregister Relevante artikelen Relevante artikelen uit de Keur van het waterschap (Waterschap Reest en Wieden, 2009): 23

24 Artikel 2.4 Onderhoudsplicht Onderhoudsplichtig van waterstaatswerken zijn diegenen, die in de legger tot het plegen van gewoon en / of buitengewoon onderhoud aan waterstaatswerken zijn aangewezen. Artikel 2.5 Gewoon onderhoud De onderhoudsplichtigen van waterkeringen dragen zorg voor een goede toestand van de waterkeringen door het bestrijden van schadelijk wild, het herstellen van geringe beschadigingen en het in stand houden van de begroeiingen en materialen, dienstig aan de waterkering. Artikel 2.6 Buitengewoon onderhoud 1. De onderhoudsplichtigen van waterkeringen zijn verplicht tot instandhouding daarvan in overeenstemming met het in de legger bepaalde over ligging, vorm, afmeting en constructie. 2. Buitengewoon onderhoud mag niet worden uitgevoerd in de periode van 15 oktober tot 15 april. 3. Het bestuur kan buiten de in lid 2 bedoelde periode de werkzaamheden stilleggen bij een naar haar oordeel te hoge waterstand. Artikel 2.7 Ondersteunende kunstwerken en werken De onderhoudsplichtigen van ondersteunende kunstwerken en / of werken die in, op, aan of boven waterkeringen of de beschermingszone zijn aangebracht en (mede) een waterkerende functie hebben, zijn verplicht deze waterkerend te houden. Als nog geen legger is vastgesteld, geldt een overgangsregeling, die artikel 5.3 beschrijft: Artikel 5.3 Onderhoud aan waterstaatswerken 1. Voor waterstaatswerken, waarvoor bij of krachtens artikel 78, tweede lid, Waterschapswet bij provinciale verordening of bij waterschapsreglement het vaststellen van een legger is voorgeschreven, maar waarvoor vaststelling nog niet heeft plaatsgehad, is de onderhoudsplicht als volgt geregeld: a. Voor primaire en regionale waterkeringen en waterkerende kunstwerken berust het gewoon en buitengewoon onderhoud bij het waterschap; b. Voor overige waterkeringen en waterkerende kunstwerken berust het gewoon onderhoud bij de eigenaren en het buitengewoon onderhoud bij het waterschap.. 2. Voor waterkeringen en voor oppervlaktewaterlichamen waarvoor vaststelling van een legger is voorgeschreven, maar deze nog niet heeft plaats gevonden, zijn de breedtes van de beschermingszones als volgt: a. De beschermingszones voor primaire en regionale waterkeringen 15 meter uit de teen, voor overige waterkeringen 5 meter uit de teen; b. De buitenbeschermingszones voor primaire en regionale waterkeringen 85 meter uit de grens van de beschermingszone. 3. De in het vorige lid genoemde breedtes gelden ook in het geval dat de beschermingszones en buitenbeschermingzones nog niet als zodanig in de legger zijn aangegeven. 5.4 Implementatie Flora- en faunawet Kort gezegd is het doel van de Flora- en faunawet de instandhouding van soorten. Er zijn duizenden planten- en diersoorten in ons land. Doordat er een gedragscode is voor het waterschap hoeft er voor veel werkzaamheden geen ontheffing aangevraagd te worden bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Informatie over de Gedragscode Flora- en Faunawet is opgenomen in het maaiplan van het waterschap (Waterschap Reest en Wieden, 2010). Voor deze versie van het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen is een hoofdlijn voor de werkwijze gekozen. In de planperiode zal nadere detaillering plaatsvinden. 24

25 Flora- en faunawet bij regulier onderhoud Regulier onderhoud aan waterkeringen betreft maaien en kleine herstelwerkzaamheden. De activiteiten vinden plaats buiten het natte profiel. Het maaibeleid is gericht op het verkrijgen van een goede erosiebestendige grasmat. De veiligheid van de waterkeringen wordt boven de wensen vanuit de Flora- en faunawet gesteld. Voor het maaien van dijken geldt vanuit de Gedragscode nee tenzij in de periode half maart tot en met mei, en ja, mits in de periode juni tot half juli. De praktijk bij waterschap Reest en Wieden is als volgt: a. Op het traject Zwartsluis-Kadoelen (primaire waterkering categorie A) wordt natuurtechnisch beheer toegepast. Het heeft tot doel om meer soortenrijkdom te verkrijgen waardoor een beter doorwortelde en daarmee erosiebestendige grasmat ontstaat. Hierbij is er geen sprake van lang gras dat gaat liggen en kale plekken veroorzaakt, bij te laat in het seizoen maaien; b. Het natuurtechnisch beheer betekent dat er gemaaid wordt in de perioden juli en oktober; c. Natuurtechnisch beheer moet uiteindelijk leiden tot verschraling en een lagere 'productie'. Na een aantal jaren kan de maaifrequentie mogelijk veranderd worden naar 1 keer per jaar maaien en afvoeren in de eerste helft van augustus; d. Bij geschikte weersomstandigheden kan het maaien en afvoeren vorm krijgen door hooibeheer. Bij hooibeheer wordt het maaisel gedroogd op de dijk alvorens het wordt afgevoerd; e. De eerste maaironde buiten het natuurtechnisch beheer vindt plaats in juli. Langer wachten met maaien is ongewenst in het belang van de erosiebestendigheid van de grasmat: als het gras zo lang wordt dat het plat gaat liggen ontstaan kale plekken waardoor de erosiebestendigheid van de grasmat afneemt. De tweede maaironde (bij primaire waterkeringen) vindt plaats in oktober. Dat betreft de eerste voorkeursperiode, waardoor geen specifieke voorzorgsmaatregelen nodig zijn; f. Voor het maaien wordt op de aanwezigheid van vogelnesten gecontroleerd buiten de voorkeursperiode; g. Als sprake is van verruiging als gevolg van achterstallig onderhoud wordt de eigenaar opgeroepen dit pas in het najaar te verwijderen om knelpunten ten aanzien van de FF-wetgeving te voorkomen; h. Ruigten zoals distels en brandnetels moeten mechanisch/handmatig worden verwijderd (dus zonder gebruik van bestrijdingsmiddelen). Dit gebeurt kort voorafgaand aan het maaien en ook tussen de maairondes door; i. Het herstel van molshopen door het slepen van de hopen moet uitgevoerd worden voordat gemaaid wordt, omdat de hopen slecht zijn voor de maaimachines. Dit gebeurt juist voor de grasgroei begint, in de periode eind maart/begin april. Aangenomen wordt dat er dan op de waterkeringen nog geen rijk natuurleven is. Tijdens het slepen wordt goed op vogelnesten gelet. (Mollen zoeken vooral bij hoogwater de waterkeringen op. Na het slepen van de molshopen komen ze over het algemeen niet terug); j. Opruimen van daak, zwerfvuil dat aanspoelt bij hoogwater, gebeurt half mei en wordt voornamelijk in handkracht uitgevoerd (met kar en kleine trekker). Tijdens de uitvoering wordt op de aanwezigheid van vogelnesten gelet. Half mei is de enig mogelijke periode voor dit werk: eerder is er reële kans op nieuwe aanspoelsels, later belemmert de daak de grasgroei te zeer; k. Kleine herstelwerkzaamheden worden in de winter uitgevoerd, voor 15 maart, en vallen daardoor binnen de eerste voorkeursperiode die geldt voor maaien. 25

26 Figuur 8: Faunapassage regionale waterkering Zomerdijk Meppel Flora- en faunawet bij inspecties Inspecties worden in het najaar uitgevoerd, dat is de eerste voorkeursperiode. Hierdoor zijn geen soortspecifieke voorzorgsmaatregelen nodig. Flora- en faunawet bij groot onderhoud Groot onderhoud aan waterkeringen vindt projectmatig plaats. Bij de uitvoering van projecten werkt het waterschap standaard conform de Gedragscode Flora- en faunawet. Hierbij is de tweede voorkeursperiode relevant; groot onderhoud voert het waterschap het liefst uit in het voorjaar, omdat dan de grasmat zich kan herstellen voor de volgende winter. 26

27 Algemene voorzorgsmaatregelen om inhoud te geven aan de zorgplicht Aanwezigheid beschermde soorten Tot op heden zijn op waterkeringen geen vindplaatsen van beschermde soorten bekend bij het waterschap; Op de waterkeringen kunnen beschermde plantensoorten en vogelnesten voorkomen. De kans daarop is bij trajecten die tweemaal per jaar worden gemaaid, gering; De bever is in opkomst in Nederland; deze kan schade toebrengen aan een waterkering bij het graven van een vluchtplaats; Als sprake is van graafwerkzaamheden, is de mogelijke aanwezigheid van verschillende soorten padden relevant. Werkwijze bij het uitvoeren van onderhoud aan waterkeringen In tabel 5.4 staat de overeengekomen werkwijze weergegeven die inhoud geeft aan de implementatie van de Flora- en faunawet bij het onderhoud aan waterkeringen. Tabel 5.4: Werkwijze bij onderhoud aan waterkeringen per te beschermen aspect Aspect Beschermde plantensoorten Vogelnesten Mollen Bever Padden Werkwijze bij onderhoud waterkeringen Eigenaren opdragen om achterstallig maaionderhoud in het najaar uit te voeren Tijdens het maaien en bij het opruimen van daak opletten en omheen werken; achterstallig maaionderhoud in het najaar uitvoeren Bij molshopen slepen (kort voor de grasgroei) goed op vogelnesten letten Reageren als schade door bevers daadwerkelijk optreedt Bij groot onderhoud: meenemen bij standaard toepassing gedragscode bij uitvoering projecten Bij kleine herstelwerkzaamheden: zie onderstaande Bescherming van padden bij kleine herstelwerkzaamheden: Zand aanvullen is waarschijnlijk geen probleem. De padden liggen ingegraven, dus die graven zich ook wel weer uit. Graven moet wel heel voorzichtig gebeuren. Bij meer dan 15 cm zandlaag aanbrengen eerst (voorzichtig) controleren of er padden ingegraven liggen. En ook wanneer grond aangestampt of aangetrild zou worden, of wanneer iets aangebracht wordt waardoor het open zand wordt afgedekt (Geotextiel, matten, etc.). De padden die gevonden worden, kunnen gewoon weer terug gelegd worden na de werkzaamheden, of op een plek die al aangevuld is. Bij droog/warm weer is het waarschijnlijk beter om ze weer een beetje onder het zand terug te leggen. 27

28 5.5 Implementatie Natuurbeschermingswet De Natuurbeschermingswet is van toepassing in Natura 2000-gebieden. Voor deze gevallen geldt, dat maatwerk nodig is in overleg met de provincie. Het gaat om de definitie van wat normaal onderhoud is. In beheerplannen voor N2000-gebieden zijn de instandhoudingsmaatregelen vergund. Voor andere activiteiten gaat het erom in te schatten (na veldinventarisatie) of de werkzaamheden schade toebrengen aan de te beschermen en/of te ontwikkelen habitattypen en doelsoorten. Weinig waterschappen hebben ervaring met werken in N2000-gebieden. De ligging van de waterkeringen in combinatie met de N2000-gebieden is aangegeven op de kaart in bijlage 1b. De primaire en regionale waterkeringen binnen het beheergebied van Waterschap Reest en Wieden liggen buiten de begrenzing van Natura 2000 gebieden. Voor de overige keringen die in N2000gebieden zijn gelegen, is het van belang de definitie van regulier onderhoud in het N2000 beheerplan na te gaan. Als de benodigde werkzaamheden in het beheerplan zijn beschreven, is geen vergunning nodig. Wij gaan er vanuit, dat de meeste onderhoudswerkzaamheden regulier zijn en dus geen speciale vergunningaanvraag vereisen. 5.6 Muskus- en beverratten Muskus- en beverratten passen helaas niet in ons watersysteem: zij vormen een bedreiging voor dijken, oevers en kades. Een muskusrat lijkt op een woelrat en is een halve meter lang (met staart). Muskusratten graven gaten in dijken, zijn dol op waterplanten en richten hierdoor veel schade aan. Naast schade, planten muskusratten zich heel erg snel voort. Drie tot vier keer per jaar krijgen ze zo n 6 jongen per keer. Als deze muskusratten een half jaar zijn krijgen ze zelf jongen. Dat betekent dat de muskusratten zich in een hele korte tijd snel kunnen voortplanten en dat kan leiden tot een plaag. Daarom is het belangrijk dat ze gevangen worden. Het waterschap heeft speciale muskusrattenvangers in dienst. De insteek van de waterschappen in Groningen, Drenthe en Overijssel is om de schade van muskus- en beverratten beperken om wateroverlast te voorkomen. Samen houden ze de populatie van muskus- en beverratten zo laag mogelijk. 28

