Repressieve Vakinflatie bij de brandweer?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Repressieve Vakinflatie bij de brandweer?"

Transcriptie

1 Repressieve Vakinflatie bij de brandweer? Naam: Bob Reijne Adres: Woonplaats: Telefoonnummer Mailadres: Studentnummer: Werkgever: Brandweer Midden en West Brabant Opleiding: Master of Crisis and Public Order Management Leergang: MCPM 3 Opleidingsinstituten: Politieacademie / Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) Masterthesis MCPM: Opdracht 2, kernopgave en kernopgave Decaan: Drs.. E. (Erie) Braakhekke Afstudeerbegeleider Dr. C.(Cees) Sprenger Datum / Versie: / 1.5 definitief

2 Copyright ( ) B. Reijne, januari 2014, Etten-Leur. Foto omslag afkomstig van: 2

3 Voorwoord Deze thesis is geschreven in het kader van mijn studie Master of Crisis & Public Order Management (MCPM), een gezamenlijke leergang van de Nederlandse Politieacademie (NPA) en het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV). De thesis gaat over het vakmanschap van de brandweerman en vrouw. Het brandweervak is nog nooit zo in ontwikkeling geweest als de laatste jaren, met als uitganspunt een verdere professionalisering van de medewerkers binnen de brandweerorganisatie Mijn interesse voor het onderwerp vakbekwaamheid is gewekt door de onbekendheid met het nieuwe leren en wat de effecten zouden zijn op het vakmanschap, met hierbij de vraag: hoe gaan we dat vakmanschap nu in stand houden. Het onderzoek heeft zich daarom gericht op de succesfactoren binnen het vakbekwaam worden en het vakbekwaam blijven van de brandweerman en vrouw. Een veel bewogen periode is achter de rug. Het was, ondanks de drukte van privé, werken en (af)studeren een mooie, leerzame maar ook zeker een gezellig periode. Mijn hartelijke dank gaat dan uit naar de personen die mij tijdens de opleiding en afstudeerperiode geholpen hebben, te weten: Cees Sprenger; mijn afstudeerbegeleider, lector Lerende Politieorganisatie bij de Nederlandse Politieacademie en is daarnaast adviseur bij Kessels & Smit, The Learning Company. Dankzij zijn inbreng en opbouwende kritiek is de thesis geworden tot wat het nu is. Erie Braakhekke, mijn decaan tijdens de MCPM opleiding. Haar steun en vertrouwen tijdens de decaangesprekken hebben mij extra gemotiveerd om deze opleiding tot een goed einde te brengen. Mijn vrouw Anne-Marie en mijn twee zonen Ties en Luuk wil ik bedanken voor de steun en het begrip. Het was soms lastig om een goede balans te hebben tussen de thuis situatie, werken en studeren. De geïnterviewden, van wie ik de namen niet zal noemen in verband met de anonieme deelname aan dit onderzoek. Ik hoop dat deze thesis mag bijdrage aan de verdere ontwikkeling van het vakmanschap van de brandweerman en vrouw. Dat het stuk niet onder op in de lade komt te liggen en verstoft, maar juist bruikbaar en effectief mag zijn voor de mensen in de praktijk. Bob Reijne Etten-Leur, januari

4 Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding Aanleiding Probleemstelling Afbakening Doelstelling Onderzoeksmethode Opzet thesis Theoretisch kader en literatuur studie Inleiding Competenties Kennis en bekwaamheid Opleidingsontwerp De Leerwerkplek Leven lang leren High Reliability Organizations Meten van resultaten Praktisch kader Wet Veiligheidsregio s Hoe wordt de brandweerman vrouw vakbekwaam Leidraad Oefenen vakbekwaam blijven in de praktijk Oefenen onder realistische omstandigheden Arbeidsomstandighedenwet Opzet van het onderzoek Evaluatie van de resultaten: wanneer men tevreden is Conclusie theoretisch kader en literatuur studie Conclusie praktische kader Vraagstelling en onderzoekmethode Onderzoeksmethode Ontwerp van het onderzoek

5 5. Methode van het onderzoek Doelgroep en respondenten bij het onderzoek Methode van dataverzameling Methode van data analyse Resultaten enquête en interviews Inleiding Analyse Enquête Analyse interviews Elementen van de opleiding die bijdrage aan het succes van de Manschap A Elementen van de opleiding die niet bijdrage aan het succes van de Manschap A Elementen van het oefenprogramma van de Manschap A die bijdrage aan het vakmanschap in de praktijk Elementen van het oefenprogramma van de Manschap A die niet bijdrage dragen aan het vakmanschap in de praktijk Leeractiviteiten van manschappen ( in of buiten het werk en geen onderdeel van opleiding of oefenprogramma) die een bijdrage leveren aan de vakbekwaamheid Kenmerken van manschappen of werkomgevingen (kenmerken buiten de opleiding of oefenprogramma) die een samenhang hebben met het vakmanschap Conclusies, aanbevelingen en discussie Inleiding Conclusies deelvraag Conclusies deelvraag Conclusies deelvraag Conclusies deelvraag Beantwoording van de hoofdvraag Aanbevelingen Discussie met betrekking tot de uitvoering van het onderzoek Literatuurlijst en geciteerde werken Lijst met afkortingen

6 6

7 Samenvatting De aanleiding van het onderzoek is de verandering in het brandweeronderwijs na de inwerking trededing van de Wet veiligheidsregio s en de bijbehorende besluiten op 1 oktober Het Besluit Personeel veiligheidsregio s gaat verder dan alleen het diploma om in dienst te komen. Het richt zich ook op bijscholen en oefenen, gericht op de functie die wordt uitgeoefend. Alle medewerkers worden voortaan opgeleid, geëxamineerd, geoefend en bijgeschoold voor de functie die zij daadwerkelijk uitvoeren. Omdat onderzoek van de Brandweeronderzoeksraad (BOR, 2012) heeft uitgewezen dat er nauwelijks zicht is of het oefenen ook echt leidt tot verhoging van de effectiviteit van het brandweer personeel, is de volgende probleemstelling geformuleerd. Het is onduidelijk of en hoe de huidige wijze van opleiden en oefenen bijdrage aan het ontwikkelen en bijhouden van het vakmanschap van de repressief medewerker bij de brandweer. De BOR geeft aan dat er veel goede dingen gebeuren in brandweerorganisatie, het onderzoek geeft ook aan dat er een grote diversiteit is in de manier waarop regio s invulling geven aan de organisatie omtrent vakbekwaamheid. Gezien deze conclusie mag verondersteld worden dat de huidige wijze van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven ten minste voor een aantal Manschappen A op een aantal onderdelen succesvol is, bezien vanuit de positie van de deelnemers Het doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen in de elementen van opleidingen en het oefenprogramma die wel en niet bijdragen aan de totstandkoming van het vakmanschap. Dit heeft geleid tot de volgende hoofdvraag: Op welke wijze dragen de huidige methoden van opleiden en oefenen bij aan het vakmanschap van de medewerker in de functie van Manschap A en op welke wijze kan het vakmanschap verdergaand worden versterkt? Om te onderzoeken welke elementen van vakbekwaam worden en blijven bijdrage aan het vakmanschap van de repressief medewerker in de functie van manschap A is door middel van literatuur onderzoek duidelijk gemaakt wat vakmanschap is en hoe deze wordt ontwikkeld. Omdat er geen eenduidige definitie is van het begrip competentie worden deze in de praktijk vaak geoperationaliseerd naar taakgebieden die gaan over de activiteiten die de brandweerman of vrouw verrichten. Omdat kennis in veel gevallen het handelen van het individu bepaald, wordt hiermee ook de bekwaamheid bepaalt. De werkplek is een belangrijke context voor het leren. Het faciliteren van de leer- en werkomgeving is hierbij een belangrijke voorwaarde. De gebruikte onderzoeksmethode is afgeleid van de Succes Case Method van Brinkerhoff (Brinkerhoff, 2003). De essentie van de Succes Case Method is om te onderzoeken welke elementen uit de huidige opleiding en oefenprogramma een bijdrage leveren aan het vakbekwaam worden en het vakbekwaam blijven, en is daarmee buiten gewoon geschikt voor dit onderzoek. Daarnaast zal worden onderzocht welke elementen tijdens de opleiding en het oefenprogramma ontbreken of overbodig zijn. 7

8 De Succes Case Methode bestaat uit twee fasen. De eerste fase is het uitzetten van een elektronische enquête om te identificeren welke respondenten wel en niet succesvol zijn in de praktijk. De tweede fase bestaat uit het houden van diepte-interviews met een selectie van de meeste succesvolle en minder succesvolle respondenten. Door het afnemen van semigestructureerde interviews is informatie verzameld met betrekking tot het inventariseren van significante leermomenten en elementen tijdens het vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven. Significante leermomenten zijn momenten die voor de respondenten belangrijk zijn geweest in hun opleidingsperiode en tijdens het oefenen om (succesvol) te kunnen functioneren in de praktijk. Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat de vakbekwaamheid binnen de brandweer steeds meer vormt krijgt. De praktijk gerichte leeromgeving wordt door Manschappen A als zeer positief ervaren en is een belangrijke ontwikkelingen voor de brandweerman of vrouw. Een punt van aandacht zijn de beperkte realistische elementen ten aanzien van de taakgebieden Ondersteunen bij incidenten met gevaarlijke stoffen en Ondersteunen bij waterongevallen. Vanuit de interviews met de respondenten worden de volgende succes elementen aangegeven ten aanzien van het vakbekwaam worden: Taak gebied Brand: Opleiden onder realistische omstandigheden; Taakgebied Technische Hulpverlening: Het gebruik van lotusslachtoffers; Werkend leren / duaal leren; Niet alleen taken uitvoeren, ook meedenken in het proces; Gebruik van digitale leeromgeving; Dagopleiding. De succes elementen met betrekking tot het vakbekwaam blijven beperken zich tot de passie en het enthousiasme tijdens het oefenen en de inzet van oefenleiders. Om het vakmanschap verder te versterken worden de volgende aanbevelingen gedaan: Voorkomen kennisconflicten door opleiding- en oefenpraktijk op elkaar aan te sluiten en biedt een ontwikkeltraject aan om te komen tot vakbekwame oefenleiders en instructeurs; Zorg dat inventaris van tankautospuiten en oefenmiddelen, die gebruikt worden tijdens de opleiding, aansluiten op de werkpraktijk; Verhoog het realistisch karakter van oefenobjecten met als uitgangspunt flexibiliteit en een realistische beeldvorming ; Zet lotusslachtoffers binnen alle taakgebieden om meer ervaring op te doen in een realistische omgeving; Zorg dat instructeurs van de opleiding de theorie laten aansluiten bij de praktijklessen; Stem de inhoud van het oefenprogramma af op de behoefte van de doelgroep en risico s binnen het verzorgingsgebied; Verhoog de aandacht voor de positionering van de leerwerkplekbegeleider binnen de brandweerposten.; Maak gebruik gemaakt van een digitale leeromgeving in de vorm van een bijvoorbeeld een tablet (bijvoorbeeld ipad). 8