29 6 6.1 Huidig en gewenst onderhoud waterkeringen Visie Reest en Wieden a. b. c. d. e. 6.2 De strategie van Reest en Wieden is: de waterkeringen met zo min mogelijk werk zo goed mogelijk beheren; Het onderhouden van de waterkeringen doet Reest en Wieden alleen wanneer het vanwege de waterkerende functie noodzakelijk is en zolang het niet geschiedt in ander verband; De handreikingen/leidraden die de Unie van Waterschappen en de STOWA uitbrengen zijn voor de situatie bij Reest en Wieden vaak te vergaand. Het waterschap kiest voor een lichtere, pragmatische aanpak; Voor een gedeelte zijn de primaire waterkeringen verpacht. Dit betekent minder onderhoudswerk voor het waterschap, maar een extra inspanning met de handhaving van pachters. Op het traject Zwartsluis-Kadoelen (cat. A, 8 km) is de pacht actief beëindigd omdat is overgestapt op natuurtechnisch beheer. Voor de rest van de primaire waterkering (cat. C) is nog geen specifieke uitspraak gedaan; Overige waterkeringen in natuurgebieden betreffen meestal waterbergingen, waar in principe geen intensief regulier onderhoud nodig is. Keuzes in dit plan a. b. c. d. e. f. g. In dit plan is vooral het invulling geven aan de inspectie nieuw (zie hoofdstuk 7). Het onderhoud zelf laten we eerst zoals het is, behalve enkele kleine aanpassingen. Eventuele aanpassing van het maaibeleid van de primaire waterkering kunnen we doorvoeren na afloop van het huidige contract met de aannemer. Het waterschap gaat de inspecties actief ter hand nemen. Hier zijn de ingelanden niet aan gewend. Daarom is tijdens de inhaalslag terughoudendheid geboden in de handhaving; Een toekomstvisie voor waterkeringen (hoe het water te sturen bij extreme omstandigheden) hoort niet bij dit plan, is wel een relevant toekomstig onderwerp; Binnen de overige waterkeringen zouden geen categorieën met verschillende status in de legger moeten worden onderscheiden, maar de overige waterkeringen verdelen in enkele categorieën kan wel meerwaarde hebben om te differentiëren in belang en inspectiefrequentie. Het beheerregister onderscheidt wel categorieën (bijv. zomerkade); Niet continu kerende overige waterkeringen zijn vooral de keringen langs beken, hier is vooral de hoogte van belang. Een algemene manier van beschouwen hierbij is: beheer- en onderhoudskosten sparen door te kiezen voor robuustere vormgeving van waterkeringen (m.n. minder steil). Concreet: een kruin van 5 meter breed en taluds met een helling van 1:4. Een vrij liggend onderhoudspad is (volgens de nieuwe inzichten) niet altijd nodig vanuit waterbeheer. Sommige van de schouwpaden langs overige keringen kunnen mogelijk komen te vervallen door het verflauwen van het talud. Doordat het maaionderhoud extensiever is geworden in verband met de Flora- en Faunawet, zijn deze paden minder noodzakelijk. Het onderhoudspad wordt daardoor soms vaker onderhouden dan de watergang zelf. Door het buitentalud te verflauwen en het onderhoudspad daarin te laten opgaan hoeft het onderhoudspad niet meer apart onderhouden te worden. Tegelijk wordt het buitentalud stabieler (minder beschoeiingen nodig) en dus robuuster, waardoor onderhoud van eens per drie jaar voldoende is. Hiermee lijkt dus een flinke besparing op onderhoud mogelijk; Handhaving van de Keur doet het waterschap door het structureel vormgeven van de inspectie (zie hfdst. 7); Een herbezinning op de taakopvatting van het waterschap is mogelijk ten aanzien van pacht, beweiding, eigendom en de status van de primaire waterkeringen. Deze bezinning is voorzien voor de volgende planperiode, in relatie met de samenwerking binnen Rijn Oost. 29

30 Regulier onderhoud Beginselen van de uitvoering van het regulier onderhoud aan de waterkeringen a. b. c De verantwoordelijkheid voor uitvoering van het regulier onderhoud aan de waterkeringen ligt binnen het waterschap bij het Team Onderhoud en Infrastructuur; Er is mogelijk sprake van specifieke afspraken met eigenaren, die de medewerkers veelal uit het hoofd weten. Deze afspraken worden geïnventariseerd op een groeilijst. De houdbaarheid van die afspraken zal aan het einde van de planperiode worden geëvalueerd; Het regulier onderhoud aan de waterkeringen, inclusief inspectie, moet nadrukkelijk ingepland worden in het werk. Primaire waterkeringen Huidige situatie: a. De primaire waterkering wordt twee maal per jaar gemaaid, met afvoer van het maaisel. Op het traject Zwartsluis-Kadoelen (8 km categorie A) vindt natuurtechnisch beheer plaats. Het gedeelte van Kadoelen tot Slijkenburg wordt regulier gemaaid (de gedeelten die het waterschap onderhoudt). Zie par.5.4 voor details. Voor de eerste maaironde worden molshopen gesleept en distels verwijderd; b. Vroeger werd drie maal per jaar gemaaid. Tweemaal per jaar maaien wordt als voldoende/goed ervaren. Het maaionderhoud van de primaire kering is in 2011 uitbesteed voor drie jaar (2011, 2012, 2013), met de mogelijkheid tot twee maal één jaar verlengen. Naast het maaien verzorgt de aannemer ook (kleine) herstelwerkzaamheden welke gelijk uitgevoerd kunnen worden met het maaien. Na afloop van het contract met de aannemer zal het huidige onderhoud worden geëvalueerd; c. Jaarlijks worden de distels en netels verwijderd voorafgaand aan het maaien; d. De zomerkaden die voor andere (primaire) keringen zijn gelegen, keren in de praktijk het water. Alleen bij uitzonderlijk hoog water overstromen deze kaden. De zomerkaden zijn in onderhoud bij de eigenaren. Waar het waterschap eigenaar is, is het onderhoud verpacht en vindt beweiding met schapen plaats. Het opruimen van de daak verzorgt het waterschap via een aannemer; e. Een deel van de percelen van de primaire waterkering tussen Kadoelen en Slijkenburg (circa 1/3) is verpacht. Op de verpachte delen komt beweiding met schapen voor; f. De suatiesluis bij Blokzijl wordt vanuit cultuurhistorisch oogpunt onderhouden, maar maakt ook deel uit van de waterkering. Deze is sinds de restauratie in 2012 blind afgesloten met een afsluiter ten behoeve van waterinlaat; g. De kliften bij Vollenhove worden door het waterschap onderhouden vanuit het oogpunt van cultuurhistorie. De kliften dienden als golfbrekers voordat de Zuiderzee was afgesloten; h. Het overzicht van de huidige taakverdeling is erg nuttig bij het opstellen van het nieuwe maaibestek voor de waterkeringen. Het oude bestek is twijfelachtig of dit (nog) juist is. Doordat dezelfde aannemer het uitvoert gaat dit goed, maar bij nieuwe aanbesteding moet hier aandacht voor zijn. Er zijn stukjes die tussen wal en schip vallen. 30

31 Figuur 9: Kliften bij Vollenhove, cultuur erfgoed Uitgangspunten: a. Primair categorie A Hier geldt natuurtechnisch beheer: 2x per jaar maaien en afvoeren, er is geen pacht toegestaan en geen beweiding dit ligt vast. Een actie voor de planperiode is, om na te gaan of de frequentie van het natuurtechnisch beheer al naar eens per jaar terug kan. b. Primair categorie C Hier worden wel pachters toegestaan. Vanuit de toetsing gelden geen strenge eisen aan de grasmat. De rasters die nodig zijn voor beweiding worden door de pachters geplaatst. De wens ten aanzien van beweiding vergt nadere afweging in de planperiode: meer beweiding door schapen kan geld sparen, maar afrasteringen geven een rommelig beeld en meer beweiding geeft meer administratieve lasten; c. De praktijk is dat boeren het buitentalud zelf maaien en dat vaker dan 2x per jaar doen. Tendens is dat men de koeien eraf haalt (bij Blankenham op een heel flauw buitentalud) en zelf aanvullingen met grond doet. Het waterschap gaat akkoord met deze werkwijze; d. Rondom woningen wordt het onderhoud door de bewoners gedaan. Ze hebben hiervoor geen pachtovereenkomst, maar de tuinen liggen vaak op of langs het talud en de bewoners vinden twee maal per jaar maaien onvoldoende voor hun voortuin; e. Het onderhoud aan verhardingen en op- en afritten op de waterkeringen doet het waterschap niet. Conclusie: 1. De versnipperde situatie t.a.v. het onderhoud van de primaire kering categorie C accepteert het waterschap als gegeven. De trend is: als pacht wordt opgezegd, neemt het waterschap het onderhoud over; 2. Een nadere standpuntbepaling over beweiding is wenselijk. Als aan een deel van de primaire kering lagere eisen aan erosiebestendigheid gesteld zouden kunnen worden (vanwege overgedimensioneerd zijn), zou beweiding door schapen acceptabel zijn. Dit zou kosten kunnen besparen. 31

32 6.3.3 Regionale waterkeringen Huidige situatie: a. b. c. d. e. f. g. h. De provincie maait de regionale keringen bij Hoogeveen en Meppel; Reest en Wieden maait van de regionale waterkeringen alleen 3,1 kilometer langs de Norgervaart; Onderhoudstechnisch gezien wordt (nog) geen onderscheid gemaakt tussen regionale en overige waterkeringen; Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen binnendijkse en buitendijkse zijde van de waterkering; Klachten komen wel eens binnen en worden ook opgepakt. Het huidige beheer is dan ook meer ad hoc; Voor bergingskaden is een paspoort opgesteld over hoe het 'object' te onderhouden; Er bestaat wel eens niemandsland op het bovenste deel van het droge talud, bijv. als het waterschap vanaf het water onderhoudt tot en met bovenop het talud, en een boer de perceelsloot die aan de landzijde ligt met een strookje erlangs. Op deze niemandlandjes is bij de proefinspectie in een aantal gevallen serieuze houtopslag gezien; De Keur verbiedt beweiding anders dan schapen, op een aantal plekken is de praktijk nu strijdig met de Keur. Er zijn locaties bekend waar koeien lopen (Mallegat). Uitgangspunten: a. Meer overzicht en duidelijkheid ten aanzien van de staat en verdeling van het onderhoud van de regionale waterkeringen; b. Overwegen om voor trajecten die het waterschap onderhoudt, te gaan werken met een paspoort; c. In het algemeen uitgaan van een maaifrequentie van eens per jaar; d. Aanpak voor niemandsland -gevallen:de eigenaar nagaan en die aanschrijven. Maatwerk zoeken is aan te bevelen ten behoeve van efficiëntie; e. Wegen/fietspaden zijn altijd een verantwoordelijkheid voor de wegbeheerder/vergunninghouder. Conclusie: 1. Het waterschap geeft invulling aan de beheerderstaak door: - verantwoordelijkheid voor de toetsing - inspecteren en op grond daarvan de huidige onderhoudssituatie evalueren 2. Het waterschap gaat het eigen onderhoud van regionale keringen structureren; 3. Een nadere standpuntbepaling over beweiding is wenselijk Overige waterkeringen Huidige situatie: a. Van de overige waterkeringen langs beken maait Reest en Wieden het maaipad en het buitentalud van de keringen, vanuit de watergangfunctie. Van deze keringen is het waterschap ook eigenaar; b. De andere overige waterkeringen zijn in onderhoud bij de eigenaren; c. Het uitgangspunt is dat bij alle overige waterkeringen enige vorm van onderhoud plaatsvindt, soms vanuit een andere functie dan waterkeringbeheer. 32

33 Figuur 10: Voorbeeld overige kering - Oude Vaart in Meppel Uitgangspunten: a. Overzicht en duidelijkheid ten aanzien van de staat en verdeling van het onderhoud van de overige waterkeringen. Algemeen uitgangspunt bij overige waterkeringen blijft dat de betreffende perceeleigenaar verantwoordelijk is voor het onderhoud; b. Inspectie uitvoeren op het areaal dat in het huidige bestand bekend is; c. Het huidige onderhoud evalueren op grond van de inspecties; d. Voor specifieke locaties waar ongewenste situaties zijn ontstaan zal met de betreffende perceeleigenaren naar maatwerkoplossingen worden gekeken; e. Bij het uitvoeren van onderhoud aan overige keringen checken of deze in een Natura 2000 gebied zijn gelegen. Zo ja, is het van belang het regulier onderhoud via het N2000 beheerplan mogelijk te maken. Conclusie: Het waterschap gaat een gestructureerde inhaalslag maken ten aanzien van het beheer en onderhoud van de overige waterkeringen. 33

34 6.4 Opgave planmatig regulier onderhoud Door de gegevens over het te onderhouden areaal (2.2) te combineren met het beschreven gewenste onderhoud (6.3) is de opgave ten behoeve van het planmatig regulier onderhoud aan de waterkeringen (oftewel het maaionderhoud) af te leiden. Tabel 6.4: Opgave planmatig regulier onderhoud waterkeringen Categorie waterkering Primair categorie A Primair categorie C Regionaal Overig Totaal areaal in onderhoud bij waterschap [km] 8,0 4,1 3,1 9,2* Totaal 25,1 Maaifrequentie [x per jaar] Maai-opgave per jaar [km] 2 - mogelijk naar ,0 - mogelijk naar 8 8,2 3,1 9,2 36,5 - mogelijk naar 28,5 *Aanname: de overige waterkeringen die het waterschap zelf onderhoudt, hebben een maaifrequentie van eens per jaar. Inhaalslag Er is momenteel sprake van een situatie van achterstallig onderhoud. In de planperiode wordt de achterstand ingelopen voor de categorieën overige waterkeringen die binnen drie jaar worden geïnspecteerd. Tijdens de inhaalslag is extra werk aan buitengewoon onderhoud te verwachten. Materieel Het maaionderhoud aan de primaire waterkering wordt uitgevoerd met trekkers, schotelmaaiers, klepelmaaiers, een bandhooier en opraapwagens. Verwerking maaisel Bij primaire waterkeringen wordt het maaisel afgevoerd in rollen/hooibalen die worden verkocht als de kwaliteit het toelaat. Bij natuurtechnisch onderhoud wordt het maaisel consequent en direct afgevoerd, bij waterkeringstechnisch beheer blijft het maaisel soms even liggen Groot onderhoud Resultaten toetsing primaire en regionale waterkeringen De opgave voor groot onderhoud wordt voor een groot deel bepaald, door de geconstateerde tekortkomingen tijdens de laatste toetsronde van de primaire en regionale waterkeringen. Primair Voor de waterkering tussen Slijkenburg en Kadoelen is uit de derde toetsing gebleken, dat een klein deel van de waterkering bij Blokzijl (+/- 150 m), de suatiesluis te Blokzijl en twee duikers niet voldoen aan de eisen. Voor de waterkering tussen Kadoelen en Zwartsluis zijn nieuwe, hogere maatgevende waterstanden vastgesteld waardoor de keersluis de Whaa niet voldoet aan de eisen van de wet. In onderstaande tabel is het resultaat van de toetsing van de waterkering weergegeven. 34