9 1. Inleiding De brandweer is aan het veranderen. De Nederlandse Vereniging voor Brandweer en Rampenbestrijding (NVBR) 1 beschrijft in haar visiedocument (NVBR, de Brandweer overmorgen - strategische reis als basis voor vernieuwing, 2010) dat de brandweer de afgelopen jaren te maken heeft gekregen met veranderingen op vakinhoudelijk gebied, waaronder toenemende kwaliteitseisen, ontwikkelingen in de crisisbeheersing, strengere en complexere regelgeving en toenemende gevaren voor brandweermensen. Tegelijkertijd stellen burgers, bestuurders en bedrijven hogere eisen aan de veiligheidszorg en dus ook aan de brandweer. Om te kunnen voldoen aan deze verwachtingen wordt een groot beroep gedaan op het vakmanschap van de individuele brandweerman of -vrouw. Op basis van eigen ervaringen binnen de brandweerorganisatie heeft de onderzoeker gekozen voor het vraagstuk over vakmanschap binnen de brandweer als onderwerp voor deze Masterthesis. Binnen het onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven. Vakbekwaam worden houdt het opleiden tot beginnend beroepsbeoefenaar in, zodat deze beroepsbeoefenaar alle kerntaken uit het kwalificatiedossier in voldoende mate beheerst. Dit betekent dat iemand na het behalen van het diploma direct aan de slag kan in de beroepspraktijk. Vakbekwaam blijven houdt in dat iemand zijn of haar vakbekwaamheid onderhoudt en blijft ontwikkelen door te oefenen en zich bij te scholen Aanleiding Met de intreding van de Wet veiligheidsregio s op 1 oktober 2010, is tevens het Besluit personeel veiligheidsregio s van kracht. Dit besluit richt zich op functies en niet meer op rangen zoals in het verleden. Het besluit gaat verder dan het diploma om in dienst te komen bij de brandweer. Het richt zich ook op bijscholen en oefenen, gericht op de functie die wordt uitgeoefend. Vakbekwaam blijven dus. Kenmerkend van het stelsel is dat het opleiden, examineren, oefenen en bijscholen geen losstaande onderdelen meer vormen maar één geheel. Alle medewerkers van de brandweer worden dus voortaan opgeleid, geëxamineerd, geoefend en bijgeschoold voor de functie die zij daadwerkelijk uitoefenen. De praktijk is hierbij het uitgangspunt. De vakbekwaamheid (uitgedrukt in kerntaken en competenties) wordt geborgd door middel van opleiden, examineren, bijscholen en oefenen. De aanstelling in bijvoorbeeld de functie van Manschap A, kan geschieden wanneer de opleiding tot Manschap A is afgerond met een Rijksdiploma. De werkgever en de brandweerfunctionaris dienen aan te kunnen tonen dat de vakbekwaamheid is onderhouden. 1 Vanaf 1 november 2012 is Brandweer Nederland de nieuwe naam van het samenwerkingsverband van alle brandweerkorpsen, onder leiding van de Raad van Brandweercommandanten. 9

10 Om vakbekwaam te blijven is de Leidraad Oefenen ontwikkeld door het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV), dit is een dynamisch document. Jaarlijks worden de oefenkaarten, die deel uitmaken van de Leidraad Oefenen, aangepast. De oefenkaarten zijn grotendeels gebaseerd op de kwalificatieprofielen voor de diverse repressieve functies binnen de brandweer, die ook ten grondslag liggen aan de opleidingen. Wijzigingen in bestaande oefenkaarten komen tot stand op basis van suggesties uit het land, uit netwerken van Brandweer Nederland of inschattingen van het IFV, onder meer op basis van nieuwe ontwikkelingen, dossiers van het Infopunt Veiligheid en wijzigingen in les- en leerstof. In juni 2012 heeft de Brandweeronderwijsraad (BOR) een advies aangeboden aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (College voor Arbeidszaken, VNG) en het Veiligheidsberaad (VB) over de aanpak van het vakbekwaam blijven van het repressief brandweer personeel (BOR, 2012). De BOR stelt in haar advies dat er intensief geoefend wordt in de korpsen maar dat er grote diversiteit is in de manier waarop regio s invulling geven aan het vakbekwaam blijven. Deze diversiteit leidt tot verschillende benaderingen, instrumenten en uitleg van begrippen waardoor het leren van elkaar binnen de brandweer moeilijk wordt. Daarnaast lijkt het alsof instrumenten (zoals de Leidraad Oefenen) ingezet worden omdat het moet zonder dat nagedacht wordt over het waarom en het hoe. Hierdoor bestaat het gevaar dat de oefenbelasting van het brandweerpersoneel onnodig hoog is. Verder is er nauwelijks zicht op of het oefenen ook echt leidt tot verhoging van de effectiviteit van het brandweerpersoneel. Het meten, vastleggen en sanctioneren of belonen van vakbekwaamheid komt nauwelijks voor. In de praktijk betekend dit vaak dat wel de kwantiteit wordt gemeten (het aantal oefeningen en de behandelde oefenkaart wordt geregistreerd) echter niet de kwaliteit (het resultaat) van de oefening. Door deze werkwijze wordt voorbij gegaan aan het objectief meetbaar maken van de daadwerkelijke vakbekwaamheid met als gevolg een verschraling van de werkelijkheid. Dit resulteert in een kwetsbare accountability 2 van de werkgever, indien de werkgever bij een incident geacht wordt aan te tonen dat de oefenverantwoordelijkheid is nagekomen. Als oorzaak van deze constateringen noemt de BOR (2012) dat het binnen de brandweerkorpsen veelal ontbreekt aan voldoende capaciteit en deskundigheid om de instrumenten en methoden op de beoogde wijze in te zetten en tot uitdagende en effectieve oefenprogramma s te komen. Bovenstaande instrumenten moeten een positieve bijdrage leveren aan het vakmanschap van de repressief medewerkers, De vraag is of deze kwaliteitsverbetering verhoudingsgewijs ook daadwerkelijk bijdraagt aan het vakmanschap van de repressief medewerker of is er mogelijk sprake van vakinflatie. Met andere woorden is er mogelijk sprake van een kwalitatief minder repressief product door een verdere professionalisering van de brandweerorganisatie. 2 Rekenschap en verantwoording afleggen over de behaalde prestaties in het licht van de inspanningen die daarvoor zijn gepleegd 10

11 1.2. Probleemstelling De Wet op de Veiligheidsregio s richt zich naast het opleiden tot een functie (het vakbekwaam worden) ook op het oefenen en bijscholen (het vakbekwaam blijven). Onderzoek van de BOR (2012) heeft uitgewezen dat er nauwelijks zicht is of het oefenen ook echt leidt tot verhoging van de effectiviteit van het brandweerpersoneel. Daarnaast geeft het onderzoek aan dat er grote diversiteit is in de manier waarop regio s invulling geven aan het vakbekwaam blijven. Gezien het bovenstaande is de volgende probleemstelling geformuleerd. Het is onduidelijk of en hoe de huidige wijze van opleiden en oefenen bijdragen aan het ontwikkelen en bijhouden van het vakmanschap van de repressief medewerker bij de brandweer Afbakening Het Besluit personeel veiligheidsregio s onderscheid 32 functies waarvan 14 repressieve (operationele) functies (Website - Wetten Overheid - Besluit personeel veiligheidsregio s). Het onderzoek richt zich op de functie van Manschap A 3. Nederland is onderverdeeld in 25 Veiligheidregio s en even zoveel brandweerregio s. Jaarlijks worden er ongeveer 2500 examens voor de functie van Manschap A georganiseerd (Bovens, Gramser, Ruijten, Schoenmakers, & Visscher, 2012). Om het onderzoek beheersbaar te houden beperkt het onderzoek zich tot drie brandweerregio s. De keuze voor deze drie brandweerregio s wordt toegelicht in paragraaf 5.1. Daarmee biedt het onderzoek een beperkte basis voor conclusies over vakbekwaamheid van de brandweer als geheel. Voor algemeen geldende conclusies is verder onderzoek noodzakelijk. De uitkomsten van dit onderzoek beschouwt de onderzoeker, in het gunstigste geval, als indicatief voor de gedachte die rond dit onderwerp binnen brandweer Nederland leeft. 3 De Manschap A werkt samen met de leden van een bluseenheid. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de Manschap A hebben betrekking op de uitvoering en ondersteuning bij brandbestrijding, technische hulpverlening, ongeval bestrijding gevaarlijke stoffen en waterongevallen. 11

12 1.4. Doelstelling De BOR geeft aan dat er veel goede dingen gebeuren binnen de brandweerorganisaties, het onderzoek geeft ook aan dat er een grote diversiteit is in de manier waarop regio s invulling geven aan de organisatie omtrent vakbekwaamheid. Gezien deze conclusie mag verondersteld worden dat de huidige wijze van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven ten miste voor een aantal Manschappen A op een aantal onderdelen succesvol is, bezien vanuit de positie van de deelnemers. Doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen in de elementen van de opleidingen en het oefenprogramma die wel en niet bijdragen aan de totstandkoming en ontwikkeling van het vakmanschap om op die manier de kwaliteit van de opleiding te verbeteren. In dit onderzoek zullen de Manschap A opleiding of de Leidraad Oefenen als geheel niet ter discussie gesteld worden Onderzoeksmethode De te gebruiken onderzoeksmethode is afgeleid van de Succes Case Method die ontwikkeld is door Robbert Brinkerhoff (Brinkerhoff, 2003). Brinkerhoff heeft aangetoond dat de combinatie van kwalitatief en kwantitatief evaluatieonderzoek kan leiden tot goede inzichten over en adviezen aan trainings- of interventie programma s met specifieke leer- en organisatiedoelen. Literatuuronderzoek / documentanalyse Begonnen is met literatuurstudie op het gebied van vakbekwaamheid in het algemeen, en zijn rapporten en artikelen bestudeerd over vakbekwaamheid bij de brandweer in het bijzonder. De literatuur is vermeld in de bijgevoegde literatuurlijst. (Wetenschappelijke) publicaties, rapporten, documenten en (studie) boeken hebben deel uit gemaakt van het literatuuronderzoek. Internet Tevens heeft de onderzoeker veel gezocht op internet. In feite is het afstruinen op internet de start geweest van de eerste verkenning. Theorieën over vakbekwaamheid en leren zijn immers overal op internet te vinden. Internet is een goede bron voor het verzamelen van informatie en kennis. Wel is het de onderzoeker duidelijk geworden dat de afbakening van het onderzoek noodzakelijk is om niet verward te raken in de hoeveelheid van informatie. 12

13 Spelersperspectief Tijdens mijn loopbaan binnen de Brandweer Midden en West Brabant (voorheen brandweer Breda) heb ik een aantal ontwikkelingen van dichtbij meegemaakt. Mede hierdoor heeft dit onderwerp mijn interesse gewekt. De in de loop van de tijd opgedane ervaringen binnen de brandweer betrek ik bij de verdere uitwerking van dit onderzoek. Tijdens het onderzoek zal het risico van mijn eigen mening zoveel mogelijk worden vermeden, echter wanneer er sprake is van een eigen mening zal ik deze expliciteren Opzet thesis In hoofdstuk 2 wordt het theoretische kader beschreven en zal op basis van de literatuur gezocht worden naar wat wordt verstaan onder vakmanschap. In hoofdstuk 3 wordt in gegaan op het praktisch kader. In Hoofdstuk 4 wordt de uiteenzetting weergegeven van het uitgevoerde onderzoek. Vervolgens wordt in hoofdstuk 5 de methode van onderzoek beschreven en is de vraagstelling geformuleerd inclusief de deelvragen. Daarna wordt in hoofdstuk 5 een analyse gemaakt van de resultaten van de enquête en interviews. Als laatste worden in hoofdstuk 6 de conclusies en aanbevelingen beschreven aan de hand van de onderzoeksvraag en deelvragen van dit onderzoek. 13

14 14

15 2. Theoretisch kader en literatuur studie 2.1. Inleiding In dit hoofdstuk zullen de bronnen worden weergegeven waar het onderzoek op gebaseerd is. Om te onderzoeken welke elementen van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven bijdragen aan het vakmanschap van de repressief medewerker, zal eerst duidelijk moeten worden wat vakmanschap is en hoe deze wordt ontwikkeld. Volgens de van Dale is de betekenis van vakbekwaamheid: zijn vak volledig verstaande, zeer bedreven in een bepaald vak (Website - Van Dale Online). Het begrip vakbekwaamheid wordt vaak in relatie gebracht met het begrip competentie, In zowel het bedrijfsleven als in het brandweeronderwijs wordt het competentiebegrip veelvuldig geoperationaliseerd naar taakgebieden die gaan over de activiteiten die de brandweerman of vrouw worden. Gezien de veelheid aan literatuur op dit gebied lijkt het erop dat het begrip competentie lastig te definiëren is. Om de onderzoeksvraag meer helder te krijgen zal aan de hand van een aantal elementen van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven de theorie verbonden worden aan het onderzoek Competenties De Onderwijsraad (Merriënboer, Klink, & Hendriks, 2002) heeft een studie uitgevoerd om conceptuele verheldering van het begrip competentie te bewerkstelligen. Gezien het feit dat het competentie begrip voor zeer uiteenlopende doelen wordt gebruikt is nagegaan of harmonisatie van het competentiebegrip tot de mogelijkheden behoord (Merriënboer, Klink, & Hendriks, 2002). Het rapport beschrijft de drie onderstaande functies in relatie tot competenties. 1. In het kader van werving en selectie worden competenties als ontwikkelbare potenties beschouwd die van belang zijn om een reeks van functies op adequate wijze te kunnen vervullen. Naast ontwikkelbare elementen worden ook niet- of moeilijk veranderbare, maar wel wenselijk geachte persoonskernmerken in de definiëring aangetroffen. 2. Kenmerkend voor definities van competenties die in het kader van opleidingen worden gehanteerd, is dat competenties daarin worden opgevat als iets dat door leeractiviteiten aangeleerd dan wel verder ontwikkeld kan worden. Daarbij geldt, zeker voor het regulier onderwijs, dat de aan te leren competenties een breed toepassingsgebied kennen. Anders ligt het voor bedrijfsopleidingen, die vaker een veel sterker functie- of taakgericht karakter hebben. Maar ook voor dit type opleidingen geld dat competenties worden opgevat als ontwikkelbaar. Het rapport beschrijft dat Kessels wat meer gereserveerd staat ten opzichte van het competentiebegrip. In zijn argumentatie prefereert Kessels het begrip bekwaamheid boven het begrip competentie (Kessels J., 1999). 15

16 Een rode draad binnen Kessels opvatting over competenties is het begrip kennis. Kennis zal in veel gevallen het handelen van het individu bepalen (Merriënboer, Klink, & Hendriks, 2002, p. 40). 3. In het kader van functiebeoordeling verwijzen competenties naar beschrijvingen van specifieke handelingen binnen één bepaalde functie, terwijl in het kader van prestatiebeloningen competenties sterk gedefinieerd worden in termen van gewenste output van een functie. Competentie fungeert dan veelal als een proxy voor prestatie waarbij, aldus Roe, gemakkelijk wordt vergeten dat ook andere condities, denk aan de arbeidsomgeving, bijdragen aan de gerealiseerde prestatie (Roe, 2002) Kennis en bekwaamheid Gezien de veelheid aan variatie en opvatting omtrent het definiëren van het begrip competentie (Merriënboer, Klink, & Hendriks, 2002) is een nadere invulling van het begrip nodig. Hiervoor kan de competentiepiramide van Miller (figuur 1) gebruikt worden (Miller, 1990). Deze uitwerking is uitermate geschikt om inzichtelijk te maken hoe de opbouw van competenties in opleidingstrajecten eruit kan zien. Volgens Miller impliceert het begrip bekwaamheid meer dan het bezitten van kennis alleen. Figuur 1: De competentiepiramide van Miller 16

17 Miller beschrijft zijn competentiepiramide met aan de basis feitenkennis (weten), dan de kennis om dit in concrete situaties toe te kunnen passen (weten hoe en tonen hoe) en vervolgens het handelen en het vermogen dit toe te passen in de praktijk (doen). Tijdens de kennisontwikkeling worden volgens Miller de volgende vier niveaus doorlopen: 3 Weten: Basiskennis verwerven om een toekomstig beroep uit te kunnen voeren; 4 Weten hoe: Weten hoe kennis gebruikt kan worden bij het oplossen van probleemtaken; 5 Tonen hoe: In een gesimuleerde omgeving laten zien hoe te handelen, het gaat hierbij om kennis en handelen; 6 Doen: Het toepassen van in de opleiding verworven kennis, vaardigheden en houdingen in een echte complexe praktijksituatie op de werkvloer. Deze competentieniveaus moeten in een onderling geïntegreerd verband worden gezien. De voorstelling in een piramidevorm verondersteld niet noodzakelijk een chronologische volgorde in het aanbieden van de competentieniveaus in een opleiding. De samenhang tussen de verschillende niveaus kan worden gebruikt om feitelijk te gaan handelen. De cognitieve bekwaamheid wordt omgezet in werkelijk gedrag. Iemand die goed functioneert op het niveau Doen kan volgens Miller beschouwd worden als competent. Het gaat hierbij niet meer om wat iemand kan, maar vooral om wat iemand doet. De inrichting van het nieuwe, competentiegerichte onderwijs binnen de brandweer is op bovenstaande redenering gestoeld. Spencer en Spencer gebruiken de metafoor van de ijsberg (figuur 2) om vijf type van onderliggende karakteristieken te onderscheiden (Spencer & Spencer, 1993). Boven water, en dus waarneembaar bevinden zich de niveaus 5 (vaardigheid: het vermogen om bepaalde fysieke en mentale taken uit te voeren ) en 4 (kennis: informatie in bepaalde inhoudsdomeinen waarover een persoon beschikt). Onderwater, en dus niet zichtbaar bevinden zich de niveaus 3 (zelfconcept: de attituden, waarden en het zelfbeeld van een persoon) en 2 (stabiele persoonseigenschappen: zoals het kunnen hanteren van stressvolle situaties), en helemaal onderaan bevinden zich niveau 1 (de motieven en intenties die het gedrag selecteren en sturen in de richting van bepaalde acties en doelen) Figuur 2: Het ijsbergmodel (Merriënboer, Klink, & Hendriks, 2002, p. 41) 17