35 Tabel 6.5.1: Resultaat toetsing primaire waterkering Weergegeven in % van ca 34 km primaire waterkering Goed Eindoordeel alle beoordelingsspor en Oordeel Onvoldoende Voldoende - 99,42 % Geen oordeel 0,58 % - In onderstaande tabel is het resultaat van de toetsing van de kunstwerken weergegeven. Tabel 6.5.2: Resultaat toetsing kunstwerken primaire waterkering Weergegeven in aantal Goed Eindoordeel alle beoordelingsspor en Oordeel Onvoldoende Voldoende 5 - Geen oordeel 4 - In 2013 bleek dat de derde toetsing nog niet overal compleet en geheel afgerond was. Met de zogenaamde verlengde derde toetsing zijn de laatste toetsingsoordelen afgerond. Waterschap Reest en Wieden heeft een tweetal kunstwerken die na deze derde verlengde toetsing niet bleken te voldoen. Dit betreft de effluentleiding bij de zuivering te Vollenhove en de waterinlaat bij gemaal Stroink. Regionaal In 2011 heeft de eerste volledige toetsing van de regionale waterkering binnen het gebied van Reest en Wieden plaatsgevonden. In de onderstaande tabellen is het veiligheidsoordeel voor zowel de getoetste dijklichamen als de daarin gelegen waterkerende kunstwerken weergegeven. Tabel 6.5.3: Resultaat toetsing regionale waterkering Weergegeven in % van resp. km secundaire waterkering en aantal kunstwerken Voldoet Voldoet niet Dijklichaam 87% 5% Kunstwerk 73% 27% Geen oordeel 8% - Uit de getallen uit de tabellen blijkt, dat ruim driekwart van de regionale waterkering in de huidige situatie voldoet aan de eisen. Voor het resterende deel moeten enkele beperkte verbeteringsmaatregelen worden uitgevoerd. Het gaat hierbij om de volgende locaties: Assen Huis ter Heide - Assen Oldemarkt - Driewegsluis In bijlage 4 is een overzicht (tabel en kaart) gegeven van alle toetsgebreken aan de primaire en regionale waterkeringen met de verbetermaatregelen en de stand van zaken uitvoering per november Het waterschap pakt het groot onderhoud op per project voor de primaire en regionale keringen. Uitvoering geschiedt tussen 15 april en 15 oktober, conform artikel 2.6 van de Keur. Het waterschap streeft daarbij naar werk met werk maken. 35

36 6.5.2 Verbeteringen overige waterkeringen Voor de overige keringen is (nog) geen normering vastgesteld. Of een kering nog voldoende hoogte heeft wordt getoetst aan 'het lijstje van Mosterdijk' (zie bijlage 5). Dit is een lijstje met hoogten in NAP van de overige keringen voor het westelijk deel van het beheergebied. Voor het oostelijk deel zijn oude leggergegevens beschikbaar. Voor overige waterkeringen is periodieke controle op hoogte nodig. Dit kan naar verwachting in eerste instantie op basis van de geactualiseerde AHN. Alleen indien nodig wordt ingemeten voor een nauwkeurig beeld. Groot onderhoud aan de overige keringen is op ad hoc basis uitgevoerd sinds Een beeld van de opgave voor deze categorie volgt uit archiefonderzoek. In het recente verleden is in ieder geval gewerkt aan onderstaande waterkeringen: Kade Blankenhammerpolder zuid (2008) Grondrijden kade Stroink (2009) Ophogen Valse Trog Giethoornse meer (2009) Ophogen waterkering Blokzijl (2009) Kade langs de Linde (2009) Norgervaart (geen jaartal gevonden) Hoogeveensche Vaart bij Noordscheschut (geen jaartal gevonden) Ophogen watering Ettenlandskanaal (geen jaartal gevonden) Normering en toetsing overige keringen De studie die het waterschap in het kader van de ROR uitvoert (zie ook 2.2.1) wordt benut om het areaal aan overige waterkeringen te actualiseren en te normeren. Als de resultaten van deze studie bekend zijn, kan dit onderhoudsplan worden geactualiseerd. Het waterschap streeft voor de overige waterkeringen naar een normering aansluitend bij de WB21 normering en een toetsing voornamelijk op hoogte. Als de overige waterkeringen genormeerd zijn, is toetsing aan de orde. Een toetsingsstrategie is nog niet bepaald. Een eventuele toets op stabiliteit van overige waterkeringen vergt meer werk; de noodzaak van een dergelijke toets hangt samen met de robuustheid en het belang van de kering. De resultaten van die toetsing worden in een groot onderhoudsplan opgenomen. Afhankelijk van de opgave wordt de toetsfrequentie bepaald. Hierbij is aansluiten bij het ritme waarmee de AHN wordt geactualiseerd (elke 5 jaar) aan te bevelen, dan is meten waarschijnlijk niet nodig. De wens is om een meerjarige planning van het groot onderhoud te gaan hanteren voor overige keringen. Voor deze versie van dit plan was dat niet haalbaar. In de planperiode wordt hieraan gewerkt. Factoren die daarbij van belang zijn, zijn de nadere beschouwing van areaal en staat van de overige waterkeringen. 6.6 Kosten van beheer en onderhoud waterkeringen Beheer en onderhoud van de waterkeringen betreft voor het waterschap de volgende kostenposten in de huidige situatie: 36

37 Tabel 6.6: Kosten beheer en onderhoud waterkeringen Budgetten waterkering Investeringen Overige waterkering ,00 Primaire waterkering groot onderhoud ,00 Regionale waterkering groot onderhoud , , ,00 Begroot Realisatie Begroot Realisatie , , , , ,00 500,00 500,00-500, , , , , ,00 Uren Budget Realisatie Beheer waterkeringen ,00 11,00 Beheer waterkeringen ,00 104,50 Beheer waterkeringen ,00 48,50 Beheer waterkeringen ,00 136,50 Handhaven waterkeringen ,00 93,5 Exploitatie Bijdrage exploitatie waterkering Aankoop materialen waterkering Onderhouden waterkeringen t/m mei t/m mei Het maaionderhoud dat het waterschap zelf uitvoert en laat uitvoeren, incl. kleine herstelwerkzaamheden en incidentele inspectie (post onderhouden waterkeringen), kost in de huidige situatie circa ,- per jaar; De post bijdrage exploitatie waterkering betreft een bijdrage die Waterschap Reest en Wieden betaalt aan Waterschap Groot Salland ten behoeve van exploitatie van de balgstuw Ramspol; Normaliter worden de bedragen van de investeringen jaarlijks aangevraagd. Medefinanciering van groot onderhoud door het Rijk is soms mogelijk in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (zie 3.1); Uit de urenbesteding komt het beeld naar voren dat vooral sinds 2011 veel minder tijd aan beheer wordt besteed dan geraamd. De uren voor beheer betreffen t/m 2012 zowel ad hoc inspecties als het organiseren van het maaionderhoud en ad hoc herstelwerkzaamheden; De reëel benodigde inspanning in uren en kosten bij de in dit plan gekozen insteek, zal gedurende de planperiode duidelijk worden. De volgende versie van het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen zal een meer onderbouwde kostenraming bevatten; In de planperiode zullen naar verwachting op grond van de inspecties enkele ad hoc gevallen naar voren komen, waar herstel noodzakelijk is. Naar verwachting brengen deze gevallen geen wezenlijke kosten voor het waterschap met zich mee; Eind 2013 zijn vastgestelde normen voor de overige waterkeringen te verwachten. Toetsing met de AHN is voorzien voor Hieruit volgt in de loop van 2014 een verbeterplan voor de overige waterkeringen, inclusief benodigde financiën. De verwachting is dat dit verbeterplan met significante kosten gepaard gaat. 37

38 7 7.1 Inspecties Kader Inspecties van waterkeringen zijn belangrijk, om vast te stellen of het planmatig regulier onderhoud (maaien) goed is uitgevoerd en of correctief regulier onderhoud nodig is (kleine herstelwerkzaamheden). Inspecties zijn een controle- en signaleringsinstrument richting de onderhoudsplichtige; dat kan dus ook het waterschap zelf zijn. Het type inspectie en de frequentie, waarmee inspecties gedurende het jaar worden ingezet, zijn afhankelijk van de volgende factoren: Categorie waterkering: primair (A, C) regionaal, overig; Soort buitenwater: meer, boezem, voorland, rivier, kanaal, droge waterkering; Type belasting: hoogwater, storm, verzadiging door neerslag, verdroging; Actuele sterkte van de waterkering; Beschermd belang/hoogte van de norm; Geografische spreiding; Bereikbaarheid en omgeving (stedelijk, landelijk, natuurgebieden); Seizoen. Figuur 11: Voorbeeld schade: brand op kade de Noorde Van deze factoren zijn de categorie en het seizoen de dominante factoren. 38

39 Voor het seizoen waarin inspectie wordt gehouden gelden de onderstaande aandachtspunten: Type inspectie Omschrijving Voorjaarsinspectie Systematische en gedetailleerde inspectie, waarin de actuele staat van de waterkering aan het eind van het gesloten seizoen wordt bepaald Zomerinspectie Controle op (wijze van uitvoering en resultaat van) onderhoudswerkzaamheden van aannemers en onderhoudsplichtigen Najaarsinspectie Controle op afronding onderhoudswerkzaamheden en vergunde activiteiten, en op het vaststellen van de conditie van de waterkering voorafgaand aan het storm-/hoogwaterseizoen Dagelijkse inspectie Inspectie gedurende het hele jaar, gericht op het houden van toezicht (handhaving) en het constateren van schade. Afhankelijk van de categorie waterkering worden de waterkeringen een of meerdere keren per jaar geschouwd. Bron: Standaard Inspectieplan, STOWA, 2012 (PIW ) Er zijn verschillende typen inspecties: Reguliere inspecties: o dagelijks, wekelijks, maandelijks, jaarlijks of meerjarigs o schouw, (voorjaar, zomerschouw, najaarschouw) Specifieke inspecties: o droogte inspecties o hoogwater inspectie (calamiteiteninspectie) o na hoogwater o na incident (calamiteiteninspectie) Hoewel bij alle inspecties gelet wordt op dezelfde aspecten kan afhankelijk van het type inspectie de nadruk verschuiven waarop wordt gelet en ook actie op wordt ondernomen. Waar te nemen aspecten hebben betrekking op de zaken die de staat van de waterkering bepalen: Het profiel van de waterkering (geen scheuren, verzakkingen, lage plekken, afkalving, molshopen, gaten, etc.); De bekleding van de waterkering (geen schapenpaadjes, geen distels of netels, niet te lang of te kort gras, geen kale plekken, aanwezigheid van Jacobskruiskruid); Keurovertredingen (dieren op de waterkering, bouwwerken in de keurzone, etc.). Bij het vastleggen van inspecties zijn twee zaken van belang: De locatie van de constatering en de inhoud van de constatering. De locatie wordt bij voorkeur digitaal vastgelegd, omdat: - meenemen van veel kaartmateriaal lastig is; - het eenvoudig is vergelijkingen te maken van constateringen van verschillende jaren; - het minder voorbereiding treft (dan vervaardigen van benodigd kaartmateriaal bij analoge vastlegging). Voor de inhoud geldt dat dit bij voorkeur ook digitaal wordt gedaan maar in ieder geval geldt dat het formulier pragmatisch moet zijn en niet bestaan uit 30 inspectiewijzers die ingevuld kunnen worden (STOWA voorbeeld). Bij voorkeur één pagina waarop iedere type melding/constatering verwerkt kan worden. Bij hoogwaterinspecties treedt nog niet het hoogwaterprotocol in werking. Inspecties die worden gehouden vanuit het hoogwaterprotocol kunnen als calamiteiten inspectie worden beschouwd. Tijdens hoogwaterinspecties kan waardevolle informatie worden verkregen doordat onder meer de waterlijn een goede referentie vormt om eventuele laagten / verzakkingen in de waterkeringen in het veld goed te kunnen waarnemen. 39