18 2.4. Opleidingsontwerp Competentiegericht opleiden moet gezien worden in het licht van de zoektocht naar een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, leren en werken moeten nadrukkelijk aan elkaar worden gekoppeld (Rondeel & Wagenaar, 2002). In deze paragraaf wordt een competentiegerichte ontwerpbenadering van leertrajecten beschreven. Om een competentie gericht onderwijsprogramma te ontwerpen worden een aantal ontwerpstappen doorlopen en worden systematisch een aantal vragen beantwoord Stap 1: Context beroepspraktijk/beroepsprofielen: Hoe ziet de beroepspraktijk eruit, waarin de (aankomend) beroepsbeoefenaar zal gaan functioneren? Stap 2: Kerndoelen, kenmerkende beroepssituaties: Met welke kritische kenmerkende beroepssituaties krijgt de beroepsbeoefenaar te maken? Stap 3: Evaluatiecriteria/competentietoetsen (portfolio): Op welke wijze (door middel van welke type toets situaties en opdrachten kan de student demonstreren dat hij over de beoogde competenties beschikt? Stap 4: Leeromgevingen/leeractiviteiten: Door wie kan in de verschillende leeromgevingen het leren van de student effectief worden ondersteund. Stap 5: Begeleiding en Coaching: Welke bekwaamheden hebben docenten en coaches nodig? Stap 6: Ondersteunen materiaal: Welk materiaal is ondersteunend aan welk leersituatie en activiteiten: schriftelijk, audiovisueel, Informatie en Communicatie Technologie (ICT) Stap 7: Planning en uitvoering: Hoe kan de programmering de beoogde leerprocessen van de student stimuleren en ondersteunen? Stap 8: Selectie studenten: Welke studenten gaan het programma volgen? Stap 9: Uitvoering programma: Hoe kan de uitvoering gefaciliteerd worden? Stap 10: Evaluatie proces en resultaat: Zijn de beoogde doelen bereikt (leerproces, leerresultaat)? Het ontwerpproces verloopt minder lineair dan dat wellicht op het eerste gezicht lijkt. Het gaat om een cyclisch ontwerpproces dat niet eenmalig plaatsvind, maar permanent, in voortdurende interactie met de betrokken bij de opleiding. Van welke kant men het leertraject ook benadert, de competentiebeschrijving en beoordeling vormen het fundament. Met andere woorden, het beschrijven van kernopgave (stap 2) en het formuleren van evaluatiecriteria (stap 3) zijn richtinggevend (Rondeel & Wagenaar, 2002). 18

19 2.5. De Leerwerkplek Wanneer we spreken van een vakman of vakvrouw, spreken we over mensen die grondig zijn onderlegd en kennis en kunde hebben van het vak. Met alleen een opleidingsprogramma ben je er niet. Het aanleren van kennis die nodig is om te begrijpen hoe het vak in elkaar zit en het verwerven van kunde die vereist is om het vak in de praktijk uit te oefenen gaan hand in hand (Sprenger & Teeuwisse, 2011) Om bekwaamheden op te doen is tijd en inspanning en een leeromgeving nodig (Kessels J., 1999). Kessels beschouwd de werksituatie als dé leeromgeving bij uitstek. Voor de ontwikkeling van bekwaamheden stelt Kessels dat motivatie, ambitie en nieuwsgierigheid van cruciaal belang zijn. Verder beschrijft Kessels dat de aard en de mate waarin personen bekwaamheden ontwikkelen afhankelijk is van de wijze waarop de omgeving (en dan met name de werkgever) faciliteiten beschikbaar stelt en een sfeer creëert die uitnodigen tot ontwikkeling Binnen de huidige wijze van opleiden van operationele functies vindt er beroeps praktische vorming plaats (leren in de praktijk) door middel van een zogehete duale opleiding. Kenmerkend voor duaal opleiden is dat een belangrijk deel van de opleiding op één of meerdere werkplekken plaatsvindt. Onstenk meent dat niet alleen de leerwerkplek, maar ook de werkplek zelf een leeromgeving is (Onstenk, 1999). Hierdoor ontstaan de meest ideale omstandigheden waardoor kennisverwerving op geïntegreerde wijze in de schoolse componenten van de duale opleiding moeten worden aangeboden. Tevens dienen alle aspecten van het beroepsmatig handelen aan bod te komen. Pas dan, aldus Onstenk, is de meeste kans dat het duale opleidingstraject resulteert in brede vakbekwaamheid. Daarnaast stelt duaal opleiden eisen aan de werkplek. Niet iedere werkplek is van nature geschikt om brede vakbekwaamheid te realiseren. De werkplek moet gelegenheid bieden voor het opdoen van gevarieerde werkervaring en moet tevens uitnodigen tot communicatie over en reflectie op het uitgevoerde werk (Klink & Bastiaens, 2000). De leerwerkplek moet volgens Van der Klink en Bastiaens (Klink & Bastiaens, 2000) voldoen aan de volgende eisen: Een hoog realiteitsgehalte; inhoud, variatie, echtheid en samenwerking; Een ontwikkelingsgericht karakter: zowel in de breedte als in de diepte moet er sprake zijn van uitdagingen; Een goede didactische vormgeving en begeleiding; Een goede institutionele inbedding: allerlei praktische aspecten moeten goed geregeld zijn en er dienen goede en regelmatige contacten te zijn tussen opleiding en bedrijf. 19

20 2.6. Leven lang leren Vakbekwaam worden en blijven is een kwestie van opleiden en oefenen. Het is hierbij belangrijk dat er een onderlinge samenhang is tussen het opleiden en oefenen en dat de deelnemer de voor de kerntaken benodigde competenties kan (blijven) ontwikkelen. Binnen het stelsel van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven binnen de brandweer wordt gesproken over een cyclus van leven lang leren waarin de beroepsbeoefenaar, binnen een geïntegreerde aanpak van selectie, opleiden, oefenen, werken en bijscholen, zijn leven lang leert. Figuur 3 toont de cyclus van levenslang leren. Selectie en opleiden zijn nodig om, met het bijbehorende diploma, toegang tot een bepaalde functie te krijgen. Oefenen, praktijk ervaring opdoen en bijscholen ondersteunen de verdere ontwikkeling van de vakbekwaamheid binnen een bepaalde functie. Figuur 3: Leven lang leren cyclus (NVBR, Toolbox Vakbekwaam worden en blijven voor brandweerpesoneel, 2010, p. 37) Wanneer je de leven lang leren cyclus van links (start) naar rechts volgt passer je alle elementen die relevant zijn in het stelsel van vakbekwaam worden en blijven. Het stelsel is gebaseerd op een aantal landelijke normen die zijn gedefinieerd voor het opleiden, examineren, oefenen en bijscholen van brandweerfunctionarissen. De normen zijn vastgelegd in kwalificatiedossiers (figuur 4). 20

21 Figuur 4: Schematisch overzicht van het kwalificatiedossier (NVBR, Toolbox Vakbekwaam worden en blijven voor brandweerpesoneel, 2010, p. 25) Na de opleiding is de medewerker een beginnend beroepsbeoefenaar, dat wil zeggen dat hij of zij de basisvaardigheden heeft om zich verder te ontwikkelen tot volleerd beroepsbeoefenaar. De ontwikkeling tot volleerd beroepsbeoefenaar zal zich voornamelijk afspelen gedurende de werkzaamheden na de opleiding en door oefeningen. Vakmensen bouwen tijdens het werk routine en handelingssnelheid op en krijgen steeds meer ervaring doordat ze in de praktijk in vele verschillende werksituaties terechtkomen (Sprenger & Teeuwisse, 2011). Omdat het werk binnen de brandweer zelden het zelfde is breidt ook het handelingsrepertoire zich uit doordat zich steeds andere situaties voordoen en hierdoor er ook steeds verschillende problemen moeten worden opgelost. In deze ontwikkelfase van het vakmanschap leert de vakman meestal ook de dieperliggende waarden en opvattingen kennen die bij de beroepsgroep horen (Sprenger & Teeuwisse, 2011). Hier bevinden brandweermensen zich in het doen van de competentiepiramide van Miller. Het is dus belangrijkrijk dat vakmensen met collega s optrekken, dit geldt voor zowel tijdens het werk als tijdens oefen- en bijscholingsactiviteiten. Hierdoor kunnen kennis, vaardigheden en attitudes verder worden verdiept en uitgebouwd (Miller, 1990). In de zoektocht wat vakmanschap werkelijk is en hoe vakmanschap zich ontwikkeld gaat Sennett (Sennett, 2008) nog een stap verder. Hij benadrukt dat vakmanschap een kwaliteit is die sterk in de persoon zelf zit verankerd. Vakmensen verbinden zich niet alleen met de waarden van hun vak- of beroepsgroep, ze ontwikkelen ook eigen waarden en overtuigingen. Kunnen werken vanuit vakmanschap geeft mensen de mogelijkheid om een zinvolle bijdrage te leveren aan de wereld om hen heen (Sprenger & Teeuwisse, 2011). De mening van de onderzoeker is dan ook dat dit is terug te zien in de passie en gedrevenheid waarmee brandweermensen hun werk doen, daar waar anderen weglopen van het incident, gaat deze groep er juist naar toe om het incident te bestrijden of de medemens te helpen. Die maatschappelijke rol en het kunnen helpen op die plaatsen waar dat nodig is, is één van de belangrijkste drijfveren van een brandweerman of vrouw. Bijzonder hierbij is de rol van de vrijwillige brandweerman of vrouw. Dit zijn medewerkers die naast een andere baan zich 24 uur per dag inzetten voor de maatschappij. 21