40 7.2 Inspectie bij Reest en Wieden vroeger en nu In het verleden werd Inspectie structureel gedaan bij Reest en Wieden en enkele voorgangers. Sinds 2007 is dit verwaterd. De huidige situatie is dat er geen sprake is van structurele inspectie van de waterkeringen. Controle op Keurovertredingen is sinds 2007 minimaal; De praktische vertaling naar concrete inspectie is momenteel niet officieel beschreven binnen waterschap Reest en Wieden; In het verleden zijn wel inspecties uitgevoerd maar er werd geen verslag gelegd van de constateringen. Inspecties zijn belangrijk, verslaglegging moet gewaarborgd zijn; Na overleg met Waterschap Groot Salland is besloten de inspectie elk op eigen wijze in te vullen. Groot Salland inspecteert alles lopend en dat acht Reest en Wieden niet nodig. Groot Salland inspecteert al haar waterkeringen twee maal per jaar, in het voorjaar en het najaar. Hiervoor wordt door 4 inspecteurs twee weken fulltime aan gewerkt. Door de inspecteurs wordt gerouleerd tussen de te inspecteren gebieden; Nu vindt inspectie alleen plaats als er een klacht is en/of bij hoogwater. Er volgt altijd actie; Controle bij bepaalde waterstanden gebeurt nu acuut, als dijkwacht. 7.3 Inspectie opnieuw vormgeven Op grond van een proefinspectie is een stap gezet naar het opnieuw invullen van de inspectie. In de Inspectiewijzers Waterkeringen (STOWA, 2012) staat een uitgebreid register van voorkomende schades. De schades die Reest en Wieden hanteert staan in het inspectieformulier (bijlage 6) Proefinspectie Op 5 december 2012 is een proefinspectie uitgevoerd. Zes duo s hebben een dag lang geïnspecteerd, grotendeels per auto of quad, deels lopend (als dit nodig was om beschadigingen te kunnen zien). Aan de binnenkant van de kade bevinden zich in het algemeen de meeste beschadigingen, veroorzaakt door medegebruik van de kade (beweiding, ploegen). De proefinspectie betrof ca. 34 km primair, 32 km regionaal en 80 km overige keringen. De focus lag op taludbeschadigingen, o.a. krabgaten, uitspoeling, afkalving. Ook is gekeken wat opviel in het algemeen, bijvoorbeeld zaken die vergund zijn, om duidelijk te krijgen waar zulke zaken zich bevinden. Binnen het waterschap zijn niet alle kunstwerken/objecten bekend waar iets mee zou moeten gebeuren tijdens een hoogwatersituatie. Deze objecten zijn tevens geïnventariseerd tijdens de proefinspectie. De resultaten van de proefinspectie zijn vastgelegd met de applicatie MuRa 1.0. Middels een melding wordt de locatie digitaal vastgelegd en wordt een categorie aan de schade toegekend. Aan de hand van de foto`s kan tijdens de evaluatie van de inspectie de werkwijze (normenkader en vervoer) bediscussieerd worden. Tijdens de proefinspectie is een aantal gevallen gevonden met aanzienlijke ruigte ten gevolge van achterstallig onderhoud. Deze plekken lijken nooit gemaaid te worden door de eigenaar. Naar aanleiding van de laatste (proef)inspectie zijn perceeleigenaren aangeschreven dat de schade zoals veroorzaakt door vee hersteld moet worden, cq. achterstallige ruigte gemaaid dient te worden. De proefinspectie is geëvalueerd. Zie voor het verslag bijlage 7. De conclusie in grote lijn is, dat een goed begin is gemaakt, maar dat er nog diverse verbeterpunten zijn. 40

41 7.3.2 Opzet structurele inspectie a. De bedoeling van het waterschap is om een vaste ploeg te creëren van medewerkers die de waterkeringen inspecteren. Het doel daarbij is om gemeenschappelijke kennis op te bouwen met eigen mensen. Hierbij hoort een jaarlijkse instructie. De bedoeling is om op termijn de medewerkers op cursus laten gaan; b. Nagaan of de inspecties van de primaire en regionale waterkeringen onderdeel uitmaken van het contract met waterschap Groot Salland. Zo ja wanneer de inspecties plaatsvinden, zo niet dit meenemen in de evaluatie. Er wordt in ieder geval niet over gerapporteerd. De verantwoordelijkheid voor inspecties en de resultaten blijft te allen tijde bij Reest en Wieden, ook al voert Groot Salland de inspecties uit. c. Het streven is een vast aantal kilometers per jaar te inspecteren in vaste weken; d. Het is gewenst dat de reguliere inspectie normaal gesproken begin/half oktober gereed is. Er is dan voor de winter nog voldoende tijd om eventuele schade te herstellen; e. Wanneer tijdens een inspectie schade is geconstateerd wordt de eigenaar aangeschreven. Bij het aanschrijven kan het waterschap wijzen op de algemene regels (zoals eerder gebeurde): geen vee op de kering laten lopen, krabgaten dichten, geen akkerbouw plegen; f. In het verleden zijn tijdens inspecties ook direct kleine herstelwerkzaamheden uitgevoerd, omdat anders veel verschillende boeren aangeschreven moesten worden. Tegenwoordig gaat het om minder boeren en worden de herstelwerkzaamheden niet meer door waterschap uitgevoerd maar worden de perceeleigenaren aangeschreven en gesommeerd deze zelf te herstellen; g. Toezicht zou meer moeten gebeuren. De huidige controle is minimaal; h. Inspectie tijdens en na incidenten is aan te bevelen. Bij hoogwater ligt het reguliere werk aan onderhoud en muskusrattenbestrijding stil, dus zijn medewerkers goed inzetbaar. Controle bij hoogwater liever bij stijgend water uitvoeren (bijv. bij 15 cm onder de hoogte waarop dijkwacht start) en overdag ook al inspecteren, dan kunnen we problemen zien aankomen; i. Tijdens hoogwater is goed te zien waar de hoogte van de kering ontoereikend is. Als bij een incidentele inspectie een kering duidelijk te laag blijkt, is dat groot onderhoud en moet het een project worden; j. Op daak (drijfvuil) wordt tijdens inspecties in het voorjaar (na hoogwater) gecontroleerd; k. Droogteschade aan waterkeringen is bij Reest en Wieden maar voor enkele trajecten overige kering relevant Keuzes voor vormgeven van inspecties in de planperiode De in dit plan geformuleerde werkwijze valt onder de reguliere inspectie. Deze inspectie is gericht op het beheer van de waterkeringen. Het is feitelijk een Keur-inspectie, gericht op de erosiebestendigheid en stabiliteit van het profiel. Grootschalig onderhoud volgt uit toetsing en betreft het profiel zelf; dat is hier niet aan de orde. Wie De inspecties gestructureerd gaan uitvoeren is een groeiproces. Een vaste medewerker van team Toezicht en Handhaving trekt dit proces, er is een vast team medewerkers voor de uitvoering en de verwerking van de gegevens ligt bij team Toezicht en Handhaving. Planning uitvoering inspecties a. Uitgangspunt is dat de gesloten periode voor de primaire waterkering (oktober t/m maart) alleen geldt voor groot onderhoud, zodat het uitvoeren van inspectie en regulier onderhoud mogelijk is; b. De inspecties staan nu gepland in de eerste en tweede week van november omdat: - voor die tijd geen capaciteit beschikbaar is - het eigen onderhoud in november is uitgevoerd en de keringen goed te inspecteren zijn (gewassen zijn van het land) - N.B.: langs begroeide delen van de keringen liever pas inspecteren als het riet (of andere ruigte) weg is 41

42 c. De kaart met welke waterkeringen per jaar en door welke inspecteurs worden geïnspecteerd is voor oktober gereed. Als de kaart met de inspectieopgave volgens de nieuw ontwikkelde systematiek helemaal klaar is, wordt het plannen van de inspecties eenvoudig; d. De voorjaarsschouw van de primaire waterkering wordt aan het eind van het winterseizoen (begin april) uitgevoerd. In die periode worden ook de overige waterkeringen die in natuurgebieden liggen, waar het gaat om rietpercelen, meegenomen. In deze periode is er weinig begroeiing, zodat de staat van de waterkering goed te zien is. Vanwege de Flora- en faunawet is de insteek om inspectie in deze periode te beperken tot plaatsen waar het anders erg ruig is. In gevallen waar sprake is van hoge natuurwaarden, zal een maatwerkoplossing worden gezocht; e. Incidentele/dagelijkse inspectie vindt plaats voor brandnetels en distels. De verwachting is dat de MuRa medewerkers, die ook betrokken zijn bij de inspecties, er aan gewend raken om uit zichzelf spontaan te inspecteren als ze in de buurt van een waterkering zijn. Kader vanuit de Keur a. Inspecties (als zijnde de schouw) worden niet officieel aangekondigd met een advertentie. Wel worden de controle op onderhoud en Keurovertredingen kenbaar gemaakt via de website en de agrarische nieuwsbrief. Aansluiten bij bestaande communicatietrajecten; b. Ingelanden blijken zich vaak niet bewust te zijn van de aanwezigheid van een overige waterkering op hun perceel en de Keurregels met betrekking tot het onderhoud ervan. Het waterschap gaat alle particulieren met percelen langs en over overige waterkeringen informeren (door middel van een nieuwsbrief en een viewer) over de regels uit de Keur; c. Volgens de huidige Keur zijn koeien op het talud niet toegestaan. Handhaving op beweiding met koeien vindt (nog) niet plaats. Dit komt mede doordat een aantal perceeleigenaren enkele jaren geleden een brief heeft ontvangen waarin stond dat het houden van huisdieren (waar koeien en paarden ook onder geschaard worden) toegestaan zou zijn; d. Tijdens de (proef) inspectie zijn de kunstwerken nog niet goed meegenomen. Hieraan wordt bij een nieuwe inspectieronde meer aandacht besteed: tijdens de inspecties zal gecontroleerd worden op eventuele vergeten kunstwerken die geen waterhuishoudkundige functie hebben (bijvoorbeeld veeroosters en faunapassages). Verwerking resultaten a. Bij de beoordeling van schades en of overtredingen heeft de waterkeringbeheerder altijd het laatste oordeel. Bij twijfel altijd zelf in het veld gaan kijken. Tijdens de inhaalslag die nu start, is het uitgangspunt om alle schades te herstellen waarover enige twijfel bestaat qua relevantie. Gedurende de planperiode blijkt hoeveel werk dat is; b. Uit de inspectie volgen twee actielijsten: intern en extern Intern: de lijst met geconstateerde gebreken gaat van de trekker van team Toezicht en Handhaving naar team Onderhoud en Infrastructuur, c. Voordat externen worden aangeschreven is er altijd eerst afstemming met de trekker van team Toezicht en Handhaving; d. Na de inspecties in november worden uiterlijk voor de jaarwisseling de betreffende ingelanden waar overtredingen en of gebreken zijn geconstateerd aangeschreven. Dit gebeurt met een brief op maat, met specificatie van de geconstateerde schade en de verplichting om de schade voor 1 maart te herstellen. Voorbeelden van standaardbrieven voor het aanschrijven van ingelanden naar aanleiding van een inspectie zijn toegevoegd als bijlage 8; e. Controle op herstelwerkzaamheden na aanschrijven vindt plaats in de eerste week van maart. Na 15 maart zijn (herstel) werkzaamheden in verband met de Flora- en faunawet niet gewenst of toegestaan. Afhankelijk van de benodigde herstelwerkzaamheden kan hiervan worden afgeweken (denk aan het opnieuw inzaaien, dat heeft voor half maart nog geen zin). 42

43 Figuur 12: Schade door beweiding, regionale kering Hoogeveense vaart Figuur 13: Lekkage regionale kering Hoogeveense Vaart (door vorst goed zichtbaar) Keuze inspectiefrequenties Om te bepalen hoe vaak elke waterkering geïnspecteerd zou moeten worden, is een pragmatische systematiek opgezet. Deze systematiek is weergegeven in het onderstaande schema, de achterliggende overwegingen staan in bijlage 9. Deze systematiek betreft alleen de planmatige najaarsinspectie. Keuzes voorjaarsinspectie Voorjaarsinspectie is in principe verplicht voor de primaire waterkering. Bij waterschap Reest en Wieden is echter sprake van een specifieke situatie, doordat slechts een klein deel van de primaire waterkering daadwerkelijk rechtstreeks water keert. Daarom wordt alleen voor dat gedeelte, 8 km categorie A tussen Zwartsluis en Kadoelen, de voorjaarsinspectie uitgevoerd. Voor de regionale keringen is de aanname dat najaarsinspectie volstaat. Voor de overige keringen is gekozen om jaarlijks voorjaarsinspectie uit te voeren voor 3,6 km zomerkade langs de Blokzijler Uiterdijken. Dit traject keert daadwerkelijk water in de winter, èn het beschermt bebouwd gebied (in tegenstelling tot de overige zomerkades). Daarnaast worden overige keringen met ruigten in het voorjaar geïnspecteerd, omdat dan de staat van de kering goed te zien is. In het najaar belemmert de begroeiing op die plekken een goede inspectie. 43

44 Schema inspectiefrequenties Permanent belast? Ja Kerende hoogte > 0,5 m? Ja Eens per jaar inspecteren Nee Eens per drie jaar inspecteren Belasting frequentie < 1/10 jaar? Ja Eens per zes jaar inspecteren Nee Beschermt bebouwing? Ja Verharde bekleding? Ja Eens per drie jaar inspecteren Nee Nee Eens per jaar inspecteren Beschermt enkel natuur? Ja Eens per zes jaar inspecteren Nee Verharde bekleding? Ja Eens per zes jaar inspecteren Nee Vrij liggend van landbouwgrond? Ja Eens per zes jaar inspecteren Nee Eens per drie jaar inspecteren Figuur 14: Schema inspectiefrequenties 44

45 7.4 Inspectie opgave Door de gegevens over het te onderhouden areaal (2.2) te combineren met de beschreven gewenste inspectiefrequentie (7.3.4) is de inspectieopgave voor de waterkeringen af te leiden. Tabel 7.4 Overzicht inspectieopgave per type waterkering Totale km inspectie op jaarbasis categorie primair regionaal Zomerkade* overig frequentie 2x per jaar Totaal[km] Opgave per jaar [km] 8 16 jaarlijks jaarlijks 1x per jaar in het voorjaar jaarlijks jaarlijks jaarlijks Totaal 459 *Dit betreft de zomerkade langs de Blokzijler Uiterdijken Uit het overzicht blijkt, dat de inspectieopgave 230 kilometer per jaar bedraagt. Aan het eind van de planperiode vindt evaluatie van de gekozen insteek plaats, op uitvoerbaarheid en resultaten. 7.5 Kosten inspectie a. b. c. De benodigde personele inzet voor inspecties wordt sinds 2013 apart geregistreerd (post Handhaven waterkering in tabel 6.3). In de planperiode zal hier meer inzicht in komen; Het aantal eigenaren waar het waterschap mee te maken heeft is van belang voor de benodigde inspanning qua handhaving, omdat nu is gekozen voor consequent aanschrijven en controleren als bij inspectie schade wordt geconstateerd. Dit aantal is op dit moment niet te voorspellen. In de praktijk zal blijken hoeveel inspanning het consequent aanschrijven en controleren kost; De in dit plan afgeleide inspectieopgave voor de waterkeringen is niet te vergelijken met de praktijk tot nu toe. Van voorbije jaren is alleen het totaal aantal uren besteed aan beheer bekend. Duidelijk is, dat door de gekozen werkwijze meer tijd nodig zal zijn voor inspecteren, aanschrijven en controleren. Ook de implementatie van de Flora- en faunawet en Natuurbeschermingswet zal extra inspanning vergen. 45

46 8 8.1 Processchema s en organisatie Werkverdeling In onderstaande tabel is de werkverdeling voor beheer en onderhoud van de primaire en regionale waterkeringen globaal aangegeven. Tabel 8.1: Werkverdeling beheer en onderhoud primaire en regionale waterkeringen Beleid Toetsing Taken WGS Taken WRW Verantwoordelijke WGS informeert en adviseert ons over ontwikkelingen en de consequenties van veranderd beleid WGS voert de toetsing uit WRW bepaalt zelf wat te doen te aanzien van het beleid. Dit wordt o.a. verwerkt in het waterbeheerplan. Integraal beleidsadviseur (Dity Langendijk) WRW neemt kennis van de toetsing en rapporteert naar de provincie WRW voert het verbeterplan uit of maakt afzonderlijk afspraken om het te laten uitvoeren door WGS Inspecties t.a.v. vergunningen of n.a.v. klachten Beleidsmedewerker waterbeheer (Gerard Verstoep) WRW verleent de vergunningen Medewerker advies Natte infrastructuur (Jan Klappe) WRW voert het maaibeheer uit Team Onderhoud en Infrastructuur (Iris de Bruijn / Luut Rozema) Medewerker geo informatie (Henk Rinsma) WGS stelt het verbeterplan op Uitvoering werken Inspecties Vergunningen WGS voert jaarlijks inspecties ism WRW uit WGS adviseert WRW bij grote vergunningen en het vergunningenbel eid Onderhoud Legger Pacht Calamiteiten Legenda: WGS WRW WGS adviseert in relatie tot inspecties en toetsing WGS kan adviseren WRW voert wijzigingen door in het beheerregister en de legger WRW voert het pachtbeheer uit WRW neemt hier zelf de verantwoordelijkh eid Projectleider / toezichthouder projecten (Jaap Ruiter) Team Toezicht + Handhaving Afdeling Bestuurszaken (Carina Schonewille) Afdeling Waterbeheer (NvD, RS, RP, PS) Waterschap Groot Salland Waterschap Reest en Wieden 46

47 8.2 Processchema inspecties Om het onderhoud aan overige waterkeringen volgens planning uit te kunnen voeren, is een tijdige en goed georganiseerde voorbereiding van groot belang. Diverse afdelingen binnen de waterschapsorganisatie zijn hierbij betrokken. Communicatie en informatieoverdracht bij de verschillende processtappen moet goed geregeld zijn. Het regulier onderhoud aan de waterkeringen binnen waterschap Reest en Wieden was tot dusver alleen gestructureerd geregeld voor de primaire waterkeringen. Dit plan structureert het onderhoud voor primaire, regionale en overige waterkeringen. Met name het onderdeel inspecties is nieuw vormgegeven. Het team Toezicht en Handhaving is verantwoordelijk voor de opzet en uitvoering van de inspecties, team Onderhoud en Infrastructuur voor het verhelpen van geconstateerde gebreken. Voor een goede uitvoering van het in dit plan structureel opgezette beheer en onderhoud van de waterkeringen, is het belangrijk om binnen het waterschap een waterkeringbeheerder aan te wijzen die voor deze taak structureel tijd krijgt, bijv. 1 dag per week. Waterschap Reest en Wieden werkt met procesbeschrijvingen. Het interne planproces voor het onderhoud aan waterkeringen is goed en inzichtelijk vastgelegd in de Procesbeschrijving 'Inspecties waterkeringen Waterschap Reest en Wieden'. Deze procesbeschrijving wordt bijgesteld bij voortschrijdend inzicht. Voor dit plan is geput uit de meest actuele versie. Het processchema binnen de organisatie uitdragen is een aandachtspunt. 47

48 Tabel inspectie- 1 opgave najaar september jaar t team Toezicht en Han Aankondigen inspectie 2 oktober jaar t team Toezicht en Han 1e helft november jaar t Uitvoeren inspectie 3 Ruige rietpercelen naar voorjaarsinspectie team Toezicht en Han 2e helft november/december jaar t Verwerken resultaten Interne actielijst 4 1e helft december jaar t Externe actielijst eind december jaar t team Toezicht en Han Aanschrijven ingelanden 5 januari/februari jaar t+1 team Onderhoud en I Uitvoeren herstel Ingelanden 6 Uitvoeren herstel. 7 1e week maart jaar t+1 team Toezicht en Han Controle herstel 8 Akkoord Niet akkoord team Onderhoud en I Uitvoeren aanvullend herstel 9 2e week maart jaar t+1 10 Herstel gereed Figuur 15: Processchema najaarsinspectie 48

49 Tabel inspectie- 1 opgave voorjaar Ruige rietpercelen naar voorjaarsinspectie Begin maart jaar t+1 team Toezicht en Han Uitvoeren inspectie 2 1e helft april jaar t+1 team Toezicht en Han eind april jaar t+1 Verwerken resultaten. 3 1e helft mei jaar t+1 Interne actielijst Extrene actielijst team Toezicht en Han Aanschrijven ingelanden team Onderhoud en I Uitvoeren herstel 1e helft mei jaar t+1 4 juni/juli jaar t+1 Ingelanden 5 Uitvoeren herstel 6 eind juli jaar t+1 team Toezicht en Han Controle herstel 7 Akkoord Niet akkoord team Onderhoud en I Uitvoeren aanvullend herstel 8 voor september jaar t+1 9 Herstel gereed Figuur 16: Processchema voorjaarsinspectie 49

50 8.3 Jaarlijkse cyclus In de jaarlijkse cyclus is een aantal perioden te onderscheiden, met duidelijke ijkmomenten. In onderstaande figuur is de jaarlijkse cyclus inzichtelijk gemaakt. Het groot onderhoud is hierbij buiten beschouwing gelaten, omdat dat geen jaarlijkse cyclus kent en projectmatig wordt uitgevoerd. N.B.: De gesloten periode voor de primaire waterkering is oktober t/m maart. De Keur noemt als gesloten periode voor het buitengewoon (groot) onderhoud de periode 15 oktober tot 15 april. Figuur 17: Jaarlijkse ijkmomenten cyclus regulier onderhoud waterkeringen 8.4 Monitoring en registratie Of het natuurtechnisch beheer succesvol is moet getoetst worden. Hiertoe is wachten op de volgende toetsing van de primaire waterkering onvoldoende; daarbij vindt alleen een check op de grasmat plaats. Ook tussentijds evalueren is nodig. Een belangrijk onderdeel daarbij is de afweging of de frequentie van het natuurtechnisch onderhoud terug kan naar eens per jaar; Een vraag is of het minder maaien langs de hoofdstromen, wat sinds enkele jaren gebeurt op grond van het maaiplan, leidt tot verzwakking van de aanliggende waterkeringen. De taluds worden minder stabiel, en vooral in het Drentse deel hebben die weinig eigen samenhang; Om de reëel benodigde inspanning voor beheer en onderhoud van de waterkeringen beter in beeld te krijgen, is correcte urenregistratie belangrijk. Sinds 2013 kunnen de uren voor inspectie apart geboekt worden; Het zou mooi zijn als onderhoudsmensen die dagelijks in het veld zijn in de toekomst ook meldingen m.b.t. waterkeringen kunnen doorgeven. In de planperiode zullen de medewerkers daartoe worden aangespoord en opgeleid. Er dient dan ook vastgelegd te worden hoe deze stroom meldingen buiten regulier onderhoud om wordt verwerkt; 50

51 Voor keurovertredingen en inspecties is een vraag op de markt gezet om eenzelfde soort applicatie te ontwikkelen waarmee ook afgegeven vergunningen en schades in het veld kunnen worden gecontroleerd. Hopelijk kan deze applicatie nog in 2013 in gebruik worden genomen. 51

52 9 9.1 Keuzes t.a.v. enkele specifieke aspecten Klimaat De klimaatveranderingen worden meegnomen in de (landelijke) voorschriften van de toetsing van de waterkeringen 9.2 Recreatie Er is sprake van recreatie op de waterkeringen in de vorm van fietsen. Rekening houden met dit gebruik is nodig bij het uitvoeren van regulier onderhoud. Het waterschap gaat geen extra onderhoud plegen ten behoeve van het medegebruik. Beheer en onderhoud van fietspaden en bermen op de waterkering zijn een verantwoordelijkheid van de wegbeheerder. Als de waterkering eventueel moet worden opgehoogd, is de verharding niet de verantwoordelijkheid van het waterschap. 9.3 Beweiding In de Keur is beweiding met koeien verboden: in de Keur is sprake van huisdieren, waarmee alleen schapen zijn bedoeld. Op sommige locaties kan beweiding met koeien wel worden toegestaan. bijvoorbeeld bij een flauw talud of aanwezigheid van een damwand. De omvang van de beweiding van de waterkeringen met vee (koeien/paarden) moet blijken uit de inspecties. Maatwerkoplossingen zijn arbeidsintensief. Gekeken moet worden of door het stellen van bijvoorbeeld algemene regels het 'probleem' van beweiding met koeien opgelost kan worden. De te verwachten schade door beweiding hangt samen met de steilheid/stabiliteit van het betreffende talud, in relatie tot het belang van betreffende kering. Het is dus ook mogelijk om beweiding te vergunnen met argumenten van stabiliteit. Paarden zijn in elk geval ongewenst. Bij waterkeringstechnisch beheer kan het voldoen aan de Flora- en faunawet een argument zijn voor beweiding. In de huidige situatie kan het maaionderhoud niet altijd in de meest geschikte periode worden uitgevoerd. Het onderwerp beweiding is een aandachtspunt voor verder uitwerking. 9.4 Onkruiddruk Het is niet toegestaan chemische onkruidbestrijdingsmiddelen toe te passen. Het waterschap heeft geen juridisch middel dat het gebruik van bestrijdingsmiddelen verbiedt. In de pachtovereenkomsten is (nog) niet opgenomen dat het bespuiten van distels niet is toegestaan. Het waterschap is eigenaar van de percelen en kan het verbod dus wel opnemen. Uitgangspunt is dat het waterschap spuiten niet toestaat. 52

53 9.5 Plaagdieren In de huidige situatie worden weinig problemen ondervonden met plaagdieren rond de waterkeringen. Dit komt waarschijnlijk mede door het intensief bestrijden van muskusratten. Ook de Beverrat is een mogelijk plaagdier. Op enkele locaties vormen konijnen wel een plaag en risico voor de waterkeringen. Konijnen mogen daarom in het belang van de waterkering inmiddels ook jaarrond bestreden worden. Mollen kunnen ook als plaagdier worden gezien. Het verwijderen van molshopen door het slepen van de hopen moet uitgevoerd worden voordat gemaaid wordt, omdat de hopen slecht zijn voor de maaimachines. 9.6 Communicatie Er is geen specifiek communicatieplan gemaakt ten behoeve van de implementatie van dit Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen. Communicatie is wel belangrijk, zowel intern als extern, omdat het waterschap anders gaat werken op dit terrein. In de planperiode zullen gerichte communicatieactiviteiten worden uitgevoerd waar deze van belang worden geacht. De communicatie zal plaatsvinden langs reguliere wegen, zoals (agrarische) nieuwsbrieven en de website van het waterschap. 53

54 Procedure en acties Tussentijdse aanpassingen van dit onderhoudsbeheerplan De komende jaren kunnen tussentijdse aanpassingen op het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen nodig zijn vanwege: a. b. c. d. e. f. Wijzigingen in de wet- en regelgeving; Wijzigingen in beleid van het waterschap; Nieuwe inzichten over de ligging/dimensionering van waterkeringen die het waterschap in beheer heeft, vast te leggen in de legger, waardoor het areaal te onderhouden waterkering, wijzigt; Nieuwe inzichten over het sparen van beschermde soorten (uitvoering); Verbeteringen in de basisregistratie rond de uitvoering van de werkzaamheden. Voor wat betreft de genoemde ontwikkelingen zal het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen jaarlijks in het voorjaar gecheckt worden. Hierbij worden de buitendienstmedewerkers betrokken. Aanpassingen van type c betreffen de toepassing van de bestaande uitgangspunten op waterkeringniveau. Voor het doorvoeren van deze aanpassingen is het invoegen van een nieuwe kaart afdoende. Aanpassingen van type a, b en d betreffen meer de uitgangspunten zelf en kunnen een meer wezenlijke aanpassing van het plan vergen. Mocht deze situatie optreden, dan zal op dat moment besloten worden tot het ofwel uitbrengen van een addendum, ofwel van een nieuwe versie van het gehele plan. Aanpassingen van type e kunnen naar verwachting een plek krijgen in een addendum. Een aandachtspunt is het gegevensbeheer ten aanzien van het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen zelf. Hierbij moet gedacht worden aan: a. Documenteren van doorgevoerde wijzigingen in het onderhoudsbeheerplan, inclusief de reden; b. Verslagen van interne evaluaties, inclusief eventuele acties die daaruit volgen. 54