22 Je kiest er vrijwillig voor om bij de vrijwillige brandweer te gaan, daarna is het niet vrijblijvend om er te mogen blijven. Gezien het beperkte verloop binnen de brandweer en de langdurige dienstverbanden biedt het vakmanschap een levensvervulling en draagt het bij aan zingeving van het eigen bestaan High Reliability Organizations Uit onderzoek is gebleken dat organisatie met hoge risico s, waaronder de luchtverkeersleiding, vliegdekschepen de nucleaire industrie en de brandweer (Coorens, 2012) een aantal specifieke eigenschappen bezitten die ervoor zorgen dat er minder incidenten voorkomen dan men op grond van de aard van de werkzaamheden zou verwachten. Dit type organisatie noemt men HRO s (High Reliability Organizations). Deze eigenschappen hebben onder ander te maken met de organisatie zelf, met de individuele medewerkers en met de onderlinge samenwerking tussen die medewerkers. Weick en Sutcliff hebben onderzoek gedaan naar HRO s. Volgens de schrijvers zijn de principes van een HRO dat deze organisaties Mindful organizing gebruiken om zowel met het verwachte als het onverwachte om kunnen gaan. Mindful organizing wordt ook wel Mindfulness genoemd (Weick & Sutcliffe, 2011). HRO s worden gezien als organisaties die betrouwbaar moet zijn omdat de gevolgen van disfunctioneren zeer grote effecten kunnen hebben. Een ander vorm van omschrijven is dat een organisatie in staat is catastrofes te vermijden in een omgeving waar ongelukken normaal zijn gezien de complexiteit en de risico s (Weick & Sutcliffe, 2011). Ook het brandweerwerk kan bij routineus handelen, geringe miscommunicatie of een enkel moment van onoplettendheid, ongewenste of zelfs catastrofale gevolgen kunnen hebben. Vanwege deze aspecten kan de brandweer gezien worden als een HRO Meten van resultaten Het is niet alleen belangrijk de opleidingsonderdelen van het opleidingsprogramma en de doelstellingen van de opleidingsonderdelen te situeren ten opzichte van de vier competentieniveaus van Miller. Het is vooral belangrijk dat de volledige opleiding hiermee coherent is en bepaald de gehanteerde evaluatievorm de uiteindelijke resultaten. Om leertrajecten te evalueren kan gebruik worden gemaakt van het acht veldenmodel van Kessels (Kessels, Smit, & Keursten, 1996), zie figuur 5. 22

23 Figuur 5: (Kessels, Smit, & Keursten, 1996, p. 5) Het acht veldenmodel is een analysekader om te kijken naar leertrajecten in organisaties. Uitgangspunt is dat het bij opleiden en leren in organisaties gaat om het realiseren van leertrajecten die adequate oplossingen bieden voor een bepaald probleem in een organisatie. Daarbij wordt bewust gesproken over leertrajecten en niet over opleidingen. Het gaat bij de analyse om het leren, niet om het opleiden. (Kessels, Smit, & Keursten, 1996). Het model gaat uit van twee basisvragen: Wat wil men bereiken? Bij deze vraag onderscheid het model vier niveaus voor het vertalen van een organisatiedoel in leertrajecten. Deze vier niveaus bevinden zich aan de linkerkant van het model, namelijk Organisaties, Werksituatie, Vaardigheden en Leersituatie. Deze niveaus dragen bij aan de effectiviteit van leertrajecten omdat ze stimuleren (vooraf) de beoogde opbrengst van de gepande opleidingsinvestering te verscherpen (Kessels, Smit, & Keursten, 1996) Wanneer ben je tevreden? Bij deze vraag horen de niveaus aan de rechterkant van het model en zijn dus tegenhangers van de voorgaande niveaus, namelijk Impact, Functioneren, Leerresultaten en Proces. Het gaat hier om de zogenaamde evaluatievelden. Het invullen van deze vier niveaus resulteert in criteria voor het evalueren van de leertrajecten binnen een organisatie. Hiermee kunnen achteraf de resultaten van een leertraject zichtbaar gemaakt worden. De uitwerking van deze paragraaf komt terug in hoofdstuk 4. 23

24 Vertalen organisatiedoel in leertrajecten: wat men wil bereiken. Het eerste veld aan de linkerkant van het acht velden model is het veld doel/probleem. Probleem kan hier begrepen worden als het verschil tussen de huidige en gewenste situatie. Het kan hierbij gaan om een actueel probleem, maar ook op het ontstaan van een probleem in de toekomst of een probleem bij het nalaten van activiteiten. Deze stap is uitgewerkt in paragraaf 1.2, de probleemstelling. Kort samengevat: het is onduidelijk of de huidige wijze van opleiden en oefenen voldoende bijdragen aan het ontwikkelen en bijhouden van het vakmanschap voor de functie Manschap A. Werksituatie is het tweede veld van het acht veldenmodel. Hiermee moet duidelijk worden hoe de werksituatie van de medewerker er uit moet zien als het vooropgestelde doel is bereikt. Kessels en Smit zijn van mening dat opleidingen in arbeidsorganisaties pas functioneel zijn als zij gericht zijn op het realiseren van gewenste veranderingen in het werkgedrag van werknemers. Het plannen van leersituaties heeft enkel zin als er vast staat welke verandering in die werksituatie gewenst is om het beoogde doel te bereiken (Kessels, Smit, & Keursten, 1996). Het is dus van belang om bij de stap werksituatie aan te geven hoe de werksituatie zal moeten wijzigen om het beoogde doel te bereiken. Uit het onderzoek van de Brandweeronderwijsraad, zoals beschreven in de inleiding, is naar voren gekomen dat instrumenten zoals de Leidraad Oefenen ingezet wordt omdat het moet zonder dat er nagedacht wordt over het waarom en hoe. Hierdoor bestaat het gevaar dat de oefenbelasting van het brandweerpersoneel onnodig hoog is. Verder is er nauwelijks zicht of het oefenen ook echt leidt tot verhoging van de effectiviteit van het brandweerpersoneel (BOR, 2012) Het volgende veld is het veld vaardigheden. Als er een duidelijk beeld is geschept van de noodzakelijke veranderingen in de werksituatie is het van belang te onderzoeken of het realiseren van die veranderingen specifieke vaardigheden vereist waarover de medewerkers nog niet beschikken. In het kader van vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven wil het in deze stap betekenen dat de brandweerman of vrouw over competenties (bekwaamheid) moet beschikken waardoor ze aan de eigen inzetbaarheid kunnen werken, maar ook over competenties (bekwaamheid) beschikken om binnen alle taakgebieden inzetbaar te zijn en te blijven. Gezien de vele veranderingen op vakinhoudelijk gebied binnen de brandweer is het bijschaven van competenties (bekwaamheid) uiterst noodzakelijk De laatste stap aan de linkerzijde van het model is leersituaties. De leer- en oefenmomenten die gepland zullen worden, moeten de brandweerman of vrouw in de gelegenheid stellen om de vaardigheden te verwerven. De leer- en oefensituaties moeten ook het oorspronkelijke doel realiseren en het probleem (verschil huidige en gewenste situatie) dat daarmee samenhangt oplossen. Deze stap kan in relatie worden gebracht met de leerwerkplek die beschreven is in paragraaf

25 3. Praktisch kader In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de van toepassing zijnde wet- en regelgeving in relatie tot de praktijk. Sinds het in werking treden van de Wet veiligheidsregio s zijn er landelijke functie gerelateerde basiseisen voor brandweerpersoneel waaraan iedereen moet voldoen. Het Besluit personeel veiligheidsregio s is het vertrekpunt als het gaat om de kerntaken, bijbehorende competenties en beoordelingscriteria van de verschillende brandweerfuncties 3.1 Wet Veiligheidsregio s De Wet veiligheidregio s en de daarbij behorende Besluiten en Regelingen 4 zijn op 1 oktober 2010 in werking getreden. Doel van de vernieuwing is het verhogen van de kwaliteit van het brandweerpersoneel en de kwaliteit waarborgen. Redenen die genoemd worden voor dit doel zijn: De samenleving wordt steeds complexer. Het risico op ongevallen voor brandweerpersoneel wordt daarmee groter; De brandweer moet optimaal voorbereid zijn op risico s en calamiteiten; Een geïntegreerd en samenhangend systeem van opleiden en oefenen voor brandweerpersoneel draagt bij aan die optimale voorbereiding. Het nieuwe Besluit personeel Veiligheidsregio s zorgt voor de volgende veranderingen: Het besluit richt zich op functies. Het oude besluit ging uit van rangen terwijl in de praktijk veel meer sprake is van functies; Het besluit gaat verder dan het diploma om in dienst te komen bij de brandweer. Het nieuwe besluit richt zich ook op bijscholen en oefenen, gericht op de functie ofwel het takenpakket dat wordt uitgeoefend. Vakbekwaam blijven dus; Er zijn landelijke functie gerelateerde basiseisen voor brandweerpersoneel waaraan iedereen moet voldoen. Deze eisen zijn een uniforme basis voor iedereen, zowel beroepsmedewerkers als vrijwilligers. Een werkgever kan eventueel aanvullende eisen stellen. Een functie bestaat uit een pakket van (kern)taken. Voor de 32 brandweerfuncties zijn kwalificatiedossiers opgesteld, In de deze dossiers zijn voor elke functie kerncompetenties vastgelegd. In het besluit wordt onderscheid gemaakt tussen operationele en beheersmatige functies. Onder operationele functies verstaan we de uitvoerende repressieve functies van de brandweer. 4 Besluit veiligheidsregio s en het Besluit personeel veiligheidsregio s 25