55 10.2 Acties De acties die in het Onderhoudsbeheerplan Waterkeringen genoemd zijn, staan opgesomd in onderstaande tabel. Tabel Overzicht acties uit dit onderhoudsplan Overige Waterkeringen Nr. actie Omschrijving actie Na gereedkomen normeringsstudie: areaal overige waterkeringen checken, overige waterkeringen normeren en toetsen Werkenderweg de onderhoudskaart verbeteren Wens aankaarten voor het laten vervallen van de status primaire waterkering van traject Blokzijl-Slijkenburg Voor regionale keringen Drenthe beheerplan, een overzichtskaart, een legger en een verslag van de eerste toetsing opstellen en in 2015 indienen bij GS. Opstellen hoogwaterprotocol voor kunstwerken en keermiddelen, incl. inspectie bij stijgend water; in de planperiode Opstellen nieuw Beheerplan Waterkeringen in samenwerking met Groot Salland en Rijn Oost Samenwerkingscontract met Groot Salland verlengen Algemene regels Waterkeringen vaststellen t.b.v. Keur Implementatie FFW in planperiode verfijnen Nagaan of de frequentie van het natuurtechnisch beheer al naar eens per jaar terug kan. Voor overige keringen in N2000 gebieden de definitie van regulier onderhoud in het N2000 beheerplan nagaan Maaionderhoud primaire keringen evalueren na afloop contract met aannemer en bestek preciseren Toekomstvisie waterkeringen ontwikkelen (hoe water sturen bij extreme omstandigheden) Mogelijkheden voor verflauwen van taluds nagaan Herbezinning op taakopvatting van het waterschap in volgende planperiode Specifieke afspraken met eigenaren bijhouden op groeilijst en evalueren aan eind planperiode Standpunt bepalen en doorvoeren t.a.v. beweiding Paspoorten nagaan voor onderhoud regionale (en overige) keringen Dit plan actualiseren na actualisatie van de legger Meerjarige planning van het groot onderhoud invullen Toetsing en normering overige waterkeringen invullen Verbeterplan overige keringen opstellen op grond van normering en toetsing; in de loop van 2014 Alle particulieren met percelen langs en over overige waterkeringen informeren (door middel van een nieuwsbrief en een viewer) over de regels uit de Keur Genoemd in paragraaf 1.1, 2.2.1, , , , , ,

56 Gekozen insteek inspecties evalueren aan het eind van de planperiode, op uitvoerbaarheid en resultaten Binnen het waterschap een waterkeringbeheerder aanwijzen die voor deze taak structureel tijd krijgt, bijv. 1 dag per week Effecten van natuurtechnisch beheer monitoren en toetsen Effecten van minder maaien op stabiliteit aanliggende waterkeringen monitoren Urenregistratie, raming tijdsbeslag en kosten werkenderweg verbeteren Spontane meldingen van medewerkers over waterkeringen aanmoedigen en verwerking organiseren Verbod op gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen opnemen in de pachtcontracten. Communicatieactiviteiten uitvoeren langs reguliere wegen Dit plan jaarlijks checken/actualiseren

57 Referenties Literatuur en websites Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, 2012(?). Concept beheerplan Waterkeringen STOWA, Inspectiewijzers Waterkeringen. STOWA rapport STOWA, 20?. Handreiking IWK Inspectieplan. Unie van Waterschappen, Modelkeur Vastgesteld door de Ledenvergadering op 22 maart e Waterschap Reest en Wieden, Beheersplan Waterkeringen , 3 concept Waterschap Reest en Wieden, Keur. Vastgesteld door het Algemeen Bestuur d.d. 17 december Waterschap Reest en Wieden, Maaiplan Implementatie gedragscode Flora- en faunawet. e Waterschap Reest en Wieden, Veiligheidstoetsing regionale waterkeringen. 2 ronde toetsing, Maart Waterschap Reest en Wieden, 2013 Notitie Waterkeringen binnen Waterschap Reest en Wieden. Groeidocument. Waterschap Reest en Wieden, Procesbeschrijving Onderhoud Overige Waterkeringen. Wetterskip Fryslân, 2012 (in voorbereiding). Beheersplan Waterkeringen Werkgroep Onderhoudsplan Overige Waterkeringen Naam Gerard Verstoep Hermine Koskamp Alfred Schuphof Iris de Bruijn Alex Slomp Jan Klappe (ad hoc) Henk Rinsma (ad hoc) Mirjam Fagel (ad hoc) Functie beleidsmedewerker Waterbeheer adviseur Oranjewoud adviseur Oranjewoud civieltechnisch medewerker handhaver medewerker advies Waterwet natte infrastructuur medewerker Geo-informatie medewerker ecologie Rol voorzitter secretaris deskundige proceseigenaar Verder hebben diverse onderhoudsmedewerkers deelgenomen aan de proefinspectie: - muskusrattenvangers waterbeheer 57

58 Bijlagen 1. a. Kaart waterkeringen in beheer b. Kaart waterkeringen en Natura 2000 gebieden c. Kaart waterkeringen in eigendom Kaart waterkeringen in onderhoud Toelichting ROR Overzicht resultaten toetsing primaire en regionale waterkeringen Origineel lijstje van Mosterdijk Inspectieformulier Evaluatie proefinspectie Standaardfbrieven Toelichting keuzes inspectiefrequentie

59 Bijlage 1a Kaart waterkeringen in beheer (nu bekend) Bijlage

60 Bijlage 1b Kaart waterkeringen en N2000 gebieden Bijlage

61 Bijlage 1c Kaart waterkeringen in eigendom Bijlage

62 Bijlage 2 Kaart waterkeringen in onderhoud Bijlage

63 Bijlage 3 Toelichting ROR Europese Richtlijn Overstromingsrisico's (ROR) De Europese Richtlijn OverstromingsRisico's (ROR) is in november 2007 in werking getreden, is in 2009 opgenomen in de Waterwet en wordt vanaf 2010 daadwerkelijke geïmplementeerd. Het doel van de ROR is de beperking van de negatieve gevolgen van overstromingen in de gemeenschap voor de gezondheid van de mens, het milieu, het culturele erfgoed en de economische bedrijvigheid. De ROR stimuleert de Lidstaten tot informatie-inwinning, overleg en planvorming voor nationaal èn grensoverschrijdend "beheer van overstromingsrisico's". De ROR bevat geen kwantitatieve veiligheidsnormen, maar legt wel een aantal principes vast: niet-afwentelen, stroomgebiedaanpak, risicobenadering (veiligheidsketen), duurzaamheid en publieke participatie. Hiermee biedt de ROR het kader voor een betere bescherming tegen overstromingen, anticiperend op klimaatverandering. Bovendien krijgen burgers, bedrijven en overheden inzicht in mogelijke overstromingsrisico's en wat er wordt gedaan om die te verminderen. Ten behoeve van de ROR wordt een aantal producten opgesteld: 1. Risicobeoordeling, welke gebieden lopen overstromingsgevaar. 2. Overstromingsgevaarkaarten, kans op overstroming en de gevolgen. 3. Overstromingsrisicobeheerplannen (ORBP), doelen en maatregelen om risico s te verminderen De richtlijn biedt burgers, bedrijven en overheden transparantie over mogelijke overstromingsrisico s. Daarnaast zorgt de ROR voor een betere bescherming tegen overstromingen, anticiperend op klimaatverandering. De risicobeoordelingen worden elke zes jaar herzien. Plannenstelsel overstromingsrisico s De Europese richtlijn overstromingsrisico s verplicht EU-lidstaten tot het inrichten van een planstelsel voor het beheersen van overstromingsrisico s dat: internationaal afstemt (solidariteit, niet-afwentelen); de veiligheidsketen volgt; afstemt met het planstelsel voor de KRW en gebruik maakt van drie instrumenten: een voorlopige risicobeoordeling, kaarten en risicobeheersplannen. Hierover dient gerapporteerd te worden aan Europa. De richtlijn biedt het kader voor een betere bescherming tegen overstromingen, anticiperend op klimaatverandering. Bovendien biedt de richtlijn de burgers, bedrijven en overheden transparantie over mogelijke overstromingsrisico s, zoals welke gebieden en hoe groot, wat daaraan wordt gedaan en door wie om die te verminderen inclusief doelstellingen en maatregelen. In 2009 moet deze richtlijn in nationale wetgeving zijn overgenomen. Voorwaarden richtlijn De voorlopige risicobeoordeling moet uiterlijk in 2011 gereed zijn. In de kaarten moeten zowel het gevaar (mogelijke waterdiepten, stroomsnelheden etc) als de gevolgen ervan (slachtoffers, schade) in beeld worden gebracht. Ze vormen de basis voor de op te stellen risicobeheersplannen. De kaarten moeten uiterlijk 22 december 2013 gereed zijn. In de risicobeheersplannen wordt de aanpak van het overstromingsrisico beschreven. De richtlijn benoemt welke zaken in het plan aan de orde moeten komen. De risicobeheersplannen moeten uiterlijk 22 december 2015 gereed zijn en in werking treden. Risicobeoordeling, kaarten en plannen worden per zes jaar herzien. De richtlijn geldt in Overijssel voor de binnendijkse (dijkringen) en buitendijkse gebieden van het hoofdwatersysteem. Het betreft: 1. de IJssel; 2. de Overijsselse Vecht vanaf Ommen; 3. het Zwarte Water en grensoverschrijdende kleine rivieren, zijnde Overijsselsche Vecht en Dinkel; 4. de gebieden langs de aangewezen regionale keringen in het regionale watersysteem. Overijssel heeft overstromingsberekeningen opgesteld ten behoeve van de risicobeheersplannen. Bijlage

64 Stand van zaken Reest en Wieden De overstromingskaarten zijn gereed en ingediend bij de provincies. De provincies werken aan een landelijke overzichtskaart en risico s worden geïnventariseerd. Met het verschijnen van de risicobeheerplannen (door de provincies naar verwachting eind 2013) worden de consequenties voor onderhoud en beheer van de waterkeringen binnen Reest en Wieden bekend. Bijlage

65 Bijlage 4 Overzicht resultaten toetsing primaire en regionale waterkeringen Bijlage

66 Bijlage

67 Bijlage 5 Origineel lijstje van Mosterdijk Bijlage

Officiële uitgave van het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents Overijsselse Delta

Officiële uitgave van het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents Overijsselse Delta WATERSCHAPSBLAD Officiële uitgave van het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents Overijsselse Delta Nr. 6667 20 juli 2017 Besluit van het algemeen bestuur van Waterschap Drents Overijsselse Delta

Nadere informatie

BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN

BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN BELEIDSNOTITIE SCHOUW KERINGEN Inleiding Het schouwen of inspecteren van de regionale en overige keringen werd min of meer meegenomen in de schouw van de oppervlaktewateren. De aandacht werd daarbij echter

Nadere informatie

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra. Aanvullende eisen aan de inhoud van de legger

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra. Aanvullende eisen aan de inhoud van de legger Onderwerp: Legger boezemwaterkeringen Nummer: Bestuursstukken\1431 Agendapunt: 4 DB: Ja 26-8-2013 Workflow Opsteller: Schelte Kooistra, 0598-693280 Beleid, Projecten en Geoinformatie BPP: Nee FAZ: Nee

Nadere informatie

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Concept, 20 juli 2011 Verantwoording Titel Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen Opdrachtgever STOWA Projectleider ir. B. (Bob) van Bree Auteur(s)

Nadere informatie

22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen

22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen Algemene regel 22 22. Het inrichten van particuliere tuinen op de in de bijlage aangegeven waterkeringen Een algemene regel vervangt de vergunningplicht voor bepaalde activiteiten of werken die in de Keur

Nadere informatie

Bijlage A. Begrippenlijst

Bijlage A. Begrippenlijst Bijlage A. Begrippenlijst Begrippenlijst dijkverbeteringsplan Aanleghoogte Kruinhoogte van de dijk onmiddellijk na het gereedkomen ervan. Beheer Berm Beroep Beschoeiing Binnendijks Binnentalud Boezem Boezempeil

Nadere informatie

AGENDAPUNT 6 ONTWERP. Onderwerp: Visie op de legger Nummer: Voorstel

AGENDAPUNT 6 ONTWERP. Onderwerp: Visie op de legger Nummer: Voorstel VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR AGENDAPUNT 6 Onderwerp: Visie op de legger Nummer: 775122 In D&H: 07-01-2014 Steller: M. de Burger In Cie: BMZ 21-01-2014 Telefoonnummer: (030) 634 5849 SKK Afdeling:

Nadere informatie

Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid

Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid Handelingsperspectief hoge gronden en waterveiligheid Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Waterwet zijn onduidelijkheden ontstaan met betrekking tot de hoge gronden. Met het loslaten van de dijkringgedachte

Nadere informatie

Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen

Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen Opdrachtgever: Ministerie van Verkeer en Waterstaat Hydraulische randvoorwaarden voor categorie c-keringen Achtergrondrapport Vollenhove-Noordoostpolder (dijkring 7) en Vollenhove-Friesland/Groningen (dijkring

Nadere informatie

Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel

Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel Beleidsregels waterkeringen Waterschap Rijn en IJssel Algemene inleiding Waterkeringen hebben de functie het achterland te beschermen tegen overstroming en vervullen daarmee vaak een regionale of zelfs

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017.

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017. Watervergunning Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht Datum 16 juni 2017 Zaaknummer 13429 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634 57 00 post@hdsr.nl

Nadere informatie

Legger van de waterkeringen

Legger van de waterkeringen katern: kade waterberging Eendragtspolder Legger van de waterkeringen Katern: Versie: maart 2012 : , katern Inleiding Het leggerkatern maakt deel uit van de legger van de waterstaatswerken van het, leggeronderdeel

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866

Watervergunning. Datum 17 oktober Zaaknummer 16866 Watervergunning Voor het slopen van een woning en het afdekken van de fundering met grond bij een waterkering op de locatie bij Provincialeweg Oost 29 in Haastrecht Datum 17 oktober 2017 Zaaknummer 16866

Nadere informatie

Legger van de waterkeringen

Legger van de waterkeringen katern: Legger van de waterkeringen Katern: Versie: maart 0 : , katern Inleiding Het leggerkatern maakt deel uit van de legger van de waterstaatswerken van het, leggeronderdeel Boezemwaterkeringen. Deze

Nadere informatie

Legger Wateren. tekstuele deel

Legger Wateren. tekstuele deel Legger Wateren tekstuele deel januari 2015 Inhoud Bepalingen Legger Wateren 5 1. Algemene bepalingen 5 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 5 2. Onderhoudsplichtigen 6 Artikel 2.1. Onderhoudsplichtigen van

Nadere informatie

LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Partiële herziening 2018

LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Partiële herziening 2018 LEGGER WATERKERINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS Waterschap Aa en Maas Behoort bij DB-besluit nr. 140518/4.5.2 Inhoud 1. Inleiding 2. Leggerbepalingen 3. Kaarten 4. Toelichting Pagina 1 van 10 1. Inleiding Op

Nadere informatie

Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden

Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden IJmeerdijk Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden zich twee dijkringen. Dit zijn dijkring

Nadere informatie

Het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel besluit op grond van artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 lid 2 van de Waterschapswet:

Het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel besluit op grond van artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 lid 2 van de Waterschapswet: Besluit legger regionale waterkeringen Het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel besluit op grond van artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78 lid 2 van de Waterschapswet: De legger regionale waterkeringen

Nadere informatie

Reactienota Ontwerp projectplan Waterwet versterking Regionale kering buitenpolders Kampereiland. 28 augustus

Reactienota Ontwerp projectplan Waterwet versterking Regionale kering buitenpolders Kampereiland. 28 augustus Bijlage 2 bij agendapunt 4B: Projectplan Waterwet versterking regionale waterkering langs buitenpolders Kampereiland. Algemeen bestuursvergadering Waterschap Drents Overijsselse Delta d.d. 18 september

Nadere informatie

Statenvoorstel nr. PS/2007/125

Statenvoorstel nr. PS/2007/125 Statenvoorstel nr. PS/2007/125 Vaststelling onderdeel primaire waterkeringen Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland Jaargang Datum Ons kenmerk Inlichtingen bij 2007-14 13 februari 2007 2007/0053858

Nadere informatie

3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel

3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel 3. Beleidsregel insteekhavens langs waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel Kader Keur Op grond van artikel 3.1, eerste lid, aanhef en sub a en b is het verboden zonder vergunning van het

Nadere informatie

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f 26 juni 2013 1 1 Projectbeschrijving 1.1 Wat wordt aangelegd of gewijzigd? Zowel binnen als buiten het natuurgebied Empese

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142

WATERVERGUNNING. Datum 3 november Zaaknummer 19142 WATERVERGUNNING Voor het vervangen van een verkeersregelinstallatiekast (VRI kast) bij een watergang en een waterkering op de locatie Boerendijk ter hoogte van de brug in de Chrysantstraat in Woerden Datum

Nadere informatie

Vollenhoverkanaaldijk. Vollenhovermeerdijk Kadoelermeerdijk

Vollenhoverkanaaldijk. Vollenhovermeerdijk Kadoelermeerdijk Westermeerdijk Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden zich twee dijkringen. Dit zijn dijkring

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A;

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A; CRU05.005 Provinciale Staten van Flevoland, Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/04.031361/A; Gelet op artikel 14 van de Wet op de waterkering en op de Provinciewet;

Nadere informatie

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering

5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering 5.19 Bouwwerken in de kern- en beschermingszone van een waterkering Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.1 eerste lid onder b: Zonder vergunning van het bestuur is het verboden gebruik

Nadere informatie

Op de voorstellen van gedeputeerde staten van Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland;

Op de voorstellen van gedeputeerde staten van Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland; Besluit van provinciale staten van Utrecht van 6 februari 2006, Noord-Holland van (datum), van Zuid- Holland van (datum) en van Gelderland van (datum) tot vaststelling van de Verordening waterkering West-Nederland

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018

WATERVERGUNNING. Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern. Datum 28 maart 2018 WATERVERGUNNING Voor het leggen van een lagedrukgasleiding bij een waterkering op de locatie Zandweg 213a in De Meern Datum 28 maart 2018 Zaaknummer 24339 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570

Watervergunning. Datum 27 september Zaaknummer 16570 Watervergunning Voor het dempen, graven en verbreden van (een) watergang(en) en het aanleggen van plasbermen op de locatie bij Heeswijk 120 in Montfoort Datum 27 september 2017 Zaaknummer 16570 Poldermolen

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Watervergunning Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan Datum 4 juli 2017 Zaaknummer 13832 Poldermolen 2 Postbus

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede

WATERVERGUNNING. Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede WATERVERGUNNING Voor het (ver)planten en verwijderen van bomen langs watergangen aan de Amerongerwetering in Wijk bij Duurstede Datum 28 november 2017 Zaaknummer 19098 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 BESLUIT...3

Nadere informatie

Veiligheid primaire waterkeringen,

Veiligheid primaire waterkeringen, Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met de Verlengde derde toetsing

Nadere informatie

Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud

Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud Wat is gewoon onderhoud? Gewoon onderhoud is het jaarlijks verwijderen van een overmaat aan begroeiing, vuil enzovoort dat zich in en direct naast de watergang

Nadere informatie

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5

ALGEMENE REGELS WATERKWANTITEIT KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2014 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Onderdeel 1 STEIGER pagina 1 van 5 Artikel 1 Begripsbepalingen a. Steiger: constructie, die over een oppervlaktewaterlichaam is geplaatst en is verankerd in het achterliggende perceel. b. Natuurvriendelijke

Nadere informatie

Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap

Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap Haarlem, 26 maart 2013 2013 18 Onderwerp: wijziging Waterverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Bijlagen: Ontwerpbesluit 1 Inleiding Op grond van artikel 2.4 van de Waterwet moeten bij

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280

Watervergunning. Datum 14 september Zaaknummer 16280 Watervergunning Voor het aanleggen van een steiger bij een primaire watergang en een regionale waterkering op de locatie Jacob Barneveldstraat 99 in Linschoten. Datum 14 september 2017 Zaaknummer 16280

Nadere informatie

Bijlage A. Begrippenlijst

Bijlage A. Begrippenlijst Bijlage A. Begrippenlijst Begrippenlijst dijkverbeteringsplan Aanleghoogte Kruinhoogte van de dijk onmiddellijk na het gereedkomen ervan. Beheer Berm Beroep Beschoeiing Binnendijks Binnentalud Boezem Boezempeil

Nadere informatie

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra Onderwerp: Legger watersysteem regio Zuid-West Nummer: Bestuursstukken\1743 Agendapunt: 6 DB: Ja 10-11-2014 BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja 21-01-2015 AB: Ja 04-02-2015 Opsteller: Schelte Kooistra, 0598-693280

Nadere informatie

Naar een Duurzaam en Veilig Meppelerdiep. Naar een Duurzaam en Veilig Meppelerdiep. Inhoudsopgave

Naar een Duurzaam en Veilig Meppelerdiep. Naar een Duurzaam en Veilig Meppelerdiep. Inhoudsopgave 74OF86 RWD rapporten.indd 1 23-10-2007 14:23:15 74OF86 RWD rapporten.indd 2 23-10-2007 14:23:21 Naar een Duurzaam en Veilig Meppelerdiep Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 4 Het watersysteem...

Nadere informatie

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra Onderwerp: legger Watersysteem regio Zuid-Oost Nummer: Bestuursstukken\1432 Agendapunt: 5 DB: Ja 26-8-2013 Workflow Opsteller: Schelte Kooistra, 0598-693280 Beleid, Projecten en Geoinformatie BPP: Nee

Nadere informatie

Toelichting op leggers en beheerregisters primaire waterkering

Toelichting op leggers en beheerregisters primaire waterkering Toelichting op leggers en beheerregisters primaire waterkering Wat zijn primaire waterkeringen? Primaire waterkeringen zijn dijken en kades die het Rivierengebied beschermen tegen het rivierwater van de

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 20 november 2018, ingekomen op 22 november 2018, geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK06833.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 20 november 2018, ingekomen op 22 november 2018, geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK06833. Zaaknr. : 16.ZK06833 Kenmerk : 18UT011026 Barcode : *18UT011026* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

Bijlage A: Begrippenlijst

Bijlage A: Begrippenlijst Bijlage A: Begrippenlijst Algemene begrippenlijst dijkverbeteringen Aanleghoogte B.W.O. B.W.O. - Kering Beheer Beheergebied Berm Beschoeiing Binnendijks Binnenkruin Binnentalud Boezem Boezemland Boezempeil

Nadere informatie

2013? Provinciale Staten van Noord-Holland: Besluiten: Uitgegeven op 4 juni Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

2013? Provinciale Staten van Noord-Holland: Besluiten: Uitgegeven op 4 juni Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; 2013? Besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 8 april 2013 tot wijziging van de Waterverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Provinciale Staten van Noord-Holland: Gelezen het

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

Algemene toelichting. op de. legger. van Wetterskip Fryslân

Algemene toelichting. op de. legger. van Wetterskip Fryslân Algemene toelichting op de legger van Wetterskip Fryslân 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1. Algemeen... 3 1.2. Juridische basis... 3 2. Primaire waterkeringen en secundaire waterkeringen... 5 2.1 Algemeen...

Nadere informatie

LEGGER Waterschap Groot Salland, regionale waterkering 103

LEGGER Waterschap Groot Salland, regionale waterkering 103 INHOUDSOPGAVE Legger Waterschap Groot Salland, regionale waterkering 103 1: Overzichtskaart 2: Situatietekeningen 3: Dwarsprofielen 4: Lengteprofielen 5: Kunstwerken In ontwerp vastgesteld door het dagelijks

Nadere informatie

Uitgelicht: Uitleg over de versterking van de dijk langs het Zwarte Meer

Uitgelicht: Uitleg over de versterking van de dijk langs het Zwarte Meer Uitgelicht: Uitleg over de versterking van de dijk langs het Zwarte Meer Onlangs hebt u een nieuwsbrief ontvangen met informatie over de projecten op de Kampereilanden om de waterveiligheid te verbeteren.

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585

WATERVERGUNNING. Datum 6 november Zaaknummer 18585 WATERVERGUNNING Voor het maken van een grondboring en het plaatsen van een peilbuis in een waterkering op de locatie Hoge Rijndijk 14 in Nieuwerbrug aan den Rijn Datum 6 november 2017 Zaaknummer 18585

Nadere informatie

Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen

Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen Projectplan Kadeverbetering Trekkade (111_1b) gemeente Vlaardingen Opsteller: M. van Amelsvoort Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: Realisatiefase 701806 Datum: 17 juni 2015 Kopie: Archief Projectleider

Nadere informatie

38 Afrasteringen bij een waterkering

38 Afrasteringen bij een waterkering 38 Afrasteringen bij een waterkering 38.1 Inleiding In dit hoofdstuk staat het plaatsen en verwijderen van afrasteringen (paaltjes met schapengaas of paaltjes met draden ertussen) centraal. Het plaatsen

Nadere informatie

Legger van de waterkeringen

Legger van de waterkeringen katern: Legger van de waterkeringen Katern: Versie: maart 0 : , katern Inleiding Het leggerkatern maakt deel uit van de legger van de waterstaatswerken van het, leggeronderdeel Boezemwaterkeringen. Deze

Nadere informatie

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W

vergunninghouder Wijziging Watervergunning Stammerdijk 41 in Diemen realiseren van een uitbouw 31 augustus 2015 W vergunninghouder Stammerdijk 41 in Diemen Datum 31 augustus 2015 Casecode W-15.02322 Kenmerk 15.102675 Wijziging Watervergunning realiseren van een uitbouw Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370

Nadere informatie

CONCEPT Watervergunning

CONCEPT Watervergunning Zaaknr. : 16.ZK18121 Kenmerk : 18UT005187 Barcode : *18UT005187* CONCEPT Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 8 mei 2018, ingekomen op 14 mei 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK17899.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 8 mei 2018, ingekomen op 14 mei 2018 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK17899. Zaaknr. : 16.ZK17899 Kenmerk : 18UT005322 Barcode : *18UT005322* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

Inleiding. Deze keringen liggen in de gemeenten Dronten, Lelystad Almere en Zeewolde.