26 Naast selectie, opleiding en examinering richt het besluit zich ook op bijscholen trainen en oefenen (vakbekwaam blijven). Het gaat sinds de invoering van de Wet veiligheidsregio s dus om een integrale benadering. Het op een juiste wijze uitvoeren van de taken, het vakbekwaam zijn voor het inhoudelijke vak, daar gaat het om. We spreken dan ook van een functiegerichte benadering. Het gaat daarbij niet alleen om kennis of om bepaalde motorische vaardigheden, de benadering is competentiegericht. Aan vrijwilligers en beroepsmedewerkers worden hierbij dezelfde eisen gesteld. Medewerkers van de brandweer worden opgeleid, geëxamineerd, geoefend, getraind en bijgeschoold voor de functie (taken) die zij daadwerkelijk uitoefenen. De praktijk is hierbij het uitgangspunt. Met de inwerkingtreding van de Wet veiligheidsregio s, het Besluit en de Regeling personeel veiligheidsregio s op 1 oktober 2010 is het nieuwe kwaliteitsstelsel wettelijk gezien een feit. Implementeren van vakbekwaam worden is ver gevorderd (BOR, 2012, p. 9). De aandacht van korpsen en regionale opleidingsinstituten is in de periode vooral gericht geweest op de transformatie van het ranggerichte naar het functiegerichte stelsel, en de daarbij behorende aanpassingen in de opleidingen (vakbekwaam worden). 3.2 Hoe wordt de brandweerman vrouw vakbekwaam In principe zal de opleiding plaatsvinden binnen de eigen regio, echter in uitzonderingsgevallen, bijvoorbeeld te weinig aanmeldingen, kan deze opleiding ook in een andere regio plaatsvinden of bij een particuliere instantie. Hierbij kan gekozen worden voor een avondopleiding van 2,5 tot 3 jaar (gemiddeld 1 avond/dagdeel per week) van in totaal 376 uur of een zogenaamde versnelde opleiding die in zes weken tot acht maanden kan worden afgerond. De leergang Manschap A richt zich op de kerntaken en competenties van de functie Manschap A zoals deze in het kwalificatiedossier is vastgelegd. In het opleidingsplan leergang Manschap A (Brandweeracademie, Opleidingsplan leergang Manschap A (herziene versie), 2010) wordt gesproken over kerncompetenties, competenties en vakmatige competenties. De onderstaande kerncompetenties zijn van toepassing op alle operationele functies bij de brandweer: Accuraat: Zorgvuldig en stipt handelen, gericht op het voorkomen van fouten. Nauwkeurig uitvoeren van activiteiten; Stressbestendigheid: Kalm, objectief en effectief blijven functioneren bij tijdsdruk, tegenslag, teleurstelling of tegenspel. Om kunnen gaan met weerstanden; Samenwerken: Zich inzetten om met anderen resultaten te bereiken en daarmee bijdragen aan een gezamenlijk doel. Denken en handelen vanuit een gemeenschappelijke belangen. 26

27 Daarnaast aanvullend onderstaande competenties benoemd. Het betreft hier de strategische en organisatorische competenties die vooral betrekking hebben op het geven van inrichting aan de organisatie en de inrichting van het werk: Probleem oplossen: Het signaleren van (potentiele) problemen/knelpunten en deze zelfstandig of in samenwerking met anderen verhelpen; Innoveren en creativiteit: Creëren van nieuwe originele ideeën, werkwijzen en toepassingen door het combineren van formele en informele informatie, bestaande en nieuwe oplossingen/aanpakken; Plannen, organiseren en coördineren; Vanuit een vastgesteld doel bepalen welke taken/activiteiten georganiseerd en gepland moeten worden en daar naar te handelen. Bepalen van prioriteiten en aangeven van een volgorde van werkzaamheden; Leren en reflecteren: Terugkijken op eigen functioneren en het gedrag daaraan aanpassen of ondernemen van ontwikkelacties om tot verbetering van eigen functioneren en vaardigheden te komen. Je kwetsbaar op durven stellen en fouten durven maken. Actief werken aan zelfontwikkeling. Vakmatige competenties (professie) zijn competenties op vakgebieden die specifiek voor de brandweer zijn en wordt als volgt geformuleerd: is in staat om informatie en gegevens te reproduceren en deze kennis toe te passen binnen het eigen expertgebied. Opbouw opleiding De opbouw van de leergang is het beste uit te leggen aan de hand van de verschillende niveaus van de competentiepiramide van Miller. Het model maakt de opbouw van competenties inzichtelijk en beschrijft de betekenis van competenties voor de inrichting van het brandweeronderwijs. De leergang Manschap A is opgebouwd uit vijf blokken. De leergang start met het blok Oriëntatie (blok 1), een algemene inleiding waarin de functie Manschap A en de kerntaak- en taakgebied overstijgende basiskennis aan de orde komen. De basiskennis (het onderste niveau van de piramide, het weten ) is essentiële kennis waarover een student moet beschikken om zijn taak als (toekomstig) vakman te kunnen uit voeren. Daarnaast speelt deze basiskennis een grote rol in alle volgende blokken Vervolgens komen in de blokken 2 tot en met 5 achtereenvolgens de operationele taakgebieden Brandbestrijding, Technische Hulpverlening, Optreden bij incidenten met gevaarlijke stoffen en Ondersteunen bij waterongevallen aan de orde. In volgorde van de uitruk worden binnen elk taakgebied de kerntaken Uitruk, Verkenning, Inzet en Afbouw en nazorg behandeld. Dit vertaalt zich in de volgende stap in de piramide het weten hoe. Hierbij gaat het erom dat de student weet hoe hij de opgedane kennis moet gebruiken bij het maken van keuzes en het beantwoorden van dilemma s tijdens uit uitvoeren van taken. 27

Licentieregeling Reddingsbrigade Nederland

Licentieregeling Reddingsbrigade Nederland Licentieregeling Reddingsbrigade Nederland Voorwoord Reddingsbrigade Nederland introduceert per 1 september 2015 de Licentieregeling. Door middel van de licentieregeling wil Reddingsbrigade Nederland een

Nadere informatie

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Functie verkenner (gevaarlijke stoffen) werkzaam bij de brandweer De Brandweeracademie is onderdeel van het Instituut Fysieke Veiligheid 2 Branchestandaard blijvende

Nadere informatie

De brandweer wordt nog veiliger en beter

De brandweer wordt nog veiliger en beter Project Kwaliteit brandweerpersoneel De brandweer wordt nog veiliger en beter -Brochure Brandweer juni2009.indd 1 05-06-2009 10:16:37 VAKBEKWAAM WORDEN, Wat verandert er concreet? Alle medewerkers van

Nadere informatie

Project Kwaliteit brandweerpersoneel. De brandweer wordt nog veiliger en beter

Project Kwaliteit brandweerpersoneel. De brandweer wordt nog veiliger en beter Project Kwaliteit brandweerpersoneel De brandweer wordt nog veiliger en beter VAKBEKWAAM WORDEN, VAKBEKWAAM BLIJVEN Wat verandert er concreet? Alle medewerkers van de brandweer worden voortaan opgeleid,

Nadere informatie

PORTFOLIO FUNCTIE MANSCHAP A

PORTFOLIO FUNCTIE MANSCHAP A PORTFOLIO FUNCTIE MANSCHAP A Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in

Nadere informatie

Antwoorden op de vragen van het LPO

Antwoorden op de vragen van het LPO en op de vragen van het LPO Ter voorbereiding op de vergadering van het LPO op 16 juni 2010 zijn er enkele vragen geïnventariseerd. De vragen en antwoorden zijn in onderstaand schema opgenomen. Welke norm

Nadere informatie

Het NIEUWE onderwijs. Welkom. Adri Koedam Hoofd Preparatie Brandweer Ede Vertegenwoordiger onderwijsraad BOGO namens HGM Docent bij de BOGO 1

Het NIEUWE onderwijs. Welkom. Adri Koedam Hoofd Preparatie Brandweer Ede Vertegenwoordiger onderwijsraad BOGO namens HGM Docent bij de BOGO 1 Het NIEUWE onderwijs Welkom Adri Koedam Hoofd Preparatie Brandweer Ede Vertegenwoordiger onderwijsraad BOGO namens HGM Docent bij de BOGO 1 Duaal Leren Het NIEUWE onderwijs Rollen en verantwoordelijkheden

Nadere informatie

PORTFOLIO INSTRUCTEUR

PORTFOLIO INSTRUCTEUR PORTFOLIO INSTRUCTEUR Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009.

Nadere informatie

Dagdeel Een dagdeel is bij BOGO standaard 3 uur, tenzij anders vermeld in de lescyclus van de BOGO.

Dagdeel Een dagdeel is bij BOGO standaard 3 uur, tenzij anders vermeld in de lescyclus van de BOGO. BOGO Begrippenlijst en veel gestelde vragen In alfabetische volgorde vindt u begrippen die BOGO hanteert bij het aanbieden van onderwijs en uitleg over hun betekenis. Onderaan deze lijst kunt u antwoorden

Nadere informatie

PORTFOLIO VOERTUIGBEDIENER

PORTFOLIO VOERTUIGBEDIENER PORTFOLIO VOERTUIGBEDIENER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni

Nadere informatie

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! In ons onderwijs staat de mens centraal, of het nu gaat om studenten of medewerkers, om ouders of werknemers uit het bedrijfsleven, jongeren of volwassenen. Wij zijn

Nadere informatie

Model kwalificatiedossier. Versie: 1.0, 11 december 2014

Model kwalificatiedossier. Versie: 1.0, 11 december 2014 Model kwalificatiedossier Versie: 1.0, 11 december 2014 Instituut Fysieke Veiligheid Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl 026 355 24 00 2/14 Inhoud Inleiding 4

Nadere informatie

Het achtvelden instrument:

Het achtvelden instrument: Het achtvelden instrument: analyse kader voor opleidingseffecten Doel / Probleem Impact Werksituatie Functioneren Vaardigheden Leerresultaten Leersituatie Proces J.W.M. Kessels C.A. Smit P. Keursten Februari

Nadere informatie

brandweer Nieuwegein Zuid Jij ook? Kom bij de brandweer!

brandweer Nieuwegein Zuid Jij ook? Kom bij de brandweer! I brandweer Nieuwegein Zuid Jij ook? Kom bij de brandweer! Brandweer Veiligheidsregio Utrecht zoekt vrijwilligers Werken bij de brandweer: voor sommigen is het een droom, voor anderen een roeping. Werken

Nadere informatie

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Functie gaspakdrager werkzaam bij de brandweer De Brandweeracademie is onderdeel van het Instituut Fysieke Veiligheid 2 Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Nadere informatie

PORTFOLIO VERKENNER GEVAARLIJKE STOFFEN

PORTFOLIO VERKENNER GEVAARLIJKE STOFFEN PORTFOLIO VERKENNER GEVAARLIJKE STOFFEN Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

KWALIFICATIEDOSSIER MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING

KWALIFICATIEDOSSIER MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING KWALIFICATIEDOSSIER MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING Werkzaam bij de brandweer Status Dit kwalificatiedossier is vastgesteld door de stuurgroep van het project Besluit kwaliteit brandweerpersoneel

Nadere informatie

PORTFOLIO OEFENCOORDINATOR

PORTFOLIO OEFENCOORDINATOR PORTFOLIO OEFENCOORDINATOR Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni

Nadere informatie

PORTFOLIO MEETPLANLEIDER

PORTFOLIO MEETPLANLEIDER PORTFOLIO MEETPLANLEIDER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni

Nadere informatie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan

Nadere informatie

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie.