Inleiding. Deze keringen liggen in de gemeenten Dronten, Lelystad Almere en Zeewolde. IJsselmeerdijk Inleiding Het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland valt vrijwel geheel binnen de grens van de provincie Flevoland. In het beheersgebied bevinden zich twee dijkringen. Dit zijn dijkring

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584

Watervergunning. Datum 29 augustus Zaaknummer 11584 Watervergunning Voor het hebben van een tijdelijke gedeeltelijke verondieping in een tertiair oppervlaktewaterlichaam (=natuursloot) op de locatie achter Meije 89 te Bodegraven Datum 29 augustus 2017 Zaaknummer

Nadere informatie

Dolf Moerkens. Hoogheemraadschap van Rijnland

Dolf Moerkens. Hoogheemraadschap van Rijnland Onderhoudsbeheerplan hoofdwatergangen Implementatie van de gedragscode op basis van de Flora & Faunawet Flora & Faunawet 2002 1 april 2002 in werking getreden Regelt de bescherming van soorten In de wet

Nadere informatie

Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen

Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen Ontwerpbesluit wijziging Legger Wateren voor de Buiten-Giessen en gedeelte Binnen-Giessen Registratienummer: PM Het college van dijkgraaf en heemraden; gelet op artikel 5.1 van de Waterwet en artikel 78,

Nadere informatie

1. Aanhef. 2. Beoordeling aanvraag. 3. Besluit WATERVERGUNNING OP BASIS VAN DE KEUR

1. Aanhef. 2. Beoordeling aanvraag. 3. Besluit WATERVERGUNNING OP BASIS VAN DE KEUR WATERVERGUNNING OP BASIS VAN DE KEUR 1. Aanhef Het dagelijks bestuur van het waterschap Hunze en Aa s heeft op 14 september 2018 een aanvraag watervergunning ontvangen van Waterbedrijf Groningen NV, Postbus

Nadere informatie

Projectplan Waterwet No-Regret maatregelen regionale keringen Groningen; deelgebied A2

Projectplan Waterwet No-Regret maatregelen regionale keringen Groningen; deelgebied A2 Groningen; deelgebied A2 projectnr. 343811 revisie 0 9 oktober 2018 auteur(s) Opdrachtgever Waterschap Noorderzijlvest Postbus 18 9700 AA Groningen Inhoud 1 No-Regret... 2 1.1 Aanleiding en doel... 2 1.2

Nadere informatie

: Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal

: Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal Onderwerp Status : Projectplan Waterwet voor het aanpassen van de verdeelwerken Baakse Beek en Groene Kanaal : Ontwerpbesluit Datum vastgesteld door het college van dijkgraaf en heemraden : 3 december

Nadere informatie

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017

Watervergunning. Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt. Datum 19 juni 2017 Watervergunning Voor het leggen van een laagspanningskabel bij de Soestdijkseweg Zuid en De Holle Bilt in De Bilt Datum 19 juni 2017 Zaaknummer 13121 Poldermolen 2 Postbus 550 3990 GJ Houten T (030) 634

Nadere informatie

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra Onderwerp: Legger watersysteem regio Noord Nummer: Bestuursstukken\1605 Agendapunt: 8 DB: Ja 22-4-2014 Workflow Opsteller: Schelte Kooistra, 0598-693280 Beleid, Projecten en Geoinformatie BPP: Nee FAZ:

Nadere informatie

Projectplan Sluiskant Klein Plaspoelpolder Gemeente Leidschendam-Voorburg

Projectplan Sluiskant Klein Plaspoelpolder Gemeente Leidschendam-Voorburg Versie 16 juni 2016 701948 Projectplan Sluiskant Klein Plaspoelpolder Gemeente Leidschendam-Voorburg Opsteller: C.M. Woltering Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: Datum: 16-06-2016 Datum: 16-06-2016

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

LEGGER Waterschap Groot Salland, verbindende waterkering 25

LEGGER Waterschap Groot Salland, verbindende waterkering 25 INHOUDSOPGAVE Legger Waterschap Groot Salland, verbindende waterkering 25 1: Overzichtskaart 2: Situatietekeningen 3: Dwarsprofielen 4: Lengteprofielen 5: Kunstwerken In ontwerp vastgesteld door het dagelijks

Nadere informatie

WATERVERGUNNING D /

WATERVERGUNNING D / WATERVERGUNNING 1 Inleiding Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland (hierna: Delfland) hebben op 12 juli 2016 een aanvraag voor een watervergunning ontvangen van gemeente Rotterdam.

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014

Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014 Besluit van gedeputeerde staten van Noord-Holland van 8 juli 2014, van Zuid- Holland van 15 juli 2014 en van Utrecht van 1 juli 2014 houdende nadere regels met betrekking tot regionale waterkeringen (Uitvoeringsbesluit

Nadere informatie

Ontwerpbesluit Watervergunning

Ontwerpbesluit Watervergunning Pagina 1 van 9 Ontwerpbesluit Watervergunning Deze vergunning is tot stand gekomen via een ISO 9001 gecertificeerd proces Pagina 2 van 9 1. Aanvraag Het dagelijks bestuur heeft op 10 januari 2019 een aanvraag

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

Legger regionale waterkering

Legger regionale waterkering Legger regionale waterkering Apeldoorns Kanaal, Anklaarseweg-Koudhoornsesluis Definitief Datum 28 september 2009 Opgemaakt door J. Borgers Afdeling Planvorming Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 1 2 INHOUD...

Nadere informatie

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 23 januari 2017, ingekomen op 31 januari 2017 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK19428.

beschikkende op de desbetreffende aanvraag van 23 januari 2017, ingekomen op 31 januari 2017 geregistreerd onder zaaknummer 16.ZK19428. Zaaknr. : 16.ZK19428 Kenmerk : 17UT000332 Barcode : *17UT000332* Watervergunning Het hoofd afdeling vergunningen, daartoe bevoegd krachtens het besluit Primaire mandaat- en volmachtregeling waterschap

Nadere informatie

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

VOORSTEL AB AGENDAPUNT : VOORSTEL AB AGENDAPUNT : CATEGORIE : A-STUK (Afdoeningsstuk) PORTEFEUILLEHOUDER : H.J. Pereboom AB 0 VERGADERING D.D. : 31 januari 2012 0 NUMMER : WS/ZOM/GVe/6946 OPSTELLER : ing. G. Verstoep, 0522-278621

Nadere informatie

WATERVERGUNNING. Nummer vergunning: Z Datum vergunning: 28 augustus 2015

WATERVERGUNNING. Nummer vergunning: Z Datum vergunning: 28 augustus 2015 WATERVERGUNNING Het maken, hebben en behouden van een tijdelijk tuinhuis in de beschermingszone van de waterkering in het dijkvak Arcen in de gemeente Venlo. Nummer vergunning: Z2015-1920 Datum vergunning:

Nadere informatie

Projectplan Holsdiek Orvelte

Projectplan Holsdiek Orvelte Projectplan Holsdiek Orvelte Waterschap Drents Overijsselse Delta Dokter van Deenweg 186 Postbus 60, 8000 AB Zwolle e-mail: info@wdodelta.nl website: www.wdodelta.nl Telefoonnummer: 088 2331200 Datum:

Nadere informatie

Datum 14 december Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel. Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe

Datum 14 december Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel. Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe PROJECTPLAN WATERWET Datum 14 december 2015 Projectnummer P205508 Onderwerp Herstel Meander Lunterse Beek Scherpenzeel Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe besluit het

Nadere informatie

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks

Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid. Waterveiligheid buitendijks Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering en Veiligheid Waterveiligheid buitendijks In ons land wonen ruim 100.000 mensen buitendijks langs de rivieren, de grote meren en de kust. Zij wonen aan de waterzijde

Nadere informatie

Ontwerpbesluit Watervergunning

Ontwerpbesluit Watervergunning Ontwerpbesluit Watervergunning Deze vergunning is tot stand gekomen via een ISO 9001 gecertificeerd proces 1. Aanvraag Het dagelijks bestuur heeft op 22 mei 2015 een aanvraag ontvangen van Isala delta

Nadere informatie

Legger primaire waterkeringen Waterschap Brabantse Delta ONTWERP

Legger primaire waterkeringen Waterschap Brabantse Delta ONTWERP Zaaknr. : 15.ZK09769 Kenmerk : 15IT030358 Barcode : *15IT030358* Legger primaire waterkeringen Waterschap Brabantse Delta ONTWERP Waterschap Brabantse Delta Behoort bij besluit nr. 15IT035648 d.d.

Nadere informatie

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok)

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok) Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok) Opsteller: P. Verhulst Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: DO NVT Datum: 27 04-2011 Kopie: Archief Opdrachtgever Teamleider Projectleider

Nadere informatie

Toelichting bij de. Legger van regionale waterkeringen

Toelichting bij de. Legger van regionale waterkeringen Toelichting bij de Legger van regionale waterkeringen door: Guido van der Kolk versie: 1.0 definitief datum: 29 augustus 2012 Hoofdstuk 1 Inleiding 3 1.1 Wettelijk kader 3 1.2 Totstandkoming van deze legger

Nadere informatie

Niet Digit beschikbaar. Integrale rapportage verlengde. weergave activiteiten verlengde derde toetsronde

Niet Digit beschikbaar. Integrale rapportage verlengde. weergave activiteiten verlengde derde toetsronde Niet Digit beschikbaar Integrale rapportage verlengde derde toetsronde LRT3+ weergave activiteiten verlengde derde toetsronde Waterschap Reest en Wieden 5 augustus 2013 r. r r r r r r 1 fl r L fl 1 Inleiding

Nadere informatie

Leggerdocument sluiscomplex Heumen

Leggerdocument sluiscomplex Heumen 3 Leggerdocument sluiscomplex Heumen DLB 2009/8941 Datum 7 december 2009 Status Definitief Leggerdocument sluiscomplex Heumen DLB 2009/8941 Datum 7 december 2009 Status Definitief Colofon Uitgegeven door

Nadere informatie

ONTWERP LEGGERBESLUIT

ONTWERP LEGGERBESLUIT Ontwerp Leggerbesl uit de Leistert 20 mei 2016 Nee Ontwerp Leggerbesluit de Leistert ARCHIEF *2016-004-054476* i.a.a. PaVH/GABO/2016-004-054476 megu, huva Zaaknummer: Z2016-1204 ONTWERP LEGGERBESLUIT behorende

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009

Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009 Toelichting op de Keur waterschap Regge en Dinkel 2009 Algemeen Wetgeving en beleid De Keur is gebaseerd op de Waterschapswet, de Waterwet, het Waterbesluit, het Waterbeheerplan en de Provinciale Waterverordening.

Nadere informatie

Legger waterkeringen. Dijkring 78 dijkvak Sleydal

Legger waterkeringen. Dijkring 78 dijkvak Sleydal Legger waterkeringen Dijkring 78 dijkvak Sleydal Toelichting legger waterkeringen Inleiding Voor u ligt de legger waterkeringen van Dijkring 78, dijkvak Sleydal. Het waterschap is beheerder van de waterkeringen

Nadere informatie

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte Datum 18 januari 2017 Kenmerk 16.170742/W-16.03034 Wijzigingsbesluit Het verlengen van een snelfietspad ter hoogte van de Oostzanerdijk 180 in Amsterdam Uw

Nadere informatie

Memo. Meppel/Zwolle. Datum: 25 september 2015 Bestemd voor: MT Gerard Verstoep Onderwerp: Vergoeding verwerking maaisel en bagger

Memo. Meppel/Zwolle. Datum: 25 september 2015 Bestemd voor: MT Gerard Verstoep Onderwerp: Vergoeding verwerking maaisel en bagger Memo Meppel/Zwolle Datum: 25 september 2015 Bestemd voor: MT Van: Gerard Verstoep Onderwerp: Vergoeding verwerking maaisel en bagger Aanleiding In het kader van de Harmonisatie beleid Beheer en Onderhoud

Nadere informatie

KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2010

KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2010 KEUR WATERSCHAP HUNZE EN AA S 2010 In werking getreden: 4 januari 2010 1 Inhoudsopgave Blz. Hoofdstuk 1: Algemene Bepalingen Artikel 1.1. Begripsomschrijvingen... Artikel 1.2. Hoofdelijke aansprakelijkheid..

Nadere informatie

WATERVERGUNNING D /

WATERVERGUNNING D / WATERVERGUNNING 1 Inleiding Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland (hierna: Delfland) hebben op 24 juni 2016 een aanvraag voor een watervergunning ontvangen van Stichting ALS

Nadere informatie

ALGEMENE VERGADERING. Lelystad, 5 februari het college van Dijkgraaf en Heemraden, 26 februari 2013 SWS/PWB. 5 februari 2013 mw. M.

ALGEMENE VERGADERING. Lelystad, 5 februari het college van Dijkgraaf en Heemraden, 26 februari 2013 SWS/PWB. 5 februari 2013 mw. M. V E R G A D E R D A T U M S E C T O R / A F D E L I N G 26 februari 2013 SWS/PWB S T U K D A T U M N A A M S T E L L E R 5 februari 2013 mw. M. Wolfs ALGEMENE VERGADERING AGENDAPUNT ONDERWERP 15 Ecologisch

Nadere informatie

5.18 Bouwwerken in en op een waterkering en bijbehorende beschermingszone

5.18 Bouwwerken in en op een waterkering en bijbehorende beschermingszone 5.18 Bouwwerken in en op een waterkering en bijbehorende beschermingszone Wijziging beleidsregel: Zaaknr. Datum vastgesteld: omschrijving wijziging: Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.2

Nadere informatie

Ontwerp Beleidsvisie Waterkeringen

Ontwerp Beleidsvisie Waterkeringen 708694 Ontwerp Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Oktober 2014 2 Inhoud 1. Inleiding... 5 2. Veiligheid tegen overstromingen... 7 3. Duurzaam beheer van waterkeringen... 13 4. Medegebruik van waterkeringen...

Nadere informatie

Mededelingenblad In het bijgevoegde mededelingenblad vindt u aanvullende (belangrijke) informatie die betrekking heeft op dit besluit.

Mededelingenblad In het bijgevoegde mededelingenblad vindt u aanvullende (belangrijke) informatie die betrekking heeft op dit besluit. Uw schrijven van : Uw kenmerk : Zaaknummer : Ons kenmerk : Barcode : Behandeld door : Doorkiesnummer : Datum : Verzenddatum : 3 februari 2017 WBD17-00389 17UTP00627 *17UTP00627* 17 maart 2017 Onderwerp:

Nadere informatie

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. De vergunning betreft het plaatsen van zestien lichtmasten

Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte. De vergunning betreft het plaatsen van zestien lichtmasten Gemeente Amsterdam Verkeer en Openbare Ruimte Ouderkerkerdijk nabij nummer 170 in Amsterdam Datum 24 april 2017 Casecode W-17.00666 Kenmerk 17.078026 Watervergunning De vergunning betreft het plaatsen

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Overijssel;

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Overijssel; Provinciale Staten Vergadering d.d. Besluit nr. PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND EN OVERIJSSEL Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Overijssel; Gelet op de artikelen 2.9 en 5.1

Nadere informatie

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015 Bestuursrapportage 204 Vechtstromen Versie 24 november 205 Deze rapportage bevat een overzicht op hoofdlijnen van de voortgang van de uitvoering van het waterbeleid en dient als basis voor jaarlijks bestuurlijk

Nadere informatie

Zorgplicht primaire waterkeringen 2017

Zorgplicht primaire waterkeringen 2017 Zorgplicht primaire waterkeringen 2017 Van Rijkswaterstaat Primaire waterkeringen beschermen Nederland tegen overstromingen vanuit de buitenwateren. Door de waterkeringen goed te onderhouden zorgt Rijkswaterstaat

Nadere informatie