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie. Rapportageformat Instrument Keurmerk HAN ILS en samenwerkingsscholen Versie VO, oktober 2014 Standaard 1. De samenwerkingsschool in relatie tot de kwaliteit van de leerwerkomgeving van de lerende Deze

Nadere informatie

Beeldvorming als Leidraad voor Leiderschap

Beeldvorming als Leidraad voor Leiderschap Beeldvorming als Leidraad voor Leiderschap in de reflectie zie je de bron Effectief Leiderschap.. een persoonlijke audit U geeft leiding aan een team, een project of een afdeling. U hebt veel kennis, u

Nadere informatie

Bevelvoerder Handleiding voor docenten en instructeurs

Bevelvoerder Handleiding voor docenten en instructeurs Bevelvoerder Handleiding voor docenten en Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm

Nadere informatie

0-meting opleidingsinstituut [naam opleidingsinstituut] leergang [naam leergang]

0-meting opleidingsinstituut [naam opleidingsinstituut] leergang [naam leergang] 1. Eisen aan het onderwijs 1. Er wordt opgeleid tot beginnend beroepsbeoefenaar manschap A en/of bevelvoerder. 2. Er is sprake van beroepspraktijkvorming: - er is sprake van een stevige integratie tussen

Nadere informatie

Werkzaam bij de brandweer

Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO DOCENT Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009.

Nadere informatie

Werkzaam bij de brandweer

Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO CHAUFFEUR Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009.

Nadere informatie

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Functie chauffeur werkzaam bij de brandweer De Brandweeracademie is onderdeel van het Instituut Fysieke Veiligheid 2 Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Nadere informatie

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

Rapport Docent i360. Test Kandidaat Rapport Docent i360 Naam Test Kandidaat Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het

Nadere informatie

PORTFOLIO BRANDWEERDUIKER

PORTFOLIO BRANDWEERDUIKER PORTFOLIO BRANDWEERDUIKER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is in juni 2009 vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel.

Nadere informatie

Werkzaam bij de brandweer

Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO PLOEGCHEF Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009.

Nadere informatie

MEDEWERKER OPLEIDEN EN OEFENEN. Werkzaam bij de brandweer

MEDEWERKER OPLEIDEN EN OEFENEN. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO MEDEWERKER OPLEIDEN EN OEFENEN Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken?

Intervisie Wat is het? Wanneer kun je het gebruiken? Intervisie Wat is het? Intervisie is een manier om met collega's of vakgenoten te leren van vragen en problemen uit de dagelijkse werkpraktijk. Tijdens de bijeenkomst brengen deelnemers vraagstukken in,

Nadere informatie

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B Werkzaam bij de brandweer Status Dit kwalificatiedossier is vastgesteld door de stuurgroep van het project Besluit kwaliteit brandweerpersoneel in mei 2009. Het dossier is

Nadere informatie

SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN. Werkzaam bij de brandweer

SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Opleidingsprogramma DoenDenken

Opleidingsprogramma DoenDenken 15-10-2015 Opleidingsprogramma DoenDenken Inleiding Het opleidingsprogramma DoenDenken is gericht op medewerkers die leren en innoveren in hun organisatie belangrijk vinden en zich daar zelf actief voor

Nadere informatie

Boerendijk AH Woerden (tijdens kantooruren)

Boerendijk AH Woerden (tijdens kantooruren) De opleidingseisen voor vrijwilligers zijn gelijk aan die voor beroepsbrandweerlieden. We verwachten van je dat je bereid bent om voor je opleiding een deel van je vrije tijd op te offeren. De basisopleiding

Nadere informatie

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Supplement aa. Functie specialist opleiden en oefenen Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 1 sub aa. Besluit personeel veiligheidsregio

Nadere informatie

PORTFOLIO FUNCTIE BEVELVOERDER

PORTFOLIO FUNCTIE BEVELVOERDER PORTFOLIO FUNCTIE BEVELVOERDER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

3 21 Competentiegericht beoordelen en de veranderende rol van de opleider 21 Anja Heida en Marco Snoek

3 21 Competentiegericht beoordelen en de veranderende rol van de opleider 21 Anja Heida en Marco Snoek Inhoud 1 11 Bekwaamheid op de proef gesteld 11 1.1 11 Onderwijsvernieuwing als karikatuur 11 1.2 12 Onderwijsvernieuwing als permanent ontwerpproces 12 1.3 13 Verbinden van leeromgevingen en soorten leren

Nadere informatie

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Piter Jelles Strategisch Perspectief Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03

Nadere informatie

ECCvA/U Lbr: 07/40

ECCvA/U Lbr: 07/40 Brief aan de leden T.a.v. het college en gemeenteraad informatiecentrum tel. (070) 3738020 uw kenmerk bijlage(n) onderwerp Brandweerontwikkelingen Samenvatting ons kenmerk ECCvA/U200700611 Lbr: 07/40 datum

Nadere informatie

Leve de competente coach!

Leve de competente coach! Silvia van Schaik-Kuijer Leve de competente coach! Van competentieanalyse naar ontwikkelplan Inhoud Voorwoord 9 Inleiding 11 Deel 1 Algemene informatie over Leve de competente coach! Coachen en coachcompetenties:

Nadere informatie

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B

KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B KWALIFICATIEDOSSIER MANSCHAP B Werkzaam bij de brandweer Status Dit kwalificatiedossier is vastgesteld door de stuurgroep van het project Besluit kwaliteit brandweerpersoneel in mei 2009. Het dossier is

Nadere informatie

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding Helmond, 16 juni 2016 Puck Lamers Master Onderwijswetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen drs. Monique van der Heijden dr. Jeannette Geldens Kempelonderzoekscentrum

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

SPECIALIST OPERATIONELE VOORBEREIDING. Werkzaam bij de brandweer

SPECIALIST OPERATIONELE VOORBEREIDING. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO SPECIALIST OPERATIONELE VOORBEREIDING Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Beschrijving in hoofdlijnen van de proeve van bekwaamheid bedrijfsbrandweer manschap optionele richting technische hulpverlening

Beschrijving in hoofdlijnen van de proeve van bekwaamheid bedrijfsbrandweer manschap optionele richting technische hulpverlening Beschrijving in hoofdlijnen van de proeve van bekwaamheid bedrijfsbrandweer manschap optionele richting technische hulpverlening Versie 1.0 Beschrijving in hoofdlijnen van de proeve van bekwaamheid Bedrijfsbrandweer

Nadere informatie

PORTFOLIO FUNCTIE OFFICIER VAN DIENST

PORTFOLIO FUNCTIE OFFICIER VAN DIENST PORTFOLIO FUNCTIE OFFICIER VAN DIENST Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting Een brede kijk op onderwijskwaliteit E e n o n d e r z o e k n a a r p e r c e p t i e s o p o n d e r w i j s k w a l i t e i t b i n n e n S t i c h t i n g U N 1 E K Samenvatting Hester Hill-Veen, Erasmus

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Werkzaam bij de brandweer

Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO CENTRALIST Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009.

Nadere informatie

Rampen- en Crisisbestrijding: Wat en wie moeten we trainen

Rampen- en Crisisbestrijding: Wat en wie moeten we trainen Kenmerken van rampen- en crisisbestrijding Crisissen of rampen hebben een aantal gedeelde kenmerken die van grote invloed zijn op de wijze waarop ze bestreden worden en die tevens de voorbereiding erop

Nadere informatie

Brandweer on(der)wijs belangrijk!

Brandweer on(der)wijs belangrijk! Brandweer on(der)wijs belangrijk! Versterking Brandweeronderwijs Brandweeronderwijs is een onderwerp dat het hart van de brandweer raakt. Alle brandweermensen hebben er hun hele carrière mee te maken.

Nadere informatie

Blijvende vakbekwaamheid Brandweerpersoneel

Blijvende vakbekwaamheid Brandweerpersoneel Blijvende vakbekwaamheid Brandweerpersoneel Van bijscholen en oefenen naar Blijvende vakbekwaamheid Brandweer maakt deel uit van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost. Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost is

Nadere informatie

PORTFOLIO CONTROLEUR BRANDPREVENTIE

PORTFOLIO CONTROLEUR BRANDPREVENTIE PORTFOLIO CONTROLEUR BRANDPREVENTIE Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Rapport Kwaliteit- & Projectmanagement 360. Test Kandidaat

Rapport Kwaliteit- & Projectmanagement 360. Test Kandidaat Rapport Kwaliteit- & Projectmanagement 360 Naam Test Kandidaat Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding

Nadere informatie

Concept: De basis van de praktijkroute. FC Extra

Concept: De basis van de praktijkroute. FC Extra Concept: De basis van de praktijkroute FC Extra Verdiepin g Training van vaardigheden Verdieping: Algemene thema s Verbreding en verdieping op: Kennis Toepassen van kennis Onderzoek Verdieping: Vakinhoudelijk

Nadere informatie

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN KWALIFICATIEPROFIEL VOOR SPECIALIST OPLEIDEN EN OEFENEN werkzaam bij de brandweer Status Dit kwalificatieprofiel is op 10 oktober 2005 te Arnhem vastgesteld door het Project Kwaliteit Brandweerpersoneel.

Nadere informatie

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;

Nadere informatie

19. Reflectie op de zeven leerfuncties

19. Reflectie op de zeven leerfuncties 19. Reflectie op de zeven leerfuncties Wat is het? Wil een organisatie kennisproductief zijn, dan heeft zij een leerplan nodig: een corporate curriculum dat de organisatie helpt kennis te genereren, te

Nadere informatie

Anders kijken, anders leren, anders doen

Anders kijken, anders leren, anders doen Anders kijken, anders leren, anders doen Grensoverstijgend leren en opleiden in zorg en welzijn in het digitale tijdperk HOOFDLIJN 5 Hoofdlijn 5. Consistente en op elkaar aansluitende leertrajecten in

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking

Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies

Nadere informatie

Porfolio. Politie Vormingscentrum

Porfolio. Politie Vormingscentrum Porfolio 1. Inleiding 2. Wat is een portfolio? Hoe gebruik je het portfolio Reflectieverslagen Persoonlijke leerdoelen formuleren Werkwijze en denkmodel om opgaven/problemen op te lossen 1. INLEIDING Ligt

Nadere informatie

PORTFOLIO FUNCTIE GASPAKDRAGER

PORTFOLIO FUNCTIE GASPAKDRAGER PORTFOLIO FUNCTIE GASPAKDRAGER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

1 Ontwikkelgericht leren als doel van competentiemanagement

1 Ontwikkelgericht leren als doel van competentiemanagement 1 Ontwikkelgericht leren als doel van competentiemanagement Competenties en competentiemanagement beginnen gevleugelde woorden te worden. Veel organisaties zien competentiemanagement als een mogelijkheid

Nadere informatie

Ondersteuning en certificering van digitaal leren voor laagopgeleiden

Ondersteuning en certificering van digitaal leren voor laagopgeleiden Ondersteuning en certificering van digitaal leren voor laagopgeleiden Kaders voor een digitale leer- en oefenomgeving Onderzoekssamenvatting Drs. Maurice de Greef Onderzoeker, Adviseur en Trainer Artéduc

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Docenten in het hoger onderwijs zijn experts in wát zij doceren, maar niet noodzakelijk in hóe zij dit zouden moeten doen. Dit komt omdat zij vaak weinig tot geen training hebben gehad in het lesgeven.

Nadere informatie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en

Nadere informatie

Competentiegericht Onderwijs

Competentiegericht Onderwijs Competentiegericht Onderwijs Verband tussen economische groei en innovatie van een land en het competentiebeleid en levenslang leren van een land Vlaanderen > koppeling kan beter en proactiever Hefboom

Nadere informatie

Paper beschrijft het probleem (de wens) en motiveert de keuze hiervoor, zij het enigszins schetsmatig.

Paper beschrijft het probleem (de wens) en motiveert de keuze hiervoor, zij het enigszins schetsmatig. Paper 1 Ontwerpplan Criterium Onvoldoende Voldoende Ruim voldoende Excellent Probleembeschrijving Paper maakt niet duidelijk welk probleem (welke wens) centraal staat en om welke reden. Paper beschrijft

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs Instituut Fysieke Veiligheid Bureau Toezicht Examinering en Certificering Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl

Nadere informatie

Onderbouwing model kwalificatiedossier. Versie: 12 december 2014

Onderbouwing model kwalificatiedossier. Versie: 12 december 2014 Onderbouwing model kwalificatiedossier Versie: 12 december 2014 Instituut Fysieke Veiligheid Postbus 7010 6801 HA Arnhem Kemperbergerweg 783, Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl 026 355 24 00 2/5 Aanleiding

Nadere informatie

MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING. Werkzaam bij de brandweer

MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO MEDEWERKER OPERATIONELE VOORBEREIDING Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Praktijkplein Titel: Toepassing: Koppeling met het Operational Excellence Framework: Implementatiemethodieken: ontwerpen en ontwikkelen.

Praktijkplein Titel: Toepassing: Koppeling met het Operational Excellence Framework: Implementatiemethodieken: ontwerpen en ontwikkelen. Praktijkplein Titel: Implementatiemethodieken: ontwerpen en ontwikkelen. Toepassing: Beknopte samenvatting van twee implementatiemethodieken en hun toepassing bij het implementeren van een operational

Nadere informatie

SPECIALIST RISICO S EN VEILIGHEID. Werkzaam bij de brandweer

SPECIALIST RISICO S EN VEILIGHEID. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO SPECIALIST RISICO S EN VEILIGHEID Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Nieuwsflits Implementatie & Communicatie KBP. - augustus 2010-

Nieuwsflits Implementatie & Communicatie KBP. - augustus 2010- Nieuwsflits Implementatie & Communicatie KBP - augustus 2010- Hierbij treft u de nieuwsflits aan van het project implementatie en communicatie kwaliteit brandweerpersoneel. Met dit project wordt gewerkt

Nadere informatie

OPERATIONEEL MANAGER. Werkzaam bij de brandweer

OPERATIONEEL MANAGER. Werkzaam bij de brandweer PORTFOLIO OPERATIONEEL MANAGER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel

Nadere informatie

Competentieprofiel voor coaches

Competentieprofiel voor coaches Competentieprofiel voor coaches I. Visie op coaching Kwaliteit in coaching wordt in hoge mate bepaald door de bijdrage die de coach biedt aan: 1. Het leerproces van de klant in relatie tot diens werkcontext.

Nadere informatie

Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP)

Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) Hoofdstuk 18 Extra informatie Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) Het Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) is bedoeld om een medewerker persoonlijk in de gelegenheid te stellen in eigen woorden te vertellen

Nadere informatie

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Jouw ervaring Neem iets in gedachten dat je nu goed kunt en waarvan je veel plezier hebt in je werk: Vertel waartoe je in staat bent. Beschrijf

Nadere informatie

Ondernemend gedrag (geschikt voor niveau 1 en 2)

Ondernemend gedrag (geschikt voor niveau 1 en 2) Keuzedeel mbo Ondernemend gedrag (geschikt voor niveau 1 en 2) gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0211 Penvoerder: Sectorkamer handel Gevalideerd door: Sectorkamer handel Op: 10-11-2015

Nadere informatie

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Supplement l. Functie instructeur Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 1 sub l Besluit personeel veiligheidsregio s 1.1 Algemene

Nadere informatie

FM Academy. FM Academy. Facility Management HBO bedrijfskunde 2017

FM Academy. FM Academy. Facility Management HBO bedrijfskunde 2017 Facility Management HBO bedrijfskunde 2017 Voorwoord HBO bedrijfskunde leergang Facility Management 15 deelnemers 5 organisaties De biedt u een functiegerichte opleiding met specifieke aandacht voor Facility

Nadere informatie

Niveaudrempelbepaling potentiële MCPM-studenten die niet beschikken over een hbo-/bachelordiploma

Niveaudrempelbepaling potentiële MCPM-studenten die niet beschikken over een hbo-/bachelordiploma Niveaudrempelbepaling potentiële MCPM-studenten die niet beschikken over een hbo-/bachelordiploma Inleiding De Master of Crisis and Public Order Management (MCPM) is een opleiding op masterniveau. Om tot

Nadere informatie

De Onderzoeksraad voor Veiligheid Postbus CB Den Haag

De Onderzoeksraad voor Veiligheid Postbus CB Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De Onderzoeksraad voor Veiligheid Postbus 95404 2509 CB Den Haag Directoraat -generaal Veiligheid Overdracht Taken en Onderwijs Schedeldoekshaven 200 2511 EZ

Nadere informatie

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS duurzame plaatsing van werknemers met autisme 1 Welkom bij toolbox AUTIPROOF WERKT Autiproof Werkt is een gereedschapskist met instrumenten die gebruikt kan worden bij

Nadere informatie

Functieprofiel Young Expert

Functieprofiel Young Expert 1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel

Nadere informatie

3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator

3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator 3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator In het project GROOTER worden onder andere opleidingskaders ontwikkeld voor drie functiegerichte opleidingen voor Bevolkingszorg. In dit hoofdstuk

Nadere informatie

?Hoe Zo! >> Werken bij de gemeente betekent je inzetten voor burgers en bedrijven. En daarbij geldt:

?Hoe Zo! >> Werken bij de gemeente betekent je inzetten voor burgers en bedrijven. En daarbij geldt: Wabo effectief ?Hoe Zo! >> Het toepassen van de Wabo is meer dan alleen de IT-structuur aanpassen, de procedures herzien en/of de processen opnieuw beschrijven en herinrichten. Het zijn de medewerkers

Nadere informatie

Manschap a Oriëntatie

Manschap a Oriëntatie Manschap a Oriëntatie Het IFV bedankt iedereen die een bijdrage heeft geleverd aan de inhoud van dit tekstboek Oriëntatie. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

Werkdocument 1 Opleidingsconcept

Werkdocument 1 Opleidingsconcept Samenvatting De basis van de samenwerking binnen Samenscholing.nu is de gezamenlijke visie op de eisen waaraan onderwijskrachten in Rotterdam moeten voldoen. De aard van de opleiding is afgestemd op het

Nadere informatie

Sollicitatietraining: op weg naar stage & werk

Sollicitatietraining: op weg naar stage & werk Sollicitatietraining: op weg naar stage & werk De jongeren die zich aanmelden bij Maljuna Frato hebben een grote afstand tot de arbeidsmarkt en hebben weinig of geen zicht op hun mogelijkheden, kwaliteiten

Nadere informatie

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid Functie voertuigbediener werkzaam bij de brandweer De Brandweeracademie is onderdeel van het Instituut Fysieke Veiligheid. 2 Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als

Nadere informatie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders

Nadere informatie

Leergangkader Ploegchef

Leergangkader Ploegchef Leergangkader Ploegchef Instituut Fysieke Veiligheid Brandweeracademie Postbus 7010 6801 HA Arnhem www.ifv.nl info@ifv.nl 026 355 24 00 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,

Nadere informatie